STATEN-GENERAAL
RECHTSZAKEN.
BEVOLKING.
MARKTRERICHTEN.
IG.
I het
de~begrootingsdebatten in de
tweede kamer.
meineed.
KAMER VAN KOOPHANDEL
VOOR
DE ZEEUWSCHE EILANDEN.
WAAR IS WERK?
AGENDA.
middelburg.
goes.
Verkoopingen - Verpachting»
In Zeeland.
DE SULTAN EN DE SMID.
KUChi
d.)
ier
let
lop
laar
Irm-
de
|ge-
loor
op
|ten
ra
ra-
3or
ie.
op
Ige-
[lar
i ri
tm
is,
te
|uur
/at
Jge-
Izm
\alt
ide
|z»jn
Ju*
/an,
jhi-
en
res-
flige
itig
J het
leek
licb
lier
1 zijn
de
mi-
<or-
Ivan
tver
de
fige-
|tUS-
>ok
mt-
kite-
bver
|ko-
tot
Lom
ier-
kies-
ppaf
leen
lieer
ge-
mj-
7or-
j wi-
lde-
la an
liet
[aan
Bij de algemeene beschouwing over de
Rijksbegrooting 1^36 heeft de heer
Schouten (a-r.) gistermiddag ver
klaard, dat hij.zich kan vereenigen met
de verzwaring van de omzetbelasting.
Spr. betreurde, dat de begrooting van
het Landbouwcrisisfonds steeds zoo laat
wordt ingediend, dat ze niet tegeli)k met
die van het dep. van landbouw en vis-
scherij kau worden behandeld
Spr. voélde het meest voor krachtig-
toegepaste repressie t-a.v. de drukpers
vrijheid.
Wat het (soc. dem-) Plan van den Ar
beid betreft, is er slechts gradueel ver
schil tusschen de soc. democraten en de
regeering met haar politiek, o. m.
betreffende het uitvoeren van groote
werken- De financieële opzet van het
Plan deugt niet.
Spr. hoopte, dat de regeering de
kracht moge vinden, om te volharden.
De heer J o e k e s (v.d) wees op het
nut der uitvoering van groote openbare
werken. Spr. had meer voortvarendheid
t.a.v. het Werkfonds gewenscht. Wat
het Plan van den Arbeid betreft, maakt
men zich aan overdrijving schuldig, en
vergeet men, dat de financiëele moge
lijkheden beperkt zijn. Meer werkgele
genheid is alleen van opleving van het
bedrijfsleven te verwachten.
Spr. wil krachtige maatregelen voor
handhaving van ons havenverkeer.
Voorts bepleitte spr. erkenning der Sov
jet-republieken.
Spr. critiseerde het optreden van de
N.S.B. en het optreden van den heer
Mussert in Indië; de gouverneur-gene
raal had hem geen afscheidsgehoor moe
ten verleenen.
De heer Vervoorn (plattel.)
zegde, dat de toegepaste en voorgeno
men bezuinigingen ver van voldoende
zijn. Belastingverhooging kan ons volk
niet meer dragen. Wat voor den land
bouw gedaan wordt, is niet meer dan
een fooi. De industrie is het best te
helpen door verlaging der lasten.
De heer T e u 1 i n g s (r.k.) noemde
den financieelen toestand zeer somber.
De spoorwegtekorten vormen een der
ernstigste posten van de begrooting.
Spr. achtte de raming der inkomsten
de meest kwetsbare plek in de financi-
eele politiek van de regeering.
Spr. achtte belastingverzwaring niet
toelaatbaar, nu er geen sluitend budget
door gewaarborgd wordt.
Spr. kwam er tegen op, dat men aan
de voorstanders van devaluatie onva
derlandslievende motieven toeschrijft.
De heer v. Houten (chr. dem.)
was van oordeel dat de politiek van
minister Colijn tot mislukking moet lei
den.
Spr. verklaarde zich een voorstander
van beheerschte devaluatie.
Ondanks critiek op onderdeelen vond
spr. het Plan van den Arbeid een wel
overwogen plan van nationale beteeke-
nis.
De heer Sneevliet (rev. soc.)
betoogde, dat een kapitalistische regee
ring wel dualistisch moet zijn.
De heer J. ter Laan (s.d.) con
stateerde, dat de salarissen de sluit
steen zijn in de politiek der regeering.
Spr. vroeg, of de loonregeling voor jeug
dig personeel van de baan is.
De vergadering werd verdaagd tot
Dinsdag a.s.
f-
In hooger beroep.
PT., 52 jaar, koopman en fotograaf,
te Hansweert heeft hooger beroep
aangeteekend tegen een vonnis van de
Middelb. rechtbank van 25 October 1.1.,
waarbij hij wegens het koopen van rij
wielen, die van diefstal afkomstig wa
ren, is veroordeeld tot twee maanden
gevangenisstraf.
C. de P., 51 jaar, zonder beroep, te
Oostburg heeft hooger beroep aan
geteekend tegen een vonnis van den
kantonrechter te Oostburg, waarbij hij
wegens overtreding van het Crisis-Zui-
velbesluit is veroordeeld tot 40 of 20
dagen hechtenis, met verbeurdverklaring
van de inbeslaggenomen hoeveelheid
boter.
Idem P. d., 33 jaar, voerman ie
Schoondijke, tegen een vonnis van
denzelfden Kantonrechter, waarbij hij
wegens overtreding van de Motor- en
Rijwielwet is veroordeeld tot 3 of 3
dagen hechtenis.
Voor de Middelburgsche rechtbank
stond gisteren, als reeds in 't kort ge
meld, terecht: C. W., 38 jaar, echtge-
noote van P. C. V. zonder beroep, wo
nende te Oostburg wegens meineed.
Ter zitting van den politierechter op 10
September 11. had verdachte's man te
recht gestaan wegens mishandeling en
vernieling, gepleegd te Oostburg. Bij die
gelegenheid had de man zijn echtgenoo-
te i(verdachte) als getuige a décharge
medegenomen naar de zitting, op welke
zitting de vrouw onder meer verklaarde
dat zij en haar man op den bewusten
avond van de mishandeling naar Zuid-
zande waren geweest, omstreeks 1134
uur n.m. waren thuis gekomen en om
streeks half twaalf naar bed waren ge
gaan; dat zij en haar man dien nacht
niet meer buiten waren geweest en haar
man de mishandeling niet kon hebben
gepleegd. Al deze verklaringen waren
in strijd met de waarheid.
Verdachte was verschenen en werd
rechtskundig bijgestaan door mr. P. C.
Adriaanse, advocaat te Middelburg.
Verdachte erkende, dat de verklarin
gen welke zij destijds voor den Politie
rechter onder eede had afgelegd, in
strijd met de waarheid waren. Zij had
thans veel spijt van het gebeurde, wat
de President deed opmerken, dqt zij
herhaaldelijk ter zitting op den ernst
van het feit was gewezen.
De wachtmeester der marechausse,
Rijpma, verklaarde dat verdachte gun
stig bekend staat.
De officier van justitie requisitoir ne
mende achtte de feiten wettig en over
tuigend bewezen. Spr. was van meening,
dat een op te leggen vrijheidstraf hard
is, doch het feit is zeer ernstig. Er is een
groote halstarrigheid geweest bij ver
dachte doch thans bekende zij. De offi
cier vorderde 3 maanden gevangenis
straf.
De verdediger heeft groot medelijden
met verdachte. Door de afgelegde ver
klaringen destijds voor den politierech
ter heeft zij haar man willen verdedigen.
Toen man en vrouw bij pleiter op het
kantoor kwamen, is er op instigatie van
den man nog sprake geweest om te blij
ven ontkennen, doch op ernstig aandrin
gen van den verdediger heeft zij be
kend. Verdediger vond de eisch van den
officier clement, maar hen drong toch op
meer clementie aan. Volgens verdedi
ger zijn in de dagvaarding 2 woorden
vergeten, nl. .mondeling persoonlijk."
Hij was van meening dat dit mondeling
een element van de dagvaarding is. Z.i.
moet het verzuim ontslag van rechts
vervolging ten gevolge hebben. Op
grond van een en ander bepleite de ver
dediger dat verdachte zal worden ont
slagen van rechtsvervolging.
De officier van justitie repleceerende
en zegde, het niet met den verdediger
eens te zijn. De aangehaalde woorden
waren niet noodig in de dagvaarding.
GOES.
Ingekomen:
Wed. L. van Liere, zonder beroep,
van Ierseke, 's-H. Hendrikskinderen-
straat 16; A. H. C. Jagt geb. de Fouw,
zonder beroep, Vlissingen, Scheldestraat
53; M. Th. L. Taelman, zonder beroep,
St. Josse ten Noode, Scheldestraat 68;
M. Francke en gezin, pakhuisknecht,
Kloetinge, Scheldestraat 97; W. P,
Blokpoel, arts, Utrecht, St. Adriaanstr.
1; C. Zoeter en vrouw, grossier, Bergen
op Zoom, Poelweg V 87; A. J. Zoeter,
en gezin, winkelier, Bergen op Zoom,
Lange Vorststraat 61; P. Witte en gezin,
filiaalhouder, Middelburg, Lange Kerk
straat 24; C. de Jager, dienstbode, Nis-
se, Westwal 36; J. A. Lodewijks, inge
nieur, Den Haag, Oude Vischmarkt 1-
Vertrokken:
L. Meijer, kok, naar Wattenscheid; R.
Schuurman, kantoorbediende, Den Haag,
Goudenregenstraat 129; G. J. v. d. Haak
en gezin, caféhouder, Rotterdam, Hoog-
dorpstraat 17b; J. J. v. d. Bliek, timmer
man, Den Haag, Pahudstraat 46; J. vjn
Belzen, zonder beroep, Arnemuiden; M.
A. van Sabben, Den Haag, L. Henriët-
testraat 25; A. Bijkerk, huishoudster,
Koog aan de Zaan, Stationsstraat 61; L.
Viol, dienstbode, Enschedé, Kuipersdijk
31; V. S. M. v. d. Willigen, techn. opz.
en vrouw, Terneuzen, Axelsche straat
100; H. Duvekot, Brussel; A. Walrave,
dienstbode, Rilland-Bath, Bathpolder 36;
W. J. P. Huijbregtse, stoker, Den Helder,
Marine Kazerne; P. v. d. Kreeke, idem;
B. v. Wouwe, onderwijzer, Vlissingen,
Kasteelstraat 69.
Vrijdagavond vergaderde de Kamer
van Koophandel en Fabrieken voor de
Zeeuwsche eilanden op het stadhuis te
Middelburg, onder voorzitterschap van
den heer C. Boudewijnse.
Aanwezig waren met den voorzitter
15 leden. Afwezig met kennisgeving de
heeren Olthoff, Menheere, Enzlin en
Siebenga en zonder kennisgeving de
heeren Lindenberg, Veenis en Mes.
Van den heer SIEBENGA was een
schrijven ingekomen, waarin hij er op
wijst aan de beurt van aftreding te zijn
en daar hij zoo weinig in de gelegenheid
is de vergaderingen bij te wonen en
buiten de provincie woont, meende hij
zich niet meer herkiesbaar te moeten
stellen. Hij is er van overtuigd, dat hij
als vertegenwoordiger van den land
bouw aan de gewone werkzaamheden
van de kamer niet veel heeft kunnen
deelnemen. De keeren, dat hij geweest
is, heeft hij met genoegen de vergade
ringen bijgewoond. Hij brengt dank aan
den voorzitter voor de wijze waarop
deze de vergaderingen leidt en eindigt
met de hoop, dat de kamer nog heel
veel in het belang van Zeeland zal kun
nen doen.
De VOORZITTER zeide, dat het hem
spijt, dat men den heer Siebenga zoo
weinig in de vergaderingen heeft gezien,
maar dat men het toch zeer op prijs
stelt, dat deze met zulk een waardee-
rend schrijven afscheid neemt.
In de Commissie van onderzoek der
geloofsbrieven van de in de 12 periodie
ke vacatures te kiezen leden der Ka
mer, werden op voorstel van den voor
zitter benoemd de heeren M. Laernoes
als voorzitter, Wesseling, Jeronimus,
Anker en Olthoff als leden.
Het Zwin.
Alsnu kwam aan de orde het voor
stel van het bureau om adhaesie te be
tuigen aan het verzoek van den burge
meester van Retranchement aan den Mi
nister van Financiën inzake indijking
van het Zwin.
Het bureau had toegezegd, zichzelf ter
plaatse te gaan overtuigen.
De VOORZITTER deelde mede, dat
het bureau Donderdag naar het Zwin is
geweest. De leden van het bureau zijn
tot de conclusie gekomen, dat het zeker
daar een mooi plekje is, en dat de le
den met een gerust geweten voor het
voorstel van het bureau kunnen stem
men.
De heer M. LAERNOES zeide dal aan
het natuurschoon niet veel behoeft te
veranderen door de indijking.
De VOORZITTER zeide, dat niet het
duingedeelte, doch de schor het natuur
schoon brengt en die ligt dan binnen
den dijk. Het gaat bij het bureau om be
vordering veö het vreemdelingenver
keer. Het wordt daar nu weinig bezocht.
De heer JERONIMUS zeide, dat het
juist gaat om den plantengroei op het
schor, die zal verdwijnen met zijn bij
zonder mooie bloempjes, die den gehee-
len winter goed blijven. Het schor zal
na bedijking niet blijven bestaan en
daarbij ligt de schor met den planten
groei voor het overgroote deel op Bel
gisch grondgebied. Er is toch ook mo
gelijkheid een weg te maken langs het
Z.O. van de bestaande dijken.
De SECRETARIS zeide, dat de burge
meester van Retranchement de moge
lijkheid opperde, dat de Belgen met een
sluisje in de duinen af en toe het zee
water toelaten tot het schor, wat de
plantengroei blijvend kan doen zijn,
deze plantengroei komt alleen op het
Belgisch deel van het schor voor.
Zonder hoofdelijke stemming ver-
eenigde de kamer zich met het voorstel
om adhaesie te betuigen.
Hierna werd de openbare vergadering
gesloten en ging de Kamer over in eene
vergadering met gesloten deuren.
Economisch Technologisch
Instituut.
Na heropening der openbare vergade
ring besloot de kamer met algemeene
stemmen toe te treden tot het Econo-
misch-technologisch instituut, dat in Z.-
Holland zal worden opgericht.
De kamer achtte zich echter verplicht
aan deze toetreding enkele voorwaar
den te verbinden.
Hierna sloot de VOORZITTER de
vergadering.
Kapelle, 8 Nov. Veilingsvereeni-
ging „Kapelle-Biezelinge en Omgeving".
Kleine Veiling- Goudreinetten 624,
Sterappels 413. Zure Bellefleuren 2
14. Hondsmuil 36, Court Pendu 26,
Cox Oranje Pippin 514, Bouwmansrei-
netten 59, Rembours, Mortier 34,
Doyenne du Comice 20, Comtesse de
Paris 614, Zwijndr. Wijnpeer 711.
Jodeperen 36, Souvenir du Vacheur
67. Chaumontel 35, Foppeperen 4,
Dorothé Royal 46, Besy von Schonau-
en 5, Beurré Alex, Lucas 69, Ponds
peren 37, Kleiperen 28, Gieser Wil
deman 210, Winter suiker ij 24, Win-
terlouwtjes 25. Blauwe Druiven 12
28, Mispels 48, Tomaten 310, Kroten
12, Breekpeen 12, alles per kg, An
dijvie 0,601,90, Prei 9,30, Knolselderij
0,600,90, per 100, Chrysanten 1623,
per pot, Chrysanten 25, per bos.
De districts-arbeidsbeurs voor de ge
meenten tusschen Ooster- en Wester
Schelde te Middelburg zendt ons de vol
gende aanvragen binnenland:
UTRECHT ambtenaar belast met de
administratieve werkzaamheden aan den
Provincialen Waterstaat, aanstelling kan
plaats hebben in de rang van commies
of in dien van hoofdcommies, tegen 1
Januari a.s. salarisgrenzen onderschei-
delijk 2900 tot 4000 en 3800 tot
5100 plus kindertoelage, aanstelling
boven de minimumtoelage is niet uitge
sloten, technische bekwaamheid strekt
tot aanbeveling, soli, op zegel vóór 15
Nov. a.s.
HAARLEM, bekw. houtdraaier, dade
lijk, loon nader overeen te komen, voor
onbep. tijd. soil, onder opgaaf van ver
langd salaris.
ROTTERDAM, voor papierfabriek,
analist, liefst met diploma C, de werk
zaamheden bestaan hoofdzakelijk uit het j
onderzoek van papier, inkt (anile-druk
en pigment-inkten) en lijmsoorten, leef-
tijd 25 tot 30 jaar, salaris van f 30 per
week af naar bekwaamheid-
ZIERIKZEE, 2 arbeiders b. m. fabri
cage van rijwielbanden, spoedig, voor
onbep. tijd, loon nader overeen te ko
men, reiskosten vergoed.
ZIERIKZEE 2 karkassenmaaksters b.
m. karkassen voor rijwielbanden, spoe
dig voor onbep, tijd, loon nader overeen
te komen, reiskosten worden vergoed.
MIDDELBURG voor zieke en ongeval
len verz. Mij., agenten in alle plaatsen
in Zeeland, uitsluitend op provisiebasis.
Aanvragen Buitenland:
ZUID-AFRIKA: Bij een Kaapsche fir
ma bestaat gelegenheid tot plaatsing
van een duiker, die behulpzaam moet
zijn bij het verrichten van havenwerken,
en in staat en gewend is met springstof
fen om te gaan, het werk bestaat hierin
dat hij onder de waterspiegel met spring
stoffen moet werken, spoedige indienst
treding, duur van het werk ongeveer
18 maanden, soil, onder opgaaf van ver
langd loon en gesteld in de Engelsche
taal.
SURINAME: voor de vervulling van
de betrekking van leeraar aan een
school te Paramaribo, (onderwijzer van
de eerste rang) worden gevraagd twee
hoofdonderwijzers, van wie een in het
bezit moet zijn van de hoofdacte en de
lager onderwijsacten Duitsch en En-
gelsch, terwijl de andere de hoofdacte,
benevens de bijacte in een van genoem
de talen en gymnastiek of wiskunde
moet bezitten. Daarnevens zal het bezit
van de M. O. acte Nederlandsch tot
aanbeveling strekken.
Sollicitaties uitsluitend aan de orga
nen der arbeidsbemiddeling.
ZA 9 NOV. Alg. Ledenvergadering, Ned.
Protest. Bond, Geb. V. Vrifz.
Herv. 15.00 h.
ZA 9 Nov. Alg. Ver. Z.V. en Kunst-
mesth,; 13,30 h-, Loskade P 143.
ZO 10 Nov
MA 11 Nov
3A 9 Nov
ZO 10 Nov
MA 11 Nov
BIOSCOPEN
ELECTRO, Midb- VR 8—DO 14 Nov.:
„De Bengaalsche Lanciers"; 20,00
h.; ZO matinée 15,00 h.
CITY, Midb. VR 8—DO 14 Nov.:
Amphitryon" en ,,dr. Monica";
20,00 h.; ZO matinée 15,00 h.
ALHAMBRA, Vliss. VR 8—DO 14 Nov.:
,,Hou je roer recht" en „Mannen
in het wit".
LUXOR, Vliss. VR 8—-Dl 12 Nov.:
„Zuster Angelica" en „Onbe
waakte overwegen".
Wo 13 en Do 14 Nov.: „Paganini".
Nov.
13 Middelburg, meubelm- fournituren,
Notarishuis.
13 Kapelle, Huis en land, v. Dissel.
13 Middelburg, Land,
Blaupot ten Cate.
14 Middelburg, Huizen, Batten.
14 Kapelle, Inboedel, v. Dissel.
15 Middelburg, meubelm. machines enz.,
Notarishuis.
16 Middelburg, Inspan, Terpstra.
20 Ierseke, Oesterputten en Mat.,
v. Dissel.
20 Domburg, Pens. Inv., v. d. Harst.
21 Middelburg, Huizen,
Blaupot ten Cate.
28 Wemeldinge, Huis en Boomgaard,
Van Dijke.
Sultan Alioun regeerde in den
Soudan over veertigduizend vreed
zame onderdanen. De vrouwen
pelden de rijst in zware houten
bakken, al zingende; de mannen
genoten een welverdiende rust na
al de oorlogen, die hun vaderen
vroeger hadden gevoerd. Dus had
de vorst veel vrijen tijd, en aange
zien hij een vroolijken aard had,
vermaakte hij zich dikwijls met de
een of andere grap.
Het verveelde hem steeds zijn
lof te hooren zmgen door zijn gun
steling Selime, of bij zijn vrouwen
te zitten, die voor het meerendeel
van geest verstoken waren, en zoo
toog Sultan Alioun zonder gevolg,
enkel vergezeld door een slaaf, die
zijn groot zonnescherm droeg me
nigmaal te voet door de straten
van zijn hoofdstad. Zijn mantel
over zijn schouders, een fluweelen
muts achter op zijn hoofd, een
lange pijp in zijn mond liep hij
langzaam voort, op zijn weg een
kind over het hoofd strijkend, of
een praatje makend met den een
of anderen werkman.
Alioun hield vooral veel van
een groote baobabboom in wiens
schaduw de smid Djellé zijn werk-
P aats had. Deze Djellé beviel hem
uitstekend, omdat hij zonder met
zijn werk op te houden, onder de
slagen op zijn aambeeld allerlei
boeiende verhalen kon vertellen.
Hij was ook zeer slagvaardig in
zijn antwoorden en zonder den
eerbied uit het oog te verliezen,
maakte hij zich nooit schuldig aan
de slaafsche aanbidding, die den
sultan zoozeer tegenstond.
De gunsteling Selime had hem
dikwijls verteld van dien Ooster-
schen vorst, die, om zich te ver
maken, op een keer een armen
man had laten oplichten, terwijl
hij sliep en brengen in zijn eigen
slaapvertrek, waarbij hij zijn hove
lingen geboden had hem bij zijn
ontwaken te behandelen alsof hij
de sultan was.
„Dat is een goede grap", zei
Alioun, „en ik wil haar ook eens
uithalen."
Hij gaf bevel dat men zich den
volgenden nacht zou meester ma
ken van den smid en hem brengen
zou in het paleis, in zijn vertrek en
op zijn legerstede. Hij wilde zelf
achter het gordijn den loop der
gebeurtenissen afwachten.
Toen den volgenden morgen bij
het eerste hanegekraai Djellé zich
uitrekte op de matten, waar ge
woonlijk de sultan sliep, riep hij
vroolijk uit: „Zoo luiaards, aan het
werk
Maar de gunsteling Selime trad
naar voren: „Licht der lichten",
riep hij uit „gij, voor wiens blik
de leeuw terugbeeft welk een
nachtmerrie plaagt u? Het is nau
welijks dag en nog duister.
„Bij den arm mijns vaders", zei
koeltjes de vermeende sultan
„gij lijkt wel gek geworden Selime.
Uw plaats is niet in mijn nederige
keet, maar in het paleis, en daar
enboven, indien ik het Licht der
lichten waren, wat kan mij dan de
duisternis deren
Achter het gordijn had Alioun
moeite zijn lachen in te houden
Intusschen had Djellé zijn omge
ving opgenomen en ontdekt, dat
hij zich niet in zijn keet bevond,
maar in des sultans paleis, dat een
kostbaar gewaad zijn leden omgaf
en dat een slaaf hem kostbare
muilen aanbood.
„Best" zei hij in zichzelf
„ik ben blijkbaar het slachtoffer
van een vertooning, en ik wil op
stee en sprong veranderd worden
in een schurftigen hond, als mijn
vriend, de sultan, daarin niet een
rol speelt. Ik zal het verstandigste
doen te handelen alsof ik niets be
merk."
Toen zij hij hardop:
„Vreemd, ik droomde, dat ik
een slaaf was en mij opmaakte om
mijn last op te nemen. Maar ge
noeg hiervan is de minister van
financiën al hier
Alioun, in zijn schuilhoek, lach
te niet langer.
„Vader des Volks", prevelde Se
lime, „gij weet wel dat de minister
van financiën nooit komt voordat
de zon hoog aan den hemel staat."
„Ik weet het maar al te goed",
riep Djellé, met zijn sandaal op
den grond stampend, „Hij is een
luie kerel en ik wil hem wakker
schudden. Ga hem halen
De vermeende sultan at rustig
'n paar bananen, terwijl men in al
lerijl den minister van financiën
waarschuwde. En toen deze bin
nentrad, zei Djellé: „Ik heb na
gedacht over wat wij gisteren be
spraken. Wij hebben den laatsten
tijd nieuwe belastigen geheven en
ik vind ze ten slotte niet recht
vaardig. Ik wil vandaag door
hpiauten laten afroepen, dat die
belastingen zijn ingetrokken. Ook
wil ik uit mijn particuliere bezit
een som beschikbaar stellen om
aan den oever van den stroom der
gazellen een hospitaal te bouwen
voor melaatschen."
„Echter...." waagde de mi
nister op te merken.
Djellé keek hem recht in de
oogen. „Ik beveel u deze mijn be
velen onmiddellijk te laten uitvoe
ren. Ik zelf ga de tijding berichten
aan mijn vriend Djellé"
„Wel, heb ik van mijn leven",
dacht Alioun „die knaap is een
slimmerd, maar ik wil toch het
laatste woord hebben.
Snel liep hij naar de keet van
den smid, verwisselde zijn vorste
lijke kleeding voor een leer en
voorschoot en begon te arbeiden.
Hij was juist bezig hevig de blaas
balg te hanteeren, toen zijn bezoe
ker er aankwam, rijk opgetuigd en
gevolgd door den slaaf met de
parasol. 4IM1
„Wees gegroet, o ijverige wer
ker", zei de vermeende Alioun.
„Wees gegroet, o luiaard", zei
de vermeende Djellé.
„Reeds aan den arbeid
„Reeds op de wandeling".
„Weet gij, dat ik besloten ben
de nieuwe belastingen al te schaf
fen en een deel mijner rijkdommen
te geven voor barmhartige wer
ken
„Bah zei de smid, zijn schou
ders ophalend „dat zijn maar
ijdele beloften. Uw rijkdommen
zijn onmetelijk, en toch zoudt gij
aan mij, die arm ben, en uw vriend,
den ring niet geven, dien gij aan
uw vinger draagt." Gedurende zijn
slaap had men den smid een kost
bare ring aan den vinger gescho
ven.
„Ik wil u dat kleinood gaarne"'
geven, smid der smeden, als gij mij
nu op dit oogenblik een van die
lanzenspitsen wilt smeden, die gij
zoo meesterlijk weet te vormen."
Alioun nam een stuk rood
gloeiend ijzer en sloeg met den ha
mer rechts en links er op los. Het
zweet brak hem uit en hij werd
ongeduldig. De vermeende sultan
glimlachte.
„Gij krijgt mijn ring niet, Djellé,
want uw assagaai lijkt wel een
pannedeksel."
De ander wierp zijn hamer weg.
„Komaan", zei hij „Gij zijt
toch de slimste van ons beiden. Ik
zie wel dat het makkelijker is in
het gewaad van een sultan te krui
pen dan in de kiel van een arbei
der. Gij hebt echter meer ver
stand dan mijn staatslieden. Wilt
gij de plaats van één hunner inne-
men
I „Bij mijn grootmoeder ik zou
liever sterven. Neem uw sieraden
terug en geef mij mijn werktuigen.
Mijn voetzolen voelen zich niet
thuis in uw zijden muilen."