KERKNIEUWS. KUNST EN WETENSCHAP. VERBETERING EN ONDERHOUD WEG AARDENBURG-MIDDELBURG (BELGIë). MIDDELBURG. ftALGHEREN. ZUID-BEVELAND. ARNEMUIDEN. ABONNEMENTEN en ADVERTEN TIES voor dit blad worden aangenomen door den Agent A. ZEIJGER, ZEEUWSCH GENOOTSCHAP DER WETENSCHAPPEN. Walther Rathenau 1867—1922. OPENBARE LEESZAAL EN BIBLIOTHEEK TE MIDDELBURG. uit het opgeheven fonds v>an den land bouw waren aangekocht, aan meerge noemde Maatschappij, tegen inventaris, in gebruik af te staan. De uitvoering van dit besluit, ontmoette nog eenig bezwaar, doordat het besluit niet voor zag in 't g'eval, dat de daarin bedoelde dieren voor het gebruik niet meer ge schikt waren en mitsdien ook niet be paalde, wat in zoodanig geval daarmede zou moeten gebeuren. Daarom stelden Ged. Staten voor nader te besluiten, om die dieren geheel ter beschikking der Maatschappij te stellen, met be voegdheid om dezelve, indien er geen gebruik meer van te maken was, te ver- koopen en de baten daarvan voor zich te behouden en voor andere, aan den landbouw nuttige doeleinden aan te wenden. De Staten vereenigden zich hiermede zonder debut of stemming. Het lag in de lijn der hier gerelateerde beslissingen, dat Ged. Staten de hun toe gekende bevoegdheid, om over het op de begrooting uitgetrokken bedrag te be schikken, aldus uitoefenden, dat zij het bedoelde subsidie betaalbaar stelden ten name van de Z.L.M. Gelijk het Col lege terzelfder tijd in een ander ver band opmerkte: ,,die f 1000 zijn inge willigd in de zekere verwachting, dat de beschikking daarover, door de Maat schappij van Landbouw in deze provin cie, aan ons zou worden aangevraagd en door ons ,aan die Maatschappij gege ven worden." Het huidige college meent met het bovenstaande de gevraagde inlichtingen zoo volledig mogelijk te hebben ver strekt; immers in de met ingang van 1 Jan 1852 in werking getreden regeling is sindsdien geen wezenlijke verandering gebracht. Gebleken zal zijn, dat het fonds van den landbouw om deze al oude benaming nog eens te gebruiken beschouwd moet worden als het eigen dom der Provincie, en dat Ged. Staten met het beheer der inkomsten uit het fonds zijn belast. Met betrekking tot de wijze, waarop die inkomsten behooren te worden besteed, zijn zij slechts ge bonden door het in 1851 gevallen besluit der Staten, dat die inkomsten steeds moeten blijven aangewend in het belang, de bevordering en verbetering van den landbouw en veeteelt in deze Provincie. Enkel een besluit van, de Provinciale Staten, zou hen van die gebondenheid kunnen ontslaan- Zij stellen voor deze medeeling voor kennisgeving aan te nemen. AANSLAG VAN HET GEBOUWD IN HET DIJKGESCHOT. Ged. Staten wijzen er de Prov. Sta ten op, dat voor de geldelijke behoef ten van een polder de heffing van dijk- geschot van de schotbare landen moet en van de gebouwde eigendommen mag geschieden, of deze laatste belasting gevorderd wordt hangt af van het in zicht daaromtrent van de ingelanden vergadering en haar karakter is facul tatief. De overweging van de invoering js geweest, dat het gebouwd zoo goed be lang heeft als het ongebouwd bij een volstrekt veilige zeewering, bij goede wegen, bij voldoende waterioozing enz. en d,at het dus alleszins billijk is, wan neer van dat gebouwd, tot erkenning en uitdrukking van dat belang, een bij drage voor de polderkas wordt ge vraagd, mits niet de bijdrage wegens haar omvang de beteekenis krijgt v,an een ongeoorloofde afschuiving van las ten van het ongebouwd op het gebouwd. Daarom werd gelijktijdig in het regle ment de bepaling opgenomen, dat de heffing de goedkeuring behoeft van G Staten, opdat die zouden waken voor onjuiste verhoudingen. Natuurlijk werd geen onderscheid ge maakt tusschen. polders met waterkee- rende werken belast en polders zonder zoodanige werken, omdat de aard der werken, waarvoor een bijdrage mag worden gevraagd, niet ter zake doet, de eenige vraag welke in aanmerking komt is deze: worden gelden voor een pol- derbelang gevraagd; zijn daar dan de eigenaren van het gebouwd niet even zeer bij betrokken als die van het on gebouwd? Naar aanleiding nu van een door het waterschap Krabbendijke voor het dienstjaar 1935-36, evenals voor 1934- '35, gevraagde bijdrage van het gebouwd 3 pet. over een belastbare opbrengst volgens de grondbelasting ad f 50,000) welke door Ged. Staten is goedgekeurd, verzoekt „een commissie, benoemd uit en door de 292 aangeslagenen in die heffing van het genoemde waterschap om het Algemeen Reglement voor de polders of waterschappen" zoodanig te wijzigen, dat geen geschot kan worden geheven op de gebouwde eigendommen, gelegen in polders of waterschappen, welke niet met het onderhoud van een zeewering of oeververdediging zijn be last." Ged. Staten hebben zeer overwegen de bezwaren tegen de voldoening aan dit verzoek. Behalve, dat de commissie zooals uit de toelichting bij haar adres blijkt, uitsluitend de gebouwde eigen dommen in het waterschap Krabbendi)- ke op hef oog heeft, al is haar verzoek dan van meer akemeene strekking, cn dat nu nog zoo kort geleden de heffings- mogehikheid werd ingevoerd, het reeds daarom geheel ongewenscht is, wijzi- •ging te overwegen voor zich nog be hoorlijk practijk heeft kunnen vormen, zou de gevraagde wijziging een positie ve verkrachting ziin van het door de Staten in 19"^ omhelsde beginsel. Van Ged. Staten zijn geenerlei maatregelen of voorstellen die daartoe kunnen lei den te wachten, terwijl zij met zekerheid meenen te mogen aannemen, dat de Staten evenmin wijziging wénschen. Ged. Staten stellen dan ook voor het verzoek af te wijzen. In de vergadering van 5 Jan. 1933 werd door de Provinciale Staten besloten per 1 Jan. 1933 af te koopen den tol op den weg van Aardenburg langs de Elder- schans over Heille naar de Rijksgrens in de richting Middelburg (België). Met den tolafkoop nam de onder houdsplicht van de tolgerechtigde, wed- M. T, Coppens-de Jonge te Eede, auto matisch een einde, en werd Ged. Staten opgedragen alle verder noodige maat regelen te nemen, en te doen nemen, in het bijzonder die, welke zouden strek ken tot de regeling' van het onderhoud van den betrokken weg na 1 Jan. 1933. Het is hen tenslotte mogen gelukken zij het dan ook min of meer in afwijking van de aanvankelijk gedachte regeling, met de drie betrokken gemeenten, Aar denburg, Eede en Sluis tot overeenstem ming te komen. De drie gemeenten zullen, elk het bin nen haar grondgebied gelegen gedeelte in beheer en ondrhoud aanvaarden, zulks met dien verstande, dat de provincie Zeeland, met geldelijke steun van de 3 gemeenten, zich met het feitelijke on derhoud van den weg belast- De gemeen ten stelden de voorwaarde, dat de weg' eerst voldoende door de Provincie ver beterd zou zijn, wat Ged. Staten niet onbillijk voorkwam. Bij verbreeding van de kunstbaan van 3 tot 4 m worden de kosten voor den 3553 m langen weg ge raamd op f 37,600. Als jaarlijksche bijdragen worden ge raamd van Aardenburg f 333,50, van Eede f 181 en van Sluis f 500 te-samen 1019,50 of f 287 per km per jaar. een bedrag, dat naar de meening van den Hoofdingenieur voldoende is om ook op den duur in de eerste jaren na de ver betering zullen de kosten van onderhoud uiteraard minder bedragen daaruit het onderhoud van den weg te bekosti gen. Mochten de kosten van onderhoud in eenig jaar eventueel meer bedragen, dan neemt de Provincie dat meerdere voor haar rekening. De gemeentelijke onderhoudsbijdragen, welke in eenig jaar niet ten volle noo- dig zijn, worden voor die overblijvende gedeelten door de gemeenten opgelegd, teneinde door haar aan de Provincie te worden afgedragen als bijdrage in eens in eenig binnen of aan het eind van een termijn vati 15 jaar, waarvoor dit con- venu met de gemeenten zal gelden, door de Provincie uit te voeren algemeen herstellingswerk. Na 15 jaar zal opnieuw een overeenkomst met de gemeenten worden aangegaan, zoo noodig door be middeling van een abritalen uitspraak- Ged. Staten stellen voor in den hier boven genoemden geest te besluiten. Opnemen kasgeld, Ged Staten stellen aan de Prov. Staten voor hen voor het opnemen van kasgeld in 1936 een zelfde machtiging te ver- leenen als voor 1935, en alzoo tot een maximum van f 2,000,000 en een rente koers van ten hoogste 2 pet. boven het promessen-disconto van de Nederland- sche Bank. WOESTE EN BALDADIGE WIELRIJDERS. Toestanden, waaraan met straf fe hand een einde dient ge maakt. De beteekenis v,an de woorden Voor Veilig Verkeer zal ieder wel duidelijk zijn. Dat wil helaas nog geenszins zeg gen, dat iedere weggebruiker in de practijk deze woorden in daden omzet. Onbegrijpelijke verkeersfouten zijn niet zelden de oorzaken van botsingen, aan rijdingen enz. Valt het te betreuren, dat nog niet iedere weggebruiker de een voudigste verkeersregelen nakomt, er- gei is het wanneer door onwilligheid baldadigheid of woest rijden het ver keer in gevaar wordt gebracht, zooals den laatsten tijd verschillende malen op het weggedeelte MiddelburgAbeele en op het jaagpad langs het kanaal naar Vlissingen is voorgekomen. Voornamelijk hebben wij hierbij dan op het oog de wielrijders en voetgan gers De ligging van het rijwielpad naar Abeele is zoodanig, dat de fietser ,al zijn aandacht noodig heeft voor het verkeer. De rijweg berijden is verboden, terwijl de breedte van het pad het el kander passeeren maar juist toelaat- Bo vendien zijn er maar bitter weinig wiel rijders, die de hier geldende voorschrif ten bij inhalen en passeeren, nakomen. Er heerscht soms een ware chaos. Ver schillende malen is het voorgekomen, dat een wielrijder, die voor twee hem tegemoet en naast elkaar rijdende fiet sers, niet den rijweg op wilde, of niet kon vanwege het autoverkeer op dien weg, slechts op het nippertje een aan rijding kon voorkomen. Maar daarbij bleef het niet. Een v,an de wielrijders gaf dan bij het passeeren den ander uit verbolgenheid een stomp, duw of zelfs een slag in het gezicht. Waarop dan weer tal van bedreigingen, scheldpar tijen e.d. volgden. Het is niet een op zichzelf staand feit dat we hier melden, er zouden nog meer van deze baldadig heden opgesomd kunnen worden. Fiet sers bv. die hun licht niet dempen, zul len de gevolgen zeker op dit wegge deelte wel eens ondervonden hebben. Doch niet alleen wielrijders ondervin den deze ergerlijke baldadigheid, ook voetgangers kunnen er van meepraten. Voo.r hen is het wandelpad, vooral bij slecht weer, niet bepaald een genoegen om over te loopen. Op het rijwielpad zijn zij echter een hinder voor de fiet sers. Onaangenaamheden met scheld partijen zijn dan het gevolg. Eenige we ken geleden waren we getuige van zulk een „harde ontmoeting" tusschen een voetganger, die op het rijwielpad bleef loopen en een wielrijder, die den weg niet opwilde, doordat een auto hem te gemoet kwam. De fietser gaf den voet ganger een flinke duw. Een scheldpar tij volgde, en het scheelde maar weinig of men ging tot handtastelijkheden over. Wie in deze zaken schuld had doet hier niet ter zake, de manief echter waarop men overtredingen meent te kunnen afstraffen gaat alle perken te buiten. Woestelingen zijn op dit weg gedeelte niet zeldzaam, en een gevaar voor het verkeer. Op het jaagpad ont breken baldadigheden evenmin,'zooals men dezer dagen nog heeft kunnen le zen. Het woeste rijden en onvoldoende uitwijken door meest jeugdige wielrij ders (in clubjes rijdende) kan men her haaldelijk constateeren. Dat zulks nog niet tot ernstige ongevallen heeft ge leid valt te verwonderen, doch toestan den als hierboven geschetst komen er des te meer voor. Op grondige wijze diende hier eens een einde aan gemaakt te worden. De Vereeniging tot Instandhouding eener Voorbereidende klasse aan de Rijksleerschool hield haar jaarlijksche algemeene vergadering onder leiding van den voorzitter, den heer W. L. Heij- boer. Deze wees er op, dat ook in het afgeloopen jaar de Vereeniging haar bestaansrecht heeft bewezen, gezien het feit, dat het aantal aanvragen steeds het aantal beschikbare plaatsen overtreft. Hoewel de toestand der financiën niet bepaald slecht genoemd mag worden, is hij toch niet van dien aard, dat het mo gelijk is aan de leerkracht een hooger salaris toe te kennen dan het bescheiden bedrag, dat zij nu ontvangt. Uit de re kening van de penningmeesteresse bleek, dat er een batig saldo is van ruim f 113. Dit bedrag zal niet in de nieuwe rekening worden opgenomen, doch met het saldo van het vorige jaar, op de Nutsspaarbank geplaatst worden. Mochten mettertijd, wat niet te hopen is, de bijdragen of het schoolgeld terug- loopen, dan zou uit de reserve een eventueel tekort gedekt kunnen worden. De begrooting werd goedgekeurd met een eind bedrag van f 985. In plaats van den heer Hettema, die vertrokken is, koos de vergadering tot bestuurslid den heer J. Belderok. DOMBURG. Vanwege de af deeling Domburg en omstreken van het Ned. Bijbelgenootschap zal in de Ned. Herv. kerk alhier, op 18 en 19 Nov. a.s. een bijbeltentoonstelling worden gehouden De opening zal door den burgemeester geschieden, terwijl de zangvereenigingen hun medewerking verleenen. IERSEKE. Gisteravond gaf de Herv. Zangvereeniging „Hosanna", onder lei ding van den heer Jan Kousemaker, haar jaarlijksche uitvoering in de Herv. Kerk, met medewerking van mej. Nieuwdorp (sopraan), mej. De Mul (klavier) en mej. Willemse (orgel). Ds. Engelsma sprak een kort ope ningswoord. Het programma was heel mooi. Stukken zooals Ps. 95 van Men delssohn en de cantate „Soli Deo Gloria" van Pijlman, vielen bij het publiek, dat in grooten getale was opgekomen, zeer in den smaak. Aan het slot werd het woord gevoerd door den heer W. Honders, die namens allen een woord van dank sprak voor hetgeen de zangvereeniging ten gehoore had gebracht ELLEWOUTSDIJK. Gisteren vierde het echtpaar Jac. Looy en Joh. Looy Zandee, alhier zijn diamanten huwe lijksfeest. Het ontbrak hun niet aan be langstelling. In het dorp werd veel ge vlagd. Ongeluk bij schietoefeningen. HOEDEKENSKERKE. Tijdens de schiet-oefeningen die de schietvereeni- ging alhier in den gang van de openb. lagere school houdt, is door onvoorzich tigheid een geweer ontijdig afgegaan. Het kogeltje trof een der leden, een zekeren Z., in het been. Hij is naar het ziekenhuis te Goes ge gaan, waar men zal trachten het te ver wijderen. KIND AANGEREDEN. KRABBENDIJKE. Woensdagavond werd op den Rijksweg alhier, het 11- jarig dochtertje van M. de Jonge door een auto aangereden. Deerlijk aan het hoofd gewond werd het kind naar dr. Nieuwenhuyse gebracht. De chauffeur van de auto is doorgereden. Het kiescollege der Ned. Herv. Kerk te Middelburg heeft in de vacature wijlen ds. J. de Visser, voortdurend door het bedanken van ds. J. C. H. Ro- mijn te Apeldoorn, het volgende alpha- betische viertal opgemaakt: ds. F. J. Broeyer te Woerden, ds. A. H. Dönszel- mann te Meppel; ds. H. Mondt te Zei- hem en ds. G. van Veldhuizen te Hantum en Hantumhuizen. Het Provinciaal kerkbestuur van Zeeland heeft na examen toege laten tot den evangeliedienst in de Ned. Herv. kerk de heeren J. A. Pe ters, candidaat aan de Universiteit te Utrecht en F, C. Kleinman, candidaat aan de Universiteit te Leiden. Ds. W. H. Kelder jr., die te Mid delburg beroepen is zal aldaar op Zon dag 1 December bevestigd worden door zijn vader ds. W. H. Kelder te Charle- rois-Rotterdam. In een middagsamen komst op 24 November zal ds. Kelder jr. afscheid nemen van zijn tegenwoordige gemeente, Breskens. De heeren L. W. van Halst en W. Rarentsen zijn herbenoemd tot notabe len van de Ned. Herv. kerk te Korl- g e n e. De heer A. P. Blok is benoemd tot organist in die kerk. Herkozen tot leden van het kies college der Ned. Herv. kerk te Oost- ka p e 1 1 e, de heeren K. Janse, Z. Maljaars, G. Meijer en C. Wijkhuis. Tot notabelen der Ned. Herv. Kerk te Kruiningen zijn gekozen de heeren A. J. Lindenbergh, H. Waverijn en J. J. Fran<;oys. Tot leden van het Kiescollege der N. H. Kerk te Kloetinge werden herko zen de heeren: H. M. Bruijnzeel, W. Oostingh en D. Sinke Jzn. Vóór den aanvang der vergadering heeft de voorzitter, jhr. mr J. W. Quar- les van Ufford, woorden van waardee ring gewijd aan de nagedachtenis van wijlen prof. mr. R. Fruin, oud-voorzitter van het Genootschap. Deze rede werd door de leden staande aangehoord. In het Zeeuwsch Genootschap sprak gisterenavond dr. P. J. Bouman over Rathenau. Spr. schetste deze belang wekkende figuur tegen den achtergrond van den bloeitijd en het verval van het Duitsche keizerrijk. Walther's vader was de beroemde Emil Rathenau, de stichter van de Algemeine Elektrizitats Gesell- schaft. Zijn zoon, die spoedig ook in de directie van deze trust werd opgenomen bleef echter in geestelijk opzcht geheel onafhankelijk. Hij was niet alleen een groot ingenieur en organisator, maar ook een origineel denker, die tal van philo- sofische werken schreef; voorts eco noom, politicusen begaafd schilder. Juist door die veelzijdigheid en origi naliteit verschrikte hij vele middelmatig heden in zijn omgeving. Rathenau bleef steeds een eenzame. Zijn gedachtenleven toonde een sterk mystieken inslag. Hij streefde naar de ontwikkelng der „Seele", waaronder hij het spontaan handelen, innerlijk vrij en los van alle begeerten verstond, In zijn voornaamste werk „Mechanik des Geistes" zette hij zijn levensbeschou wing uiteen. Ongeveer tegelijkertijd ver scheen in 1912 zijn „Kritik der Zeit", een diepgaande analyse van de econo mische en politieke gevaren, die Duitsch- land bedreigden. Het uitbreken van den oorlog bracht Rathenau tot wanhoop, doch hij kwam een geestelijke inzinking snel te boven en maakte zich toen, in opdracht der regeering, verdienstelijk voor de distri butie en fabricage van grondstoffen. Zonder dit geniaal-organisatorisch werk van den Jood Rathenau zou Duitschland den strijd snel verloren hebben. Rathe nau was het ook, die den moed toonde om met kracht tegen het plan voor den onbeperkten duikbootenoorlog op te treden. Tenslotte waarschuwde hij voor de gevolgen van een overhaaste wapen stilstand. Hij wilde „geleidelijke liquida tie in plaats van een plotseling bankroet". Men begreep hen niet. De socialistische arbeiders wantrouwden hem omdat hij fabrikant was, de recht- sche partijen beschuldigden hem van anti-Duitsche gezindheid op grond van een verkeerd begrepen en een uit zijn verband gerukt citaat uit zijn geschrift „Der Kaiser". Naarmate de chaos grooter werd, bleek duidelijker van hoeveel waarde het inzicht van Rathenau was. Na de staatsgreep van Kapp (Maartl920) werd Rathenau steeds meer geraadpleegd door den minister van financiën Wirth. Hij maakte deel uit van de deputatie, die naar Spa ging om met de geallieerde staatslieden over de herstelschulden te beraadslagen. Rathenau werd de groote voorstander van de „vervullingspolitiek". Toen Wirth rijkskanselier werd, bood hij Ra thenau de portefeuille voor buitenland- sche zaken aan. (Mei 1921.) IBM SHAG ROOKT IBIS EN GÉÉN ANDERE SHAG (Ingez. Med.) wiaffggSMiW 'fWOH—HUWNWH—B——a—i Nu begon een reeks conferenties, waarbij Duitschland geleidelijk het ver speelde vertrouwen scheen te herwin nen. Telkens werden de plannen door kruist door den haat van Poincarë, Ten slotte werd Lloyd George voor het denkbeeld gewonnen om het herstel- vraagstuk op een algemeene conferentie te behandelen, waarbij ook Rusland uit- genoodigd zou worden. In April 1922 kwam de conferentie te Genua bijeen. Toen Frankrijk de be sprekingen dreigde te saboteerem, sloot Duitschland met Rusland het verdrag van Rapallo. Kort na zijn terugkeer uit Genua werd Rathenau door jonge fana tici vermoord. Zijn werk is door Strese- mann voortgezet, zonder blijvend resul taat. De negatieve houding van Frank rijk werd de grootste propaganda voor het snelopkomende nationaal-socialis- me. Nieuwe aanwinsten. De navolgende nieuwe aanwinsten- werden getoond: Een gesmeed ijzeren wapen van Zee land, afkomstig uit de muntpoort, ge schonken door den heer P. A. Pieters te Vlissingen; hoorn van een tropischen her kauwer, opgevischt in de Westerschelde, aangekocht door bemiddeling van. den heer L. A. J. Bootsgezel te Breskens; Germaansche en andere scherven, ge vonden aan het strand bij Domburg, ge schonken door den heer N. Schoolmees ter te Koudekerke; een verzameling O.- Indische schelpen, verzameld door den schenker in Straat-Soenda, geschonken door den heer C. J. de Vuist te St Lau rens; Ostrea edulis, Linn, levend uit het steendiep opgevischt; en Pecten Wes- tendorpi, Nyst, uit de Westerschelde door een schelpzuiger opgezogen; Area tetragona Poli, geschonken door den heer A. Slabber te Middelburg, Psam- mobia ferroensis, Chemn, uit de Wester schelde, van schelpzuiger Marie van Brielle"; Area appendiculata Lord, van schelpzuiger Marie; Venus casina Linn. Var diccina Lam, gevonden te Domburg; Scarlesia alveolata (Westerschelde Elle- woutsdijKj van schelpzuiger Marie; Mi- ocardia pectmifera, eoceenfossiel Nieuw- vliet, geschonken door den conservator; Psammobia ferroensis Domburg, ge schonken door dr. Huijsman te Middel burg; een pijpekopje met ingebakken, portretten van prins Willem en prin ses Wilhelmina, gevonden bij Rainme- kens, geschonken door jhr. F. Beelaerts van Blokland te Middelburg. O Uit de bovenstaande opgave van aan gewonnen schelpen blijkt, dat zij ten deele afkomstig zijn van den scheipen- zuiger Marie" uit Brielle. De conserva tor der mollusca, de heer Brakman, kreeg door bemiddeling van den heer Slabber toegang tot die schelpen. Het bleek toen, dat reeds anderen er in had den gezocht. Daar op den zuiger schel pen voorkwamen, die nog nooit in ons land waren gevonden, zou het van be lang zijn indien de zoekers, die vóór den conservator den zuiger bezochten, hun vondsten wilden vertoonen. Mochten zij dit lezen, dan zouden zij den heer C. Brakman te Nieuw- en Sint Joosland zeer verplichten door zich met hem in verbinding te stellen. Nieuwe aanwinsten: Boudier Bakker,- Ina, Vrouw Jacob, Jong, A. M. de, De grote zomer. Kramer, Diet, De Bikkel. Otten. J., Angst, dierbare vijandin. Stuwe, Elmi van, Het plein in zon en regen. Footner, H., Dangerous cargo Illnig, W„ Der blaue Stern- Harinxma thoe Slooten, B. Ph. van, Dwars door Abessinië. Huizinga, J„ In de schaduwen van morgen. Künkel, F-, Karakter, ziekte en gene zing. j Tambs, E-, De kruistocht van de „Teddy." Vriend, J. J., Nieuwere architectuur- Vriends, J., Dier en plant van dichtbij bekeken.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1935 | | pagina 6