GOISCHECOUPANT^ DE TROONREDE. zmmmm. Troonrede. WEER EN WIND. NUMMER 219. TWEE BLADEN. DINSDAG 17 SEPTEMBER 1935. EERSTE BLAD. 178e JAARGANG. DE OPENING DER STATEN- GENERAAL. Hoog- en Laagwater te Vlissingen. 1 AMt0vinc'mU MIDDELBURGSCHE COURANT '_3agb!ad Voor Middelburg, Goes en agent- icbap Vlissingen 2.30, elders 2.50 per kwartaal Week-abonn. in Middelburg en Goes 18 ct. p. w. Advertentiën 30 ct. per regel, Ingez. mededeelingen 60 ct. p. r. 3y contr. voor beide veel lager; tar. op aanvr. Uitgeefster Naamlooze Vennootschap ,,De Middelburgsche Courant"; Bureaux Lange Sint Pieterstraat te Middelburgs Telefoon Redactie 269, Administratie 139 Postrekening no. 43255 Kantoor te GOES: Turfkade, telefoon 17. Aangesloten bü bet Bureau voor Publiciteitswaarde der Vereeniging de Nederlandsche Dagbladpers. Familieberichten en dankbetuigingen 1—3 regels 2.10, elke r. m. 30 ct. Rubriefe „Kleine Advertentiën", ten hoogste 6 regels, a 75 ct. bij vooruitbetaling Adv. mat „Brieven" of „Bevragen bureau dezer cou rant" 10 ct. extra Bewjjsnommers 5 cent. Hedenmiddag heeft in de Ridderzaal op het Binnenhof te 's Gravenhage plaats gevonden de vereenigde verga dering van de beide Kamers der Staten- Generaal tot opening van de gewone zit ting der Staten-Generaal. De heer W. L. baron de Vos v. Steen- wijk, die het voorzitterschap bekleedt, opende, nadat de leden der Staten-Ge neraal zich in de Ridderzaal vereenigd hadden, des namiddags te half een uur de vergadering en deed den commies griffier der Eerste Kamer voorlezing doen van een Koninklijk Besluit, van 12 September 1935, houdende zijn be noeming tot voorzitter van de Eerste Kamer gedurende de zitting, welke he den aanvangt. De v o o r z. benoemde dan een com missie, die Hare Majesteit in het gebouw zou ontvangen en uitleiden. De Ministers, hoofden van ministeri- eele departementen, en de leden van den Raad van State, vereenigden zich des namiddags te een uur mede in de Ridderzaal. H. M. de Koningin, vergezeld van H. K. H. Prinses Juliana, kort daarna in de Ridderzaal aangekomen, werd door de commissie in de vergadering binnenge leid; zij nam plaats op den troon en hield, terwijl ter linkerzijde van H. M. Prinses Juliana plaats nam, de volgende rede: Leden der Staten-Generaal! In dezen zorgvollen tijd, Mij we derom in uw midden bevindend, ge voel ik Mij gedrongen allereerst uiting te geven aan Mijne deelneming in het lot van allen, die onder den druk der tijden gebukt gaan. Inzon derheid ben ik met deernis vervuld jegens hen, die door werkloosheid getroffen zijn. Hoewel men nog niet zeggen kan dat de internationale politieke toe stand voor Nederland aanleiding geeft tot bezorgdheid en hoewel het tot voldoening stemt, dat het vriend schappelijk karakter, hetwelk onze verhouding tot de andere mogendhe den pleegt te dragen, ongerept be waard bleef, volgt de Regeering noch tans de ontwikkeling der verhoudin gen in en met het buitenland met bij zondere nauwlettendheid. Zij hoopt dat de Volkenbond in staat zal blij ken tegenstellingen in het leven der Staten op te heffen en zij zal harer zijds doen wat mogelijk is om dat te bevorderen. De zware rouw, waarin het Belgi sche Vorstenhuis en het naburige be vriende Belgische volk opnieuw ge dompeld werden, vervult Mij met in nige deelneming. De financiën van Rijk en gemeen ten vereischen in toenemende mate de zorg der Regeering. De algemeene vermindering der welvaart, zoowel elders als in het eigen land, is oor zaak van het nog steeds terugloopen der inkomsten voor de publieke kas sen, terwijl tegelijkertijd de uitgaven voor instandhouding van de volks kracht toenemen. Het aantal moge lijkheden tot verhooging der welvaart en dus tot gezond financieel herstel door middel van nationale maatrege len, is beperkt; met name kunnen de valuatie van de munt of prijsgeven van den gouden standaard, niet be schouwd worden als middelen, die de volksgemeenschap als geheel baat zouden brengen. Ten einde ontwrichting der be grooting te voorkomen, moet dus de arbeid tot herstel van het telkens weer verbroken evenwicht onafge broken worden voortgezet. Het stre ven naar beperking der uitgaven blijft daarbij op den voorgrond staan, waarbij in het bijzonder ook te den ken valt aan beperking van de nog steeds aangroeiende spoorwegtekor ten. Echter zal aan eenige verhooging van enkele belastingen niet zijn te ontkomen, wil de Overheid hare so ciale taak kunnen blijven vervullen. Ernstig zijn de zorgen, welke blij ven drukken op het Nederlandsche bedrijfsleven. Er zijn zeer weinig tee kenen en zeker geen daden, die op een spoedigen terugkeer van een vrij er goederen- en kapitaalverkeer wij zen. Naarmate de moeilijkheden en belemmeringen, welke onze buiten- landsche handel schier allerwege on dervindt, bestendigd blijven, zal een doeltreffende snelle berichtgeving voor handel, nijverheid en scheep vaart tot een meer gebiedende nood zakelijkheid worden. Nagegaan zal worden of het mogelijk zal zijn ge leidelijk de bestaande contingentee- ringsbepalingen te vervangen door andere maatregelen welke evenzeer steun aan het bedrijfsleven en be houd van werkgelegenheid beoogen, doch die niet het bezwaar medebren gen van de onvermijdelijke en onge- wenschte verstarring van den han del. Ter bevordering van een verdere industrialisatie, zoozeer gewenscht met het oog op werkverruiming, zal stelselmatig het onderzoek naar de mogelijkheden daarvan worden ïer hand genomen, in samenwerking met regionale economisch-technologische instituten en een maatschappij voor industrie-financiering. Nopens de laatste zal een wetsontwerp U bin nenkort bereiken. In het kader van een doelbewuste industriepolitiek zal een wet, waarbij de vestiging van be paalde nieuwe bedrijven afhankelijk wordt gesteld van de toestemming der Regeering niet mogen ontbreken. Voorstellen hiertoe zullen eveneens spoedig worden ingediend. Een wetsontwerp, houdende een re geling inzake vestigingseischen voor den middenstand, dat beoogt hulp te bieden aan dit zwaar getroffen nij vere deel der bevolking, wordt voor bereid. De toestand van het meerendeel onzer reederijen is dermate verer gerd, dat ook voor het komende jaar steunmaatregelen voor de zeescheep vaart moeten worden genomen. Daar naast zal aan de binnenvaart, als mede aan de Rijnvaart, bijzondere aandacht moeten worden geschon ken. Daar ook de landbouw nog steeds een uitermate moeilijken tijd door maakt, kunnen de reeds getroffen steunmaatregelen voorshands onmo gelijk worden gemist. Deze steun maatregelen zullen in toenemende mate zoo ingericht worden, dat een betere aanpassing van de voortbren ging aan de sterk verminderde afzet mogelijkheden verkregen wordt. In het bijzonder geldt zulks voor de vee houderij en den tuinbouw. Ook op het gebied van de vissche- rij blijft hulp geboden. Maatregelen tegen noodlottige prijsdaling zullen hier moeten samengaan met de uit voering van plannen tot bevordering van den afzet en tot verbetering van het productie-apparaat. Bijzondere aandacht zal worden gewijd aan de organisatorische en paedagogische vragen inzake het on derwijs voor zoover deze op het ter rein van de overheid liggen. De juiste en diepere kennis en de zuivere uit spraak van onze Nederlandsche taal zal daarbij ook verder bevorderd worden. Ook in het komende jaar zal de Regeering krachtig blijven optreden tot beperking van het euvel der werk loosheid en tot leniging van de ge volgen ervan mede. Daartoe zullen gelden worden aangevraagd tot voortzetting van de inpoldering van het IJsselmeer en tot aanvulling van het werkfonds. Meer dan gewone aan dacht zal worden geschonken aan het zoo beklemmende vraagstuk der jeugdwerkloosheid. De economische en financieele toe stand in de overzeesche gewesten blijft met uitzondering van Cura- <?ao, waar deze bevredigend is te achten nog steeds groote zorg eischen, al zal in Nederlandsch-Indië, naar gehoopt mag worden, over 1936 een begrootingstoèstand worden be reikt, waarbij althans toeneming van schuld voorkomen wordt. Toch kan verdere aanpassing van de uitgaven bij de inkomsten niet achterwege ge laten worden. De groei van de in- heemsche industrialisatie is aanvan kelijk niet onbevredigend. Ook zijn er teekenen, dat de belangstelling van Nederlandsche zijde voor de stichting van industrieele onderne mingen in Indië begint te ontwaken. In het afgeloopen jaar zijn tal van maatregelen genomen om het goede renverkeer van Nederland naar Indië te bevorderen; ook voor het verkeer in omgekeerde richting geschiedde zulks, terwijl meermalen een gele genheid zich voordeed, waarbij Ne derland kon helpen om den afzet van Indische producten naar elders te be vorderen. Op dien weg zal worden voortgegaan. Met het oog op de gewijzigde in ternationale toestanden zullen U voorstellen worden gedaan tot het treffen van eenige bijzondere voor zieningen inzake de middelen tot ver dediging van het koninkrijk. Naast de voorzieningen, welke ver band houden met de maatregelen, die reeds genoemd werden, stelt de Re geering zich voor in dit zittingsjaar onder meer aanhangig te maken, voorstellen tot wijziging van sommi ge bepalingen der grondwet en een ontwerp van wet ter voorkoming van particuliere machtsvorming op het terrein der overheidstaak. Voorts zal worden voorbereid een herziening van het vreemdelingenrecht, mede in verband met het vluchtelingenvraag stuk. Met dankbaarheid kan Ik vaststel len, dat leger en vloot zoomede de ambtenaren en het onderwijzend per soneel van allerlei geledingen in groote meerderheid, zoo hier te lan de als in de overzeesche gewesten, ondanks de ook van hen gevorderde offers, met toewijding hunne vaak zoo inspannende taak blijven vervul len. Ook in het komende zittingsjaar zal weer veel van Regeering en Ka mers gevergd worden. Met de innige bede, dat de Almachtige God ons al len de kracht en de wijsheid schenke, die Hij alleen geven kan en dat Zijn onmisbare Zegen op ons werk moge rusten, verklaar ik de gewone zitting der Staten-Generaal geopend. H. M. de Koningin, vergezeld van H. K. H. Prinses Juliana, en voorafgegaan door de commissie, verliet na het uit spreken dezer rede de vergaderzaal. De voorzitter sloot, nadat de commis sie in de zaal was teruggekeerd, de ver eenigde vergadering. 't Wordt er niet gemakkelijker op commentaar op de Troonrede te leveren. Ook niet, althans niet veel, wanneer men zich er van bewust is, dat de troon rede nauwelijks een rede van Hare Ma jesteit de Koningin mag heeten, in dien zin, dat ons staatshoofd met het uitspre ken dezer rede haar eigen inzichten en opvattingen aan haar Volk kenbaar maakt. Dat mag vermoedelijk slechts voor een deel, en dan een naar de leng te bescheiden deel, van de troonrede gelden; voor het overige leest de Konin gin slechts voor. wat de plannen van de ministers der Kroon voor het komen de parlementaire jaar zijn. Zoo wil het onze staatsinrichting en ons gebruik; zoo wordt het dus ook mogelijk te spreken en te schrijven over deze en elke troon rede op andere wijze en in andere be woordingen, dan de wellevendheid zou gedoogen indien Hare Majesteit hier heelemaal, om 't zoo eens te zeggen, „zelf aan het woord ware". Maar ook dan nog blijft het geeh ge makkelijke taak. Eenerzijds niet, omdat men uit dit oratorisch slecht gebouwde, immers als droog zand aaneenhangende, stuk moeten trachten te halen wat er in zit, een technische moeilijkheid dus, die zich laat overwinnen; anderzijds ech ter omd,at deze troonrede wéér als haar voorgangers der laatste jaren, door vorm en inhoud, en door het eerste nog wel het meest, zoo diep teleurstelt. Zij is niet forsch, niet krachtig, niet kernachtig. k n Zij is op het kantje vanver velend. En dan vraagt men zich af: in welk een tijd even wij toch wel En: beseft men in Den Haag wel voldoende, dat de tijdgeest niet aan de landsgrenzen is ge bonden, en dat de veranderingen in de geheele structuur van het politiek-soci- ale denken des volks óók reeds in Ne derland doorgedrongen zijn, en hier ook verder zullen doordringen? Dat 't struis vogelpolitiek is, te doen alsof er geen vuiltje aan de lucht is? Wij zijn ons er zeer wel van bewust, dat ons staatshoofd geen rede a la Mus solini of Hitier houden kan, en wij zijn er verheugd over dat dit in Nederland nog zoo is. Maar- aan den anderen kant is het toch wel hoogst nuttig het oor eens elders te luisteren te leggen, en ons af te vragen, of wat daar geschiedt niet ook iets anders en iets méér is, dan lou ter voor ons zinloos geschreeuw en ge doe zooals sommige blinden in Neder land nog wel schijnen te meenen. In elk geval, en hoe dit alles ook zij: naar den vorm, oratorisch, is deze Troon rede wederom van slap tot nietszeggend, en er zullen weinig Nederlanders zijn die, de rede gehoord en gelezen hebbende, het gevoel zullen hebben dat ons nu weer eens een stevige riem onder het hart gestoken is. Helaas want daar aan was wel behoefte in dezen somberen tijdl Toch zijn er in vorm en inhoud nog wel enkele lichtpunten te ontdekken. De deernis met het lot der werkloozen, die H. M. aan alles laat voorafgaan, is tref fend; de deelneming, uitgesproken met den zwaren rouw, het Belgische vorsten huis en het naburige bevriend e Belgische volk in de troonrede uitge sproken, getuigt van warm gevoel. Verder wordt, zoo men van een merk mag spreken, het stempel van minister Gelissen op deze troonrede gevonden: stelselmatige bevordering, na vooraf gaand research-work, van de industria lisatie van ons land, met een maatschap pij voor industrie-financiering er ach ter. Daarbij als novum nog: doelbewuste industriepolitiek door het stellen van vestigings-eischen voor bepaalde nieuwe bedrijven en voor den middenstand. Middelburg, 17-IX-'35. Maandag hoog ste luchttemperatuur 18.1 °C (64 °F); laagste 13.9 °C (57 °F). Heden 9 h: 15 °C; 12 h: 16 °C. 2.8 mm regen. Hoog ste barometerstand te dezer stede, in het afgeloopen etmaal: 755 mm; laagste 746 mm. Hoogste barometerstand in het Euro- peesche waarnemingsgebied: 760.8 mm te Biarritz; laagste 725.0 mm te Shields. Verwachting tot morgenavond: Aanvankelijk nog krachtige, later ai- nemende W. tot N.W., later wellicht weer krimpende wind, zwaar bewolkt met opklaringen, waarschijnlijk regen buien, iets kouder. Zon op: 6 h 37; onder: 19 h 11. Licht op: 19 h 41. Maan op: 20 h 35; onder: 13 h 11. L.K.: 19 September. September. Hoogwater. Laagwater Di. 17 5.00 17.22 11.28 24.05 Wo. 18 5.50 18.12 12.17 24.53 Do. 19 6.40 19.97 13.12 Hoog- en Laagwater te Wemeldinge. September. Hoogwater. Laagwater, Di. 17 6.58 19.16 12.37 Wo. 18 7.42 20.00 1.05 13.26 Do. 19 8.26 20.44 1.56 14.20 Hiermede wordt te de ze n op zichte het „laissez-faire" verlaten: het is een stap in de richting der or dening .van overheidswege. Het gevaar lijke van dien weg inziende en erken nende, kunnen wij desalniettemin geen afkeuring voor het betreden ervan uit spreken; wanneer de zaken m het hon derd geloopen zijn en dat zijn ze zoo hier en daar zonder twijfel dan is het niet juist zich vanwege een eco nomisch principe te verzetten tegen pogingen, om nu eens met door ande ren als voortreffelijk aanbevolen midde* len te trachten, den wagen weer in het goede spoor te krijgen. Grondwetswijziging wordt aangekon digd. Wat moet dat beduiden? Dient deze zin enkel verstaan te worden in verband met hetgeen daar op volgt? D. w.z.T 'zullen 'de voorstellen tot wijzi ging van de grondwet alleen slaan op „voorkoming van particuliere machts vorming op het terrein der overheids taak?" Of mogen we ook verwachten dat men zie hetgeen wij onlangs om trent „De eenzame Oranjeboom" schre ven in de eerste en/of de tweede af- deeling van hoofdstuk II door de om standigheden dringend geboden wijzigin gen aangebracht zullen worden? Verheugend moge heeten de actieve houding die Nederland ook voornemen? blijft aan te némen in Volkenbondsz,a- ken; eveneens mag meti dankbaar zijn voor de duidelijke verklaring, dat wij den gouden standaard willen handhaven. Dit is echter niet het geval met de aangekondigde en onontbeerlijk p'each- te belastingverhooging. Dat heeft nu toch waarlijk z'n grenzen! Tenslotte: de speculanten op terug keer tof dé oude spellinr? schijnen op het verkeerde paard gewed te hebben; de troonrede spreekt van een juiste en diepere kennis en een zuivere uitspraa k van onze Nederland sche taal. die verder bevorderd zullen worden, doch zij gewaa°t niet van de schrijfwiize dezer taal. Gelukki<? maar: een juiste en diepe kennis van onze taal kan even tfoed, zoo niet beter, fTeoaard <5aa" aan d" vereenvou- dio'de «chriifwiize dier taak welke een jaar rfeleden ono'eveer werd vastgesteld Dat er klaarbliikelijk eens ..wat. aan leger en vloot Gedaan zal worden" lijkt niet praematuur om het eens heel erg voorzichtig te formuleeren. Het Prov. Kerkbestuur van Zuid- Holland heeft tot de Evangeliebediening in de Ned. Herv. kerk toegelaten den heer H. Plaggemars, theol. cand. Un. te Utrecht, hulpprediker te S 1 u i s ki 1 Gerei, Gem. Tweetal te Borsselen ds. M. Heikoop te Utrecht en ds. H. Ligtenberg te Lisse. Ds. M. Heikoop te Utrecht is beroe pen te Meliskerke en bedankte voor Rilland Bath. -

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1935 | | pagina 1