SLANKE JIM RenneV^VuT niet: het vliegt"' zeide SPORT. WITSTE SERI3HTEN. iËüiii muil, dsfi nuts. £en nieuwe voikssiam ontdekt. De moord op den Japanschen generaal Nagata Een symptoom van den strijd om de macht tusschen de regeering en het leger De extrimisien schijnen het spel te zullen ver liezen Maar het Japansche imperialisme is daarmee niet dood. De moord te Tokio, op den generaal- majoor Nagata, toont aan, hoe fel op 't oogenblik in Japan de strijd om de macht woedt. Het geval houdt nvl. on middellijk verband met de pogingen van de Japansche regeering, om het leger, dat al een paar jaar lang, op eigen houtje aan politiek doet, weer onder den duim te krijgen. Het optreden van de Japansche militairen in Mantsjoerije en China vormt een aaneeengeschakel- de reeks van eigengereidheden, welke te Tokio soms met angst en beven wer- den geslagen. De Japansche regeering j hoewel imperialistisch genoeg, heeft vaak gevreesd, dat er gevaarlijke ver- wikkelingen uit dit eigengereide optre den zouden voortvloeien (met Engeland, I Amerika en Rusland). Tot dusver is het echter goed gegaan. Mantsjoerije werd j een Japansche vazalstaat en in Noord- j China moeten de autoriteiten naar het pijpen der Japansche militairen dansen. Zonder al te groote inspanning en zon der in botsing met gevaarlijke tegen standers te komen, heeft men dat klaar j gespeeld. Het operatie-terrein voor dit j soort van dingen lijkt nu verder alevel j beperkt. Zou Japan het lucratieve spel letje op denzelfden voet nog wat willen voortzetten, dan werd de kans op een gewapend conflict met goed toegeruste vijanden zeer waarschijnlijk. Een op dringen in Mongolië, aan de grenzen van welk land de Japansche legers thans toe zijn, zou vermoedelijk een oorlog met de Russen, die hier groote belangen hebben, in 't leven roepen en verdere penetratie in China moet evenmin mo gelijk geacht worden zonder heel groot risico. Vermoedelijk heeft deze staat van zaken (mitsgaders de omstan digheid, dat de militare inspanning ont zaglijk veel geld heeft gekost) de Japan sche regeering aanleiding gegeven, om nu eindelijk eens met kracht op te tre den tegen de militaire machten, die zon der de regeering te raadplegen hun slag plegen te slaan. Sinds eenigen tijd ver nam men van opzienbarende mutaties in de hooge legerleiding. Stelselmatig ver dwenen er lieden van vooraanstaande posten en vonden overplaatsingen plaats. Zoo werd eenigen tijd geleden de inspecteur-generaal van het militair on derwijs, een der ergste „D'raufganger" op pensioen gesteld. De man, die dit een en ander wist te bewerkstellingen, is de minister van oorlog, Hayasji, en een van zijn voornaamste medewerkers was ge- neraal-majoor Nagata. De moord op den laatsten nu moer beschouwd worden als een wraakneming van de extrimisten. In hoeverre er een complot is geweest, dat zich van den adjudant van generaal Nagata, die den moord pleegde als een willig werktuig wist te bedienen, valt niet na te gaan. Het heet, dat de moordenaar door ip- hitsende lectuur „misleid" zou zijn ge worden, maar dat klinkt niet bijster ge loofwaardig. Trouwens dan nog dienden de werkelijke schuldigen bij de extre mistische militaire kliek gezocht te worden, aangezien deze de ophitsende lectuur verspreidde. De minister van oorlog, heeft in ver band met de misdaad zijn ontslag aan geboden, doch de Japansche keizer heeft dat niet willen aanvaarden. De Mi kado steunt dus de politiek der gematig de richting. Dat is niet voordeelig voor de extremisten. Hun wandaad lijkt zich in haar gevolgen tegen hen zelf te zullen keeren. De zuivering bij het leger zal nu wel met kracht verder ter hand ge nomen worden. Dat beteekent intusschen nog lang niet, dat het Japansche imperialisme nu aan banden zal worden gelegd. Ten eerste hebben de mutaties zich tot dus ver nog niet uitgestrekt tot de directe leiding van het leger in Mantsjoerije en China (het z.g. Kwantoengleger). Het blijft daarom de vraag, of deze in haar schulp zal kruipen, nu ze haar steun in den rug te Tokio heeft verloren. Maar ten andere: de Japansche regeering zelf is bij lange na niet van veroverings zucht gespeend. Vermoedelijk staat de zaak zoo, dat de regeering de uitbrei ding van de Japansche macht in het Verre Oosten wat voorzichtiger ter hand wil nemen dan de militairen. In elk geval is minister Hayasji een voor stander van verbetering en modernisee ring van het leger, zulks vooral met het oog op de militaire ontwikkeling van Sovjet-Rusland. Die moderniseering dient z.i. te geschieden, voordat men zich in verdere avonturen begeeft. Ontwikkelde landbouwers, leven de in 'n gebied van overvloed. De Engelschman Jack Hides, een re- geerings-ambtenaar op Papoea, het zui delijk deel van Nieuw Guinea, (ten O. Viin Ned. Indië), dat bestuurd wordt als een Australische kolonie, heeft een on- derzoekingsreis van acht maanden ge maakt in 't binnenland en daarbij een tot dusver onbekend volk ontdekt, dat sterk afwijkt van de Papoea's of ande re bekende passen. Het volk heeft een lichtbruine huidskleur met bruine oogen, is kort van bouw en heeft o.a. door de hooge jukbeenderen een Aziatisch uiter lijk. Zij wonen ten zuiden van den berg Hagen. Hides, vergezeld van een officier en de noodige inlandsche politieagenten en dragers, waren in December uit Port Moreby vertrokken en per schoener eerst de Fly en vervolgens haar zijstroom de Strickland opgevaren. Vandaar zet ten zij hun reis stroomopwaarts voort met kano's, v/aarbij zij verscheidene stroomversnellingen hadden te overwin nen. Zij ontdekten een zijrivier van de Strickland, die uit het Oosten kwam. Na deze ongeveer 65 km te hebben op gevaren, trokken zij te voet het land in. Zij hadden het hier hard te verantwoor den en doorkruisten een gebied van kalksteenen kraters zonder water en met geen ander dierlijk leven, dan bui deldassen en pitots. Zoo kwamen zij op de grens van de waterscheiding en zagen daar een breede rivier, die in zuid-oostelijke richting liep en die zij Ryan doopten. Toen zij de noordelijke helling van de waterscheiding afdaal den zagen zij een schoon heuvelachtig landschap met bruine en groene vakke-| bouwland, doorsneden door w.ateren. De Ryan ontspringt op een meer dan 2000 meter hoogen berg, waar de ex peditie in een aardbreuk zeeschelpen vond. Achter dezen berg lagen nog meer bouwlanden. De inwoners waren aanvankelijk ver schrikt, maar deden daarna wat vrien delijker. Hun opperhoofd, een prachtig gebouwd man, gaf door gebaren aan de patrouille te kennen, dat zij zich in een land van overvloed bevonden. Den vol genden dag trachtte ditzelfde opper hoofd de mannen in een hinderlaag te lokken, maar toen de patrouille eenige revolverschoten had gelost werd hi; weer wat vriendelijker. De patrouille passeerde noordwaarts gaande eerst parkachtige boerderijen en later dalen, zonder dorpen, maar telkens voorzien van een boerderij. Rond elke boerderi liepen slooten ter diepte van 2 a 3 meter. De patrouille was getroffen door de rechte lijn van deze slooten en de uitstekende bewerking van het land. De bevolking woont niet in dorpen, maar uitsluitend op boerderijen. Zij begraven hun dooden in de open lucht, in houten kisten omgeven door een houten hei ning. Hoewel de inboorlingen over het algemeen niet onvriendelijk w,aren, wei gerden zij voedsel aan de patrouille met uitzondering van enkele aardappelen die daar in overvloed groeien en die van uitstekende hoedanigheid zijn. Toen de patrouille zich weer oost waarts wendde in de richting v,an de rivier Purari, ontmoetten zij donkerder inboorlingen, die in een armere streek woonden, maar veel toeschietelijker waren en haar overvloedig van voedsel voorzagen. Het nieuw ontdekte volk noemt zich zelf Tari Furora. De patrouille sch.at de sterkte van het volk op 100,000 zielen. Het land wordt met houten spaden be werkt. In tegenstelling met de meeste inboorlingen van Nieuw Guinea leeft dit volk niet alleen van den landbouw, m.aar doet het ook aan den boschbouw om h,et vereischte timmerhout te krijgen, dat met houten bijlen wordt bewerkt. De boerderijen liggen op eenigen af stand van een hoofdweg en zijn daar door een oprijlaan mee verbonden. M(ti gedoogde niet, dat de bezoekers van den hoofdweg afweken. Bij hun nadering liepen de menschen uit hun huizen, ge wapend met boog en pijl en met dolken, geslepen uit menschelijke dijbeenderen. De vrouwen en kinderen stonden langs den weg en gaven den vreemdelingen te kennen, dat zij weg moesten gaan. De Times wijdt een hoofdartikel aan de ontdekking van Hides en spreekt daarbij de hoop uit, dat men dit volk in zijn gelukkigen staat van afzondering zal laten en er voor zal waken, dat zij door aanraking met de Westersche cul tuur bedorven worden. (N. R. C.) door GEORGE OWEN BAXTER. 48). ■Hij heeft haar gestolen", zeide de pandhmshouder, met nadruk liegende. V1) stal het paard en hij zal vervloekt zijn er om". tfezien1" nooit zulk een paard mót^'lrvt d°e ^reen e*" tusschen Zl j f Tt WOtde' ">e had hem een geheelen dag tusschen je vingerS( maar je nam hem niet. Ben jij blind?" „En jij speelde kaart met hem" ant woordde Renney. „Vond je dl vemoï mrag niet verdacht?" „Hoe kwam jij aan die vermomming? vroeg Joe Green. „Ik dacht, dat de oude Lorenz de eenige was, die iemand zoo kon veranderen!" „Ik krijg van alles de schuld, hè? vroeg Lorenz droogjes- „Wat scheelt jullie toch? Heeft Geraldi jullie beet ge nomen?" „Neen, voor den duivel", antwoordde Renney, „We hebben hem verslagen, zoo handig en knap als hij is. We hebben hem bij den neus gehad". „Goed", zeide Lorenz, „en waar is hij nu?" „Die rijdt als de duivel om weg te komen; hij is zeker een paar honderd mijl hier vandaan". „Ik hoop, dat-ie stikt", zeide Lorenz. „Ik haat dien handigen bedrieger". „Eenijke oude Sam", meesmuilde Joe Green, „hij kan niet nalaten de bedrie gers te haten! Heb je Edgar Asprey in den laatsten tijd gezien?" „Hij doet nooit veel zaken met mij", antwoordde de pandhuishouder. „Zoo? Hij zal nu gauw zaken gaan doen. Vanmiddag om zes uur gaat hij met mevrouw Asprey trouwen". „Dat denkt hij", zeide Renney, „maar we zullen eerst eens een hartig woordje met hem spreken!" Zij spraken verder over koetjes en kalfjes, van den hak op den tajc sprin- gend, maar Geraldi luisterde ontmoedigd Als dat huwelijk zou plaats vinden, dan was alles, wat hij gedaan had, verloren en de zaak van Louise Asprey hopeloos Er werd op de deur geklopt; Joe Green ging naar buiten en kwam woe dend terug- „Edgar Asprey is uit de stac en zal voor vijf uur niet terug zijn. We zullen dus den geheelen dag hier in dit hol moeten wachten, Lorenz. Waarmee kunnen wij ons amuseeren?" „Een spel kaarten", opperde de heler opgewekt. „Ga zitten, vrienden, ik zal geven". „Zul jij den pot houden?" „Alleen om jullie bezig te houden". „Jij verdomde oude opgedroogde Chi nees, je zoudt zeker eerlijk willen spe len, denk ik!" zeide Renney. „Laat die Den Boer-Middelburgsche Courant elftal R. C. S.-Veteranen 0—0. Gisteravond vond op het Gem. Sport terrein de returnmatch tusschen het Den Boer-Middelburgsche Courant-elftal en de R. C. S. veteranen uit Souburg plaats. R. C. S. had haar verdediging duchtig versterkt, waaraan het dan ook wel te danken is, dat zij een gelijk spel heeft kunnen bevechten. De strijd werd nl. grootendeels op de R. C. S.-helft ge voerd, waaruit de R. C. S. verdediging echter steeds als overwinnaar te voor schijn kwam. Zeer tactisch spelend wist zij het aanvals-quintet der gastheeren keer op keer in den buitenspelval te lokken. Bovendien werd heel sporadisch een schot gelóst; men trachtte door kort spel den bal in het net te werken, het geen bij zulk een goed sluitende ver dediging nu eenmaal weinig kans op succes had. In de eerste helft kwam Coppejans alleen voor den R. C. S.-keeper te staan en schootnaast. Ettelijke malen werd het spel wegens buitenspel onder broken. De tweede helft bood hetzelfde spel beeld. Wij konden slechts een goed schot van Boone, hetwelk de R. C. S.- keeper nog juist corner kon werken, en een ver schot van den R. C. S.-links buiten noteeren, hetwelk niet moeilijk te stoppen was. R. C. S. kan over den uitslag tevreden zijn. Postduiven. Uitslag van de door de Postduiven- vereen. „De Blauwe Doffer" te Hans- weert op Zondag van Quievrain uit gehouden wedvlucht. Afstand 118 km. Ie, 5e, 10e, 25e en 36e A. de Klerk, Hansweert, 2e, 15e, 29e en 34e F. Mod- de, idem, 3e en 9e M. Krijnsen, Waarde, 4e F. Dommanchet, Hansweert, 6e en 16e C- Dorrepaal, Schore, 7e en 8e A Blok, Kapelle, lie W. Krijnsen, Waarde, 12e, 21e en 22e K. G. Louisse, idem, 13e, 23e en 28e Gebr, Bruinooge, Kapelle, 14e 42e A. Verhage, Kruiningen, 17e, 19e en 24e J. P- Theenaart, HansWeert, 18e, 27e en 35e P. Sonke, Waarde, 20e en 39e F. v. d. Kreeke, Hansweert, 26e, 32e en 44e A. Krombeen, idem, 30e en 31e C- Schrier, Waarde, 33e Gebr. Cok, Kruiningen, 37e C. Bruijnzeel, Schore, 38e G, Verstraete, Hansweert, 40e J den Exter, idem, 41e H. Glas, Kapelle, 43e M. de Vrieze, Schore. Eerste duif 9,47,22 h- Laatste dui 10,00,01 h. Stayer's-wereldkampioenschap. Te Brussel zijn gisteren de beide se- j ries verreden voor het stayers-wereld-, kampioenschap. In de eerste serie werd de Nederlander Van der Wulp no. 4 op vier ronden. Eerste was Lohman, 2 Lacquehay, 3 Ronsse. j In de tv/eede serie plaatste Blekemo-j len zich no. 5. Eerste w,as Wambst, 2 Metze, 3 Severgnini, 4 Seynave. De eer-j ste drie van iedere serie komen in de finale, i VREEMDELINGEN DRUKTE. Het was heden weer zeer druk in de Zeeuwsche hoofdstad- Niet alleen van de Belgische badplaatsen, maar ook van andere zijden, is er een groot aantal vreemdelingen komen opdagen. Met de boot BreskensVlissingen zijn 3500 pas sagiers en 119 auto's overgezet. DE VELUWSCHE DIEVENBENDE De eerste vonnissen. De Zwolsche rechtbank deed heden morgen uitspraak in de zaken tegen de 10 eerste leden der Noord-Veluwsche dievenbende, die verleden week terecht stond. De hoofddaders, de arbeider W. van der Meulen uit Oldenbroek tegen wien 4 jaar gevangenisstraf was ge- eischt werd veroordeeld tot 4 jaar ge vangenisstraf met aftrek van prev. hechtenis, W. van den Bosch, arbeider te Oldebroek, tegen wien 3 jaar en 6 maanden was geeischt tot 2 jaar en 3 maanden met aftrek van prev. Voorts werd veroordeeld tot 3 jaar met aftrek van prev. E. van Spijkeren, arbeider te Doornspijk, tegen wien 3 jaar gevange nisstraf was geeischt. Van de overige zeven verdachten werden de stukken in handen gesteld van den rechter-com- missaris om een onderzoek naar hun persoon in te stellen. kaarten maar, ik ga wat slapen". „Er is geen goede plaats", zeide Lo renz haastig. „Is er niet een hok naast de keuken?' „Het is daar te benauwd". „O, goed genoeg voor mij, ik ben moe Geraldi sloop uit het hok, deed de deur achter zich dicht en gleed langs de keuken. Nauwelijks was hij in de gang verdwenen, of Renney trad- naar bui ten, opende de deur van het kleine ka mertje en riep dadelijk uit: „Wie is er hier geweest, jij verraderlijke oude dief? Hei, Lorenz, wie is hier geweest?" „Niemand", zeide Lorenz, „niemand behalve ik; ik heb er vanmorgen even geslapen'" „Je liegt", zeide Renney. „Jij slaapt nooit, je werkt den geheelen d,ag en blijft 's nachts op om je geld na te tellen Ik ken jou!" „Ook goed!" zeide Lorenz. „Zeg jij het dan maar. Ik ben bezig, laat me met rust!" Renney pruttelde nog wat door en eindelijk hoorde Geraldi, dat hij zich op den grond neerlegde; daarop stak deze de revolver weer in de lus onder zijn oksel, doch bleef nog een oogenblik be sluiteloos in de gang wachten. Als Edgar Asprey eenmaal de twee misdadigers hier zou ontmoeten, zou er een heftige discussie ontstaan; Asprey zou met recht beweren, dat hij het bloed geld gezonden had en de anderen zouden razen uit wantrouwen en hebzucht. ONAANGENAME ERVARINGEN... Tijdens de wegcontrole nabij het land goed van den heer Cuypers o ader Woensdrecht, heeft een rijksamb tenaar, die per auto passeerde een min der aangename ervaring opgedaan. Deze ambtenaar, zekere H., die gezeten was met nog eenige dames en kinderen in een personen-auto en deze zelf bestuur de, naderde het buitengoed van Cuypers- Aldaar stond een rijksambtenaar opge steld en ontrolde het welbekende dou anevlaggetje, wat hiier in deze grens streek gebruikt wordt. De heer H,, die dacht dat het een reclameman was met een vlaggetje voor het Zeebad de Duin- tjes, reed kalm verder. Een dertigtal meters verder werd toen door twee rijksambtenaren, welke daar verdekt stonden opgesteld, de welbekende spij kerplank over den weg geworpen. De automobilist, hier niet 't minst op ver dacht, reeds pardoes in de groote spij kers, met het gevolg dat een voorband aan stukken sprong en een achterband leeg liep- Er ontstond tusschen den hr. H. en de ambtenaren een heftige woor denwisseling, waarbij de heer H- wees op de onpractische wijze van waarschu wen. Hij deelde mee, zich tot hoogere instantie te zullen wenden. Een tweede auto naderde en heeft blijkbaar het kleine controlevlaggetje niet kunnen bemerken. De ambtenaren losten toen een aantal schoten op de auto, waarvan de bestuurder, blijkbaar niets gemerkt heeft. Gelukkig werd nie mand getroffen, BUITENMAN VAN 10.000 BE ROOFD. Maandagnacht is te Rot terdam een buitenman weer eens .de dupe geworden van een stelletje beroo- vers dat langen tijd niets meer van zich had laten hooren maar dat enkele jaren geleden de stad permanent onveilig maakte en om den haverklap bedragen van duizenden guldens uit de portefeuil Maar als Asprey weer met hen tot za ken kwam en zich voor de tweede maal liet aderlaten, hoe zou dan de positie van Louise Asprey zijn? Dan zou het huwelijk worden voltrokken, het ver mogen zou definitief aan Edgar komen en zes uren daarna zou hij het geheele fortuin er door gelapt hebben. Zoodra hij het recht verkregen had om cheques te teekenen, zou niets hem kunnen te rug houden. Daarom, of Robert Asprey er later al in zou slagen om gratie te verkrijgen, zijn vermogen zou geruïneerd zijn en zijn levenswerk vernietigd. Geraldi overdacht al deze mogelijk heden en kwam tenslotte tot de conclu sie, dat er nog een enkele schaduw van hoop was. HOOFDSTUK XXXVI. Geraldi ging terug naar het grijze paard in den kleinen geheimen stal; het w,as gevoed en uitgerust en at met goe de eetlust. Hij zadelde het haastig, sloop door de achtersteeg en bereikte spoedig het open veld- De opzichtige Mexicaan sche kleeding had hij uitgetrokken; die vermomming had nu geen doel meer hij was eenvoudig Geraldi en genoeg bekend om in gevaar te verkeeren, zoo lang hij in deze stad bleef. Toch kon hij niet weggaan, zonder een en ander te hebben in orde gebracht en God ge leidde hem ongezien uit Sankeytown. Toen liet hij het paard op zijn gelijk matige manier over de heuvels galop- peeren, wanneer de wég voldoende vlak les van argelooze boeren en buitenlui wist te kloppen. Dezen keer hebben zij hun operatie terrein in 'n pand aan den open Rijs tuin gevestigd meldt de Msb. Maandagavond hebben zij kans gezien een buitenman van een kapitaaltje van ongeveer tien duizend gulden te berooven. De politie van het bureau aan den Oppert heeft onmiddellijk een uitge breid onderzoek ingesteld en naar aan leiding daarvan de 35-jarige vrouw K, S. en den 45-jarigen J. B. A. bijgenaamd „Koos Kootebikker" aangehouden. Hoewel het geld, zooals gewoonlijk nog zoek is, is het tweetal in bewaring gesteld. BEROOVING. Een buitenman is! op bezoek geweest in een p.and aan de Tuindêrstraat te Rotterdam. Na zijn vertrek miste hij f 75. Aangifte bij de politie volgde, die de vrouwen, de 24-jarige W. H„ de 42-jarige E, W. en den 44-jarigen man J. J, B. heeft aange- ïouden. Het geld is niet teruggevonden. SCHIPPERSKNECHT VERDRON KEN. Gistermorgen is de negentien jarige schippersknecht Van B-, wonende te Rotterdam, van het motorjacht Apo'.lo, varende in den Vliet bij de Hoornbrug, te Rijswijk, overboord ge vallen en verdronken. De brugwachter reeft hem nog een boei toegeworpen, die rij niet meer heeft kunnen grijpen. Hij zonk onmrddellijk weg. Het lijk is later spoedig opgehaald. HAAGSCHE GEMOEDELIJKHEID. Het gebeurde dezer dagen op de Nieuwe P,arklaan te Den Haag. Een der trams van lijn 9 had juist de halte Wagenaarsweg verlaten om boor devol met passagiers in de richting Sche- veningen te rijden. Plotseling liet jJantje, of Pietje, of Keesje, of hoe het jongetje ook heeten mocht, uit den open bijwagen zijn schop yallen, waar hij op het strand de prach tigste forten en kanalen mee dacht te gaan bouwen. Hij! riep luide „mijn schop, mijn schop." Dje conducteur van den bijwagen zag en hoorde het nog niet, of hij floot al drie keer op zijn conduc- teursfluit, een waarschuwing, aan den bestuurder, dat er een ernstige reden bestond om oogenblikkelijk te stoppen. Het jongetje st,apte, nadat de tram met een ruk tot stilstand was gekomen, rustig uit en wandelde terug naar de plaats, waar hij zijn schop, die inmiddels door den afom tegenwoordigen fietsen den loopjongen opgeraapt was, terug te halen. Trotsch wandelde hij met zijn bezit, ditmaal stevig onder zijn arm, gekneld, weer naar den wachtenden tram terug en stapte weer in. De con ducteur floot het vertreksignaal en doodbedaard zette de tram zich weer in beweging. Voorwaar een voorbeeld van de Haagsche gemoedelijkheid, die men in andere groote steden tevergeefs zou zoeken! (N. R. C.) DOODELIJK VERKEERSONGEVAL- Een courantenbezorger, de 33-jarige J. wonende in de Paulus Potterstraat te Den Haag, die gistermiddag tijdens het bezorgen der couranten op het Paul Krugerple;in door een auto is aangere den, is in den afgeloopen nacht in het ziekenhuis aan de bekomen verwondin gen overleden. EEN BRANDKAST'WEGGESLEEPT. Gisteren is een zeer brutale .inbraak gepleegd in het dorp Krimpen a. d- Lek. Een brandkast is door de inbre kers uit een boerderij weggehaald, ter wijl de bewoners lagen te slapen. De inbraak is gepleegd in de boerde rij van den veehouder N. de Jong, ge legen aan de Noord te Krimpen a. d. Lek. De heer de J. was met drie zoons en een dochter thuis. Niemand heeft iets van de inbrekers gemerkt- Vanmorgen bemerkte men echter, dat de brandkast die in de voorkamer stond, verdwenen was. Deze brandkast, die een meter hoog en een meter breed is, is zeer zwaar. Er moeten dan ook zeker meer dan twee was; steile hellingen afdalende sprong hij uit het zadel en liep vooruit; klim men deed hij ook te voet. Het gewicht van een man vermoeit een paard bij dalen en klimmen en bij groote snel heid; bij gewoon rijden is het geen groote last. Hij spaarde het dier dus over den ge heelen weg over de bergen en leidde het snel bergaf, maar langs het meer spoorde hij het tot grooten spoed aan. Het was ,al namiddag; kort, heel kort was de tijd, die hem nog restte om zijn plan ten uitvoer te brengen en om vijf uur weder in Sankeytown te zijn, maar dat was zijn voornemen en, de minuten tellend bij het berekenen van zijn plan nen, klemde hij de tanden op elkaar. Hij reed regelrecht door het hart van de stad naar de woning van den gou verneur; de deur werd dadelijk geo pend, toen hij schelde. Hij gaf een kaartje af met den naam William Thomp son, Thompson Detective Agency er op gedrukt, en daaronder schreef bij vlug met potlood: „inzake de aanhouding van Geraldi". De bediende toonde geheel geen wan trouwen en liet hem in een klein zijka mertje bij de deur. Alles ging zoo vlot, dat hij ongerust werd, toen hem werd gezegd, dat de gouverneur hem wilde ontvangen. Hij volgde den bedien de dus naar de ruime bibliotheek en wachtte, tot de gouverneur hem ver zocht te gaan zitten. (Wordt vervolgd-)

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1935 | | pagina 3