SLANKE JIM
dan in de Zon
KRONIEK v*n <h 086.
ONDERWIJS,
ZEELAND.
TWEEDE BUD VAN DE PROVINCIALE ZEEÜWSCHE MIDDELBÜRGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN ZATERDAG 1# AUGUSTUS 1935. No. 187.
FINANCIEEL ECONOMISCH
WEEKOVERZICHT.
K1DMLBBM.
VLISSINGEN.
Het conflict in Oost-Afrika.
De volgende week beginnen de
besprekingen te Parijs. De
vooruitzichten weinig bemoedi
gend. Abessynië's mobilisa
tie door Italiaanschen bril be
keken.
In den loop van de volgende week zal
te Parijs de conferentie tusschen Itali-
aansche, Fransche en Engelsche verte
genwoordigers over het conflict in Oost-
Afrika beginnen. Ondanks tallooze on
heilspellende verschijnselen zooals de
deze week door Mussolini bevolen mo
bilisatie van een stuk of wat nieuwe di
visies hoopt men hier en daar nog
steeds, dat een oorlog kan worden voor
komen. De gedachte', welke aan die
hoop ten grondslag ligt, is, dat Engeland
tenslotte tot het uiterste zou willen gaan
om Mussolini den voet dwars te zetten,
aangezien de op het spel staande En
gelsche belangen een gewapend conflict
ten eenenmale niet kunnen gedoogen.
Men onderstelt, dat de Engelsche regee
ring, na de beraadslagingen te Parijs, o.a.
zal trachten zoo noodig 't Volkenbonds
apparaat volledig in werking te stellen.
Tot dusver heeft de Raad van den Vol
kenbond zich eigenlijk maar terloops met
de zaak bezig gehouden. Dat zou over
een kleine maand (op 4 Sept. komt de
Raad, zooals men weet, weer bijeen)
dan dus anders worden- Voorshands is
het alevel zeer de vraag, of Engeland
voor een dergelijke actie den noodigen
steun van de andere mogendheden zal
krijgen. Speciaal wat Frankrijk betreft,
kan men daar allerminst zeker van zijn.
Weliswaar hoort men de laatste dagen
verluiden, dat Parijs allengs ook de mee
ning, dat desnoods maar veel geriskeerd
moet worden, om een oorlog te voorko
men, is gaan deelen, doch daartegen
over staat het feit, dat Laval, de Fran
sche mini&ter-presideriti tot dusver in
geen enkel opzicht voor krasse maatre
gelen tegen Mussolini was te vinden; en
bovendien vernam men deze week
weer van een min of meer geheime con
ferentie tusschen Italiaansche en Fran
sche generaals, waarop een eventueele
samenwerking van de generale staven
beider landen zou zijn ontworpen voor
het geval er in Europa eens iets mocht
gebeuren, tijdens de periode, dat Italië
in Oost-Afrika aan het vechten zal zijn.
Dat „iets" heeft natuurlijk betrekking
op Oostenrijk. Het gevaar, dat de Oos-
tenrijksche nazi's zich opnieuw met
groote activiteit zouden gaan roeren,
wanneer de Italiaansche militaire macht
aan Abessynië de handen vol zou krij
gen, is lang niet denkbeeldig. Voor
Duitschhland werd de verleiding, om die
activiteit een beetje te steunen, idan
heel groot. De Fransche en Italiaan
sche generaals nu zouden bereids af
spraken hebben gemaakt ten aanzien
van de in dat geval te nemen maatrege
len. Indien zulks waar is, lijkt het ge
rucht, dat de Fransche regeering van
plan zou zijn krachtiger dan tot dusver
de Engelsche actie te steunen, wel heel
onwaarschijnlijk. Optimistisch ten aan
zien van deze mogelijkheid en daarmee
van de toenemende kans op e'en schaak
mat zetten van Mussolini, kunnen we
dan ook allerminst zijn. Het gevoel, dat
alleen nog maar een wonder (waaraan
men niet mag gelooven) een oorlog in
Oost-Afrika zal kunnen voorkomen,
wint bij ons meer en meer veld.
De Italiaansche per.s slooft zich de
laatste dagen weer uit op een indruk-
wekkene berichtgeving over de mobili
satie-maatregelen van Abessynië. Men
weet, dat de Italiaansche regeering deze
maatregelen telkenmale als het motie!
voor haar eigen militaire voorzienin
gen bezigt. Abessynië kan natuurlijk
met evenveel recht, doch dan omge
keerd, hetzelfde doen en doet dat trou
wens ook. Zoo blijft men dan in een
door GEORGE OWEN BAXTER.
44).
De stem klonk dun en ijl als ver gerin
kel in dominee Cornish' ooren; hij wend
de zich met moeite om.
„Zoo, zoo", zeide de goede man, „is
dat zoo, is dat zoo? En wat weet je dan,
m'n kleine meid?".
Zij trad nader en de dominee kwam
met schrik tot de ontdekking, dat eenige
dozijnen jaren de werkelijke Louise
scheidden van zijn herinnering aan haar;
zij was een vrouw, geen kind.
„Louise zeide Edgar Asprey, trillen
de van woede, „als jeHij hield
op, hij stikte bijna.
„O, wat doet ze nu? Wat gaat ze nu
doen?" kermde mevrouw Asprey.
„Er is een reden, waarom dit huwelijk
niet kan plaats vinden", zeide Louise
weer-
„Een reden? Wat voor reden?" vroeg
dominee Cornish haar, van dichtbij aan
ziende.
„Mijn vader leeft nog", zeide zij.
Mevrouw Asprey gaf een gil, niet
luid, maar hij scheen haar uit het hart
te wellen. „Ik wist wel, dat er iets niet
in orde was", riep zij uit.
„Het is een leugen, het is een leugen!"
zeide Edgar Asprey, „Louise, de hemel
vergeve je om zooiets te zeggen".
„Dat is erg verwarrend", zeide domi
kringetje ronddraaien, hetgeen met
dit soort van dingen altijd het ge
val pleegt te zijn.
Volgens de Italiaansche bladen i$
Abessynië thans zooals, dat heet -
in koortsachtig tempo bezig zijn gren
zen te versterken; echter toch zoo on
opvallend mogelijk door 't met 'n reeks
v,an kleine troepen-contingenten te doen.
Groote karavanen met wapens zouden
in alle richtingen het land doortrekken,
om de troepen van het noodige te voor
zien. De cijfers, die de Italiaansche bla
den in dit verband bevatten, loopen ob
jectieve ramingen een heel eind voorbij.
Concludeerend zegt de Italiaansche
pers, dat zich op 't oogenblik in Abes
synië 110,000 gewapende manschappen
aan de grenzen bevinden, waarvan
83,000 aan de grens van Erithrea en
30,000 aan de grens van Italiaansch So«
maliland. Bovendien zou er nog een
geheim mobilisatüebevel van den Ne
gus zijn, volgens hetwelk uiterlijk 12
September a.s. alle valide mannen ge
wapend moeten vertrekken naar de
posten, die hun door hun stamhoofden
worden aangewezen, terwijl de bevel
hebbers 3 dagen voor 12 September de
laatste instructies zouden ontvangen.
de oplosbare KUNSTMEST
Pnifflll voor kamerplanten, 40 ct. p. fl,
I Uil Uil m verzorgingsaanwijzing
bij de Bloem- en Zaad winkels
(Ingez. Med
Teleurstellend koersverloop
van den gulden. Onbevre
digende ontwikkeling van de
Nederlandsche kunstzijde-in
dustrie. Mislukking der
internationale Suikerrestric
tie.
Het is aan het koersverloop van den
gulden duidelijk merkbaar, dat de poli
tieke atmosfeer hier te lande nog niet
volkomen is opgeklaard. Het in de vo
rige week ingetreden herstel heeft geen
verderen voortgang gemaakt; integen
deel zijn de buitenlandsche wisselkoer
sen ten opzichte van den gulden weder
aangetrokken, terwijl tegelijkertijd ook
weer vraag is te constateeren naar Pon
den en Dollars op termijn. Het agio, dat"
voor teremijn-deviezen genoteerd wordt
en dat voor drie-maands Ponden bijv.
weer tot 15 a 22 cent gestegen is, geeft
intusschen wel een ietwat overdreven
beeld van den werkelijken toestand op
de deviezen-termijnmarkt. Nog altijd
geldt de overeenkomst een zg. „gent
lemen-agreement", tusschen de Ne
derlandsche Bank en de groote banken
hier te lande, op grond waarvan deze
laatste alleen zuiver commercieeie ter
mijntransacties doen en geen cre-
diet beschikbaar stellen voor 't afslui
ten van speculatieve deviezen-termijn
zaken. Dientengevolge wordt het voor
hen, dieTIeviezen op termijn willen koo-
pen, hoe langer hoe moeilijker een te
genpartij te vinden. Meer dan aan den
omvang van de vraag is dan ook aan de
beperktheid van het aanbod de stijging
van het agio voor Ponden en Dollars
toe te schrijven. Dit neemt niet weg dat
de ontwikkeling van de deviezenmarkt
na de verwachtingen, welke bij den te
rugkeer van het Ministerie-Colijn te dien
aanzien werden gekoesterd, eenigszins
teleurstelt.
Terwiji er op de Amerikaansche af-
deeling der Amsterdamsche beurs nog al
wat omging, is de handel in de locale af-
deelingen binnen beperkte grenzen ge
bleven, en ook de koersfluctuaties wa
ren niet van grooten omvang. Voor aan-
deelen Koninklijke en Philips' bedroeg
nee Cornish. „Robert....".
„Is al vijf jaar dood", viel Edgar hem
in de rede.
„Hij leeft op dit oogenblik en u
weet dat heel goed", antwoordde Louise.
„Ik heb een brief van hem in mijn hand!"
Iedereen in de kamer ging een stap
achteruit, zelfs neef Edgar kromp ineen
en greep de leuning van een stoel vast.
„Ik geloof het niet", bracht hij met
moeite uit.
„Het is waar! Het is waar!" riep me
vrouw Asprey uit. „O, Edgar, hoe
vreeselijk, hoe vreeselijk, vreeselijk!
Waarom wilde je dan met mij trouwen?
Wat moet ik doen, wat zullen de men-
schen zeggen, wat zal Robert...."
Geheel overstuur zou zij gevallen zijn,
als neef Edgar haar niet had opgevan
gen en, in een stoel gezet. Hij legde zijn
hand op haar voorhoofd.
„Wees nu kalm en rustig", zeide hij.
„Ik zal je laten zien, dat dit een kwaad
aardige intrige is. Louise, ik wil dien
zien!"
Hij scheen mevrouw Asprey te heb
ben gehypnotiseerd; zij zat rechtop,
bleek en stil, wezenloos voor zich uit te
staren.
„Ik zal u dien brief nooit in handen
geven", zeide Louise.
„Geef hem dan aan dominee Cornish".
„Goed. Kunt u het zien, dominee?
Wilt u hem hardop voorlezen?"
De dominee nam den brief en las dien
luid voor; daarop wendde hij zich om en
keek Edgar Asprey aan, maar deze was
de koerswinst per saldo niet meer dan
een vijftal percenten. Voor Koninklijke
deed zich de gunstige invloed gevoelen
van nieuwe Amerikaansche plannen tot
het instellen van een algemeene con
trole op de petroleumnijveheid, nu de
codes onwettig zijn verklaard. Er zal een
federale raad worden ingesteld, die toe
zicht op de petroleumproductie zal hou
den, doch die geen dwingende voor
schriften zal kunnen opleggen- De af
zonderlijke staten zullen onderling ver
dragen moeten sluiten met betrekking
tot de reguleering der petroleumproduc
tie, waarbij de raad dan een bemidde
lenden rol zal spelen. Af te wachten
blijft, of aldus betere resultaten zullen
worden bereikt dan bij de tot dusverre
van regeeringswege getroffen, maat
regelen.
Aandeelen Unilever trokken een paar
percent in koers aan, doch kunstzijde-
aandeelen lagen gedrukt in de markt.
Hiervoor deed zich nog de nawerking
gevoelen van de onbevredigende ex
portcijfers voor kunstzijde-garens in Ju
ni, die zoowel wat hoeveelheid als wat
waarde betreft een scherpen teruggang
te zien hebben gegeven. Voor het eerste
halfjaar heeft de uitvoer v,an kunstzijde
garens uit ons land 3689 ton bedragen
ter waarde van 6.96 millioen, tegen
4225 ton ad 8.71 millioen in de over
eenkomstige periode van het vorige
jaar. De gemiddelde prijs per kg uitge
voerde garens bedroeg in Juni nog
slechts f 1,81 tegen f 2 in de laatste maan
den van 1934. De totale productie van
kunstzijde in ons land wordt voor het
eerste halfjajar geraamd op 4.5 millioen
kg, tegen 5.7 millioen kg in dezelfde pe
riode van 1934. Deze ontwikkeling is
des te teleurstellender, omdat de pro
ductie van vrijwel alle andere kunst-
zijde-produceerene landen in vergelij
king met het vorige jaar aanzienlijk is
toegenomen. De totale wereldproductie
is dan ook van 168.9 millioen kg in de
eerste helft van 1934 tot 211.1 millioen
kg in het eerste halfjaar 1935 gestegen.
Japan kon zijn kuntzijde-productie bijna
verdubbelen (van 22.7 tot 42.2 millioen
kg), maar ook de Ver. Staten geven een
belangrijke stijging te zien (van 44.1 tot
59.4 millioen kg. Onze kunstzijde-indu
strie blijft bij dezen vooruitgang dus wel
sterk achter.
Van cultuurwaarden onderscheidden
tabaksaandeelen zich door een aan
merkelijke koersverbetering, ofschoon
tot de a.s. herfst-inschrijvingen zich
hiervoor weinig nieuwe gezichtspunten
kunnen openen- Suikeraandeelen wer
den slechts weinig beinvloed door het
bericht, dat de te Brussel gehouden ver
gadering van den Internationalen Sui-
kerraad tot dè conclusie is gekomen, dat
het onmogelijk is, de in 1931 aangegane
internationale overeenkomst, het z-g.
„Chadbourne-plan", in zijn tegenwoor-
digen vorm te verlengen of te vernieu
wen. Wel werd besloten, om de Engel
sche regeering in overweging te geven,
zoo spoedig mogelijk een wereld-suiker
conferentie bijeen te roepen, waartoe
dan alle landen, die belang hebben bij 't
suikervraagstuk, zouden moeten worden
uitgenoodigd. Het is echter nauwelijks
te verwachten, dat hiermede eenige re-
su taat kan worden verkregen, nu de
suikerproducenten zelf de mislukking
van het internationale pla%, waarvan
aanvankelijk zulke groote verwachtin
gen warf?n gekoesterd, hebben moeten
erkennen. Evenals bij vorige niet ge
slaagde restrictieplannen voor andere
artikelen is ook ditmaal de mislukking
voornamelijk te wijten aan het feit, dat
er altijd productie-landen van het des
betreffende artikel buiten de restrictie
overeenkomst blijven, die dan profitee-
ren van de beperking en de opofferin
gen, welke de restrictie-landen zich op
leggen. In dit opzicht heeft het rubber
restrictie-plan wel eenigen voorsprong;
doordien de „outsiders" in de-rubbereul-
weer geheel zichzelf. Zonder bitterheid,
maar op droevigen toon, zeide hij tot
Louise: „Slechtheid veroorzaakt leed en
vandaag ben je heel erg slecht en kwaad-
w.'lig geweest; wij zullen later de ge
legenheid wel hebben om de motieven
van deze handeling na te gaan. Nu zul
len wij dit brutale meisje eens een lesje
geven".
Hij wendde zich tot mevrouw Asprey-
„In die schrijftafel zijn eenige brieven
van Robert, geloof ik".
„Ja", zeide zij zachtjes.
„Nu zult u het zien", zeide neef Ed
gar tot den dominee. Hij ging naar het
schrijfbureau en opende een lade, waar
uit hij een bundel brieven nam.
„Mag ik er een openen?"
„Ja, Edgar", zeide mevrouw Asprey
op denzelfden levenloozen, hopeloozen
toon.
Hij nam er een uit de envelop en legde
hem op tafel.
„Nu, dominee Cornish, wilt u de bei
de handschriften eens naast elkander
leggen?"
Louise zag opeens, waarom het ging
en rdde van vrees. Vijf jaren geleden
had haar vader een omvangrijke cor
respondentie gevoerd en veel geschre
ven; nu had hij in de wildernis geleefd
en zijn handen waren stijf geworden van
het werken. Misschien had hij in al dien
tijd geen duizend woorden geschreven.
Geen wonder, dat de hand veranderd
was, zoodat alleen een groot expert de
gelijkenis zou kunnen aantoonen.
tuur slechts een zeer ondergeschikte
plaats innemen.
In verband met het teleurstellende
koersverloop van den gulden moesten
beleggingswaarden weder een deel van
de tevoren behaalde koerswinst prijsge
ven. Zoowel voor Nederlandsche als
voor Ned. Indische staatsfondsen was de
stemming gedrukt en ook gemeente-
leeningen liepen in koers terug. In pand
brieven staat de handel vrijwel geheel
stil. Er was tijdelijk iets meer vraag
naar de obligatiën der Hollandsche en
Staatsspoor, maar later trad ook hier een
nieuwe reactie in. De Belgische guldens-
leening kon zich op het reeds sterk ver
laagde koerspeil handhaven- De conver
sieplannen schijnen thans op den ach
tergrond te zijn geraakt.
Hieronder volgt een overzicht van 't
koersverloop:
4 pet. Nederland 97%95%.
4 pet. Ned. Indië 94%92.
4 pet. Amsterdam 91%9291.
4 pet. .'s-Gravenhage 9795.
4% pet. Rotterdam 9390.
Kon Petr. 190%—195—194%.
Philips 257%—264%.
Unilever 103—106%—105%.
Ned. Scheepv. Unie 35%3736%.
H.V. „Amsterdam" 176%175
177%—176%.
Deli Batavia M'ij. 138143140.
Senembah 154%—162—158.
Amsterdam-Rubber 109%108%.
Voor het examen Hoog Duitsche
Taal L. O. is te 's-Gravenhage geslaagd
mej. M. Luwema te Heinkenszand.
Te Den Haag is geslaagd voor het
examen boekhouden m.o. (K XII en Q).
W. Snoep te S c h o r e.
Het handschrift van een quasi-profeet.
Als een merkwaardig staaltje van de
geestesgesteldheid van sommige lieden
publiceerden wij dezer dagen een brief,
dien een inwoner van Middelburg zich
geroepen, gevoelde zijnen medemenschen
op hun dak te sturen; een brief, waar
in hij mee ten slechts kwalijk onder
schijnbare nederigheid verborgen zelf
verheffing, en op niet van eigengereid
heid vrij te pleiten wijze, meende niet
alleen zijn particuliere godsdienstige in
zichten ten beste te moeten geven, doch
ook in vooi-gewende ootmoedigheid zich
met het zieleleven zijner medemenschen
ie moeten bezig houden.
Naar aanleiding van die publicatie
werden ook wij met een langademig epis
tel vereerd; daarin kwam reeds iets dui
delijker des schrijvers lust, den geroe
pene, den profeet uit te hangen, naar
voren. Wij hebben dezen natuurlijk
ook anoniemen brief eens opgezonden
naar onzen grafoloog, een ervaren en
bezadigd vakman op het gebied der
schrift-psychologie of characterologie.
Diens analyse van dit handschrift is
te merkwaardig, om haar onzen lezers
en den anonymus zelve te onthou
den. Onze lezers, en met name zij, die
In doozen van 2Oct.af
(Ingez. Med.)
Mevrouw Asprey ging werktuigelijk
naar de tafel en staarde naar de twee
brieven. „Een buitengewoon verschil",
mompelde dominee Cornish,
„Dominee Cornish", zeide neef Edgar
toen, de zaak is uiterst simpel. U bent
te goed om zelfs de waarheid te vermoe
den, maar het is een feit, dat Louise mij
altijd heeft tegengewerkt; zij heeft mij
steeds gehaat. Hemel, dominee, het is
heel duidelijk, dat zij deze onhandige
vervalsching heeft gemaakt met het doel
om mij te ruïneeren en het huwelijk te
beletten. De hemel zij dank, dat het
mislukt is!"
Hij wendde zich om: „Olivetta, ik
weet, dat jouw vertrouwen niet geschokt
is; laat ons dadelijk met de ceremonie
voortgaan en
Mevrouw Asprey, die heel bleek was
geworden, werd nu vuurrood en zeide
op gedempten toon: „Ik ben wat duize
lig, Edgar, ikik.
„Natuurlijk, steun maar op mij, je zult
spoedig weer in orde zijn. Die vreese-
lijke Louise.
„Louise", herhaalde de moeder zwak,
„ik wil Louise hebben. Louise, waar ben
je?"
Haar dochter was dadelijk aan haar
zijde om haar met sterke, jonge armen
te ondersteunen.
„Louise, lieveling, ik geloof, dat ik
maar naar bed ga; wil je me helpen?"
door den briefschrijver verontrust wer
den, zullen er wel eenig plezier om
hebben; den profeet zelf wenschen wij
toe, dat hij uit dit objectieve en scher
pe oordeel de juiste conclusie trekke.
Ziehier wat onze schriftkundige ons
ter z,ake meldt: I
„Het is een typisch staaltje schrift van
den kleingeloovige, van 'n
man met uitgesproken bekrom
pen en burgerlijke opvat
tingen, van iemand die meer in het ver
leden dan in de toekomst leeft.
Dat de'ze m,an, zooals hij zelf ook zegt,
inderdaad menschenliefde bezit, valt in
zijn schrift aan te toonen; dat deze hem
echter nooit tot groote daden en zelf
opoffering zal voeren, ook daarop wij
zen verschillende schriftkenmerken.
Hij treedt gaarne beschermend op en
heeft neigingen om in een kleinen kring
te h e e r s c h ei n.
Voorts is de schrijver iemand die, niet
tegenstaande hij in de geestelijke waar
den belang stelt, de materieele zeker
niet zal verwaarloozen of veronachtza
men.
Bij al zijn „bescheidenheid" en „een
voud" is hij er wel degelijk van over
tuigd, dat hij er zijn mag!
Daardoor worden echter de hem ge
schonken gaven wel ietwat overschat!"
RAAD VAN VLISSINGEN.
In de Vrijdagmiddag gehouden verga
dering van den Gemeenteraad waren de
heeren Laernoes en Marijs afwezig.
Overgelegd werd o.a. de gemeentere
kening over 1934, welke sluit voor den
gewonen dienst in ontvang op f 1.744.990
in uitgaaf op f 1.720.889, alzoo met een
batig saldo van f 24.101 en voor den ka-
pitaaldienst in ontvang op 192.216, in
uitgaaf 323.219, alzoo met een nadee-
lig slot van 131.002.
Tot directeur der avondschool voor
N.O. benoemde de Raad den heer G.
Wagenvoorde te Middelburg met 12
stemmen, tegen 4 op den heer J. J. So-
hier te Amsterdam. Tot leeraar aan de
zelfde school werd benoemd de heer W.
J. Bruinooge.
Nadat op opmerkingen van den heer
PAAP, zoowel de voorzitter als de heer
DE MEIJ verzekerd hadden, dat alles
gedaan is om te bevorderen, dat de gas
fabriek tot in lengte van dagen te Vlis-
singen gevestigd zal blijven, is het voor
stel om een deel van de Wijnbergsche
Kade aan het openbaar verkeer te ont
trekken en dit te verkoopen aan de N.V.
„Zegam", z. h. st. aangenomen.
Ditzelfde geschiedde met de voorstel
len inzake de jaarwedde van den Com
missaris van politie, tot wijziging van de
verordening op de heffing van vergun
ningsrecht; tot wijziging van de begroo
ting 1935; tot beschikking op verzoek
schriften inzake de straatbelasting; tot
vaststelling van het 2e suppl. kohier
schoolgeld handelsavondschool, en tot
verkoop van 4 perceelen grond, allen
reeds eerder gemeld.
Bij de rondvraag heeft de heer AN
KER enkele inlichtingen gevraagd over
de bebouwing van den Singel, waar reeds
veel bedorven is.
De VOORZITTER zeide, dat het in de
praktijk vaak zeer moeilijk is voor
schriften te geven.
De heer PAAP wees op de honderden
ratten bij de vuilnisbelt aan den Nieu
wen Vlissingschen weg. Hij zag daarin
een groot gevaar en drong aan op ver
delging der dieren.
De heer DE MEIJ zeide, dat zulks niet
gemakkelijk gaat, doch dat alles gedaan
zal worden om deze rattenplaag tegen
te gaan. Voor de zwemplaats in het ka
naal is geen gevaar, deze ratten kunnen
niet in zout water leven.
Tenslotte gaf de VOORZITTER een
overzicht over de afgeloopen vierjarige
periode en uitte een bijzonder woord
van dank aan mej. Meijer, die niet in
den Raad terugkeert.
HOOFDSTUK XXXIII.
Geraldi reed door tot hij goed en wel
uit het gezicht van Robert Asprey was,
zwenkte toen links af, maakte een groo
ten boog door een bergpas en sloeg, na
de heuvels weer te hebben beklommen,
den weg in naar de stad. Weer lag deze
voor hem uitgespreid en de lange, zwak
ke lichtbundels gleden over de opper
vlakte van het meer. Hij leidde zijn
paard snel dalwaarts, over den boule
vard en naar de eerste straat, die naar
het hart van de stad leidde.
Een boerenkar kwam voorbij; hij riep
den voerman aan en vroeg: „Weet je,
waar kolonel Green woonF?", waarop de
,ander antwoordde: ,,Ik ken Lachende
Joe beter dan mezelf. Keer naar den
boulevard terug, het is het tweede huis
links".
Het huis van kolonel Green was aan
alle zijden omgeven door groote onbe
bouwde velden; aan den voorkant liep
het land stijl naar het meer ,af en voor
honderden meters aan beide zijden was
het land zijn eigendom. Op een goeden
dag, zoo verzekerde hij zichzelf, zou hij;
dat land voor een half millioen verkoo
pen tenzij hij daar zijn laatste jaren
zou willen doorbrengen.
Inmiddels hoopte hij deze wijk te ver
anderen in een soort p.ark, hetgeen het
bouwen van huizen in den omtrek zou
bevorderen. Drie of vier jaar geleden
had hij daar boomen geplant en nu wa
ren zij gegroeid tot een groot, laag
bosch.
fWordt vervolgd