siANKi rm
KRONIEK van den DAG.
BINNENLAND.
De algemeene vergadering der Z.L.M.
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEÜWSCHE MIDDELBÜRGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE COURANT) VAN DONDERDAG 11 JULI 1935. No. 161.
Waarom de Belgische frank
viel, De kathohlieke Boe
renbond een der ergste paniek
zaaiers. Krant omgekocht
voor 2)4 millioen franks.
De parlementaire commissie die tot
opdracht heeft, onder voorzitterschap
van den gewezen katholieken eerste-
minister Jasper, een onderzoek in te
stellen naar de manoeuvres, die tot de
devaluatie van den Belgischen frank
hebben geleid, staat in het brandpunt
van de belangstelling. Haar onderzoek
gaat gepaard met een rechterlijk onder
zoek, zooals men weet. Dit laatste heeft
voorloopig nog tot geen resultaten ge
leid. Zoolang het eerste niet zal ge
sloten zijn, zal ook in het tweede wel
geen besluit worden genomen. Het ziet
er practisch nog niet naar uit dat de
parlementaire commissie dossiers met
processen-verbaal van haar onderzoek
aan het gerecht zal overmaken, om er
eventueel het noodige gevolg aan te
geven, doch het Belgisch gerecht heeft
reeds herhaaldelijk het bewijs geleverd
dat het desnoods onafhankelijk weet op
te treden en het is niet uitgesloten dat
de toekomst op dit gebied verrassingen
inhoudt.
Voorloopig zijn de verslagen over de
beraadslagingen van de commissie zeer
boeiende lectuur. Haar zittingen zijn
niet openbaar, doch de communist
Jacquemotte mag als parlementslid aan
wezig zijn en hij is nu de onrechtstreek-
sche medewerker geworden van de
Belgische bladen. Hij maakt n.l. een ste
nografisch verslag van de zittingen en
na afloop leest hij zijn tekst voor aan
journalisten. Tot dusver is dit vetslag
zeer betrouwbaar gebleken. Het is wel
een eigenaardig geval, want wanneer
Jacquemotte in de Kamer een revolu
tionaire rede houdt, krijgt hij slechts
enkele regels verslag in de pers
Oud-minister Jasper, die als leider
van de rechterzijde een belangrijke rol
speelt in de politiek, wordt nu be
schouwd als het „enfant terrible" van
de katholieke partij, omdat het onder
zijn voorzitterschap is dat de onthul
lingen worden gedaan in de commissie,
waaruit blijken moet dat vooral onder
zijn partijgenooten degenen moeten wor
den gezocht, die door geheime midde
len, door de bekostiging van felle pers
campagnes, de uitgave van kostbare
brochures enz. den geest van onrust,
de vrees voor de stabiliteit van den
frank, kortom de bestendige paniek
stemming tijdens de regeering-Theunis,
hebben doen on,tstaan en bestendigd.
De socialisten hebben ook hun verant
woordelijkheid. We hebben het reeds
eerder geschreven, want het is een feit
dat zij door hun campagnes en door hun
propaganda voor het plan van den ar
beid, dat op devaluatie was gebaseerd,
den indruk hebben gevestigd in strijd
met de waarheid, dat de deflatie een
verarming was van de kleinen, ten bate
van de grooten, kortom een plundering
door de machthebbers. Doch zij moeten
nu wel heimelijk veel plezier hebben.
Zij hebben immers steeds beweerd dat,
toen op hen een beroep werd gedaan,
de devaluatie een voldongen feit was,
dat zij slechts een bestaanden toestand
hebben overgenomen en tot devaluatie
zijn gedwongen geworden. Zij hebben
natuurlijk mee dezen toestand helpen
scheppen, maar thans zijn zij gemach
tigd te beweren, dat de grootste ver
antwoordelijkheid^ of ten minste een
even groote, bij sommige katholieken
ligt, dat de devaluatie in de eerste
plaats 't werk is van de menschen van
den katholieken Boerenbond, wier be
langen hierdoor werden gediend.
Dit is n.l. gebleken uit nogal sensa-
tioneele verklkri/igen vah baron Fir-
min van den Bossche, die redacteur is
geweest van ,,Le Vingtième Siècle"
door GEORGE OWEN BAXTER.
18).
De ruk trok zijn arm bijna uit -het lid,
m^ar uv? val was £ebroken, en in een
w r Was d°or bet raampje van
w f L» naa.' binnen geklommen. Daar
ee ij eemgen tijd en masseerde zijn
schouder tot de verrekte pezen weer
wat normaler voelden; toen waschte hij
zijn gelaat en handen en borstelde de
laag stof van zijn kleeren, Want hij be
gon er nu als een landlooper uit te zien.
Maar ofschoon het stof kon worden af
geborsteld, de vetvlekken kon hij n'iet
verwijderen.
Hij kon daar echter niet eeuwig blij
ven; hij moest Renney's bewegingen
volgen; dit actieve genie kon het wel
eens als vaststaand aannemen, dat de
val van Geraldi veroorzaakt was door
het treffen van zijn schot. En als hij over
den rand van den trein gekeken had en
Geraldi niet langs de rails had zien lig
gen, dan zou hij dat toch nog kunnen
aannemen, want langs jde baan lagen
groote keien en iemand, die uit den
trein viel, zou daartusschen komen te
liggen- Er waren dus groote mogelijk-
leden, dat Renney voldaan was terug
gekeerd naar den rookwagen, om daar
op zijn gemak den rit te beëindigen. Of.
a[s hij niet zeker was, zou hij vlug den
voor de binnenlandsche politiek, maar
die samen met een paar andere lei
dende redacteuren ontslag nam wegens
de dubbelzinnige houding van het blad
inzake de muntquestie. Hij vertelde
dat op het oogenblik, dat de heer
Francqui, gouverneur van de Soc. Gé
nérale en thans minister zonder porte
feuille, zicht egen de devaluatie ver
klaarde, in de „Vingtième Siècle" op
bevel van senator Philips, een der fi-
nancieele machthebbers, een campagne
loskwam tegen de regeering, door ar
tikels die verschenen en artikels „die
niet verschenen". De heer van den Bos
sche had een artikel geschreven tegen
de devaluatie, doch het artikel ver
scheen niet. Senator Philips zei hem op
zijn protest dat zijn pensioen als oud
Egyptisch magistraat in ponden werd
betaald en dat hij bijgevolg voordeel
had van de devaluatie!.... Het belang
rijkste is echter dat het blad van de
„Algemeene Bankvereeniging" de
bank van den Boerenbond 2 J4 mil
lioen frank als subsidie heeft uitbetaald
gekregen en dat het laatste millioen
werd gestort den dag dat de campagne
loskwam tegen de regeering.
In zijn boek „Waarom de frank ge
vallen is" schrijft de oud-minister van
financiën, Gutt, die deel uitmaakte van
het ministerie-Theunis, eveneens dat
vooral uit Leuven daar is de zetel
gevestigd van den Boerenbond aller
lei geschriften werden verspreid voor
devaluatie.
Men zal begrijpen dat dit alles bij
zonderheden zijn die doen nadenken.
Zij toonen aan dat de voorstelling van
zaken, volgens dewelke het gebrek aan
vertrouwen in de deflatiepolitiek van
de regeering-Theunis zijn oorzaak vond
in het feit, dat deze politiek een mis
lukking zou zijn geweest, valsch is. On
getwijfeld was deze politiek er voorals
nog niet in geslaagd de economische
welvaart van het land te verzekeren en
de bevroren gelden van de banken naar
hun kassen te doen terugvloeien. Doch
de regeering kon niet slagen, wegens
de actie van de paniekzaaiers, die zij
aan eigen boezem koesterde.
In perskringen heeft de onthulling
van de betaling van 2% millioen aan
de „Vingtième Siècle" 'n diepen in
druk gemaakt. Er bestaat sedert gerui-
men tijd een Belgische „persquaestie",
wegens de omstandigheid dat enkele
groote bladen een trust hebben ge
vormd, die in dienst staat van de wa
penfabrikanten. Het geval met de
„Vingtième Siècle" is een bedenkelijk
verschijnsel en meer en meer wordt de
eisch gesteld dat maatregelen worden
getroffen om een onafhankelijke pers
aan het land te verzekeren, of ten min
ste om de bladen de verplichting op te
leggen bekend te maken wie de eige
naars ervan zijn, en welke belangen zij
dus dienen, de openbare of particuliere,
zooals dit met de „Vingtième Siècle"
het geval is geweest.
STEUN VOOR DE INDISCHE
KOFFIE-CULTUUR GEVRAAGD.
Het Tweede Kamerlid Van Kempen
(lib.) heeft aan den minister van ko
loniën o.a. de volgende vragen gesteld:
Is het den minister bekend:
dat de Koffie-cultuur in Neder-
landsch-Indië reeds geruimen tijd in een
nood-toestand verkeert;
dat de verkoop-prijs te Soerabaia
thans voor de eerste kwaliteit onder-
nemings-Robusta ingezakt is tot f 11
per picol, tegen verleden jaar f 17, ter
wijl die prijs zich voor den oorlog, van
1910 tot '14, tusschen f 32 en f 48 heeft
bewogen;
dat de prijs van inferieure koffies,
grootendeels product der bevolking, die
geheelen trein inspecteeren en zulk een
onderzoek zou nu wel volbracht zijn.
Geraldi verliet dus kalm de W.C. en
liep terug naar den achtersten wagen;
een booze conducteur werd gekalmeerd
met een biljet van vijf dollars, dat hem
in de hand werd gedrukt en Geraldi
ging op de laatste bank zitten en keek
naar do bergen, die rood en zwart werden
gekleurd, doordat de avondzon de wes
telijke hellingen verlichtte en den oost
kant in diepe schaduwen liet; hij keek
naar hun grootschheid en zat op zijn ge
mak te luisteren naar het geratel van de
wielen.
Bij zulk een snelheid kon de beruchte
Renney zelfs niet afstappen.
De weg leidde door een pas met hooge
rotsen aan beide zijden; deze weken
plotseling in de schemering uit elkander
en de locomotief floot voor een halte. De
trein stond stil in een verspreid liggend
bergstadje en Geraldi bukte zich in zijn
zitplaats en lette goed op de groep uit-,
steigende reizigers- De laatste was Ren
ney, die achteloos naar den hoek van 't
perron slenterde en de groep, die uit
den trein stapte, opnam als iemand, die
geen werkelijke achterdocht koestert en
daarom slechts met een half oog oplet-
Een woeste trilling van voldoening
liep door Geraldi's lichaam; zelfs Ren
ney zou niet half zoo gevaarlijk zijn, nu
die groote zelfvoldoening over hem ge
komen was. Toen, zich laag bukkend,
liep Geraldi vlug door den trein naar
de helft van den geheelen Neder-
landsch-Indischen koffieoogst produ
ceert niet meer dan f 6 per picol be
draagt;
dat de kostprijs van ondernemings-
koffie, naar gelang ligging en omstan
digheden der onderneming ongeveer
tusschen f 15 tot f 25 per picol ligt;
dat die kostprijs niet meer te vermin
deren is, aangezien hij grootendeels be
staat uit koelieloonen, die niet meer te
verlagen zijn;
dat, in verband met de verliesgeven
de prijzen reeds tal van ondernemingen,
speciaal op Sumatra, tot sluiting moes
ten overgaan en nog vele, ook op Java
sluiting of verkoop overwegen;
dat, in verband met deze catastrofe
zoowel Enropeesche werknemers, als
ook duizenden ondernemingskoelies
en kleine Inlandsche planters zonder in
komsten zullen geraken;
Acht de minister het niet mogelijk,
zulks mede in verband met de omstan
digheid, dat de détailprijzen van koffie
in Nederland reeds twee jaar geleden
op een zéér laag niveau zijn aangeland
en de groothandelsprijs sedert dien tijd
nog tot de helft is teruggeloopen, zeer
spoedig maatregelen tot steun der kof
fiecultuur te nemen en daarbij onder
meer een belangrijk grootere consump
tie van de Indische koffie in Neder
land te bevorderen?
BEZWAREN TEGEN 'T WETSONT
WERP INZAKE VASTE LASTEN.
Onder voorzitterschap van mr. J. A.
de Meijer uit Den Haag heeft de Ne-
derlandsche bond van huis- en grond
eigenaren en bouwondernemers gister
in den Burght te Leiden zijn jaarlijksch
congres gehouden.
De vergadering nam een motie aan,
waarin zij het betreurt dat de regee
ring voor de indiening van het ontwerp
tot verlaging van vaste lasten niet het
bondsbestuur heeft gehoord, als zijn
oordeel te kennen geeft, dat het aan
geboden wetsontwerp de huiseigenaren
voor grootere moeilijkheden zal plaat
sen als waarmede zij tot dusver hadden
te kampen en moet leiden tot huurces-
sie, opzegging van hypotheken en exe
cuties op groote schaal;
en het bestuur opdraagt zich onver
wijld tot de regeering en volksvertegen
woordiging te wenden ten einde te ver
krijgen, dat aan de onteigeningsproce
dure van eigenaren een eind kan wor
den gemaakt.
DE MISLUKTE AFZET VAN VEE
IN SOVJET-RUSLAND.
Het Tweede Kamerlid Weitkamp
heeft aan den minister van oeconomi-
sche zaken de volgende vragen gesteld:
1) Is het den minister bekend, dat
de publicatie van den Bond van Melk
veehouders in zake den verkoop van
vee naar Rusland, uit welke publicatie
kan worden afgeleid, dat aan dien ver
koop door de Rundveecentrale niet ge
noegzaam medewerking is verleend, in
landbouwkringen groote beroering beeft
gewekt?
2) Zoo ja, is de minister dan bereid
aangaande deze zaak zoo spoedig mo
gelijk volledige inlichtingen te verschaf
fen?
Ter aanvulling van het verslag van de
te Axel in de z,ual het „Centrum" ge
houden algemeene vergadering der Z.
L. M.,' zij thans gemeld, dat de voor
zitter, mr. P. Dieleman, in zijn
welkomstwoord zich in het bijzonder
richtte tot dr. Wintermans, uit wiens
aanwezigheid blijkt, dat het ministerie
ook in deze tijden belang stelt in alles
wat onder de landbouwers leeft; tot
het dag. bestuur der. gemeente Axel,
tot den heer J. Smid, den inleider van
dezen dag, de leden van Ged. Staten
de heeren Van Rompu, Van Bommel
van Vloten en Van der Wart, de ver
tegenwoordigers van andere landbouw-
vereenigingen, in de eerste plaats dien
van de Noord-Br,abantsche Landbouw-
maatschappij; den secretaris van het K.
N. L. C., den Commandant der Kon.
Maréchaussée; de vertegenwoordigers
van de Kamer van Koophandel en dien
wan de fabriek l'Azote te Sluiskil; de
adviseurs der Z.L.M., de eereleden, to
taal met de genoemde 375 personen.
De ingekomen stukken en mededee-
lingen, die reeds gepubliceerd zijn, wer
den voor kennisgeving aangenomen.
De vergadering keurde goed de be
noeming tot eere leden van de heeren
C. van Dixhoorn te Waterlandkerkje;
ir. C. Stevens en ir. A. W. van der
Plassche, beiden te Den Haag, en tot
leden van verdienste de heeren M. N.
v. d. Linde te Rilland, P. Lefe.ber te
Axel; H. J. Dorst te Rijswijk".
.De heer L e f e b e r bracht dank
v.o.or de hem verleende onderscheiding
en zeide niet te weten waaraan hij die
heeft te danken.
Intusschen was ook de Commissaris
der Koningin., jhr, mr. J. W. Quarles
van Ufford ter vergadering gekomen.
De Voorzitter heette hem
van harte wélkom.
Hierna hield mr. Dieleman onder
groote aandacht van de aanwezigen zijn
gisteren vermelde rede. Hij eindigde on
der luid applaus.
De vice-voorzitter van de*Z. L. M., de
heer W. Kakebeeke, bracht mr. Die
leman dank voor zijn bezielende voor
voren en bereikte het voorste rijtuig,
toen de locomotief zich weer in bewe
ging zette. Op de treden van het station
afgekeerd, wachtte hij zijn kans af en,
terwijl zij een rij goederenwagens op een
zijspoor passeerden, sprong hij naar be
neden en liep hard om den trein heen.
Tegen den tijd, dat de personentrein
voorbij was, stond hij tusschen twee
goederenwagens, keek voorzichtig rond
en zag de onmiskenbare omtrekken van
Renney, die nog tegen den hoek van het
stationsgebouw geleund stond.
Zelfs op het oogenblik van triomf
bleek Renney in staat te zijn danig voor
zichtig te blijven, maar tenslotte wend
de hij zich om en Geraldi aarzelde niet;
hij stak vlug de tusschenliggende spo
ren over en liep hard om het stationsge
bouw heen, in tijds om Renney kalm de
hoofdstraat van de stad te zien opwan
delen. Geraldi volgde hem.
Driemaal wendde de onrustige Ren
ney zich om, om achter zich te kijken
en driemaal werd Geraldi plotseling een
slenterende nietsdoener, die tegen een
boom of een huis aanleunde; eindelijk
ging de achtervolgde een hotel binnen
en Geraldi volgde hem brutaalweg.
Naar binnen glurende, kon hij het bu
reau zien, waar Renney in druk gesprek
was met den klerk. Die conversatie
duurde eenige minuten en toen zij uit
gesproken waren, verdween Geraldi
achter een groep luidsprekende leegloo-
pers op de veranda. Renney kwam da
dracht en zeide dat hij de eenige is,
die op deze wijze kan spreken. Het stre
ven van de Z. L. M. is steeds de belan
gen der boeren te dienen, en hen bijeen
te brengen. Veel succes is daarbij aan
den heer Dieleman te danken, die het
nu ook zoo striemend zeide. Spr. hoopt,
dat mr. Dieleman nog tal van jaren de
leider der maatschappij zal zijn.
Met niet minder groote belangstelling
hebben de aanwezigen vervolgens ge
luisterd naar de rede van den heer J.
Smid, waarvan wij ook reeds een groot
uittreksel konden publiceeren en wiens
woorden ook met een krachtig applaus
bezegeld zijn.
De voorzitter heeft den heer
Smid dank gebracht. Spr. meende thans
geen discussie te moeten toelaten. In de
wintervergadering zal de zaak door een
te formuleeren voorstel opnieuw aan de
orde komen.
Men was aan het einde der vergade
ring, maar nog enkele personen vroegen
het woord.
De Commissaris der Ko
ningin zeide, dat hij zoo juist hoorde
zeggen, dat men het best luistert naar
hem, die zwijgt; toch wil spr. niet zwij
gen, maar zeggen, dat hij gekomen is
om te luisteren en dit heeft hij in de
eerste plaats gedaan toen de aanvoer
der der Z. L. M. zijn kernachtige, ern
stige rede hield, maar ook naar den heer
Smid heeft spr. met belangstelling ge
luisterd en spr. brengt ook hem alle mo
gelijke hulde voor zijn betoog. Dank
brengt spr. namens Ged. Staten voor
de uitnoodiging tot bijwoning der ver
gadering en voor de woorden van wel
kom. Door den druk der tijden wordt het
saamhoorigheidsgevoel grooter.
Men vergadert in een landstreek,
waar men streeft n,aar een hechten
band met Nederland, waar men steeds
trouw is aan het staatsgezag en waar
men diepen eerbied heeft voor H. M,
de Koningin, die bij de Gratie Gods
onze landsvrouwe is. De Nederlandsche
regeering dient er van overtuigd te zijn,
dat de Nederlandsche landbouw steeds
de grondslag is van het Nederlandsche
Volksbestaan. Het Nederlandsche volk
is alleen sterk door een welvarenden
landbouw. Daarom acht spr. het zoo ge
lukkig, dat er een voorlichtingsdienst is
gevormd met iemand ,als ir. Stevens aan
het hoofd. Daarom wekt ook spr. op
tot goede aaneensluiting, tot het vor
men van een sterken band; maar om
ook te denken aan de waarschuwende
woorden van mr. Dieleman, dat men
moed moet houden, en hopen en ver
trouwen op God. Hij zal den weg wij
zen, die tot betere tijden leidt. Spr.
besloot met de beste wenschen voor
den Zeeuwschen Landbouw en voor de
Z. L. M. in het bijzonder. (Applaus).
De vertegenwoordiger van den mi
nister en van den directeur-generaal
van den landbouw, dr. J. J. Winte r-
m a n s, wees er op, dat mr. Dieleman
behoort tot de. k.rachtige pioniers, wat
blijkt uit de treffende wijze, waarop
hij de problemen van dezen tijd heeft
samengevat. Het is juist, dat de land
bouw de wortel is van het maatschap
pelijk bestel.
Van den heer Smid hoorde spr. les
sen, die ook klonken uit den mond van
zijn eerste leeraren, die hem liefde voor
de economie bijbrachten. Een betoog
als van den heer Smid voedt karakters
op. (Applaus).
Dr. H. M o 1 hh u y s e n, secretaris
van het K.N.L.C., zeide, dat zijn centra-
le organisatie steeds zich zelve bleef, zij
maakt ernstige studie van alle vraag
stukken den landbouw betreffende,
maar onthoudt zich als er twistappels
zijn. Zij mag z.i. tevreden zijn over het
vele, dat zij voor den boerenstand heeft
bereikt. Spr. bracht hartgrondigen dank
voor de hem geboden gelegenheid deze
vergadering bij te wonen, (applaus).
De v o o r z. zeide de heeren dank
voor hun woorden en vooral aan jhr.
Quarles van Ufford, die zich steeds
toont te zijn een waardig geuverneur,
een waardig Commissaris der Koningin,
die met heel zijn hart meeleeft met
Zeeland en zijn bevolking.
Na nog enkele mededeelingen over
den rijtoer sloot spr. de vergadering.
De rijtoer.
Nadat in de bovenzaal een koffiemaal
tijd was gebruikt, ging men naar het ter
rein van de Vereeniging van Zeeuwsche
Fokkers, waar een 80 tal auto's gereed
stond voor den gebruikelijken rijtoer.
Deze ging door den Bewestenblijpoldev,
den Beoosten blijpolder, den Catharina-
polder naar het Stoppeldijkveer en van
daar door de volgende polders: Willem
III, Stoppeldijk, Hellegat, Van Lijnden,
Groot Huijssen, Margaretha, Zaamslag,
Coegor en Buth naar de Kunstmestfa-
briek bij Sluiskil.
Daar sprak een der ingenieurs een
kort woord van welkom en verzocht
daarna de talrijke bezoekers zich in
twee ploegen te splitsen voor een wan
deling door de groote fabrieksgebou
wen. Men kreeg hier wel een indruk
van den omvang van het bedrijf, maar
voor nadere toelichtingen was de tijd te
kort. Het bleef dus bij een algemeene
impressie. Het ging vervolgens verder
door de volgende polders: Zevenaar, O.
en N. Westrijk, Koude, Loven en Nieuw
Neuzen en over de plaats Hoek, naar
Terneuizen, waar de stoet ontbonden
werd.
Fokdag.
Kon de krnig Axel niet besluiten tot
het houden van een tentoonstelling,
toch was er heden nog een derde land-
bouwdag, want de vereeniging „De
Zeeuwsche Fokkers" en andere vereeni-
gingen hielden op het terrein van eerst
genoemde een fokdag.
Er waren uit den kring zeer vele paar
den, runderen, schapen, geiten, pluim
vee enz. aangevoerd. Een deel der be
schikbare ruimte werd door enkele ten
toongestelde landbouwmachines enz. in
genomen.
delijk naar buiten, bleef een oogenblik
op de stoep staan en liep daarop vlrg
de straat in. Geraldi verliet ook de ver
anda; hij had den indruk, dat de jacht nu
zoo op haar einde liep, dat het volgen
niet langei de juiste manier was met
zulk een geslepen man als Renney. Hij
liep om het hotel heen en kwam hijgend
weer binnen, snelde naar het bureau van
den klerk en leunde er overheen, blijk
baar naar adem snakkend.
„Een kennis van mij is hier een oogen
blik geleden geweest, vroeg naar een
ouden vriend, hij zou bericht hier ach
terlaten, waar hij naar toe gegaan is.
Heeft hij een boodschap achter gelaten?'
De klerk keek Geraldi schuin aan,
maar een man, die rood is van de haast,
ziet er nooit verdacht uit-
„Vroeg naar Toomey?" vroeg hij-
„Juist", knikte Geraldi, want Robert
Asprey zou natuurlijk nooit onder zijn
eigen naam bekend zijn.
„Hij heeft geen boodschap achter ge
laten".
„Denk eens even na, het moet wel".
„Neen".
„Wel, waar is Toomey dan? Dan ga ik
naar heqj toe".
„Dan zul je een paard moeten nemen",
grinnikte de klerk en keek naar de
slordige, bestoven kleeren van Geraldi.
„Ik heb mijn tweespan!"
„Probeer maar eens het Lawsonpad te
loopen!" zeide de klerk met een ernsti-
gen hoofdknik. j
„Wel?"
„Het is acht mijl; twee uur bij dag
licht."
„Waar begint het pad?"
„Ajchter de stad. Neem den linker oe
ver van de kreek; er is maar één pad
over den geheelen afstand. Toomey
heeft zijn hut ongeveer acht mijl hier
vandaan. Wat be'teekent die haast
met nieuws voor Toomey? Is er een
rijke broer van hem gestorven?"
Geraldi snelde weg. In het Westen
is men geneigd om te reizen te voet
als een vreeselijke kwelling te beschou
wen, maar Geraldi kende menig pad,
waar een man sneller is dan het beste
paard, dat ooit een bergpad betreden
heeft. Uit den toon van den klerk
maakte hij op, dat dit zulk een pad
was en hij verloor geen tijd om naar
een paard om te zien. Renney zou dat
zonder twijfel doen en de verloren
oogenblikken zouden Geraldi misschien
den moordenaar voor doen zijn.
Hij liep vlug door de hoofdstraat,
bereikte de kreek, luisterde een oogen
blik naar het schuimende water en
nam daarop den linker oever, zooals
hem gezegd was. Hij begon op een suk
keldraf te loopen; lang geleden had hij
dit van Mexicaansche Indianen ge
leerd de kunst om lang met dien
schuifelenden pas te loopen, zoodat de
mijlen worden verslonden zonder groo
te eischen te stellen aan de ademha-
ling.
(Wordt vervolgd.)