GOESCHE COURANT ^12
De
regeering wijzigt haar
bezuinigingsplannen.
WEER EN WIND.
NUMMER 153.
TWEE BLADEN.
DINSDAG
2 JULI 1935.
EERSTE BLAD.
178e JAARGANG.
Algemeene herberekening der pensioenen gaat niet
door. De Armenraden zullen voor een deel blij
ven bestaan. Geen „kweekelingen met acte",
doch lagere aanvangssalarissen voor de nieuwe
onderwijzers. De Kweekscholen blijven tot 1
Sept. 1936 volledig in werking. De voorgestelde
concentratie der Kamers van Koophandel opge
schort. De Warenwet blijft behouden, opdat het
bedrijfsleven zelf controle kan uitoefenen.
NIEUW- EN ST. J00SLAND.
MIDDELBURGSCHE COURANT
Dagblad Voor Middelburg, Goes en agent-
■chap Vlissingen 2.30, elders 2.50 per
kwartaal Week-abonn. in Middelburg en
Goes 18 ct. p. w. Advertentiën 30- ct. per
regel, Ingez. mededeelingen 60 ct. p. r.
Bij contr. voor beide veel lager; tar. op aanvr.
Uitgeefster Naamlooze Vennootschap „De Middelburgsche Courant"; Bureaux Lange Sint Pieterstraat te Middelburg.
Telefoon Redactie 269, Administratie 139 Postrekening no. 43255 Kantoor te GOES: Turfkade, telefoon 17.
Aangesloten bij het Bureau voor Publiciteitswaar de der Vereeniging de Nederlandsche Dagbladpers.
Familieberichten en dankbetuigingen 17
regels 2.10, elke r. m. 30 ct. Rubriek
„Kleine Advertentiën", ten hoogste 6 regels,
a 75 ct. bjj vooruitbetaling Adv. met
„Brieven" of „Bevragen bureau dezer cou
rant" 10 ct. extra Bewijsnommers 5 cent.
Verschenen is de Memorie van Ant
woord op het voorloopig Verslag der
Tweede Kamer nopens het Bezuinigings-
ontwerp.
In dit antwoord, dat niet minder dan
125 pagina's telt, treedt de regeering in
een nadere breedvoerige beschouwing
over de haar voorgestelde bezuinigings
maatregelen, daarbij betoogende, dat het
opbouwend element in de bij het Voor
loopig Verslag op de regeeringsvoor-
stellen gevoerde critiek dikwerf ver te
zoeken is. Haar beleid verdedigende
zegt de regeering, vast overtuigd te zijn
dat op het stuk der onderhandelingen
met het buitenland alles bereikt is, wat
bereikt kon worden, en ten bewijze dat
er met voldoende energie naar gestreefd
is, om de conjuctuur in het binnenland
te verlevendigen, nu de relatie tot het
buitenland zulk een diepingrijpende wij
ziging onderging, geeft de regeering een
korte samenvatting van het complex
der maatregelen, om een beeld te geven
van hetgeen op dit stuk van overheids
wege is tot stand gebracht. De regeering
meent hiermede tevens aan te toonen,
hoe onjuist is de vaak gemaakte tegen
stelling, dat de regeering alleen maar
oog zou hebben voor de staatshuishou
ding en de z.g. volkshuishouding zou
hebben verwaarloosd. Evenzeer ontkent
de regeering, dat zij bij haar aanpas
singspolitiek het kapitaal zou ontzien en
den last alleen op den loontrekkenden
arbeid doen drukken. Dat de" werkloos
heid een ernstig euvel is, dat onze volks
kracht moreel en materieel ondergraaft
wordt door de regeering tenvolle 'be
aamd. Onmiddellijk na het tot
standkomen van het b e
zuinigingsontwerp zullen
dan ook gelden worden aan
gevraagd voor de inpoldering
van den N. O.-p older. De re
geering heeft den minister van econo
mische zaken bereid gevonden het voor
zitterschap van het bestuur van het
Werkfonds op zich te nemen. Voor een
nieuw departement ter bestrijding der
werkloosheid, bestaat niet alleen geen
aanleiding, maar de instelling van zulk
een departement zou eer schadelijk wer
ken omdat de andere Departementen
niet uitgeschakeld kunnen worden.
De regeering herhaalt hare verklaring,
dat zij waardevermindering onzer munt
eenheid voor het volk als geheel zeer
schadelijk beschouwt en daarom het
uiterste zal doen om haar te voorko
men.
Ten behoeve van de geordende in
dustrie-opbouw en ter voorkoming van
verspilling van nationaal vermogen in
den vorm van industriekapitaal, acht de
regeering het noodig, dat de mogelijk
heid wordt geopend de vestiging of uit
breiding van speciaal aan te wijzen in
dustrieën afhankelijk te maken van re-
geeringstoestemming, ongeveer op de
wijze als in Indië bedoeld wordt met de
reeds tot stand gekomen bedrijfsregle-
menteering. Een voorstel voor een des
betreffende vestigingswet wordt voor
bereid.
Overwogen wordt voorts in hoeverre
de energie-voorziening, welke van zoo
groote beteekenis kan zijn, zoowel voor
het vraagstuk der vaste lasten als voor
de verdere industrialisatie, in geordend
verband, kan worden uitgebouwd, in
verband waarmede ook de wenschelijk-
heid van de instelling van een Energie-
raad voor gas en electriciteit wordt on
derzocht.
Ook de regeering is van meening, dat
het beginsel van den landbouwsteun
moet worden gehandhaafd. De regeering
handhaaft de door haar voorgestelde
verlaging van salarissen. Gezien de da
ling van de prijzen en die van het le
venspeil van het geheele volk, is deze
verlaging naar haar oordeel, wel hard,
doch niet onrechtvaardig of onredelijk
te achten en ten stelligste neemt de re
geering dan oog stelling tegen elke sug
gestie, als zou zij bij haar salarispolitiek
ten aanzien van het overheidspersoneel
de grenzen van het redelijke niet in acht
nemen en de personeellasten als sluit
post der begrooting bezigen.
Uit den aard der zaak zullen ook de
salarissen van de provinciale en gemeen
telijke ambtenaren invloed van deze ver
laging der rijkssalarissen moeten onder
vinden.
De regeering is van meening, dat
de billijkheid het best zal worden be
tracht, indien het offer, hetwelk het
rijkspersoneel zal moeten brengen, zal
bestaan in een procentische salarisver
laging van pl.m. 5 pet, over de geheele
lijn.
De regeering is wel bereid
de in par, 16 van het wets
ontwerp voorgestelde herbe
rekening der pensioenen te
rug te nemen. Hoofdaanleiding
daarvoor is de bij velen bestaande twij
fel aangaande de grondwettigheid van
dezen maatregel. Bij de inmiddels door
de regeering ter hand genomen algehee-
le herziening der pensioenwetgeving zal
nader aan de orde worden gesteld in
hoeverre een herberekening van reeds
toegekende pensioenen in het kader
dier algemeene herziening zal moeten
plaats vinden.
In verband met het terugnemen van
de herberekening der pensioen wordt
bij nota van wijziging voorgesteld de 'be-
noodigde 5 millioen te verkrijgen door
een wijziging van de Pensioenwet, hier
op neerkomende dat de bijdrage, be
doeld in artikel 36 met 1 pet. der volle
pensioengrondslagen wordt verlaagd.
Aangaande de principieele zijde van een
eventueele korting op de pensioenen
neemt de regeering en zij stelt er
prijs op dit uitdrukkelijk te verklaren
nog steeds het standpunt in dat door
minister Colijn is uiteengezet bij de be
handeling van het wetsontwerp betref
fende de tijdelijke korting op de Indi
sche pensioenen.
Verdere conversie der Staatsschuld
acht. ook de regeering in hooge mate ge-
wenscht. Juist daarom vraagt zij bij het
onderhavige ontwerp de daarvoor ver-
eischte machtiging.
Ook de regeering is van oordeel, dat
herstel van het financieel evenwicht
door verdere belastingverhooging hoogst
onwenschelijk is.
Hoewel aanvankelijk de be
doeling heeft voorgeze
ten alle Armenraden op te
heffen, is bij nadere over
weging gebleken, dat deze ge
dachte niet kon worden
verwezenlijkt zonder in som
mige gemeenten ernstige
schade toe te brengen aan de
belangen der A rm e n z o r g.
Enkele Armenraden kunnen niet wor
den opgeheven zonder het maatschap
pelijk steunwerk en het gemeentebe
stuur in moeilijkheden te brengen, zoo
groot, dat het voordeel, door de bezui
niging verkregen, zou worden teniet ge
daan en zelfs overtroffen door de nadoe
len uit de opheffing voortvloeiende.
Daarom is een mildere vorm gekozen, in
het ontwerp belichaamd. Reeds thans
de uitzonderingsgevallen aan te geven is
der regeering niet mogelijk; zij za! ic»
Het leven is kort, maar de kunst om 1
het goed te gebruiken is lang. De
eischen des levens zijn vele: de roe
ping van ons allen is van hoog ge-
wicht.
wijzigen, dat slechts 4 jaren voor sub
sidies uit de openbare kassen in aan
merking komen en dat de gemeenten
en schoolbesturen de vrijheid behouden
om daaraan voor eigen rekening een of
meer klassen toe te voegen, kan wor
den ingestemd. De hiervoor benoodigde
veranderingen worden aangebracht.
De financieele beteekenis van het
voorschrift nopens het stellen van een
leeftijd, waarop de leerlingen de U. L.
O. school moeten verlaten, is niet zoo
groot, dat de regeering dit voorschrift
tegenover de ingebrachte bezwaien
meent te moeten handhaven. Het wordt
derhalve teruggenomen.
De zeer gewichtige bezwaren, aange
voerd tegen het denkbeeld om volgens
de in het oorspronkelijke wetsontwerp
voorgestelde regeling kweekelingen met
akte, in de prsoneelsformatie der scho
len voor gewoon I.o. op te nemen, heb
ben de regeering doen besluiten dit voor
stel terug te nemen.
Daarmede vervalt ook dat voortaan
bij het gewoon l.o. de aanstelling van
z.g. boventallige onderwijzers niet meer
mogelijk zal zijn. Wel heeft de regee
ring gemeend het voorstel te moeten
handhaven dat aan boventallige onder
wijzers, die van 1 Mei 1935 af in dienst
zijn getreden, geen wachtgeld ten laste
van het Rijk zal worden verleend.
Daaraan is thans toegevoegd dat in
dien deze onderwijzers v,an openbare
scholgn aanspraak op wachtgeld ontlee-
nen aan een gemeente-verordening, ge
lijke aanspraak zal gelden voor de bo
ventallige onderwijzers van bijzondere
scholen, wier jaarwedden door de ge
meenten worden vergoed.
Intusschen merkt de regeering op
moet nu onvermijdelijk op andere wijze
in de beoogde bezuiniging worden
voorzien. De regeering ziet zich d,an ook
thans gesteld voor het feit, dat alleen
een aanzienlijke verlaging der salaris
sen van de voortaan te benoemen on
derwijzers de noodzakelijke uitkomst
kan bieden. Zij stelt zich voor, aldus
op den duur het voor de salarieering
benoodigd bedrag tot een houdbaar peil
terug te brengen, door de jaarwedden
van den onderwijzer voornamelijk ge
durende de eerste jaren van zijn dienst
tijd sterk te beknotten. Een globale
schatting doet aanvankelijk verwachten,
dat die aanvangswedde op 500 kan
worden gesteld, en daaraan op 24- of 25
jarigen leeftijd een salarisschaal zal
kunnen aansluiten, die niet ver blijft
beneden die, wrelke voor de thans
reeds in dienst zijnden zal gelden, zij
het ook, dat zij over een langeren tijds
duur zal moeten worden uitgestrekt,
alvorens het maximum wordt bereikt.
Dit stelsel komt hierin overeen met 't
ring op 55-jarigen leeftijd niet kan wor
den gedacht.
Ten aanzien van de vraag of de thans
in functie zijnde leerkrachten die ouder
dan 60 jaar zijn met ingang van het tijd
stip van inwerkingtreden der wet zullen
moeten worden ontslagen, merkt de re
geering op, dat hierbij uiteraard de bil
lijkheid zal worden betracht en dat de
in de akten van aanstelling genoemde
opzeggingstermijn zal worden geëerbie
digd. Het lag aanvankelijk in de bedoe
ling het tijdstip van inwerkingtreding
van de voorgestelde regeling op 1 Sept.
1935 te bepalen. Het komt der regeering
nu dit tijdstip reeds zoo dicht is gena
de id intusschen wenschelijk voor den
datum van inwerkingtreding te verschui
ven tot 1 Januari 1936. Aangezien het
ce bedoeling is, dat de regeling geduren
de 5 jaren zal werken, wordt voorgesteld
het in artikel 18 genoemde tijdstip te wij
zigen in 31 December 1940.
Wat het Hooger Onderwijs aangaat,
wordt teruggenomen de opheffing van
den leerstoel Romaansche taal en letter
kunde te Leiden en de opheffing van den
leerstoel in het Volkenrecht te Utrecht.
Aangezien het voornemen bestaat het
laboratorium voor de technologie der
oliën en vetten aan de Technische
Hoogeschool in een anderen vorm van
organisatie te doen overgaan, wordt de
beslissing inzake de opheffing van het
laboratorium en in verband daarmede
die van den leerstoel voorloopig opge
schort.
Het belang van onderricht in de so
ciale geneeskunde bij de vorming van
den medicus moet erkend worden en de
voorziening in dit onderwijs maakt dan
ook een voorwerp van onderzoek uit.
Het belang van aardrijkskundig onder
wijs aan de universiteit te Utrecht, dat
door algeheele opheffing van den leer
stoel in de Volkenkunde met ontwrich
ting zou worden bedreigd, leidt tot het
nader voorstel het hoogleeraarschap
niet geheel op te heffen, doch om te
zetten in een lectoraat.
Voorgesteld wordt over te gaan tot
opheffing van het buitengewoon hoog
leeraarschap in de algemeene natuui-
kunde te Utrecht, tot opheffing van het
lectoraat in de cytologie, tot omzetting
van het hoogleeraarschap in de veeteelt
wetenschap in een buitengewoon hoog
leeraarschap te Utrecht en tot opheffing
van een der leerstoelen in de bacterio
logie en hygiëne te Leiden.
Behalve de hier medegedeelde wijzi
gingen en nieuwe voorstellen, heeft het
oorspronkelijke ontwerp ook nog op
eenige andere punten wijziging van
ondergeschikt belang óndergaan-
Defensie.
Bij de Defensie-paragraaf geeft de re
geering als haar oordeel te kennen ten
aanzien van het capitulantenstelsel, dat
men de daartegen aangevoerde bezwa
ren gewichtiger doet voorkomen, dan zi)
in werkelijkheid zullen zijn.
De regeering meent den weg te heb
ben gevonden om tegemoet te komen
aan de behoefte aan nieuw personeel in
het capitulatenstelsel- Dat dit stelsel
(Ingez. Med.)
Middelburg, 2-VII-'35. Maandag hoog
ste lucht temperatuur 30,3 °C (87
°F); laagste 19,4 °C (67 °F). Heden 9
h: 20,3 °C; 12 h: 19,2 °C. Geen regen
of neerslag. Hoogste barometerstand te
dezer stede, in het afgeloopen etmaal:
767 mm; laagste 762 mm.
Hoogste barometerstand in het Euro-
peesche waarnemingsgebied: 770,1 mm
te La Coruna; laagste 745,3 mm te V,
Manoer.
Verwachting tot morgenavond:
Mötige, later afnemende W. tot Z.
W. wind, half tot zwaar bewolkt, wei
nig of geen regen, iets koeler.
Zon op: 4 h 44; onder: 21 h 23. Licht
op: 21 h 53. Maan op: 6 h 16; onder:
22 h 22. E.K.: 8 Juli.
Hoog- en Laagwater te Vlissingen.
Westkapelle is 28 min. en Domburf
23 min. vroeger; Vee re is 38 min. later
(S Springtij.)
Juli.
Hoogwater. Laagwater.
Di. 2 3.18 15.30 9.36 22.04
Wo. 3 S 3.54 16.07 10.12 22.43
Do. 4 4.30 16.39 10.45 23.19
Hoog- en Laagwater te Wemeldinge.
Juli.
Hoogwater. Laagwatet
iDi. 2 5.11 17.29 10.42 23.03
Wo. 3 5.47 18.06 11.19 23.40
Do, 4 6.22 18.37 11.52 24.15
kweekelingenschap, dat de beginneling
een veel lager salaris zal hebben danNrond zou opleveren voor een quanta-
tot dusver gebruikelijk was. Maar het Itleve vermmdermg van de laagste onder-
verschilt daarmede aanmerkelijk in dit
opzicht, dat de eenmaal benoemde van
den aanvang af kan rekenen op voor
uitgang.
Ook naar aanleiding van de in het
voorloopfg verslag gemaakte opmerkin
gen heeft de regeering gemeend het
voorstel betreffende onderwijsopleiding
in nadere overweging te moeten nemen.
Zij moet erkennen, dat groote bezwa-
officiersgroep gelooft de regeering niet
De voorgenomen hoogere bijdrage bij
toelating tot de Koninklijke Militaire
Academie zal alleen worden gevraagd
van nieuw toe te laten cadfetten. Het is
de bedoeling om de thans geldende bij
drage van f 400 te verhoogen tot f 500
voor de in het najaar 1936 nieuw in het
eerste studiejaar te plaatsen leerlingen,
terwijl van de dan rechtstreeks tot hei
tweede studiejaar toe te laten leerlingen
ren verbonden zijn aan het geleidelijk I een bijdrage, van f 600 zou kunnen wor-
doen uitsterven van de meeste kweek-1 den gevorderd.
scholen en het daarna weder beslissen
hoeveel kweekscholen in de toekomst
door het Rijk of met Rijksbijdragen
kunnen worden toegelaten. Het aanvan
kelijke voorstel heeft de regeering daar
om vervangen door een ander, dat er
ook wel van uitgaat, dat het aantal
kweekscholen behoort te worden inge-
Tegemoetkoming op 't stuk
der gevraagde volmachten.
Ter tegemoetkoming aan de princi
pieele bezwaren tegen de machtigings-
voorstellen betreffende de coördinatie
van het verkeer, zijn bij nota van wijzi
ging een viertal wetsartikelen voorge
dienaangaande nader beraden en terza
ke in overleg treden met de betrokken
instanties, o.a. de Algemeene Armen-
commissie.
De bezuinigingen op onderwijs.
De afdeeling Onderwijs, Kunsten en
Wetenschappen neemt een voornaam
deel in van de memorie van antwoord.
Dat de bezuiniging op de Onderwijs
kosten onevenredig hoog is en. dat in het
bijzonder het lager onderwijs té zwaar
wordt getroffen', kan de regeering niet
toegeven. Met 3e gedachte, om de eer
ste der ten aanzien van het U. L. O,
voorgstelde maatregelen in dien zin te
krompen. Maar het wil de opheffingI steld ter vervanging van het desbetref-
van Rijkskweekscholen en het stopzet-1 fend artikel in het oorspronkelijk ont
ten van de Rijksbijdragen voor gemeen-1 werp. i
telijke en bijzondere kweekscholen te-l In de eerste drie artikelen worden ai -
gelijkertijd met ingang van 1 September I gemeene regelen voor de verkeerscoör-
1936 doen vallen. Tot dien datum zul-|dinatie door den wetgever vastgelegd,
len de kweekscholen dus volledig blijven
voortbestaan, behoudens het niet for-
meeren van een eerste klasse aan een
enkele Rijkskweekschool, waar deze
maatregel, ook los van dit wetsontwerp
zou genomen zijn.
Bij de Onderwijsafdeeling wordt doo1-
de regeering o-a. opgemerkt dat uit
hoofde van financieele bezwaren aan
een vrijwillige voorloopige pensionnee
terwijl in artikel 4 de aan de Kroon
voorbehouden machtiging wordt beperkt
tot nadere uitwerking van deze regelen,
terwijl voorts geen verdere afwijkingen
van bestaande wettelijke voorschriften
worden toegestaan, dan alleen van de
Wet Openbare vervoermiddelen.
Een en ander beteekent echter
geenszins, dat het de bedoeling zou
zijn de spoor- en tramwegen voorloo
ig niet in de maatregelen tot coör-
matie te betrekken,
Nog geen concentratie der
Kamers van Koophandel.
Bij de afdeeling Economische Zaken
merkt de regeering o.a. op, dat zij het
wenschelijk acht thans geen beslissing
omtrent de verlaging der jaarlijksche
bijdrage voor het Handelsregister uit
ie lokken. Het ligt in haar bedoeling
dit onderdeel, zoo noodig in een afzon
derlijk wetsontwerp te belichamen. Bij
die gelegenheid zal behalve de nood
zakelijk "geachte verlaging v,an de bij
drage voor het Handelsregister en een
eventueel daaruit voortvloeiende con
centratie van de Kamers van Koophan
del tevens onder de oogen worden ge
zien de mogelijkheid om de hoogte de
zer bedragen jaarlijks vast te stellen,
terwijl ook aan het vraagstuk van een
herziening van het kiesrecht van de Ka
mers aandacht zal worden besteed.
Met betrekking tot de gevraagde
machtiging inzake de Warenwet grijpt de
regeering gaarne de gedachte aan in het
Voorloopig Verslag genoemd, dat handel
en industrie zóóveel prijs stellen op
eenige werking van de Wjarenwet, dat
zij hunnerzijds bereid zullen blijken te
dezer zake regelingen te treffen. Het
zelfde komt voor in meer dan een
adres van Kamers van Koophandel en
andere lichamen dat de Kamer heeft be
reikt. Het beteekent dus, dat het geor
ganiseerde bedrijfsleven aan de regee
ring zal vragen inzake de Warenwet
zoodanig te handelen dat de wettelijke
mogelijkheden behouden blijven, die 't
bedrijfsleven niet missen kan om zijn
doel te bereiken. Het ligt in het voor
nemen der regeering om aan een der
gelijke poging alle medewerking te ver-
leenen.
Het gevolg zal zijn dat goede resul
taten, tot nog toe met de Warenwet
verkregen, behouden blijven; dat de
bezuiniging op het Overheidsbudget
'doorgaat en dat het bedrijfsleven niet
wordt gedwongen tot bepaalde offers,
doch wel de medewerking ontvangt, die
het vraagt.
Met betrekking tot de werkloosheids
verzekering stelt de regeering zich voor
de regelen, die voor 1935 zijn vastge
steld, in 1936 te handhaven.
Abonnementen en Advertentiën voor
dit blad worden aangenomen door
den Agent I. JOOSSE