0! die zenuwhoofdpijn!
A1CICEIRÏJËS
UedEX van dan DAS.
FMANDIEELE BERICHTEN.
fWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE COURANT) VAN DONDERDAG 2 MEI 1935. No. 103.
PERSKRONIEK.
VOOR RECHTVAARDIGHEID EN
GEESTELIJKE VOLKSKRACHT.
Nederland
op de Wereldtentoonstelling
te Brussel.
AKKER.CACHETS
SHAG,
:ondere
ze uw
iigd.
jouwde
:n ach-
:euken,
>n ach-
Bevra-
58.
Van
Ant-
iO p. p.
i, f 2.25
kaarten
d'burg.
iwoor-
aat C.
vestigd
Singel-
;likaan
1ereld-
nd. en
1 p. p.
venstr.
Bovr,
De Duitsche menschenroof.
Heelt men er te Berlijn geen
idee van, dat men bezig is „gru
welpropaganda" tegen zichzelf
te maken? De Zwitsersche
regeering houdt voet bij stuk.
Wat zal Tsjecho-Slovakije
doen?
De Duitschers, tenminste sommigen,
schijnen het niet te kunnen laten, de
openbare meening in het buitenland tel
kens weer te prikkelen door buiten hun
landspalen dingen te doen, die tot de
categorie van zware vergrijpen gerekend
moeten worden. Men begrijpt reeds, wat
we bedoelen: de gevallen van menschen-
roof, betrekkelijk kort na elkaar resp.
op Zwitsersch en Tsjecho-Slowaaksch
grondgebied gepleegd. Vooral in Enge
land, waar de openbare meening hevig
verontrust is door de snelle Duitsche
herbewapening, trekt men zich deze ge
vallen aan. De „Times", een van de En-
gelsche bladen, die hetgeen in Duitsch-
land geschiedt, met een open oog pleegt
te bezien en het goede er van weet te
waardeeren, is er heel scherp tegen van
leer getrokken. De Duitsche regeering,
gewend om in eigen land de rechten van
het individu en de politieke vrijheid on
barmhartig te vertreden, schijnt er geen
idee van te hebben, aldus dit blad, hoe
zeer zulke strooptochten walging ver
wekken in het buitenland.
Het kan best zijn, dat deze opvatting
van de Times juist is en dat men er te
Berlijn inderdaad geen goede notie van
heeft, dat de politieke emigranten, waar
op de Duitsche menschenjagers het heb
ben voorzien (speciaal dan op diegenen,
die stemming trachten te maken tegen
het derde Rijk) onder bescherming staan
van een buitenlandsche mogendheid,
welker souvereiniteitsrechten geweld
worden aangedaan door elke officieele
Duitsche instantie, die opdracht geeft tot
een ontvoering. Ook de Duitsche regee
ring gaat niet vrijuit, zelfs al zou ze al
leen maar een oogje dichtknijpen. Het
hooge besef, dat zij beweert te hebben
van „de eer van de natie", staat in flag
rante tegenstelling tot de houding, welke
ze tegenover de lieden, die in 't buiten
land menschen rooven of.... vermoor
den, aannemen. Ook moorden zijn, zoo
als men weet, voorgekomen. Tweemaal
in Tsjecho-Slovakije. Het lukte in deze
gevallen niet de emigranten, waarop de
Duitsche spionnen het voorzien hadden,
over de grens te sleepen. Zonder vorm
van proces zijn ze toen afgemaakt.
De Zwitsersche regeering heeft dezer
dagen een tweede protestnota naar Ber
lijn gestuurd, waarin arbitrage inzake de
opzienbarende ontvoering van den jour
nalist Jakob wordt geëischt (op grond
van het bestaande Duitsch-Zwitsersche
arbitrageverdrag). Zooals men weet,
vroeg de regeering te Bern in haar eer
ste protestnota uitlevering van den ont
voerde, hetgeen ae Duitsche regeering
weigerde met de motiveering, dat Duit
sche autoriteiten er niet bij be
trokken waren. De Zwitsers zeggen ech
ter, dat Duitsche autoriteiten wel dege
lijk van de ontvoering hebben afgeweten.
De douane-afsluiting, die anders altijd
gesloten is, stond open, toen de auto met
den ontvoerde er in, aan kwam razen.
En het onderzoek der Zwitsersche justi
tie moet aan het licht hebben gebracht,
dat de lokvogel Wesemann, die Jakob
uit Straatsburg naar Basel lokte, met dr.
Richter, commissaris van de Duitsche
geheime politie in verbinding heeft ge
staan. De krachtige houding van de Zwit
sersche regeering moet worden toege
juicht door een ieder, die zich niet
wenscht neer te leggen bij politieke ge
weldmethoden, welke spotten met elk
rechtsgevoel. En dat zijn er, ook in deze
onthutste wereld, gelukkig nog velen,
blijkens de storm van verontwaardiging,
die over de misdaad is opgegaan.
Men zou zeggen, dat deze reactie in
het buitenland een waarschuwing voor
Berlijn had moeten beteekenen. Dat
heeft ze echter niet. Ondanks alles is
dezer dagen opnieuw een ontvoering ge
pleegd, en nog wel in het land,
waar de eerder genoemde veemmoorden
nog versch in het geheugen liggen. Bij
dit nieuwe geval heeft een wachtmees
ter van de Duitsche gendarmerie met de
revolver in de vuist hulp verleend. Ver
moedelijk zal de Tsjechische regeering
het voorbeeld van de Zwitsersche vol
gen en de uitlevering van den ontvoer
de zooals gemeld een oud-lid van de
Rijksbanier, die van een „vriend", die
met den trein uit Duitschland kwam, in
lichtingen zou ontvangen vragen. Men
moet er benieuwd naar zijn, of Berlijn
dan weer zal durven beweren, dat Duit
sche autoriteiten niets met 't ge
val te maken hebben.
Ons Nederlanders kunnen deze dingen
wel allerminst onverschillig zijn, omdat
ook op Nederlandsch grondgebied iets
van dien aard heeft plaats gehad. Het
Tweede Kamerlid Boon heeft er dezer
dagen vragen over gesteld aan de mi
nisters van buitenlandsche zaken en van
justitie. Op 4 Febr. j.l. moet een Duit-
scher, in Hengelo werkzaam, in een auto
over de grens gelokt zijn, ook al weer
met medewerking van Duitsche autori
teiten.
Men moet bij al deze gevallen perso
nen van zaken onderscheiden. Het is
best mogelijk, dat de ontvoerders dingen
hebben gedaan, die niet heelemaal door
den beugel kunnen. Dat echter verleent
den Duitschers niet het recht, om op
vreemd grondgebied zich aan praktijken
schuldig te maken, die misdadig zijn. In
dien de slachtoffers misdrijven op hun
geweten hadden, zou men hun uitleve
ring hebben moeten vragen. Ze maakten
zich echter alleen schuldig aan een po
litieke propaganda, welke de Duitsche
regeering niet zinde. Alleen om zich
daarvoor op de slachtoffers te kunnen
wreken, is de menschenroof op touw ge
zet, een methode, die in een volkeren
gemeenschap, waar niet de willekeur,
doch het recht heerscht, niet geduld kan
worden. Men schijnt te Berlijn over het
hoofd te zien, dat men op deze manier
bezig is „gruwelpropaganda" tegen zich
zelf te maken.
EEN FRISSCHE WIND UIT HET
ZUIDEN.
Het „Handelsblad" schrijft.'
Er zijn, ook in dezen tijd, waarin alle
volken als grommende honden eikaar
autarkisch staan aan te grijzen, geluk
kig toch ook nog oogenblikken, waar
op wat vertrouwelijkheid en hartelijk
heid doorbreekt. Zoo'n oogenblik heeft
nu het Belgische koningspaar geschapen
in de verhouding tusschen de volken lei
weerszijden van het Zwin.
Iets beters om het hart van Noor
Nederland te winnen dan het spontane,
door en door gemoedelijke uitstapje, dat
koning Leopold en koningin Astrid in
ons land hebben gemaakt, hadden wij
niet kunnen bedenken. Ons volk is al
tijd geneigd om een beetje te meesmui
len bij vertoon van statigheid en praal,
zelfs als het vorstelijk-traditioneel is;
hoe meer vorsten zich gedragen als „ge
wone" menschen, des te meer bevredigt
het onzen zin voor nuchterheid en dat
een koning en een koningin uit een an
der land hier zoo maar pardoes een
toeristentochtje maken, in een van onze
badplaatsen neerstrijken en even heen
en weer naar Den Haag stuiven en daar
een film gaan zien, dat vinden wij een
kostelijk geval van doodgewone men-
schelijkheid.
Open brief aan allen, wie het
welzijn van ons volk ter harte
gaat.
I.
Dr. W. Banning, Lid v,an het partij
bestuur der S.D.A.P., schrijft ons:
(n.s.) Het is ons bekend, dat gij in de
laatste jaren met klimmende verontrus
ting de ontwikkeling van binnen- en
buitenlandse verhoudingen volgt. Gij
hebt deze verontrusting gemeen met al
die denkende Nederlanders, die met een
zeker verantwoordelijkheidsgevoel in
de wereld staan.
Wij kunnen ons wel indenken, dat
b.v. de na-oorlogse jeugd in Duitsland
zich met felle vlammende niets ontzien-i
de verontwaardiging heeft afgekeerd
van de sociale en politieke idealen der
oudere generatie, die hun als erfenis 'n
chaos liet; als één hunner woordvoer
ders. Günther Gründel, sprekende over
pacifisme, volkenbond en democratie
en over w,at men daarvan gemaakt S
heeft, uitroept: „Schandelijker was nooit
een jeugd bedrogen" dan verstaan wij'
deze uit diepe ellende geboren beschul
diging maar al te goed. En wanneer ook
in ons land soortgelijke stemmingen zich
verbreiden, dan is dat evenmin onbe
grijpelijk.
Zien wij goed, dan richt zich Uw ver
ontrusting in hoofdzaak op twee ver
schijnselen: de maak»chiappelijke ont
wrichting (de verhoudingen in 't arbeids
proces, de werkloosheid, 't uitzichtloze
van 't bedrijfsleven enz.) en de geestelij
ke lamlendigheid in grote delen van ons
volk. Gekeerd naar 't positieve: gij wenst
rechtvaardigheid in de sociale verhou
dingen. gij wilt het Uwe doen om een
geestelijk gezond en sterk Nederlands
volk zi n plaats in de wereld te doen in
nemen En gij keert U daarbij tegen indi
vidualisme, liberalisme, democratisme
enz, omdat gij heil verwacht van nieu
we bindingen, omdat gij meent, dat de
twintigste eeuw de zonden der negen
tiende eeuw zal te niet doen.
Dat wij het wagen ons tot U te richten
met dit geschriftje vindt zijn rechtvaar
diging hierin, dat wij de dubbele veront
rusting geheel met U delen. Ook ons
martelt de vloek der werkloosheid en t
onrecht in de sociale verhoudingen; ook
wij vragen ons af, waarom het niet mo
gelijk is, dat wij als volksgeheel met el
kaar, op rechtvaardige wijze de lasten
van de tijd dragen; ook wij willen ons
volk graag een ereplaats zien innemen in
het grote volkerengeheel, en wij willen
't onze doen om 'n roeping voor ons volk
in deze crihting tot krachtige bewust-*
heid te brengen. En mij dunkt, wanneer
wij als eerlijke mensen deze zedelijke
verontrusting en wil met elkaar gemeen
hebben, dan moeten wij ook wanneer
wij het in practische oplossingen niet
eens zijn of worden toch met elkaar
kunnen pr,aten. Waar het om zulke
hoge volksbelangen gaat als rechtvaar
digheid in het sociale leven en geestelij
ke volkskracht, mag niets worden na
gelaten wat kan dienen om onze activi
teit zo goed mogelijk aan het doel te
doen be.antwoorden. Is niet het gevaar
Koningin Astrid heeft, toen ze zelfs
nog maar als bruid door ons land trok
wij hebben indertijd achter het „wit
te schip" gevaren, dat haar over de
Schelde naar Antwerpen bracht de
harten reeds gewonnen van allen, die
haar toen in Vlissingen begroetten en
zij en koning Leopold, hebben daarna
als kroonprinses en kroonprins weer
nieuwe sympathie in Nederland ge
wekt door hun beider reis door Neder-
landsch-Indië, w,aarmee zij zich daar
ginds zoo populair hebben gemaakt. En
met 't verrassende bezoek van Maan
dag hebben zij ons zoo levendig getrof
fen, dat wij geneigd zijn te zeggen: „Nu
zijt gij onze vrienden voor goed!"
Maar daar komt nog iets van wezen
lijke waarde bij. Indien het juist is, dat
het bezoek aan Noordwijk voornamelijk
heeft gediend ter voorbereiding v,an een
verblijf in die plaats van prins Boude-
wijn en prinses Charlotte, opdat zij goed
Nederlandsch leeren, dan spreekt daar
uit zulk een hooge waardeering van
een taal, die ook wordt gesproken door
de meerderheid van het Belgische volk,
d,at dit een belangrijk feit moet heëten
in de geschiedenis der VlaamscHe be
weging, d.w.z. in die van onze taal- en
cultuurgenooten aan gene zijde van het
Zwin. Elke erkenning van de beteeke-
nis van heHVlaamsche element in Bel
gië is een erkenning van de waarde
van den ganschen Nederlandschen stam
en deze koninklijke erkenning die ge-
daa wordt op de meest sprekende wijze,
n.l. door aan de eigen kinderen goed
Nederlandsch te doen leeren is dus
zeker wel van buitengewoon belhng
voor Vlaanderen èn voor den hoelen Ne
derlandschen stam.
Waarlijk, er is gisteren een vlaag van
frisschen wind over Nederland en den
Nederlandschen stam gewaaid. Uit het
Zuiden.
En het is een goede dag geweest voor
de verhouding tusschen Nederland en
België, een dag die niet heel gauw zal
worden vergeten.
(Van onzen correspondent)
Brussel, 1 Mei.
Weet iedere Nederlander eigenlijk
wel precies, hoe een moderne schutsluis
werkt? Men kan het op de Nederland-
sche afdeeling van de wereldtentoon
stelling te Brussel zien, waar een ma-
kette van de schutsluis te Delden in wer
king is, vervaardigd door het water
bouwkundig laboratorium te Delft. On
middellijk na de ingangsdeuren gepas
seerd te zijn, loopt men- op dit fraaie
werkstuk toe, dat ook aan buitenlanders
een goeden indruk geeft van zulk een
voor ons land zoo typeerend kunstwerk.
De heele eerste afdeeling van het Ne-
derlandsche paviljoen is meerendeels
aan onze openbare werken gewijd, Dat
is voor een land als het onze met zijn
vele kanalen, bruggen en sluizen, zijn
wereldberoemde havens en zijn modern
wegennet in wording, zeer goed gezien.
Behalve deze schutsluis met zijn hef-
deuren in werking, is er een grooce ma-
kette van de Noorderschutslus te IJmui-
den, de grootste ter wereld, waarin de
Statendam en een flink vrachtschip sa
men te schutten liggen, terwijl er nog
ruimte aan alle kanten overblijft. Daar
bij sluit aan een inzending van de Zui
derzeewerken met een groote kaart van
de drooggelegde Wieringmeer, met dor
pen, wegen, kanalen en slooten. Twee
makettes zijn daarbij van boerderijen.
Het Nederlandsch scheepsbouwkundig
proefstation te Wageningen, waar mo
dellen van schepen beproefd worden op
hun weerstand in het water bij verschil
lende snelheden en waar ook de meest
effectieve modellen van scheepsschroe
ven worden uitgezocht, is er met duide
lijk fotomateriaal en modelschroeven
aanwezig.
Het pièce de milieu van deze eerste
afdeeling wordt gevormd door een col
lectieven stand der Nederlandsche
havensteden Amsterdam, Rotterdam,
Dordrecht en Vlissingen. Ieder ha
ven heeft een afzonderlijke vleugel,
waarin eigen expositie-materiaal op
zeer kunstzinnige wijze is aangebracht.
Desondanks een zeer groote mate van
eenheid verkregen. Diorama's en kaar
ten, grafische voorstellingen en afbeel
dingen geven van al deze havens een
duidelijke en overzichtelijk beeld, waar
bij het specifieke karakter van elk er
van goed naar voren komt, Duidelijk is
hier ook te zien, hoe de crisis onze ha
vensteden niet heeft gespaard, maar
verblijdend is, dat de meeste grafieken
weer een zij het dan nog maar kleine
opleving kunnen demonstreeren.
Het middenstuk van het Nederland
sche paviljoen, een meter hooger dan
het eerste gelegen, is het domein van
landbouw, veeteelt, visscherij en bosch-
bouw.
Dit middaggedeelte geeft gelegenheid
even op ,adem te komen na het vele,
dat in het eerste gedeelte te zien is.
Daarna kan men ook weer de noodige
aandacht besteden aan het, weer een
meter hooger gelegen, achterste gedeel
te, dat op voortreffelijke wijze door 'n
fraaie schildering van Charles Eyck op
den achterwand wordt afgesloten. Hier
valt onmiddellijk in het oog een glazen
telefooncel, vooraan in het midden, van
waaruit men rechtstreeks met Indië
over Noordwijkradio en Bandoeng kan
telefoneeren. Daarboven draait een (we
reldbol en daarboven hangt weer een
klein vliegmachientje/, dat nauwelijks
opvalt, doch blijkbaar als symbool be
doeld is van het verkeer, dat elders in
deze afdeeling de volle aandacht vraagt.
Het zijn, aan beide kanten, een stand
van de K. L. M. en v,an de P. T. T„
twee lettercombinatjjes, die wel geen
nadere verklaring zullen behoeven.
Op duidelijke wijze is hierbij ook nog
aangegeven, dat men tijdens de tentoon
stelling zes maal per dag van Brussel
naar Rotterdam en Amsterdam kan vlie
gen.
Daarachter is het de afdeeling kolo
niën, die tevens het sluitstuk vormt van
de expositie in het hoofdgebouw. Het
Koloniaal instituut geeft met wisselen
de diorama's en maketten een indruk
van het beschavingswerk op medisch
en cultureel gebied, dat in Indië wordt
gedaan.
Een groote zijzaal, langs het geheele
gebouw gelegen, wordt ingenomen door
de industrie. Deze zaal ligt wat verscho
len, zood,at verscheidene bezoekers er
misschien voorbij zullen gaan. Dat zo;i
zeer zijn te betreuren, omdat er zooveel,
interessants is te zien, al geeft het hier
geëxposeerde in geenen deele een vol
ledig beeld van wat ons land op indu
strieel gebied vermag. Vliegmachines,
sigaren, stoffen, motoren, spoorwegrij
tuigen, dranken, schaatsen, stofzuigers,
lederwaren, klokken zijn er allemaal te
zien.
In de doorloop daarachter is een
stand van de Nederlandsche spoorwe
gen en een van de Algemeene vereeni-
ging voor vreemdelingenverkeer, beide
met zeer interessante foto's en kaarten.
Geheel voor buitenlanders bedoeld is
de Hollandsche boerderij, naast het groo
te gebouw, waarin de Nederlandsche
landbouwproducten worden getoond. Na
tuurlijk moesten hier weer verkleede
meisjes op klompen rondloopen, om het
geheel attractief te maken. Gelukkig
demonstreert het hoofdgebouw duide
lijk, dat er ook nog andere menschen
in Nederland wonen!
maar daartegen zijn immers die
"AKKERTJES" een ware uitkomst!
Ondervindt 't zelf en neem 1 of 9
Volgens recept van Apotheker Oumont
lijke, ontmoedigende en trieste van zo
veler activiteit dat de gezindheid wel
zuiver, maar de weg die men inslaat
verderfelijk is zodat straks het tegen
deel bereikt wordt van wat men in eer
lijk idealisme nastreefde?
Ziedaar nu een van de dingen, die
ons bovendien verontrust. Wij begrij
pen om eerst te spreken over sociale
noden dat men bezwaren heeft tegen
de bestaande verhoudingen, die men
(ietwat te haastig en te gemakkelijk)
als democratie betitelt. Wij begrijpen de
teleurstelling van ondernemende werk
gevers, die vastlopen met hun bedrijf,
die met de grote anonieme macht van
de st,aat en de massale macht van geor
ganiseerde arbeiders in botsingen kwa
men, zonder dat daaruit verbetering
voor 't geheel voortkwam. Wij begrijpen
evenzeer de teleurstelling van die hon
derdduizenden arbeiders, wier levenspeil
daalt en wier wrok en wanhoop stijgt:
is dat nu het resultaat der hooggepre
zen démocratie? Er is dikwijls ook te
recht bezwaar geuit tegen de practijk
van het partijenstelsel: het lang niet
altijd verheffend spel van verdachtma
king en laster-campagnes, het opzwe
pen van haat en hartstocht; dieper ook
wel even: het vastlopen van de partij
verhoudingen in Nederland, waardoor de
mogelijkheden van vernieuwing vernie-,
tigd worden. En het is zeker niet alles
onjuist wat er van links en rechts aan
critiek op de bestaande democratie en
het parlementarisme naar boven komt.
Maar wat ons nu verontrust om der j
wille van de sociale rechtvaardigheid en
van de geestkracht van ons volk is,
dat zoveel begrijpelijke critiek de toe
standen eenvoudig verergert, de ellend
nog dieper maakt, doordat zij grijpt naar
precies de verkeerde middelen.
Wij zullen niet de voorbeelden van
Italiaanse en Duitse dictaturen nemen;
wij willen ook geen detail-critiek oefe
nen, maar principe stellen tegenover
principe. Men zag en ziet allerlei narig
heden van het partijenstelsel; conclusie:
vernietig alle partijen, stel er voor. in
de plaats de één-partij-staat.
Wat betekent dit principieel? Dat in
een volk slechts één partij de macht
heeft, is zo erg niet, mits die partij ge
toond heeft de macht te verdienen, haar
op grond van 't volksvertrouwen te ver
dienen; maar dat zij voor zich alleen
opeist het recht van 't sociale denken
(dat toch aan sociaal handelen vooraf
behoort te gaan) dat is ontzaglijk ge
vaarlijk. Want handelen en denken ver
onderstellen nog iets meer dan één ster
ke man, die uitvoert; het veronderstelt,
willen er geen ongelukken komen, hon
derden en duizenden mannen en vrou
wen, die óók en die anders denken.
Het is eigenlijk zo heel eenvoudig en
tegelijk gróót. In ons persoonlijk leven
leren wij vaak het meest van onze te
genstanders. Als ik naga, wie mij gees
telijk hebben gevormd, dan zijn daaron
der zeker leermeesters in wier voetstap
pen ik tracht te gaan, maar ook tegen
standers, wier inzicht ik met beslistheid
afwijs en bestrijd. En meer dan eens heb
ik met grote dankbaarheid na een debat
met een tegenstander gezegd: „Geluk
kig, dat u er bent en gelukkig, dat u an
ders bent en anders denkt dan ik". Gees
telijke vorming eist dus, dat er tegen
(Ingez. Med
ZEEUWSCHE HYPOTHEEKBANK TE
MIDDELBURG.
Aan het in de vergadering van aan
deelhouders der N.V. Zeeuwsche Hy
potheekbank te Middelburg op 7 Mei
uit te brengen jaarverslag ontleenen wij
het volgende:
In het afgeloopen jaar heeft de daling
van den rentestand zich met kracht
voortgezet. Teneinde de rente der voor
continuatie in aanmerking komende hy
pothecaire leeningen zooveel mogelijk
met het gewijzigde niveau in overeen
stemming te kunnen brengen, ging de di
rectie over tot aflosbaarstelling van een
aanmerkelijk bedrag aan 5 pet. pand
brieven, waarbij aan de houders der uit
gelote stukken de gelegenheid werd ge
boden deze te verwisselen, aanvanke
lijk in 4)4 pet. en 4 pet. later uitsluitend
in 4 pet. pandbrieven. Dientengevolge
is het bedrag aan uitgegeven pandbrie
ven dit jaar zeer hoog ;het bedraagt
ruim 334 millioen gulden tegen ruim 1
millioen in het voorafgaande boekjaar.
Uiteraard brachteh deze conversies
groote kosten mede. De directie heeft
gemeend het geheele nadeelige saldo
der koersrekening ten laste van de
winst over het afgeloopen boekjaar te
moeten brengen, zoodat uit dien hoof
de een bedrag van ruim 40.000 aan de
debetzijde der winst- en verliesrekening
paraisseert. Het behoeft geen betoog,
dat het winstcijfer in de eerste plaats
als gevolg daarvan bij het vorige jaar
ten achter blijft. De debiteuren volde
den, de omstandigheden in aanmerking
genomen, op bevredigende wijze aan
hunne verplichtingen, al moest vaker
dan voorheen uitstel van betaling of
vrijstelling van periodieke aflossing wor
den verleend. Commissarissen kunnen
voorstellen het dividend te bepalen op
9 pet., zulks na ruime afschrijvingen.
Daarnaast stijgt het Statuaire Reserve
fonds met ongeveer 32.000, tot bijna
643.000.
Op den laatsten dag van het boekjaar,
28 Februari 1935, overleed ZEX. A. W.
F. Idenburg, sedert 1918 commissaris
der N.V., Zijn heengaan beteekent een
ernstig verlies voor de instelling.
Het geplaatste maatschappelijk kapi
taal bedraagt 2.250.000 waarop ver
plicht 10 pet. is gestort. Vier en -vijftig
aandeelen zijn volgestort, waarvan 25 in
den loop van dit jaar.
Tot 1 Ma,art 1934 werden gesloten
3844 leeningen tot een bedrag van
f 58.378.301,20, in dit boekjaar zijn 88
leeningen tot een bedrag van f 1.932,335
afgesloten, maakt totaal 3932 leeningen
met f 58.310.636,20. Tot 1 Maart 1934
was afgelost f 35.299.643,20, in dit boek
jaar werd .afgelost f 2.009.228, rest 1335
leeningen met f 21.001.765, en nog 5 lee-
ningen van de Maas-hypotheekbank ad
f 93.600, dus totaal 1340 leeningen tot
een bedrag van f 21.095.365, rentende
van 4 tot. 6 pet., gemiddeld 5.208 pet.
Gedurende het afgeloopen jaar was men
in 22 gevallen gènoodz,aakt tot execu
tie over te gaan, wat een verlies op
leverde van f 5.218.66.
Op 28 Februarie j.l. stond aan pand-
standers van onze denkrichting zijn en
dat zij de vrijheid hebben om er te zijn,
d.w.z. om te denken, te leven, te han
delen.
Precies zo staat het in het grote ge
heel van onze wetenschap. Eén sterke
man, die zijn wetenschap vooruit brengt,
steunt op honderden anderen, die mét
hem willen denken, en zij denken ook
dan mèt hem, als zij hem bestrijden. Pre
cies zo behoort het te staan in het soci
ale denken en handelen; ook hier is de
gemeenschappelijke arbeid van zeer ver
schillende denk- en levensrichtingen
voorwaarde voor stijging. En ziedaar nu
wat het beginsel der democratie in we
zen is: coöperatief denken op sociaal en
politiek gebied. Voorwaarde daarvoor is
vrijheid. Daarom is de één-partij-staat,
de dictatuur van welke partij ook, die
principieel alle anders zou willen vernie
tigen, een ontzettende verarming. Eén
partij zal denken, en in de éne partij al
leen de éne leider, eventueel omringd
door een aantal adviseurs, die het in be
ginsel natuurlijk eens moeten zijn de
rest moet volgen en zwijgen. Zo kan men
wel een volk dresseren opvoeden
doet men het niet. Zo kan men in korte
tijd een volk uniformeren en drillen (en
ook daarin kan het nodige zelfbewustzijn
openbaar worden!), maar zolang weten
schap en kunst nog waarden zijn om te
behouden, is coöperatief denken en vrij
heid van denken onmisbaar.
(Slot volgt.)