GRATIS IN ZEELAND] MIDDELBURG SCHF leder pak HONIG's VERMICELLI J 4 K80NIEX van den BAG. COURANT TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHEMIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE COU RANT) VAN ZATERDAG 6 APRIL 1935. Nd. 82, stalen it Sif MET DRAMA OP WALCHEREN. WAAKZAAMHEID GEBODEN! bevat ter kennismaking een HONIG's BOUILLONBLOKJE FINANCIEEL ECONOMISCH WEEKOVERZICHT. in NT, so- Eiken it keuze tkee- Erven Mïdd. 7IL.. Dat Tax de kan ik U maar Tele- :ht En- ressoir, uteuils, l voor 64.50. Midd. >eau de uteuils .uteuils e stof- riëlse, •Tg. we pe rn an- eos op ■eeren van 'burg. I9III aai ÏOND. king tingen trouw 278, Am- mibel- Jas- irage Pa- tot dstr f jclstr. >Q(cr, Na de rondreis van Eden Polen wil in geen geval aan 't Oost-Locarno-pact Maar men wantrouwt momenteel te War schau de Duitschers Geruch ten over een voorstel van Hit- Ier. De bijzondere Engelsche afgezant, An thony Eden, heeft zijn rondreis vol bracht; achtereenvolgens bezocht hij de hoofdsteden van Rusland, Polen en Tsje- cho-Slowakije, na in gezelschap van Sir John Simon te Berlijn met Hitier te hebben gesproken. Eden moet als een^ man met rijke kennis en ervaring te* Londen zfa teruggekeerd. Het verslag, dat hiji aan de Engelsche regeering heeft uitgebracht., of nog gaat uitbrengen, zal in elk geval bijster interessant zijn. Vermoedelijk echter verneemt de bui tenwacht er voorshands niet het fijne van. Ëden's reis was vooral van ,,in- formatorisch" karakter: hij kon de re geeringen, waarmee hij sprak, geen voor stellen op tegenvoorstellen doen, geen diplomatieke onderhandelingen (in den strikten zin des woords) voeren. Het was er hem alleen om te doen, te ver nemen, wat de diverse officieele mee ningen te Moskou, Warschau en Praag zijn, opdat zijn eigen regeering daar uit conclusies zou kunnen trekken voor haar staatkundigen bedrijvigheid in de naaste toekomst. Wij hebben bereids meegedeeld, dat het resultaat van Eden's bezoek aan Moskou eenige toenadering tusschen Engeland en Rusland lijkt te hebben veroorzaakt. In elk geval doet de Sovjet- regeering momenteel veel minder wan trouwend ten opzichte van de bedoelin gen van Londen. Voor 't overige echter valt er met eenige zekerheid heel wei nig van Eden's besprekingen te vertel len. Omtrent de ervaringen, welke hij te Warschau heeft opgedaan, weet men vrijwel niets. Alleen Iaat zich gissen, dat de Poolsche regeering haar tegenzin tegen het plan van een Oost-Locarno- verdrag niet heeft kunnen overwinnen. Ze schijnt te vreezen, dat dit pact, als het eens mis liep, Polen tot het slagveld van een eventueelen Duitsch-Russischen oorlog zou maken, een onderstelling, welke nog zoo gek niet is. We kunnen, alevel niet inzien, hoe Polen er óóit aan zou kunnen ontkomen onmidde'lijk het kind van de rekening te worden als Rus land en Duitschland aan 't bakkeleien gingen. Het ligt als een bufferstaat tus schen de beide groote mogendheden. Hare troepen zouden nauwelijks bij mekaar kunnen komen dan via Poolsch grondge bied. Oost-Locarno of niet, deze even tualiteit hangt Polen dus altijd boven hoofd. Maar enfin, Oost-Locarno is nu eenmaal de boeman voor Warschau en daarom zal daar voorloopig wel niet veel van komen. Zeer waarschijnlijk oefenen thans geen pro-Duitsche motieven meer invloed op de houding der Polen uit Maarschalk Pilsoedski, de Poolsche dictator, zou tot het inzicht zijn gekomen, dat de moge lijkheid van een Poolsch-Duitsche ver overingstocht in Zuid-Rusland voorloo pig naar 't rijk der fantasie verwezen kan worden, terwijl aan den anderen kant er «en zeker Duitsch gevaar aan 't opko men lijkt, waarvoor hij allerminst de oogen sluit. Morgen, Zondag moeten er in de vrije stad Dantzig (Polen's in- en uitvoer haven aan 't begin van den fa- meuzen Corridor) verkiezingen plaats hebben. De nationaal-socialisten deelen hier al voor een goed deel de lakens uit en het laat zich aanzien, dat ze een overweldigende meerderheid zullen be halen. Op zich zelf kan daar niets tegen zijn. Edoch, de laatste dagen heeft men in hun verkiezingspropaganda nogal eens de leus: „terug naar het. Duitsche Rijk" kunnen beluisteren. Het zal duidelijk zijn, dat zulks den Polen niet al te pleizierig in de ooren klonk- Oorspronkelijke detective-roman door J. P. BALJé. 17). „Ik geloof wel niet, dat er ,al iemand aanwezig is, maar we kunnen niet te voorzichtig zijn met geslepen knapen als onze tegenstanders. We moeten nu een goed plaatsje opzoeken, m'n jongen, -arwe de zaken kalm kunnen afwach ten. Maar laat ik je eerst en vooral zeg- en ik geloof, dat dat bij jou zeker niet overbodig is geduld zal je van nacht moeten oefenen! Dat hoort nu eenmaal bij ons detective-vak. En muis stil dienen we te zijn." Hij pakte me licht bij den arm en ik volgde hem door het mulle zand. Nu en dan flitste weer even geheimzinnig zijn zaklantaarn, tot hij eindelijk de plaats gevonden had, die hem geschikt voorkwam. „Hier in dat lage boschje lijkt mij het beste", zei hij zacht. „Maak het je zoo gemakkelijk mogelijk, en.... hou je revolver bij de hand! Ik ga een eind je van je afliggen." Ik deed wat Jack O'Neill mij beval. Zonder mij te verroeren, bleef ik liggen, al mijn zintuigen tot het uiterste ge spannen. Na een kwartier begon mijn linkerbeen pijn te doen, en ging ik even anders liggen. „Sssst!" hoorde ik uit Jack's richting. Bovendien heeft de heer Goering, mi nister-president van Pruisen en rijks minister voor de luchtvaart, deze week een auto-tocht door Dantzig en omge ving gemaakt en daarbij natuurlijk ook een woordje gesproken. Hiertegen is reeds bij den Senaat van Dantzig een officieel Poolsch protest ingediend, het geen volkomen begrijpelijk mag heeten. Eigenlijk ging Goering hier buiten zijn boekje. Dantzig is officieel geen Duitsch gebied. Hij had er daarom allerminst verkiezingspropaganda te maken. Dat moest Warschau scherp prikkelen. Hier en daar vreest men dat een zeer groote nazi-overwinning bij de verkie zingen op morgen wel eens een onbe- heerschte poging, om Dantzig bij Duitschland terug te brengen ten gevol ge zou kunnen hebben. De Polen schij nen daar allerminst gerust op te zijn. Men moet hopen, dat zooiets uitblijft, daar het een incident in 't leven zou, roepen, waarvan de gevolgen zich zoo maar niet laten overzien. Het is duidelijk, dat in verband met dit soort van dingen de jonge Poolsch- Duitsche vriendschap er niet hartelijker op kan worden. Men heeft deze week gelezen, dat de Poolsche regeering een uitnoodiging heeft gestuurd aan Laval, den Franschen minister van buitenland- sche zaken, om wanneer deze over eenige weken een bezoek aan Moskou brengt even te Warschau uit den trein te wippen. Laval is daar graag op inge gaan. Verder schrijft de Poolsche pers thans weer, dat het oude bondgenoot schap met Frankrijk de hoeksteen van Polen's politiek is en zal blijven. Merk waardig, dat dat de Polen zoo opeens weer bewust wordt. Te Berlijn verneemt men 't' natuurlijk niet met vreugde. 9 9 Op 11 April komen, zooals men weet, de ministers van buitenlandsche zaken (plus gevolg) van Frankrijk en Engeland te Stresa in Noord-Italië met den Ita- liaanschen dictator samen, om zich er gezamenlijk over te beraden, wat men zal doen, nu Duitschland den algemee- nen dienstplicht heeft" ingevoerd. De kennis, die Sir John te Berlijn en Eden te Moskou, Warschau en Praag heeft op-" gedaan, zal daar natuurlijk eventueele overeenkomsten helpen vormen. In wel ken geest die kunnen uitvallen, daar valt momenteel niets van te zeggen- Interes sant is echter, dat men de laatste dagen telkens berichten ziet, dat Hitier ook nog wel wat anders gedaan zou hebben, dan Sir John schrik aan te jagen. Een en ander komt hierop neer, dat Duitsch land iets zou voelen voor een algemeen veiligheidsverdrag en beperking der be wapening. Men zal vermoedelijk goed doen aan deze berichten, die zeer vaag zijn, voorloopig niet al te veel beteeke- nis toe te kennen- Tenzij ze hun ont staan aan officieel Duitsch initiatief te danken zouden hebben. Men kan dan veronderstellen, dat Hitler tégenover Sir John verschrikkelijk vee'eischend is geweest, om een voordeelige positie voor de komende onderhandelingen te verkrijgen. Naderhand zou hij zich dan dus laten afdingen. Men moet zulks na tuurlijk eerst zien, voordat men 't ge looft. Moeilijkheden in de garnalen- visscherij, In ons no. 2Q van -24 Januari j.l. na men we op deze plaats een beschouwing /op over deze aangelegenheid die in breeden kring aandacht trok. Een be langhebbende voegde den daaropvolgen- den dag nog zijn opmerkingen daaraan toe. Voorts meenen wij met stelligheid te weten dat ons artikel het onderwerp van bespreking is geweest in kringen waar reeds lang deze zaak in het cen trum van de beschouwing staat. Dat noopt ons om thans nogmaals een oogenblik aan dit voor Zeeland belang rijke onderwerp aandacht te wijden. In de twee en een halve maand, die sedert ons vorig schrijven zijn verloo- pen, is er geen noemenswaardige veran dering gekomen. Dit hoeft niet al te zeer te verwonderen. In de eerste plaats toch waren op 24 Januari de uitvoervergun ningen naar Frankrijk, waarover voor namelijk onze critiek liep, reeds voor het eerste kwartaal uitgegeven. In den uit voer naar andere landen is ook geen ver andering gekomen, tenzij men het ver der dalen van de waarde van het Engel sche pond als een factor van verslech tering wil aannemen. Billijkheid gebiedt dan echter om tevens op te meüken dat de willigheid van de Londensche markt voor de beste soort garnalen is toege nomen. Aan de andere zijde- is het wel vreemd dat 1 April passeerde zonder dat e*f "ver andering kwam in de uitvoervergunnin gen naar Frankrijk. Heeft daarop mis schien invloed gehad dat in Den Haag een andere instantie, thans de Visscherij Centrale, met He uitgifte van die ver gunningen zal worden bëlast? Het is mo gelijk. Waarschijnlijk echter zal dit in verband staan met de geruchten dat het heele stelsel van uitvoervergunningen zal worden omgevormd. Of de oorzaak daarvoor moet gezocht wórden in .een gewijzigde handelsrelatie met Frankrijk, dat is dus een zuiver handelstechnische aangelegenheid, dan wel hierin dat Frankrijk voortaan zelf de garnalen op de buitenlandsche markt wil koopen, is nog niet publiek geworden. Hoe het zij, dat er thans belangrijke wijzigingen op til zijn, en er dus voor de Zeeuwsche visschers en de" Zeeuwsche handelaren eveneens belangrijke belan gen op het spel staan, is wel zeker. Voegt men daarbij dat nu wel zoo lang zamerhand uitlekt dat Frankrijk eigen lijk onder-consumptie van garnalen heeft, dan is het duidelijk dat waak zaamheid geboden is. Zijn de geruchten juist, dan zal de zaak in de maand April nog op denzelf den voet als h(A eerste kwartaal uitge voerd worden. Met ingang van 1 Mei zou men dan een gewijzigde toestand tege moet kunnen zien. Noodzakelijk is dan dat de Zeeuwsche visschers en exporteurs zich nu onver wijld gezamenlijk in verbinding stellen met de Visscherij Centrale. Beter mis schien nog met de Garnalen Centrale. Het is bekend, dat de Burgemeesters van verschillende Zeeuwsche „garnalen- gemeenten" reeds lang bereid waren de ze belangen onder hunne bijzondere aan dacht te nemen. Laat men nu in de ver schillende gemeenten het hoofd der ge meente vragen om bemiddelend op te treden. Deze zullen dan wel met elkaar zich verstaan. Eventueel ware ook nog de Commissaris der Koningin er in te betrekken. Op deze wijze zou worden verkregen dat ter bevoegder plaatse Zeeland aandacht trok. De Minister heeft wel in de Staten-Generaal reeds medegedeeld dat hij te dezer zake met verschillende burgemeesters in relatie stond, maar die relatie moet levend blij ven. Moet vooral gevoed worden nu,-» nu er blijkbaar belangrijke dingen op j komst zijn. j Wil Zeeland een gedeelte van den achterstand inhalen dan moeten nu allé zeilen worden bijgezet, 't Zijn kostbare weken, misschien zelfs wel kostbare da gen. Onverwijld handen ineen slaan is noodig. Men beseffe toch dat belang! In de tweede plaats mag wel eens de aandacht gevestigd worden op den ex port naar Engeland. Gewoonte is helaas nog maar al te veel fat naar Engeland gezonden wordt zonder strenge selectie. Voor de binrienlandsche pellerijen en ook de exporteurs voor Frankrijk zorgt men v/el voor een goed zift. Voor Engeland komt het er naar veler meening niet op aan of er kleintjes in zitten. Toch is dat verkeerd, T Is waar- in Engeland wei- gert.jjietf niet spoedig een partij. Dat is voor nagenoeg alle artikelen zoo. Ook in de tuinbouw krijgt men voor gescheurde tomaten en gebroken komkommers toch nog een prijsje. Daar zou men op onze veilingen niet aan denken. Evenzoo met garnalen. Maar het demonstreert zich wel in den prijs. Wat is nu het geval? Het transport gaat per kg. Dat begint al met de expe ditie naar Vlissingen. Vervolgens met de Maatsch. „Zeeland", 't Vervoer van Har wich naar Londen. In Londen op de markt. De veilingkosten. Douane enz., alles wordt per kg berekend. Wanneer men nu verschillende partijen heeft merkt men het wel; de eene brengt 3 de andere 5 of meer shilling op. Door dat nu echter de visscher van den com- missionnair slechts een gezamenlijke af rekening krijgt ziet hij wel dat hij dc eene keer meer de andere keer minder ontvangt, maar waar 'dat precies zijn oorzaak vindt dat ziet hij niet. Ook zal de commissionnair zich daar doorgaans niet veel van aantrekken, zoolang althans de partijen nog maar verkocht worden; het is hem meer om het aantal dan om de kwaliteit te doen. De exporteurs, die meestal per hoeveel heid op per gewicht vervoeren, hebben nog minder belang bij superieure kwali teit. Van hun is dus heeleni'aal geen aan drang tot het leveren van goede waar te verwachten tenzij uit ideëele over wegingen. Nu is er een omstandigheid die hel voor de visschers moeilijk maakt om te controleeren hoe het prijsverloop is, om aan de hand daarvan hun kwaliteit te bepalen. Zij ontvangen slechts een prijs- briefje met den veilingprijs, met daarop aangeteekend de totaal ontvangen som en de totaalkosten. Dit komt oip^iat de Engelsche kooplieden wel een gespecifi ceerde nota voor een heele partij mee geven, maar deze bij den commissionnair blijft. Kregen de visschers deze gespeci ficeerde nota's in handen, dan zouden ze zelf kunnen nagaan, waaraan de meer dere of mindere opbrengst geweten moet worden. Eendrachtige aandrang zou ongetwij feld tot resultaat hebben dat deze ge specificeerde nota's zouden worden uit gereikt. Het gevolg zou dan zijn dat men uitsluitend goede kwaliteit naar Enge land zond, vooral nu de valuta zoo laag staat en de invoerrechten over het bru- to-bedrag geheven worden. Het is voor- deeliger de kleintjes er uit te ziften en voor puf te verkoopen dan deze door de betere soort te mengen. Het komt zelfs voor dat een partij zoo laag geprijsd wordt dat ze niet eens de onkosten dekt. Het is gewenscht dat onze visschers ook hierover in hun eigen belang eens nadenken. De misère in de garnalen- visscherij is zoo groot dat men op elke lacune letten moet. Het werd een eentonige wake. De minuten verstreken, en er gebeurde niets. Was aanvankelijk mijn aandacht strak gespannen geweest, na een half uur begon die danig te verslappen, en ik trachtte den tijd te verdrijven met te tellen, hoe lang het duurde, voor men telkens het schelle licht van Westka- pelle's vuurtoren langs den donkeren nachthemel zag flitsen- Was dat zelts in Vlissingen al heel duidelijk te zien. hier was het uit den aard der zaak nog beter zichtbaar. In het begin amuseer de het spelletje mij wel, daar ik afwis selend op zes of zeven tellen uitkwam, doch toen ik eindelijk den goeden maat gevonden had, en ik steeds tot zeven telde, voor ik het licht weer zag ver schijnen, hield ik er mee op. Het was nu bovendien zachtjes gaan motregenen, wat onze taak niet bepaald veraangenaamde. „Jack!" riep ik eens fluisterend, doch toen ik geen antwoord kreeg, herhaal de ik mijn roep niet. Ik begon bewondering te krijgen voör mijn Engelschen vriend, die met katten- geduld dit werkje opknapte, en in mij werd het besef geboren, dat ik toch in derdaad niet voor* detective geschikt scheen te zijn. Door mijn onbeweeglijk heid en de angst leven te maken, was mijn heele lichaam stijf en pijnlijk ge worden, terwijl nu bovendien ook mijn kïeeren langzamerhand nat en vies wer den. En.... er gebeurde maar altijd^ niets! Ik keek op mijn polshorloge en de radiumcijfers vertelden mij, dat- het kwart over twee was. Bijna twee uur lagen we hier al, en ik begon er aan te wanhopen, of Jack's meening wel juist was geweest. „Pssst!" kwam ik weer, en nu kreeg ik antwoord. „Zie je wat?" klonk het als een zucht uit Jack s richting; „Nee", kwam ik zacht terug, „ver wacht je nog altijd. Ik beëindigde mijn zin niet, want een harde knal deed mij plotseling als ver stijfd neerliggen. Jack O'Neill ver loor alle voorzichtigheid uit het oog, en sprong plotseling op. „Kom", riep hij, en ,aan zijn stem hoorde ik, dat hij in spanning was. We drongen het boschje uit, en ik hoorde den detective zachtjes iets mom pelen. Hij scheen verbaasd te zijn, en ietwat uit het veld geslagen. „Uit welke richting kwam volgens jou dat geluid?" vroeg hij. Ik wees landwaarts. Daar stonden eenige boerenhuizen. „Ginds!" zei ik positief. „Laten we er heengaan!" stelde ik actief voor. Nu de vijand zich eenmaal gemeld had. vergat ik mijn pijn en stijfheid, en een koortsige onrust had zich van mi; mees ter gemaakt. „Het kan bijna niet", hoorde ik Jack weer mompelen, „het is te absurd." „Wat kan niet en wat is absurd? vroeg ik. Doch hij schudde het hoofd. „Waarom aarzel je nog?" drong ik op nieuw aan. j,,Dat schot kwam beslist van ginds. Misschien is er weer een moord gebeurd, en wij staan hier onzen tijd te verbeuzelen, en laten wellicht den moordenaar ontsnappen." „Allright!" zei hij eindelijk, en snel liepen wij in de richting van de boeren woningen. Alles w,as nu weer stil, geen enkel geluid deed zich hooren. Behalve dan het geblaf van een opgeschrikten waak hond in de verte. Nadat we een kwartier in alle rich tingen hadden gezocht, stond Jack O'Neill stil. Bij het matte maanlicht het was nu opgehouden met regenen, en nu en dan liet de maan zich even zien zag ik zijn verslagen gezicht. „Er is iets niet in den haak", bromde hij, „er moet een fout in mijn bereke ning zijn geslopen. Ik vrees, beste ke rel, dat onze nachtwake tevergeefs is geweest. Nergens is een spoor van onze tegenstanders te zien." „Maar dat schot....", voerde ik ,aan. „Tja", gaf hiji toe, „dat was vreemd. Tenminste.... als het een schot was!' Zijn twijfel irriteerde me. „Het was een schot", zei ik beslist. Hij zuchtte en haalde de schouders op. „In ieder geval", deed hiji gelaten, „is het terrein nu absoluut verlaten. Ik ben er van overtuigd, dat we hier van nacht niets meer zullen vinden. En d,aarom deden wij er beter aan, onze nederlaag te accepteeren, en naar Vlis singen terug te gaan. Het zijn nu een aamaai de °Plosbare KUNSTMEST nf||f nU voor kamerplanten, 40 ct, p. fL rUllUN m' £raüs verzorgingsaanwijzing bij de Bloem- en Zaadwinkels- (Ingez. Med.) Nieuw wantrouwen tegen de Goudvaluta's Kalmte en be zinning een eerste vereischte Gezonde positie van het Ne- derlandsche Bankwezen Aan bod van obligatiën en vraag naar aandeelen op de Amst'er- damsche Beurs. De devaluatie van de Belga is thans een voldongen feit, maar daarmede is de onrust op de valutamarkt, die door de Belgische gebeurtenissen in het le ven was geroepen, nog niet verdwenen. Integendeel: de buitenlandsche wissel markt heeft in de afgeloopen week een uiterst nerveus aanzien gehad en alle goudvaluta's hebben bloot gestaan aan een sterken druk. Meer nog dan de Fransche franc heeft de Zwitsersche franc het moeten ontgelden, maar ook op den gulden heeft zich de vrees ge concentreerd van degenen, die hun ver trouwen in de handhaving van den gou den stanaard hebben verloren. Psycho logisch is deze nieuwe phase in de ont wikkeling der valutamarkt volkomen ie begrijpen. Herhaaldelijk was van de zij de der Belgische regeering verklaard, dat er geenerlei reden tot ongerust heid ten opzichte van den fr,anc was, en plotseling wordt men toch voor het feit van de waardevermindering gezet. Kan men dus nog wel eenige waarde hechten aan rep'eeringsverklaringen, hoe geruststellend deze ook mogen klinken en doet men niet beter, reeds thans zijn maatregelen te nemen, om zich van te voren tegen een mogelijke waardever mindering der goudvaluta's te beveili gen? Het is deze tendenz, die de buiten landsche wisselmarkt beheerscht en die vooral geleid heeft tot een nieuwe „vlucht naar bet Pond", tot uitin<* ko mende in een stüging var den wissel koers van het Pond Sterling. Ook dé dollarkoer is tetfenover den gulden be stegen tot boven het punt, waarop öouc- uitvoer uit ons land loonend wordt en dientengevolge heelt de Nederlandsche Bank blijkens haar jongsten weekstaat in een week tijds een bedrag van f 33 millioen aan goud moeten afstaan, waar mede de goudvprschepinóen uit ons land nog niet zijn geëindigd. Intusschen heeft zij alp afweerma?,i(re- gel bet dbconfn met een vol pröcefit verhoogd. Men mag hopen, dat daarmee d-e^-a an vallen PP den gulden voldoende gehemd zullen kunnen worden. De gezonje positie van de Neder landsche banken maakt trouwens dat gebeurtenissen als die, welke zich in België op bankgebied hebben afge speeld, hier vrijwel uitgesloten mqeten worden geacht. Mocht het hier onver hoopt tot onrust onder de deposanten der groote banken komen, dan zullen deze ten volle in staat zijn, aan opvra gingen, zelfs van grooten omvang, het hoofd te bieden. Het dezer dagen gepu bliceerde jaarverslag van de Amste:- damsche Bank legt opnieuw getuigenis af van de ruime liquiditeit dezer instel ling en van de conservatieve politiek, die deze steeds volgt. De open reserves van de bank bedragen niet minder dan 85 van haar kapitaal. Alle direct op- eischbare verplichtingen: „diverse cre diteuren" zoowel als direct opvraag bare deposito's, zijn zoo goed als ten volle gedekt door onmiddellijk beschik bare of te realiseeren activa, bestaan de uit kasmiddelen en daggelden, wis sels, Nederlandsch schatkistpapier, sal di bij banken en prolongatieposten. Ter vergelijking diene, dat bij de grootste Belgische bank, de Société Générale de Belgique, per 31 December j.l. nog geen maal gladde jongens, Frits, en het is geen schande, een enkel partijtje tegen hen te verliezen. Als we tenslotte maar als nummer één eindigenEn dat laat ik me niet ontnemen!" Biji die laatste woorden klonk zijn stem verbeten. Even had ik medelijden met hem, en ik voelde zijn nederlaag van dezen nacht met hem mee. „Trek het je niet aan, Jack", troostte ik, „vannacht «heb jij verloren, morgen misschien zij...." Zijn droog lachjè klonk door de nach telijke stilte, en ik verwonderde me 'n oogenblik om zijin wisselende stemmin- gen. „Je hebt gelijk", klonk het dan weer ernstig. „Kom, jongen, we hebben wel een beetje nachtrust verdiend." Zwijgend liepen we terug, en bij on zen auto gekomen, maakten wij den slapenden chauffeur wakker. En weer suisden wij langs Walche- ren's donkere wegen, doch ditmaal za gen wij in enkele woningen al licht: nij vere boerenarbeiders maakten zich reeds gereed om biji het eerste ochtend gloren naar het land te trekkem En reeds werd het lichter aan den einder, toen we den Vlissingschen boulevard opreden. Hotel Britannia was echter nog in diepe rust verzonken toen we onze ka mers opzochten. Ik behoef natuurlijk niet te vermelden; dat wij na ons échec een gat in den dag sliepen. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1935 | | pagina 5