Houdt 'n GLANS-SCHOONMAAK!
KKOKiEK van den DAG.
ZEELAND.
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEÜWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE COURANT) VAN WOENSDAG 3 APRIL 1935.
d.
k,
Eden's bezoek aan Warschau,
Zal Polen volharden in zijn
anti-Franscbe politiek
De Engeische algezant heelt
Pilsoedsin vermoedelijk schrik
wekkende dingen verteld,
Koersverandering derhalve
niet uitgesloten.
HET DRAMA OP WALCHEREN.
ZEEUWSCHE DEELNEMING AAN
„MOOI NEDERLAND?"
Een lofwaardig initiatief.
föiDDELBURG.
DE BAZAAR VOOR DE ZM.D.L
De opening.
No. 79.
MÜ
Enkele druppels Shell Vloerglans reinigen Uw zeil, parket en.
linoleum afdoende en geven het 'n prachtglans, dagenlang.
Bij alle drogisten!
(Ing. Med.)
Zoo gebeurde het dus dat de electri-
sche tram ons in een klein halfuurtje
Vakopleiding werkloozen.
(Wordt vervolgd.)
3®
rd.
i.p.
Ier
il,
L.s.
ïa-
|ag
Is-
De besprekingen, die Eden vandaag
en gister te Warschau heeit gevoerd
üij bevindt zich thans ai weer op
reis naar fraag, de hooidstad van isje-
chosiowakije kunnen van veel meer
belang worden dan die te Moskou, im
mers, Polen vormt de onzekere iactor
in de politieke tormule van Europa.
Van Bovjet-Kusland weet men in weik
kamp het zich bevindt en het zou al
heel vreemd geloopen moeten hebben
als in de huidige omstandigheden de
Engeisch-Russische banden niet nau
wer waren aangehaald. Van Polen weet
men echter niet, welke kleur het pre
cies bekent en in de naaste toekomst
zal bekenen. Luttel jaren geleden was
het de trouwste paladijn van Frankrijk;
natuurlijkerwijze, omdat 't door 't ver-
diag van Versailles in zijn nieuwe ge
daante werd geschapen. Men wist te
Warschau, dat Frankrijk, hoeder van
het verdrag, de Poolsche belangen ais
zijn eigen belangen beschouwde. Men
had verwacht, dat de hartelijke be
trekkingen nog inniger zouden worden,
nadat in Duitschland de nazi's aan het
bewind waren gekomen. Van de nazi's
toch leek Poien allerminst veel
goeds te verwachten te hebben. Hun
opkomst hadden ze niet in de laatste
plaats te danken aan hun felle critiek
op de in .1919 te Versailles vastgestel
de grenzen in het Oosten.Met den Cor
ridor, den uitweg voor de Poolsche re
publiek dwars door Duitsch gebied
naar de Oostzee zouden ze nimmer ge
noegen kunnen nemen, zeide ze; en
ook een zeker deel van Silezië, aan Po
len toegekend, eischten ze terug. Aan
vankelijk voelde men zich te War-'
schau dan ook allerminst op zijn ge
mak, toen Hitier den scepter ging
zwaaien. Edoch op een gegeven oogen-
blik ervoer men, dat Berlijn toenade
ring zocht, dat de nationaal-sociaiis-
tische regeering bereid was een of an
der vriendschapsverdrag te sluiten.
Men ging op de uitnoodiging in en zie,
er kwam inderdaad nu ongeveer 2
jaar geleden een overeenkomst tot
stand: een overeenkomst, die de gren
zen tusschen beide landen voor den
duur van 10 jaar vastlegde.
Dit was een merkwaardige geschie
denis. Wat geen enkele Duitsche re
geering voor Hitier aangedurfd zou
hebben, speelde de Führer in een
handomdraai klaar, ondanks de door
hem zelf geëxalteerde nationalistische
gevoelens van het Duitsche volk en
met volkomen verloochening van een
deel van zijn buitenlandsch program.
Heel Europa stond verbaasd en er was
eigenlijk geen mensch, die veel ver
trouwen in het zaakje had. Later is
beweerd, dat de Duitschers aan de Po
len aardige dingetjes beloofd zouden heb
ben: een gemeenschappelijke operatie
(over niet al te langen tijd) in Zuid-
Rusland, waarbij Polen dan een deel
van de Oekraine als buit zou ten deel
vallen. Iets van dezen aard moet er wel
gebeurd zijn, want met een vaartje zijn
de Polen sindsdien 'n wonderlijke an-
ti-Fransche koers gaan inslaan. Parijs
probeerde van alles om Warschau van
de „dwalingen zijns wegs" terug te
voeren, maar het mocht niet baten.
Ook het plan der Fransche regeering
tot het steunen van een verdrag tot
garandeering van de grenzen in Oost-
Europa wees Polen zij het slechts
in z'n voorloopigen vorm van de
hand.
Te Berlijn heeft men de laatste maan
den uit den aard der zaak zijn best ge
Oorspronkelijke detective-roman
door
J. P. BALJé.
14.
Ik gaf geen antwoord, want ik kon
mijn ontstemming nauwelijks nog ver
bergen, Al kwam hij dan duizendmaal
in de gedaante van Jan Dirks naar Vlis-
singen om zich te amuseeren, hijzeli
wist drommels goed, dat er heel wat
ernstiger dingen te doen waren, dan het
bestudeeren van de Zeeuwsche klee
derdrachten. Ik zelf popelde, om aan t
werk te gaan, en de laffe moordenaars
van den armen kerel, dien we nog den
zelfden morgen hadden zien begraven,
hun gerechte straf te doen toekomen.
Jack O'Neill daarentegen sprak van de
Middeiburgsche markt en van boer>-ne-
tjes uit het land van Goes.
„Is er ook niet een verschil in klee
ding tusschen de Katholieke en de
Protestantsche boerinnetjes?" ging hij
onverstoord verder. „Ik heb me laten
vertellen, dat het hem in den hoofdkap
zit. Is dat zoo?"
„Dat is best mogelijk", barstte ik nu
los- „Maar ik zie niet in, wat dat met
den moord op Hendren en onzen vriend
Ronald Graham te maken heeft. Het
verband is voor mij ten eenenmale
zoek."
daan, om de Polen in hun verzet tegen
Frankrijk te stijven. Echter het besluit
van de Duitsche regeering tot invoe
ring van den algemeenen dienstplicht
16 Maart en de gegevens, welke
nadien bekend werden omtrent den
stand der Duitsche bewapening, lijken
geen geschikt materiaal, om dat po
gen te schragen. Men heeft sinds en
kele dagen een zekere aarzeling te
Warschau kunnen waarnemen. Sommi
ge bladen zijn opgehouden te schrijven
in een geest, dien de Duitsche regee
ring zeer welgevallig was. Het lijdt geen
twijfel, dat de Poolsche regeering zich
na den 16en Maart is gaan afvragen,
of ze niet op het verkeerde paard ge
wed heeft en wellicht of het geen aan
beveling zou verdienen, tot de vroege
re politiek terug te keeren. Deze ge
dachte moet haar nog meer bezig hou
den sinds Sir John Simon en Eden
zulke openhartige taal uit den mond
van Hitier vernamen.
Eden heeft nu de Poolsche regee
ring van dit laatste nauwkeurig op de
hoogte kunnen brengen. Zeer ve«moe-
delijk is hij maarschalk Pilsoedski en
den minister van buitenlandsche zaken
Beek gaan vertellen, dat Duitschland
het verdrag met Polen ten spijt
zijn aanspraken op den Corridor en
zoo niet opgeeft, In een dezer dagen
van officieele Engeische zijde aan het
Reuter-bureau verstrekte samenvat
ting van Hitler's eischen, wordt dit na
drukkelijk gezegd. Ook te dezen aan
zien heeft Hitier dus open kaart tegen
over de Engeische ministers gespeeld.
In het officieele Communiqué, dat na
Eden's bezoek aan Moskou werd uit
gegeven, kan men o.a. lezen, dat het
onderhoud te Berlijn, waarvan Eden
den Sovjet-machthebbers bijzonderhe
den meedeelden, „had bijgedragen tot
opheldering van den politieken toe
stand van Europa". Het is nu duidelijk
wat die tirade beteekent: n.l. dat Hit
ler's openharigheid van dien aard was,
dat iedereen nu precies weet, waar
hij aan toe is. Behalve dan natuurlijk
de Polen. Of zouden die het nu ook
weten, nu Eden hen ingelicht heeft?
Het zou ons eigenlijk niet verbazen.
Naar wij vernemen stelt het voorloo-
pig bestuur van de Prov. Vereeniging
voor Vreemdelingenverkeer alsnog po
gingen in het werk om met medewerking
van gemeentebesturen, de industrie en
plaatselijke V.V.V.'s mee te doen aan de
in Mei te houden tentoonstelling „Mooi
Nederland", welke georganiseerd wordt
door de A-N.V.V. te Amsterdam.
^Alhoewel de tijd van voorbereiding
zeer kort is, meent men toch al.es in het
werk te moeten stellen om te zorgen,
dat Zeeland in Amsterdam straks niet
zal ontbreken.
Gistermiddag had in tegenwoordig
heid van een groot aantal comitéleden
en genoodigden, de opening plaats van
den bazaar der Z.H.D.I.
De voorzitter van de afdeeling Mid
delburg,. ds. P. J. F. van V o o r s t
Vader, wees er op, dat eindelijk 't
groote oogenblik gekomen was, waar
naar men reeds zoo lang had uitgezien,
en dat met zoo groote liefde vele we
ken lang door talrijke vlijtige handen is
voorbereid. Spr, deelde mede dat be
richt van verhindering in kwam van
den griffier der Staten, van wethouder
Onderdijk en nog enkele andere heeren.
Spr. heette allen hartelijk welkom,
allereerst den Commissaris der Konin
gin, en daarna mevrouw Quarles van
Ufford, die zoo vriendelijk heeft willen
zijn het eerepresidium te aanvaarden.
Het bestuur blijft mevrouw Quarles
hoogst erkentelijk voor de waarlijk niet
lichte taak, die zij zoo bereidwillig op
zich genomen heeft en met zooveel toe
wijding volbracht. Spr. was B. en W.
dankbaar, dat zij door hun aanwezig
heid blijk hebben willen geven van hun
ne warme belangstelling in deze arbeid.
Het was een groote voldoening, dat me
vrouw Fernhout terstond bereid was in
het eerecomité plaats te nemen en haar
zeer gewaardeerden steun aan den ba
zaar te verleenen. Spr. riep vervolgens
dames, bestuursleden en leden van het
bazaar-comité een welkom toe, te mid
den van de prachtige resultaten van al
hun liefdevolle toewijding, en paarde
daaraan een woord van oprechten dank.
De aanwezigheid van leden van het
hoofdbestuur der Z.H.D.I., waardoor hun
medeleven met de afdeeling blijkt,
stelde het bestuur op hoogen prijs.
Spr. heette ook de overige aanwezi
gen welkom en bracht oprechten dank
aan allen, die op eenigerlei wijze mede
werking hebben willen verleenen. Toen
de noodklok voor de Z.H.D.I. werd ge
luid, brak zich een stroom van sympa
thie in onze goede stad baan, waarvoor
men niet dankbaar genoeg kan zijn. Ve
len, zeer velen, van onderscheiden kerk
en geloofsovertuiging sloegen de handen
ineen om het gezegend werk der ver-
eeniging in stand te houden. Wel is
gebleken, dat men in Middelburg de
trouwe, dagelijksche arbeid der beide
wijkzusters weet te waardeeren. En
terecht. Hun arbeid is een stuk prac-
tisch Christendom, de dienende liefde,
die zich geeft aan de lijdende mensch-
heid. Deze daad vindt gelukkig aller
sympathie. In deze waardeering voelt
men zich allen één.
De zoo gewaardeerde arbeid werd den
laatsten tijd ernstig in zijn bestaan be
dreigd door financieele moeilijkheden.
Daarbij mag niet vergeten worden, dat
de zusters vaak tegen een geringe ver
goeding en als dit noodig is zonder eeni-
ge vergoeding, haar hulp hebben ver
leend. Zij zouden niet anders wenschen.
't Is immers 'n werk van Chr. barmhar
tigheid en deze mag niet onthouden,waar
hij niet betaald kan worden. De nood
der tijden heeft echter ook op de fi
nanciën der vereeniging een noodlotti-
gen invloed gehad. De opbrengst van
contributies en giften daaide aanzien
lijk en terwijl vroeger menig beden
kelijk tekort door een ter juister ure
ontvangen legaat kon aangevuld wor
den iets, wat men liever niet had
gedaan, maar waartoe men door den
nood wel gedwongen was moet men
thans ook deze buitengewone inkomsten
derven. Zoo ontstond een tekort, dat
door de gewone middelen onmogelijk
meer gedekt kon worden. De uitgaven
konden slechts tot een betrekkelijk ge
ring bedrag verminderd worden. Spr.
was zich bewust, dat de opbrengst van
den bazaar, ook al overtreft zij de
stoutste verwachtingen slechts het te
kort kan wegnemen en tijdelijk hulp kan
verschaffen. Daarom greep spr. deze ge
legenheid aan om allen, die nog geen
contribuant zijn, krachtig op te wekken
het te worden en zij, die het zijn, om
eens na te gaan of een kleine verhooging
der contributie ook mogelijk zou zijn.
Terugkomende op den bazaar bracht
spr. dank aan allen, die geschenken
voor den bazaar gaven, of hun werk
kracht, hun leveranties gratis verstrek
ten.
Alles is uit liefde geschonken en spr.
dacht onwillekeurig aan een inzameling,
die in den ouden tijd gehouden is voor
den bouw van Israëls tabernakel. Toen
kwamen de mannen met de vrouwen,
alle vrijwilligen van hart en zij brachten
alles wat noodig was voor het heilig
dom.
Ja, meer dan dat! Straks weerklonk
het: „Het volk brengt teveel, meer dan
genoeg is ten dienste des werks". En
het. volk moest worden teruggehouden
van meer te brengen.
Het bazaar-comité heeft dit niet be
hoeven te doen. Het zou ook wel een
geheel eenig feit in de geschiedenis zijn-
flier is elke gave dankbaar aanvaard
groot of klein. Spr. vraagt alles te koo-
pen, wat zoo smakelijk uitgestald ligt en
verzocht tenslotte de eere-presidente
den bazaar te willen openen-
Mevrouw Quarles van Ufford
baronesseMulert totde Leem-
c u 11 e deed dit met de vo.gende woor
den:
„Het is mij een genoegen aan de uit
noodiging van ds. Van Voorst Vader ge
volg te geven. De bereidwilligheid, en
de offervaardigheid, die het bazaar
comité van alle kanten heeft ondervon
den, heeft al onze verwachtingen over
troffen en stemt tot groote erkentelijk
heid.
Mijnerzijds kan ik niet nalaten een
woord van hartelijken dank te spreken
tot het uitgebreide 'damescomité, dat
zoo ijverig heeft medegeholpen aan de
voorbereiding van dezen bazaar.
Uit onze groote commissie werd een
dag. bestuur gevormd en verder eenige
sub-commissies, die ieder een bepaalde
taak voor hun rekening namen. Er is
dezen winter hard aan de voorbereiding
gewerkt en ieder heeft zich met hart en
ziel aan dit werk gegeven. Ik dank U
allen nogmaals hartelijk voor uwen ar
beid en voor de prettige samenwerking,
die er steeds is geweest.
Het sympathieke doel van dezen ba
zaar is u allen bekend; indien hij aan de
verwachtingen beantwoord zal een
krachtige steun verleend zijn aan het
werk onzer diaconessen.
Het den wensch dat deze bazaar een
groot succes moge worden, verklaar ik
hem voor geopend".
Zoowel na de woorden van den voor
zitter als na die van mevrouw Quarles
klonk applaus.
De dames Van de Garde, zang, Ver-
heijden, piano en Boone, viool, hebben
de aanwezigen tenslotte vergast op en
kele nummers mooie muziek.
(Ing. Med.)
Voor het eerst, en als met tegenzin,
wendde hij 't hoofd in mijn richting, en
in zijn oogen zag ik spotlichtjes dansen.
„M'n beste jongen", zei hij als een
schoolmeester tot zijn leerling, „m'n
beste kerel, wat ben je plotseling opge
wonden. Maar laat ik je tot je gerust
stelling zeggen, dat ik de zaak, waar
voor ik hier in Holland ben, geen oogen
blik uit het oog verlies! En overigens
wist ik niet, dat Ronald Graham een
vriend van mij was. Als zoodanig heb
ik hem tenminste nooit beschouwd."
„Hij was in ieder geval een aardige jon
gen", wierp ik tegen, „en ik had
sympathie voor hem."
„Kan zijn", zei de detective droog,
„je kende hem tenslotte nint, en wist niet
de bijzonderheden waarvan ik kennis
droeg."
„Die wist ik zeker niet", trachtte ik
hem te troeven", en die weet ik trou
wens nog altijd niet. Als je inderdaad
op een prettige samenwerking gèsteld
bent, zou het dan niet langzamerhand
tijd worden, mij eens in te lichten?"
Een oogenblik scheen hij te aarzelen.
Maar dan schudde hij langzaam het
hoofd, en het vleugje hoop, dat ik had,
verdween weer even snel, als het ge
komen was.
„Je kan me ontegenzeggelijk behulp
zaam zijn", gaf hij toe, „al was het al
leen, omdat ik hier tenslotte een
vreemdeling ben. Bovendien is het min
der opvallend, wanneer twee Amster-
damsche vrienden die wij voorstel
len voor Walcheren's natuurschoon
en historie belangstelling toonen, dan
wanneer ik alleen overal ging rond
snuffelen. Onze tegenstanders zijn ge
wiekste lui, die, zooals je gezien hebt,
voor een moord meer of minder niet
terugdeinsen. Het is dan ook geboden
uiterst voorzichtig te werk te gaan,
en daarom wil ik liever voorloopig geen
mededeelingen doen, die mogelijk voor
barig zouden zijn. Tracht een beetje ver
trouwen in mij te hebben. Misschien
mag daarbij, mijn voorspraak zijn, dat
óók de Hollandsche justitie vertrou
wen in mij heeft."
Dat laatste was een klein steekje en
het trof doel. Wat wist ik van het de
tectivevak in het algemeen en van Jack
O'Neill's methodes in het bijzonder af?
Ik was een volslagen leek, die de dile-
ma's waarvoor de simpele vondst van
een diamanten oorbel hem geplaatst
had, niet eens had vermogen op te los
sen. Jack O'Neill's terechtwijzing was
niet ongegrond. Spontaan reikte ik hem
de hand.
„AJlright", lachte ik, „ik lever me
aan je over. We gaan dus vanmiddag
naar de beroemde Middeiburgsche
markt, waar jiji, als alle Engelschen, een
ware hartstocht voor aan den dag legt?"
„Zoo mag ik het hooren", lachte nu
ook de detective, „ja, die markt trekt
mij bijzonder en ik wou daar zeer
graag eens een kijkje nemen."
naar Middelburg bracht, waar we vlak
bij de markt werden afgezet.
Het was daar een drukte van be-
lang.
Het eerste wat Jack O'Neill deed,
was een plaatsje opzoeken, om onge
stoord, voor zoover dat tenminste mo
gelijk was, het stadhuis te bewonderen.
Zeker wel tien minuten bleef hij voor
dat bouwwerk staan, en ik begon me
al af te vragen, of hij evenals wijlen
Lot in een zoutpilaar was veranderd,
toen hij zich met een zucht tot mij
wendde.
„Zoo", zei hij, „dat waren tien minu
ten voor mezelf. En nu de rest."
Zijn woorden deden heel wat ver
wachten, maar het bleek orakeltaal te
zijn geweest, want als hij met „de rest
de zaak bedoeld had, die al mijn gedach
ten iedere seconde in beslag nam, dan
was het mij' dien middag niet duidelijk,
op welke wijze hij de oplossing van Eet
mysterie wilde bevorderen.
Wij mengden ons tusschen de dren
telende menigte, wrongen en kronkel
den ons tusschen de kramen met snuis
terijen, lappen, vruchten, bloemen, si
garen etc. door, en van een bepaald doel
bleek mij niets.
Opnieuw ergerde ik mij, maar het les
je, dat ik dien voormiddag gehad had,
was voor mij voldoende geweest.
Telkens weer stond Jack O'Neill voor
een kraam stil, hij bevoelde stoffen en
keurde sigaren, stond zeker wel tien
minuten met een Amsterdamsch koop
Direct bleek, dat de genoodigden en
later ook de betalende bezoekers, er o
gerekend hadden eens flink in den za;
te moeten tasten en verschillende mooie
voorwerpen veranderden van eigenaar.
De verschillende attracties, o.a. het rad
van avontuur, hadden ook bijna allen
direct aftrek.
Des avonds was de toeloop, niette
genstaande het vrij gure weer, zeer druk,
heel den avond heerschte er een gezel
lige sfeer in de zaal en zonder onder
scheid van maatschappelijke positie of
levensopvatting, werkten allen in op
gewekte stemming samen aan het mooie
werk, het steunen van de diaconessen-
arbeid.
De stemming is zeker niet in geringe
mate verhoogd door de medewerking
van het „Middelburgs Salon-Orkest",
dat onder leiding van den heer S. San
ders op verdienstelijke wijze een uitge
breid programma ten gehoore bracht.
Dit muzikaal deel is afgewisseld door
het optreden van den beroemden goo
chelaar Fred. Rubion.
Deze in de residentie en ook elders
reeds zeer bekende amateur kan er van
verzekerd zijn, dat allen, die hem heb
ben zien werken, het op hoogen prijs
hebben gesteld, dat hij de reis naar Mid
delburg heeft willen ondernemen om het
publiek eens flink bij den neus te nemen.
De verschillende goocheltoeren wer
den uitstekend en vlug uitgevoerd.
Te half elf deelde de verzorger van
het algemeen programma (in casu hij,
die het rad van avontuur liet draaien)
mede, dat de A.V.R.O., waarmede de
bazaar wel bedoeld zal zijn geweest,
sloot tot Woensdagmiddag 2 uur.
Voor hedenavond staan als bijzonde
re attracties declamatie van den heer W.
L. Heijboer en het bekend maken van
de trekking van de verloting, op het
programma.
Donderdagavond verleent „De Kleine
Symphonie", onder leiding van den 'i3er
P. C. J. de Graaf, haar medewerking.
Dinsdagmiddag had in de Ambachts
school een bijeenkomst plaats van de
leerlingen van de cursus autogeenlas-
schen en motorenkennis, om den uit
slag te vernemen van het door hen af
gelegd examen.
Deze bijeenkomst werd bijgewoond
door de heeren ir. B. C. Roeters van
Lennep en J. Lorier, voorzitter en se
cretaris van de Centrale Commissie
voor Ontwikkeling en Ontspanning van
Werkloozen. De heer C. Doets, voor
zitter van de commissie voor vakoplei
ding, hield een korte toespraak, waarna
hij mededeeling deed, welke cursisten
een bewijs van deelname zullen ont
vangen en aan de vervolgcursus mogen
deelnemen.
Voor het autogeenlasscheti waren het
de heeren R. van der Wielen, H. Blok,
A. Ie Due, G. Meliefste, L. Stynen, A.
Steyn, L. Leijdekkers, C. M. Serlé,
en J. Sturm van Middelburg; L.
Huib.regtse en J. Adriaansen, Westka-
pelle; F. Becks en L. de Rijke, Souburg
en F. Kroonen, Vlissingen. Vijf cursis
ten. zullen voor het theoretisch gedeel
te een herexamen moeten afleggen, ter
wijl er 3 zijn afgewezen.
Van de cursus motorentechniek ont
vangen het bewijs de heeren H. Blok,
A. Ie Due, H. van der Linden, L. J.
Steynen, W. P. Vergouwe en J, Br eel
te Middelburg en A. van Eenennaam te
man over den prijs van een onnoozel si
garettenpijpje te onderhandelen, en be
taalde tenslotte tóch den oorspronkelij-
ken prijs. Het zonderlingste was even
wel, dat hij dienzelfden avond niet eens
meer wist, waar hij het gelaten had!
De Zeeuwsche schoonen mochten zich
ook in zijn onverdeelde bewondering,
verheugen.
„Een prachtig volk," zei hij nu en
dan goedkeurend, als er een struische
boerin met vuurroode, bloote armen
passeerde, „dat is alles onvervalscht,
Frits, geen margarine maar zuivere na
tuurboter."
Hij lachte zelf om z'n vergelijking. En
ik lachte maar mee. Een doffe berusting
was over mij gekomen. Wat kon ik er
aan doen, dat de zaak geen stap ver
der kwam? Als Jack O'Neill's opvat
ting van een jacht op moordenaars was
het onderhandelen met marktkooplui,
het drentelen langs stoffige kramen tus
schen een op gelegenheidskoopjes azen
de menigte, en het nastaren van Zuid-
Bevelandsche en Walchersche boeren-
types, dan had ik mij daar bij' neer te
leggen. Ik had mij van een beroemden
Engelschen detective weliswaar een
heel andere werkmethode voorgesteld,
maar mijn eenige conclusie was, dat ik
me blijkbaar vergist moest hebben.