OVERSTE SAXON
KRONIEK van Den DAG.
ZEELAND.
IWEEDE BUD VAN DE PROVINCIALE ZfcuÜWSCHE MIDDELBURGSCUE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN DINSDAG 26 FEBRUARI 1935. No. 48.
Historische Avonturenroman,
MIDDELBURG.
VLISSINGEN.
WALCHEREN.
ZUIB-BEVELAND.
Sir John de volgende week
vermoedelijk naar Berlijn.
Hitler veel toeschietelijker
onder Engelschen druk.
De groote ommekeer in de
Britsche politiek. Gaat Sir
John ook naar Warschau en
Moskou
Het staat thans vast 't is gisteren
in 't Engelsche Lagerhuis meegedeeld
dat Sir John Simon naar Berlijn zal
gaan; de volgende week vermoedelijk.
En het laat zich aanzien, dat hij er een
williger oor voor zijn toespraken zal
binden, dan enkele dagen geleden was
te vermoeden. Berlijn lijkt momenteel
®-l. heel wat toeschietelijker geworden.
Het heeft Londen doen weten, dat er
met Sir John „natuurlijk" over alle
vraagstukken gepraat zal worden; ook
over het Oostelijk Locarno-pact en de
garantie van Oostenrijk's onafhanke
lijkheid. Dat is een verklaring van be
lang. Men weet, dat in het Duitsche
antwoord op de Londensche voorstel
len alleen maar van het „Lucht-Locar-
no" werd gerept. Over de rest en
daarop kwam 't voor Frankrijk en En
geland toch eigenlijk vooral aan
zweeg Berlijn in alle talen. Wij hebben
de nota glibberig genoemd. Ze bood
geen houvast, ook niet voor een even
tueel bezoek van den Britschen minis
ter van buitenlandsche zaken, dat daar
om een paardenmiddel mocht heeten.
Maar de nota geldt op 't oogenblik
niet meer. De Duitsche regeering heefi
in een officieele verklaring aan de
Britsche doen weten, dat ze ook over
alle vraagstukken buiten dat verdrag
tegen onuitgelokte aanvallen uit de
lucht om, van gedachten wil wisselen.
Daar zit wel houvast aan. Simon hoeft
niet het gevoel te hebben, dat hij met
zijn reis naar Berlijn een sprong in den
mist doet.
Hoe de Duitsche regeering opeens
zoo'n stuk toeschietelijker werd? Men
hoort mompelen, dat Hitier het zoo ge
wild heeft. Zaterdag schreven we, dat
volgens veler opvatting, er twee par
tijen te Berlijn zijn: de eene wil eerlijk
meedoen aan het internationale over
leg de andere wil zich afzijdig houden
en Duitschland sterk maken. Het Duit
sche antwoord op de Londensche voor
stellen zou zoo glibberig geworden zijn,
doordat het een compromis moest in
houden van deze beide meeningen. Hit-
Ier zou nu de lieden, die den gevaar
lijken kant van een bewapeningswed
loop uit willen, voorloopig den mond
gesnoeid hebben. Hij moet dan bezwe
ken zijn voor den druk, die van Lon
den uit op Duitschland zou zijn uitge
oefend. Dat is heel merkwaardig. Dat
is misschien merkwaardiger, dan wat
ook men sinds een groot getal van ja
ren heeft beleefd. Niet zoozeer om het
feit, dat Hitier bezweek, maar om 't
verschijnsel, dat de Engelsche regee
ring drukte. Daarin zit het bewijs van
een groote ommekeer, welke in de En
gelsche buitenlandsche politiek heeft
plaats gehad. Onlangs liet zich die om
mekeer reeds eenigszins vermoeden.
Dat de Engelschen zich bereid ver
klaarden tot deelneming aan het
„Lucht-Locarno" hield in, dat ze, in
tegenstelling met hun vroegere poli
tiek, thans hun volle gewicht in de
weegschaal der Europeesche volkeren
schenen te willen werpen. Dit vermoe
den groeit thans tot een zekerheid.
Men heeft het te Londen niet bij die
bereidverklaring gelaten. Nadat het on
bevredigende antwoord van Duitsch
land was ontvangen, is de Britsche re
geering actief geworden. Ze heeft
na overleg met de Fransche ver-
toogen tot Berlijn gericht, ernstige ver-
toogen, gelijk men ze te Londen altijd
door G. P, BAKKER.
52).
Saxon keek hem vol verbazing aan.
„,Ja\, antwoorde hij, keek naar de
burcht en z,ug dat men daar blijkbaar
opgeschrikt was door het tumult. In het
oosten straalde de horizon in de meest
fantastische kleuren en daarvoor zag
men op den ringmuur mannen en vrou
wen, die vol belangstelling de gebeur
tenissen volgden.
De geheele bagage, de geheele tros
was Saxon in handen gevallen. Het le
ger zelf was vernietigd, de staf gesneu
veld of gevangen genomen. Saxon be
gaf zich naar de tent van den gevallen
bevelhebber en stond tegenover Von
Felsen.
„Kapjtein", begon hij, „dit is de twee
de keer, dat wij elkaar ontmoeten. Ik
ben u dankbaar dat u eenige dagen ge
leden mijn voorspraak geweest is. Dat
heeft mij het leven gered, daarom mocht
ik het uwe niet laten nemen. Ik heb 'n
bode noodig naar het kamp v,an Mans-
feld. Wilt u dat zijn? U behoeft geen
antwoord terug te brengen. Alleen moet
u mij beloven mijn bericht niet te zul
len lezen, tenzij de geadresseerde u
zelf den brief toont."
„En mijn losprijs?" vroeg Von Fel
sen aarzelend.
„Is de boodschap."
BSMBUBBff mi F "jwm sdt&sSisk&tiM&t r-^irtÉW^Trrri' i
bemind heeft. Waar ze eertijds echter
„platonisch" waren, hadden ze dit
maal een zeer levendig karakier. Ber
lijn moet den indruk gekregen hebben
dat Engeland zeer stellig partij zou we
ten te kiezen, indien er van 't interna
tionaal overleg, door Berlijn's houding,
eens niets terecht mocht komen. Mis
schien ware het wenschelijk, dat Sir
John, als hij binnenkort met de Duit
sche staatslieden aan 't beraadslagen
is, duidelijk te kennen gaf, wat Enge-
land's houding zal zijn ingeval van een
toespitsing der internationale verhou
dingen in Europa. Berlijn is in sommi
ge dingen hardleersch. Ex-keizer Wil
helm en zijn adviseurs hebben nooit
willen gelooven, dat Engeland ingeval
van een Fransch-Duitschen oorlog, met
Frankrijk mee ten strijde zou trekken.
Totdat zij het zagen, maar toen was
't te laat.
Er zijn stellige geruchten, dat Sir
John na zijn bezoek aan Berlijn nog
naar Warschau en Moskou zou willen
gaan. Te Berlijn vindt men zulks alles
behalve prettig. Het zou afbreuk doen
aan de reclame, die er voor de nazi's
in een bezoek van den Engelschen mi
nister van buitenlandsche zaken zit.
Zoo'n minister heeft n.l. in lange, lan
ge jaren Berlijn niet om zich zelfs wille
met een visite vereerd. Er ligt daarom
een zekere erkenning in opgesloten, de
erkenning, dat Duitschland weer voor
„vol" wordt aangezien; hetgeen het
prestige der nazi-regeering ten goede
moet komen. De zaak zou echter heel
wat minder eervol zijn, indien men het
bezoek van Sir John moest deelen met.
Warschau en Moskou.
Overigens vindt de Duitsche regee
ring het ook om redenen van buiten
landsche politiek niet wenschelijk, dat
de Britsche minister naar de Poolsche
en de Russische hoofdstad zou reizen.
In de eerste zou hij alleen maar af
breuk kunnen doen aan de Duitscn-
Poolsche vriendschap. En in de tweede
lijken in Duitsche oog'en allerminst be
langen te bevorderen, welke Berlijn
ten goede zouden kunnen komen- Hef
is intusschen niet waarschijnlijk, dat
men zich te Londen erg veel van dit
Duitsche gemopper aan zal trekken.
Men is daar juist zeer welwillend je
gens de Sovjets gestemd, omdat dezen
verleden week in 'n uitvoerige nota hun
algeheele instemming met de Londensche
voorstellen hebben betuigd. Als de En
gelsche -regeering het nuttig acht, om
Sir John naar Warschau en Moskou te
laten gaan, zal Berlijn daar niets aan
kunnen doen.
(Ingez. Med.)
„Overste. Ik dank u", zei hij, „of
schoon het niet prettig is zoo terug te
keeren."
„De kansen van den strijd."
S.axon gaf hem een in papier gewik
keld pakje, schreef vlug een briefje,
verzegelde het met zijn ring. Op h'et
adres stond:
Den Hoogedelgeboren Heer
Vaandrig Verona.
Het schrijven luidde:
„Door dezen ik u kapitein Von Fel
sen. Ik dank u zeer voor het beursje
met goud, dat u mij heeft geleend. Hier
bij een snoertje Oostersche parelen. Ik
hoop, als huwelijkscadeau. Maar mijn
dankbaarheid blijft eeuwig, evenals de
herinnering aan u.
Overste Saxon".
Hij reikte brief en pakje aan kapi
tein Von Felsen. „U kent natuurlijk
vaandrig Verona, een sympathieke jon
geman, die mij eens een dienst heeft be
wezen."
Er verscheen een glimlachje op het
gelaat van den kapitein.
'.Zeker overste. Een veel belovend of
ficier.
„Melchior", riep Saxon-
„Geef den kapitein zijn paard en wa
pens-terug, tfeleid hem buiten het kamp."
Von relsen^ salueerde in de houding
„Overste zei hij. „Het moet een ge
noegen zijn onder u te dienen."
„Ails u terug wilt komen, uw plaats
is altijd open. Het zou niet dom zijn. Ik
zie de kansen keeren. Maar leer dit van
mij: kom getrouwd terug."
Het gelaat van Von Felsen wisselde
v,an kleur.
1 iT'lilÉ
DE NEDERLANDSCHE
SCHELDEVLUCHT.
In de Maandag gehouden Bestuursver
gadering van de Zeeuwsche Vereeniging
voor Luchtvaart is besloten de tweede
Nederlandsche Scheldevlucht te houden
op Zaterdag 27 Juli. Zooals men weet,
is de tropee, de zilveren Scheldemeeuw,
verleden jaar gewonnen door de leer
lingen der Rijksopleiding voor verkeers
vliegers in een F.K. 43 toestel der K.
L. M.
Deelname aan den wedstrijd is alleen
opengesteld voor sportvliegers.
DEMOCRATISCHE
WEL V AARTSIPOLITIEK,
Openbare vergadering s.d.a.p.
De afd. Middelburg van de sociaal
democratische arbeiderspartij had gis
teravond in het Schuttershof een open
bare vergadering belegd, waarin als spr.
optrad, het lid der Eerste Kamer, de
heer A. B. de Zeeuw uit Rotterdam.
Verder verleenden de muziekvereeni-
ging „Excelsior", de zangvereeniging
„De Volksstem" en de A. J. C. haar
medewerking.
Namens de afd. Middelburg der s.d.a.p.
heette de heer J. Onderdijk allen har
telijk welkom. Spr. zeide dat deze ver
gadering belegd was bij wijze van inzet
van den naderenden verkiezingsstrijd.
De spreker van dezeh avond, de heer
de Zeeuw begon met te zeggen dat de
mooie zaal in schrille tegenstelling w;as
met den toestand waarin we leven. Spr.
wees op de algemeene ellende die er
in Nederland heerscht. En wie zal ons
door de kwade tijden heen helpen? Men
heeft beweert, en nog, aldus spr., dat
er maar één is die ons heen z,al voeren
naar betere tijden: de regeering, het ka-
binet-Colijn.
De eerste helft van zijn rede heeft
spr. meestal op sarcastische wijze het
kabinet-Colijn als uitgangspunt genomen.
Spr. herinnerde hierbij allereerst aan de
geschiedenis van de De Zeven Provin
ciën, welke beroering in de schoenen van
de s.d.a.p. werd geschoven.
Spr. stond vervolgens uitvoerig stil bij
de belofte van den hr. Colijn welke deze
had afgelegd, toen hij de teugels in han
den zou krijgen. Dit waren vief pTmten
nh: de regeering moest het gezag her
stellen, zorgen voor financieel herstel,
de werkloosheid bestrijden, en het eco
nomisch leven behoeden voor verder
verval. De regeering heeft den steun
gekregen van alle partijen, behalve van
de socialisten. We kregen een crisis-re-
geering. Spr. wees op het uiten van
woorden, maar 't ontbreken- van daden
bij de r.k. Voorts hoe de vrijz. dem. te
gen de oorlogsbegrooting stemden, maar
dat desondanks de ministers toch in het
kabinet blijven. Zoo zit Colijn sterk ge
steund door de burgerlijke partijen. Te
genwoordig, zoo betoogde spr. noemt
men dat herstel van gezag.
Vervolgens critiseerde spr. het finan
cieel herstel van de regeering en de fi-
nancieele politiek van minister Oud.
Spr. wees er hierbij op dat men zegt dat
hij de financiën van Rotterdam heeft
verknoeid, doch thans bij zijn a.r. op
volger is er volgens spr. een groot te
kort, dat zich nog steeds uitbreidt.
Spr. ging daarop de in de belofte van
Colijn voorkomende bestrijding van de
werkloosheid na. Hij heeft twee jaren
geleden betoogd dat hij de werkloosheid
beter zou bestrijden dan z'n voorgan
gers. Het is gansch anders uitgekomen
dan deze minister in het vooruitzicht
had gesteld.
Tenslotte nam spr. het vierde punt
van Colijns program onder de loupe:
het economisch leven behoeden voor
verval. Een deel van het Ned. volk is
geholpen geworden door maatregelen
„Overste. Ik hou u aan uw woord."
Hij ging in de houding staan, salueerde.
Maar Saxon stak hem de hand toe. De
ander drukte die stevig. Beiden glim
lachten. Dachten ze aan hun eersten
handdruk of ,aan Verona?
Von Felsen vertrok.
„En nu eindelijk naar het kasteel",
mompelde Saxon.
Doch op hetzelfde oogenblik snelde
Marion de tent binnen, vloog Saxon in
de armen en drukte zich zoo stijf tegen
hem aan, dat er nieuw bloed door zijn
aderen stroomde.
Toen de opperbevelhebber Tilly de
nachtelijke verrassing v,un zijn regimen
ten vernam, zei hij: „Meer schande dan
schade. De revanche zal spoedig vol
gen."
HOOFDSTUK XXXI,
„Lieveling, zul je me nooit meer al
leen laten?" vroeg Marion, toen ze in
de kemenade in S,axon's armen lag, het
hoofd tegen zijn breede borst geleund.
„Maar meisje, ik heb nog slechts de'
helft van mijn opdracht vervuld. De
schat is nog niet gevonden. Ik kan toch
niet met leege handen bij den koning
komen en zeggen: Sire, ik heb gefaald."'
„Ik heb zoo'n angst gehad", zei ze
zacht. „Ik wist dat Von Pappenheim je
gevangen genomen had. Ik heb Bernhard
gesmeekt mij naar het leger der keizer
lijken te laten gaan, toen de trompetter
voor de tweede maal geblazen had en
de boodschapper het bericht overb|aóht,
dat indien ik niet uitgeleverd werd, 't
kasteel verwoest zou worden en ik je
nooit zou weerzien. Ik wilde naar Von
van de regeering. Dat is het landbou
wende volk.
Door kunstmatig de prijzen van de
landbouwproducten voor het Ned. Volk
duur te maken, door op den natuurlijken
prijs van melk, boter, kaas, vleesch enz.
indirect en belasting te leggen, door het
levenspeil van de arbeiders, werkende
en gesteunde, duurder te maken is de
landbouw geholpen aldus spr. maar op
het punt van fabriekswezen, scheep
vaart en metaalnijverheid heeft de re
geering geen maatregelen genomen.
Colijn is gereformeerd zoo zeide spr.,
Voor de Zeeuwen misschien nog niet ge
reformeerd genoeg. Een goed en oprecht
gereformeerde herinnert zich steeds de
kleinheid van den mensch, want alles is
in een hoogere macht zeggen de gere
formeerden. Spr. geloofde dat Colijn,
toen de verkiezingsstrijd begon, dat 'n
beetje van zich heeft afgeschud. Er werd
vergeten dat hij toch maar een nietig
klein mensch was.
„De onmacht van Colijn" kweekt
tweeërlei stroomingen: het verzet bij de
arbeiders zal de organisatie hechter ma
ken, en de wanhoopspolitiek zal hij ver
sterken.
Nadat spr. nog aangespoord had niet
bang te zijn voor het nationaal-socialis-
me en zich door den schijn niet te la
ten verlokken, eindigde hij het eerste
gedeelte van zijn lezing.
Spr. besprak daarna de liberale be
ginselen, de liberale politiek en de the
orie van het herstel. Nu heeft men an
dere inzichten, aldus spr. De liberale we
reld produceert maar om winst te ma
ken maar kijkt niet naar de menschen.
Er moet ordening komen. Het volk be
grijpt dat deze maatschappij in wezen
verrot is. Als de arbeiders het niet zelf
ter hand genomen hadden, aldus spr.,
zou de werkloosheidsuitkeering er niet
zijn, want van liberaal standpunt is het
fout.
Over de ordening is veel gesproken
volgens spr, Colijn echter vond het te
genwoordig geen tijd voor sterke orde
ning. Het kwaad opheffen wil hij dus
niet. Hij komt hier dus in het schuitje
der liberalen.
Spr. meende dat er geen liberaal orgaan
in Nederland is dat niet te spreken is
over Colijn. Het kabinet regeert als bijna
zuiver liberaal; het zit veel te vast aan
het kapitalisme.
Het kapitaal moet echter georgani
seerd worden voor de welvaart van de
menschen. Wat we momenteel doorma
ken is een crisis in het kapitalisme.
Wanneer alles georganiseerd geschiedt,
zal het pas goed gaan. Die tijd zal ko
men. Er is er maar één die het brengen
kan, dat zijn de arbeiders met elkaar,
zeide spr. De crisis die het kapitalisme
in 1929 heeft aangegrepen, schreeuwt
om omverhalen van het economische
stelsel van het liberalisme. In Duitsch
land hoopte men d,at Hitier het zou
kunnen, maar het volksleven is er geen
steek door verbeterd, evenmin in Italië.
Al die heeren worden dienaars van 't
kapitalisme.
Ook Colijn kan geen verlossing geven.
Alles wat hij doet aan ordening is ka
pitalistische ordening. Een is er die het
kapitalisme kan weerstaan, dat is de
arbeidersklasse, aldus spr. Juist deze
moeilijke tijd maakt de arbeiders tot
de profeten van den nieuwen tijd. Een
heid moet er komen in de organisatie
van de wereld. De werklooze heeft
recht om te leven en te bestaan. De
arbeiders moeten volhouden in het so
cialisme. Het geloof in het socialisme
zal niet verwoest worden. In dat tee'ken
zult gij overwinnen zoo besloot spr.
zijn rede onder applaus der volle zaal.
De heer Onderdijk heeft nog een slot
woord gesproken en opgewekt tot aan
sluiting bij de s.d.a.p. Spr. dankte .den
spreker, en verdere medewerkers van
dezen avond.
De avond werd opgeluisterd door de
Pappenheim, maar Bernhard heeft me
opgesloten,"
„Dat was verstandig van hem."
„Hij zei: Prinses, er is hier in het
kasteel maar één bevelhebber en die
ben ik. U moet mijn bevelen gehoorza
men. Maar maakt u zich niet bezorgd.
U zult den overste veilig terugzien.
Zijn beide regimenten zijn op weg naar
hier en de meester brengt een gehpel
leger op de been".
„De meester?" vroeg Saxon. „Ken
jij den meester."
„Hij bracht -me dadelijk een bezoek,
toen ik hier kwam, vertelde mij d^t hij
je vriend was, dat ik geen angst be
hoefde te hebben, daar je spoedig weer
op vrije voeten zoudt wezen. Hij zei:
„Wij hebben een plan dat moet slagen.
Maar bovendien het leven van den
overste loopt niet het minste gevaar.
Von Pappenheim weet dat hij rijk is,
dat u en zijn vrienden elke som zouden
bijeen brengen als losprijs. Overste
Saxon is voor hem van te veel waarde.
De keizerlijken, vervolgde hij, hefc|>en
veel geld noodig. Keizer Ferdinand-ziet
geen kans meer te leenen, zelfs niet bij
de Joodsche geldschieters, van welke
hij velen tot vijand gemaakt heeft. Wat
een groote domheid was. Wallenstein
is de eenige man, die hem zou kunnen
belpen. De keizer heeft hem ontslagen.
Hij zal hem moeten terug roepen, maar
de beroemde veldheer is niet meer te
vertrouwen. Hii vergaat van eerzucht.
Hij heeft getracht een verbond met den
koning van Zweden te sluiten, doch de
koning vertrouwt hem evenmin."
,,,Dat is alles volkomen waar", beaam-
Mi
muziekvereeniging „Excelsior", die
eenige nummers ten beste gaf onder
leiding van den heer J. v. Soelen. Ook
de zangvereeniging „De Volksstem'
onder leiding van haar directeur J.
Sturm heeft op verdienstelijke wijze en
kele liederen gezongen terwijl tenslotte
de A. J. C. een paar dansjes uitvoerde.
Herbouw winkel van Wolders.
De herbouw van het afgebrande ge-
deelte van het pand Langedelft H 18,
waarin gevestigd waren de winkel, toou-
kamers enz. van het Electro-technlsch
Bureau Wolders, is na besteding opge
dragen aan den heer K. J. van Loo, Men
hoopt over ongeveer 8 weken de zaak
te kunnen heropenen.
De werkloosheid.
Het aantal werkloozen loopt geleide
lijk iets terug. Het is dezen winter lan
gen tijd boven de 1300 geweest, doch de
laatste weken is het gedaald en bedraagt
thans 1272, waarvan 86 bij de werkver
schaffing, De metaalbewerkers vormen
nog steeds het grootste aantal n.l. 552.
De bouwvakkeji vertoonen wel eenige
opleving, doch in deze vakken zijn nog
meer dan 200 werkloozen, n.l. 100 tim
merlieden, 64 schilders, 25 metselaars,
21 opperlieden en 12 stucadoors-
AAGTEKERKE. Maandagavond ver
gaderde de vereeniging „Groene Kruis",
Van de 164 leden welke de vereeniging
telt waren er slechts 12 leden aanwe
zig. Uit het verslag van den penning
meester bleek, dat een goed slot te
boeken viel. Tot afgevaardigde naar de
alg. verg., welke gehouden z,al worden
te Zierikzee werd gekozen de heer J.
de Lange. Van het materieel, dat in
goeden staat verkeert, werden in het
afgeloopen jaar 44 stuks aan 21 leden
in bruikleen gegeven.
DOMBURG. Maandagavond had een
jaarvergadering plaats ten belange van
het vereenigingsgebouw „Samenwer
king". Dit gebouw is eigendom van en
in gebruik bij de muziek- en zangver-
eenigingen „Apollo", „Volharding leidt
tot het Doel" en „Looft den Heere". Uit
alle drie waren belangstellenden opge
komen. Het lokaal is ook een oefen
plaats voor het kinderkoor „De Jonge
Stem" en des zomers van de mandoline-
vereeniging, terwijl ook nu en dan gods
dienstoefeningen binnen zijn muren ge
houden worden, doch alle financieele
voorzieningen zijn toevertrouwd aan een
commissie, gevormd uit leden der drie
eerste vereenigingen. Voorzitter dier
commissie is de heer J. Maas Johz., se
cretaris de heer P. de Pagter Jz., pen
ningmeester de heer Jac. Geertse.
We resumeeren uit die vergadering:
Inkomsten 72, uitgaven 186, na-
deelig slot 114. De drie vereenigingen
zullen dus theoretisch elk 38 moeten
bijdragen, doch deze bijdrage zal tot
45 verhoogd worden om de kas te ver
sterken tegen ongunstige exploitatlieja-
ren. Het kassaldo zal dan pl.m. 140 be
dragen, waar tegenover een hypothecai
re schuld staat van nog 200. Deze zal
door aflossing met 25 verminderen.
Na uitloting van 5 rentelooze aandeelen
ad 10 blijft er een rentelooze schuld
/ran 1360.
RAAD VAN HOEDEKENSKERKE.
HOEDEKENSKERKE. Maandag ver
gaderde de Raad, onder voorzitterschap
van burgemeester J, M. Slegt.
Afwezig de heer Johs. Boone.
De v o o r z. deelde mede dat een
reclame van W. de Punder te Nisse te
gen het betalen van het door hem in de
ze gemeente verschuldigde schoolgeld
door den Raad van Beroep voor de di-
de Saxon.
„Dat z,al wel zoo zijn", antwoordde
Mraion. „Maar mijn vrees dat zoo'n
deugniet als jou iets zou overkomen,
werd er niet door verminderd, ofschoon
de meester en Bernhard mij steeds
moed trachtten in te spreken, Ik vond
het beter zelf de koe bij de horens te
pakken, doch daarvan wilden ze niets
wetèn. Geen van beiden. Ze zeiden,
dat ik dan jouw kansen zou bederven
en dat, als wij beiden in zijn handen wa
ren, alles verloren zou zijn en Von
Pappenheim geheel meester van den
toestand zou wezen. De overste zou
honderdmaal liever sterven. Bingum-
stein is onneembaar, zeide Bernhard.
Mocht het verwoest worden, dan waren
er veilige geheime uitgangen."
„Gelukkig dat ze je tegen wisten te
houden. Jij in de handen van Von Pap
penheim," zei hij met trillende stem en
drukte haar stijf tegen zich aan. „Ik
durf er niet aan denken."
„En toen vanmorgen, terwijl het nog
duister was, plotseling dat krijgsrumoer
het tumult van den strij'd, het gekerm
der gewonden, de schrille kreten der
stervenden! Wij stonden op de tinnen
van het kasteel. Eerst konden we niets
zien in de duisternis, maar toen het la
ter werd, begonnen we iets te onder
scheiden, een veldslag van schimmen.
En toen zag ik jou, vrij, hoog te paard
op Balder's rug, te midden der ruiters
en mijn hart sprong op van vreugde. En
nu ben ik zoo dankbaar en blij1". Ze
kuste hem op beide oogen. „Nooit, nooit
Iaat ik je weer alleen er op uittrekken."
(Wordt vervolgd).