OVERSTE SAX0N
ASPIRIN
KRONIEK van den DAG.
BINNENLAND.
ZEELAND.
-Gebruikt in Ow soepen HONIG's BOUILLONBLOKJES 6 wlOeént
ajSl«^ranci" wo'dt -
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN WOENSDAG 13 FEBRUARI 1935. No. 37.
GOES.
WALCHEREN.
Historische Avonturenroman;
joet-
offa,
uit
lan-
Al-
rten
de-
no.
De goudclausule-processen in
Amerika. Met groote span
ning wordt de uitspraak ver
beid. Het gaat om milliar-
den. Maar de regeering
heeft tegen een voor haar on
gunstige uitspraak nog wel
pijlen op den boog.
Wekenlang reeds verkeert men in
Amerika in een zenuwachtige stem
ming over de z.g. „goudclausule-pro
cessen", die bij hei opperste Gerechts
hof te Washington aanhangig zijn ge
maakt. Het Hof zou al een keer of wal
uitspraak gedaan hebben, doch stelde
de uitspraak telkens weer uit, list
laatst eergisteren. De spanning wordt
daardoor natuurlijk nog extra aange
wakkerd, al is haar bestaan dan al
heel wel verklaarbaar uit hoofde van
den reusachtigen omvang der bedra
gen, die met de zaak gemoeid zijn. De
ze loopen in de milliarden.
Waar 't in den grond om gaat is de
vraag, of 't Congres ('t parlement der
Ver. Staten) 't recht heeft, om door 'n
wet 'n belangrijke clausule in overeen
komsten tusschen debiteuren en credi
teuren te annuleeren. Dat heeft het
Congres n.l. gedaan. Toen de dollar
van zijn gouden basis werd gerukt en
zeer aanzienlijk in waarde daalde, za
ten de staat, talrijke gemeenten en
ook talrijke groote maatschappijen
voor de moeilijkheid, dat alle of een
deel hunner obligatieleeningen waren
aangegaan o.m. op de voorwaarde, dat
rentebetaling en aflossing zouden ge
schieden in „gouden" dollars. Voor de
crediteuren was dit geen gering voor
deel, doch als gezegd de regee
ring haalde er fluks een streep door.
Drie der vijf processen, welke bij
het Opperste Gerechtshof in behande
ling zijn, worden gevoerd door bezit
ters van goudobligaties tegen spoor
wegmaatschappijen, welke deze obliga-
tiën hebben uitgegeven. Deze obliga
tiehouders beweren, voor lederen op
hun goudobligatie vermelden dollar
thans 1.69 dollar het verschil tus
schen den ouden en den nieuwen dol
lar daarbij dus inbegrepen te kun
nen vorderen. Dezelfde eisch wordt
aan de regeering gesteld door iemand
die bezitter is van een stuk der oor-
logsleening, terwijl zelfs een vijfde aan
klager zijn goudcertificaten dus
bankbiljetten op dezelfde wijze wil
ingewisseld hebben.
Op alle waarde-papieren dezer eis-
chers komt een clausule voor, welke
betaling in goud of „in een hiermede
overeenkomend bedrag in betaalmidde
len voorziet. De eischers verlangen
niet het eerste, daar dit immers sinds
de nationalisatie van het goud in strijd
met de wet zou zijn, zij beweren ech
ter recht te hebben op de betaling van
een equivalent voor de op de obligation
vermelde gouddollars.
Wanneer dus het Opperste Gerechts
hof de aanklagers in het gelijk stelt,
wordt iedere particuliere en publieke
schuld, bij welker totstandkoming de
goudclausule werd aangewend, onmid
dellijk met 69 pCt. verhoogd, en dit
zou de ruïne van den Staat en van het
geheele Amerikaansche bedrijfsleven
beteekenen. Ook de grootste concerns
zouden een dergelijke reusachtige ver
meerdering hunner schulden niet kun
nen dragen en vele hiervan zouden tot
faillissement gedwongen worden.
Eenige cijfers kunnen dit aantoonen
de goudobligatiën der regeering bedra
gen ongeveer 13 milliard dollar, de
obligatiën der spoorwegen 12 milliard
dollar en die der publieke instellingen
15 milliard dollar. De meeste obligati-
®n der beide laatstgenoemde catego
rieën hebben de goudclausule. Voorts
zouden Staats-, districts- en gemeente-
leeningen voor een totaalbedrag van
17 milliard dollar eveneens worden
medegesleept, om nog maar niet te
spreken van de talrijke obligatielee
ningen van industrieele ondernemingen
en particuliere personen, welke een
goudclausule hebben.
Op de beurs zou een dergelijke be
slissing van het Opperste Gerechtshof
een paniek veroorzaken. Goudobliga
tiën zouden in verband met haar ver
hoogde waarde scherp aantrekken, ter
wijl aandeelen van maatschappijen met
groote verplichtingen daarentegen zou
den omlaag storten en hierdoor ook
de tarwe- en katoen-noteeringen.
Dat zouden de theoretische uitwer
kingen zijn van een tegen de regeering
gerichte beslissing, welke echter door
de meeste deskundigen in financieele
kringen voor onwaarschijnlijk geacht
wordt. In werkelijkheid zou de regee
ring deze uitwerkingen wel weten te
voorkomen en noodmaatregelen voor
dit geval zijn reeds geruimen tijd voor
bereid. Niemand buiten de regeering
zelf, weet heden, waaruit deze nood
maatregelen zullen bestaan. Er bestaan
echter de volgende alternatieven wel
ke voor ieder doel dienstig zouden
zijn:
1. Het Congres zou nieuwe wetten
kunnen aannemen, waardoor de juristi-
sche bezwaren van het Opperste Ge
rechtshof ongedaan gemaakt zouden
worden;
2. Het Congres zou ten spoedigste
een aanvulling op de Constitutie aan
nemen, waardoor de goudclausule
waardeloos gemaakt wordt;
3. De regeering zou onverwijld een
inflatieprogramma door kunnen voe
ren, dat de deflationistische werking
der beslissing van het Opperste Ge
rechtshof op zou heffen;
4. Het Congres zou door een betref
fende wetgeving den vroegeren goud
dollar wederom herstellen. Deze laatste
maatregel is momenteel in verband met
de inflationistische stemming in het
Congres wel de onwaarschijnlijkste.
Al deze mogelijkheden worden over
wogen, zonder dat echter een vooraan
staande persoonlijkheid het gewaagd
heeft, om de beslissing van het Opperste
Gerechtshof of den koers der regeering
in het geval van een voor de regeering
ongunstige beslissing te voorspellen.
Men moet afwachten, en dat doet men
dan ook, hoewel met ongeduld en ner
vositeit.
sche niveau; dan is een nationaal mi
nisterie mogelijk als in Engeland onder
MacDonald.
Spr. hoopte, dat dr. Colijn sterker en
wijzer zal zijn dan zijn tegenstanders en
de gelegenheid zal aangrijpen om tot
waarlijke verbroedering te komen van
het geheele Nederlandsche volk.
'T IS MAAR EEN WEET.
Mussert minister van Water
staat en „een roode onderwij
zer" aan 't hoofd van 't depar
tement van onderwijs,
In een redevoering voor 't Verbond
voor Nationaal Herstel te Bussum heeft
de heer C. Hoynck van Papendrecht een
middel aan de hand gedaan, om de poli
tieke verscheurdheid van ons volk in
haar tegendeel te doen verkeeren. Spr
had natuurlijk speciaal het oog op de
Controverse tusschen S.D.A.P., N.S.B.
en wilde „in ootmoed" dit advies aan
het hoofd onzer regeering, dr. Colijn ge
ven:
Er is een vacature in het ministerie.
Bied Mussert, een bekwaam ingenieur,
de portefeuille van Waterstaat aan; laat
hem toonen dat het hem ernst is met het
algemeen volksbelang. En zet een roo-
den onderwijzer aan het hoofd van On
derwijs; schenk hem vertrouwen; dan is
de S.D.A.P. te brengen tot het Engel-
DE WERKLOOSHEID.
In Januari een kleine stijging
van ongeveer 2i66 pet
Overzicht van den stand der werk
loosheid in de gemeenten behoorende
tot het gebied der districts-arbeidsbeurs
te Middelburg op 31 Januari.
De cijfers tusschen de haakjes geven
den stand aan op 31 December.
Middelburg 1170 (1139); Vlissingen
1321 (1378); Aagtekerke 15 (9); Arne-
muiden 211 (206); Baarland 64 (56); Big-
gekerke 32 (28); Borssele 76 (71); Co-
lijnsplaat 96 (77); Domburg 92 (92); Drie
wegen 29 (25); Ellewoutsdijk 31 (33);
Goes 228 (240); 's Gravenpolder 37 (56);
Grijpskerke 25 (25); 's H. Abtskerke 8
(8); 's H. Arendskerke 175 (157); 's Hee-
renhoek 84 (82); Heinkenszand 101 (85);
Hoedekenskerke 80 (76); Ierseke 156
(99); Kapelle 135 (115); Kats 23 (21);
Kattendijke 14 (12); Kloetinge 61 (55);
Kortgene 37 (47); Koudekerke 131 (144);
Krabbendijke 96 (90); Kruiningen 137
(142); Meliskerke 16 (12); Nieuwland 48
(51); Nisse 36 (28); Oostkapelle 30 (28);
Oudelande 49 (47); Ovezande 75 (65);
Rilland-Bath 72 (66); Ritthem 23 (18);
Schore 19 (20); Serooskerke 58 (56); St,
Laurens 27 (26); Souburg 324 „(333);
Veere 33 (32); Vrouwepolder 27 (24);
Waarde 56 (50); Wemeldinge 111 (100);
Westkapelle 319 (309); Wissekerke 170
(162); Wolphaartsdijk 91 (90) en Zoute-
lande 30 (24).
Totaal stonden ingeschreven op 31
Januari j.l. 6279 werkzoekenden tegen
6112 op 31 December 1934.
Het Commissariaat van Politic.
De minister van Binnenlandsche Za
ken berichtte, dat hij zich, omtrent de
opheffing van het commissariaat van po
litie in verbinding stelde met den Minis
ter van Justitie- Nadat de verordening
gemeente-politie de Koninklijke goed
keuring zal hebben verkregen, is de Mi
nister van Justitie bereid het ontslag vaa
den tegenwoordigen commissaris van
politie en de opheffing van het commis
sariaat te bevorderen. Ingevolge art
VII van het raadsbesluit van 5 Oct. 1934
treden daarmede de bepalingen nopens
den inspecteur in werking.
De Minister van Justitie heeft echter
bericht, dat hij het minder wenschelijk
zou vinden, indien gedurende een mo
gelijk vrij geruimen tijd noch een com
missaris noch een inspecteur in de ge
meente Goes zou zijn. De minister ver
zoekt daarom de benoeming van den in
specteur zoo nauw mogelijk bij het ont
slag van den commissaris van politie
aan te laten sluiten.
ZOUTELANDE. Maandagavond hield
de Vereeniging „School met den Bijbel",
alhier haar gewone algemeene vergade
ring onder voorzitterschap van ds- W
Oosthoek.
De secretaris, de heer Job Wisse,
bracht zijn jaarverslag uit over 1934. De
gang van zaken is in 1934 bij het onder
wijs goed geweest. Uit het verslag van
den penningmeester, den heer S. van
Sluijs, bleek dat de kas der Vereeniging
in 1934 is versterkt met een overschot
van 178.
De bestuursleden J. Wisse en E. Jan-
se werden herkozen.
In de vacature ontstaan in het bestuur
door het bedanken van den heer Joh.
Pleyte wegens vertrek, werd de heer J.
de Visser gekozen.
Bij de rondvraag kwam o.a. de con
centratie van scholen ter sprake. Het
bestuur meende, dat deze school geen
gevaar loopt.
RAAD VAN ZOUTELANDE.
Steunregeling vastgesteld.
W erkverschaf f ingsob jecten.
ZOUTELANDE. Maandag vergaderde
de Raad, onder voorzitterschap van
burgemeester, D. Kodde, voltallig. De
v o o r z. gaf een overzicht van hetgeen
in 1934 zooal is voorgevallen. Hij noem
de 1934 een donker jaar op economisch
en zedelijk gebied. In 1934 zijn Duinweg,
Oostweg en Duinstraatje verhard. Ook is
een uitbreidingsplan voor de gemeente
ontworpen. Spr, zag de toekomst don
ker in en wenschte de raadsleden Gods
zegen toe in 1935.
Weth. S t r o o beantwoordde namens
den Raad deze rede.
Ingekomen was o.a. een dankbetuiging
van de Geitenfokvereeniging „Laat ons
Volharden", alhier, waarbij werd mede
gedeeld, dat men thans geen subsidie
meer noodig heeft.
De v o o r z. deelde mede, dat de Ned.
heiteeltcentrale geen plantsoen voor
duinbeplanting beschikbaar heeft. De
heer Von Brucken Fock had
echter van andere zijde de beschikking
over plantmateriaal gekregen en heeft
met behulp van den gemeentewerkman
en een subsidie van de Vereeniging voor
Vreemdelingenverkeer in den Duinweg
beplanting aangebracht. Den heer Von
Brucken Fock werd voor zijn belange-
loozen arbeid dank gebracht.
Op voorstel v,an B. en W. werd be
sloten zich voor de uitvoering der ziek
tewet aan te sluiten bij de Coöp, Ver
eeniging „Centraal Beheer" G.A, te
's-Gravenhage. Dit komt voor de ge
meente en voor de arbeiders bij de
werkverschaffing voordeeliger uit dan
uitvoering door den Raad van Arbeid.
Op voorstel van B. en W. werd be
sloten voor 1935 f 25 beschikbaar te
stellen voor het ontwikkelingswerk voor
jeugdige werkloozen. De heer de Wolf
stemde tegen. j
Op voorstel van B. en W. werd een
steunregeling vastgesteld voor gevallen,
waarin niet gewerkt kan worden in
werkverschaffing.
Met den Polder Walcheren en de ge
meenten Meliskerke en Biggekerke is
overeenstemming bereikt tot het del
ven van sprinken. Op de goedkeuring
van den minister wordt nog gewacht.
De vergoeding voor de bijz. scholen
over 1932 werd vastgesteld op f 9,51
per leerling.
Besloten werd op een daartoe strek
kend verzoek eenmaal een subsidie van
f 10 te geven aan de Geitenfokvereeni
ging Boudewijnskerke. De heer Ver-
hage stemde tegen.
Op verzoek van aangelanden werd z.
h. s. besloten tot verharding met klin
kers van den Molenweg, Houtenburg-
scheweg, Duizend roedsche baan en 'n
gedeelte van den Zwaanweg, in totaal
ongeveer 2400 m lengte. Geraamde
kosten f 12,700. De helft der kosten zal
door aangelanden worden gedragen in
den vorm van een baatbelasting.
Op voorstel v,an B. en W. werd be
sloten om de vergunning tot het halen
van zand uit het vroon bij pension
(Ingez. Med.)
door G. P. BAKKER.
41).
„Een riem zonder eind", meende
Saxon.
„Maar als de kwartiermeesters ze
niet kochten, zouden de paarden over
de grens gebracht worden of aan den
vijand verkocht. Nu vaart ieder er wel
bij»
i kwartiermeesters", oordeel
de Mercurius,
„Jij kunt het weten, want je bent
met alleen de bode der goden", opper
de zijn vriend.
„Geldschieter! Tegenwoordig in Ham
burg noemt men die heeren bankiers!"
„Zeker omdat ze op een bankje in
zeker klem vertrekje behoorden te zF
ten."
„Hoe langer de oorlog duurt hoe
grooter de waarde van het goud wordt",
beweerde S:uxón.
„En hoe slechter de menschen", her
nam Praxiteles. „Als ik over het goud
begin, zou ik wel een liedje willen hui
len. Ieder die met veel goud in aanra
king komt, wordt er geestelijk door
verlaagd. Wonden kan men heelen door
er dunne zilveren of gouden plaatjes
op te leggen zegt Paracelsus, de
groote heelmeester. Zeker is dat de el.-!
tering ophoudt en de genezing er door
verhaast wordt, maar op de ziel werken
de gouden schijven juist omgekeerd."
„Je draaft door, oude dokter", ver
weet Mercurius hem.
„In elk geval", meende Saxon, „moet
ik u eenige van die vervloekte schijven
geven om paarden te koopen. Een voor
den bode, een voor u en een voor mij,
Praxiteles schudde het hoofd. „We
hebben u toch reeds duidelijk gemaakt
dat we vrienden zijn. En we zijn te
trotsch op die vriendschap dan dat we
het vuile goud gelegenheid willen ge
ven zich er tusschen te dringen."
De drie mannen gaven elkander de
hand.
Het zou onheusch zijn verder aan te
dringen", besloot de overste.
„En nu, overste", begon de bode der
goden, „komt er nog een pakkend slot.
Verwijt mij niet dat ik niet eerder heb
gesproken. Ik had daarvoor een geldige
reden- De prinses is op Bingumstein. Ze
wilde zelf een onderzoek instellen. Met
groote moeite hebben de mester en
Bernhard haar tot nog toe teruggehou
den."
„Een paard. We moeten dadelijk ver
trekken."
De drie vrienden stonden op.
Saxon hinkte naar Mientje, de beide
soldeniers volgden hem.
„Mientje", verklaarde hij. „Ik ga er
op uit. We hebben een plannetje, een
voordeelig zaakje."
„Mag ik meegaan?" vroeg ze.
„Beter niet. Het is mannenwerk." Hij
stopte haar een goudstuk in de h,and.
„Mijn handgeld", verklaarde hij.
Ze legde beide handen op zijn schou
ders, keek hem lang in de oogen.
„Niet te lang wegblijven." Haar blik
vertelde de rest.
„Neen, meisje", loog Saxon.
„Tot ziens, heeren", zei ze.
„Adieu, mevrouw", groetten de beide
anderen, bogen met een zwier als ca
valiers /aan 't hof en zwaaiden hun vei
fonfaaide hoeden zoo eerbiedig, dat de
verschoten veeren het gras raakten.
HOOFDSTUK XXV.
Saxon zat aan het hoektafeltje in de
groote gelagkamer. Door het venster
kon hij den weg overzien. .Bijna de ge
heele onderverdieping werd door de
zaal ingenomen. Aan de eene zijde leid
de een breede eikenhouten trap naar
de bovenvertrekken.
Mercurius en Praxiteles w,aren ver
trokken. De eerste om de berichten
over te brengen aan den koning van
Zweden. Saxon wachtte nu op den
tweede, die met een paar goede paar
den zou terugkeeren.
De overste begon ongeduldig te wor
den. Marion op Bingumstein. Slechts
vier uren rijden van hier verwijderd. De
lust bekroop hem den afstand te voet
,af te leggen, maar daardoor zou hij nog
later bij haar zijn. Dat vervloekte wach
ten; de tijd drong. Marion. Hij verlang
de er naar haar weer te zien, haar in
zijn armen te nemen. Heel zijn hart
smachtte naar de eenige vrouw, die hij
ooit had liefgehad, de eenige vrouw, die
er voor hem op de wereld bestond. Ma
rion, de mooiste vrouw, die een man
zelfs in zijn wildste droom en zich kon
voorstellen. Zijn verloofde. Hij zag haar
ovaal, ivoorkleurig gelaat voor zich met
de groote bezielende zwarte oogen on
der de lange wimpers, de krans van
donkere lokken, zag het spottende,
raadselachtige lachje om de warme roo
de lippen, het lachje dat hij alleen be
greep, zag haar trotsche slanke, maar
toch zoo mooi gevormde verleidelijke
gestalte. Zijn Marion.
Hij zat met het handvat van zijn
bierkruik in de hand, h/alf onbewust
van zijn omgeving, te droomen.
Eensklaps werd hij opgeschrikt door
het gekletter van talrijke paardenhoe
ven op den straatweg alsof een geheel
regiment in aantocht was. Hij keek ter
sluiks uit het venster, zorg dragende
dat hij v,an buiten niet was te zien en
bemerkte dat de geheele weg bezet wasj
met ruiters en voetvolk. Overal om de|
herberg werden posten uitgezet. Ge
snapt! Doch toen lachte hij om zijn eigen
dwaasheid. Ze hebben toch geen twee
regimenten ruiters van Hoick en Bern
stein, geen paar duizend man noodig
om mij te vangen dacht hij. Maar
wat was hun doel?
De deur van de herberg werd open
geworpen. Een officier trad binnen, ge
volgd door een bende musketiers en
toen achter de anderen verscheen de
galgentronie van den vos, den rooden
wachtmeester.
O
Nief alleen
pijn verzachten,
maar bestrijden:
Dat cto&fr
het product van vertrouwen.
(Ingez. Med.f
Duinoord met ingang van 1 Maart a.s,
in te trekken.
De heeren D. Kodde, J. Koppejan, J.
Stroo, en F. de Witte werden als leden
der schattingscommissie voor de inkom
stenbelasting herbenoemd.
RAAD VAN N.- EN ST. JOOSLAND.
Het voorstel van 't gemeente
bestuur van Middelburg inzake
vergoeding voor U.L.O.-onder-
wijs aangenomen, De steun
regeling gewijzigd.
N.- EN ST. JOOSLAND. Maandag
vergaderde de Raad- onder voorzitter
schap van den burgemeester voltallig.
De v o o r z. gaf een overzicht van de-
belangrijkste gebeurtenissen in 1934.
Wethouder Polderdijk antwoord
de als oudste raadslid dat het optreden
van den burgemeester de instemming
heeft van het weldenkende deel der be
volking. Hij hoopt dat de burgemeester
op denzelfden weg zal voortgaan en or
de en rust zal handhaven.
De v o o r z. deelde o.m. mede, dat de
leegstaande aschbakken niet verhuurd
kunnen worden, omdat daarvoor geen
liefhebbers zijn, dat van den Brandweer-
bond advies is ontvangen inzake vrijwil
lige en verplichte brandweer, doch dat
dit advies moeilijk zal kunnen opge
volgd worden, wegens de hooge kosten,
daaraan verbonden; dat bij brand even
als vroeger de klok weer geluid zal wor
den.
De opperbrandmeester J. Poppe Wz,
had ontslag gevraagd, hetgeen B. en W,
hem verleend hadden. In zijn plaats be
noemden B, en W. H. van Leerdam Pz,
en in de plaats van Van Leerdam stel
den B, en W. voor den heer A. Koopman
te benoemen tot brandmeester, waar
mede de Raad accoord ging. Op een
vraag van den heer De Kater deelde
de V o o r z. mede, dat Poppe geen re
den voor zijn ontslagaanvrage genoemd
had en ook de zaak niet met B, en W,
had besproken, hetgeen spr. vreemd
vond.
Ingekomen was o.m. het bericht, dat
opnieuw vo"or een jaar vrijstelling is ver
leend van het geven van onderwijs in
lich. oefeningen aan de o.l. school.
Tot lid der commissie van toezicht op
het L. O, werd herkozen de hr. D, de
Waard.
Tot lid van de Werkloozencommissie
werd wegens aftreding van wethouder
Polderdijk, die zich niet meer beschik
baar Stelde, benoemd wethouder De
Goffau en als lid-werknemer in dezelf
de commissie de hr. J. Dellebeke.
Van de gemeente Middelburg was een
verzoek ingekomen om medewerking tot
het treffen van een gemeenschappelijke
regeling, betreffende de kosten van leer
lingen, die een U.L.O.-school in die ge
meente bezoeken, hetgeen hierop neer
komt dat aan de gemeente Middelburg
een bijdrage van ongeveer 80 per leer
ling betaald zou moeten worden. De
Voorz. zegde, dat bij niet-toetreden
geen kinderen meer uit deze gemeente
bij het U.L.O.-onderwijs in Middelburg
Er zaten m,aar weinig gaste» in de
zaal. Gluiperig keek de vos rónd, kreeg
Saxon in zijn hoekje in de gaten, wees
hem aan en schreeuwde:
„Daar zit de spion."
De officier monsterde Saxon, knikte
en zei spottend: „Zoo, vriendje. Kom
maar eens hier. Je gaat met ons mee."
En toen terwijl hij zijn ironie eensklaps
liet varen: „Grijpt hem, kerels!"
Saxon had even vriendelijk terug ge
lachen, was opgesprongen ea stond in
enkele stappen boven aan detrap vóór
een der musketiers het bevel had kun
nen opvolgen en een hand naar hem
kon uitsteken.
„Hem na. Grijpt hem toch", klonk de
stem van den officier. „Niet schieten,
ezels. Levend vangen. Een doode spion
is geen cent meer w,aard."
Saxon draaide zich bliksemsnel om,
zag beneden zich de soldeniers de trap
opstormen. Hij bleef staan, wachtte
hen boven kalm op. De eerste vervol
ger was met getrokken zwaard vlak bij
hem. Saxon duwde het zwaard met
zw,aaienden arm ter zijde, greep den
man, hief hem op ondanks zijn tegen
stribbelen en wierp hem met volle
kracht tegen de beide kerels aan, die
het dichtst bij hem waren. Zij vlogen
kletterend in hun borstharnassen ach
terover tegen de mannen aan, die op
hen volgden. De geheele bende rolde
vloekend en tierend van de hooge, stei-
te trap.
(Wordt vervolgd)1.