5 DIAMANT DAGEN] ZONDER ZORGEN. KRONIEK van den 0A6. ilMHEUND. I TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN DONDERDAG 20 DECEMBER 1934. No. 300. jsTË. Va l. DE BEZWAREN TEGEN DE NIEUWE SPELLING WEERLEGD NU 40 CT. PER POND PROVINCIALE STATEN VAN ZEELAND. ie* ■ri le r aer Ind. |waar var- zeer St. 455. lidd. lijzen, larne bid. r» 22, Bol- |anse, igen. land- foom, te- I Rie- str, >.aan. /ali- ïens- sla- JRG. Is te |ring, jialen my- rder. |U 'n reis |Jan- Al- Coin- le- Izure Igek. ferij, amm 'EN, izijn 105, els- idd. dag ch- en- tat- Hitlerjeugd. Een ontzaglijk opvoedkundig experiment. - Romantische clubhuizen met moderne landsknechten, „Mein Kampf" als catechismus. Onze Berlijnsche correspondent be richt ons, dat hij een dezer dagen een aantal tehuizen van de „Hitlerjeugd heeft bezocht. Van wat hij daar gezien heeft, willen wij hier t een en ander navertellen. Deze „Hitlerjeugd" omvat zeker 70 pet. tot 80 pet. van de geheele jeugdige bevolking. Een organisatie dus, die men gerust en zonder overdrijving reusach tig mag noemen. Aan haar hoofd staat de nog tot de jongere generatie behoo- rende Baldur von Schirach die een van Hitler's intiemste medewerkers is in de leiding der Nationaal-Socialistische Duitsche Arbeiderspartij. En tot zijn mil- lioenen sterke leger der nationale juni ores behoort de eigenlijke „Hitlerju- gend", die de jongens (en meisjes, die in den B. d. M. „Bund deutscher Miidel georganiseerd zijn) van 14 tot 18 jaar j omvat, terwijl de jongens van 10—14 in het „Jungvolk" vereenig'd, en die van 8—10 of nog jonger als „Pimps" in hun jolige zwarte blousjes alreeds populair geworden zijn. Hoofdgedachte bij deze Hitler-jeugd- beweging is natuurlijk, komende geslach ten van Duitsche staatsburgers te kwee ken, die zoo mogelijk voor 100 pet. in nationaal-sociaHstische ideeën opge voed zijn en veel meer en veel oprechter en inniger dan de volwassenen van he den, bereid zijn, te leven en te laten le ven op grond van de denkbeelden, wel ke Adolf Hitler in zijn „Mein Kampf" heeft neergelegd. Dus begrijpt de lezer al dadelijk dat dit boek tot catechismus van het theoretisch onderwijs voor de Hitlerjeugd bevorderd is en bij dit spe ciale onderwijs nauwkeurig behandeld en toegelicht wordt. Om de kinderen volkomen in deze Hitler-sfeer op te voeden, is men op het voor de hand liggende denkbeeld ge komen, eigen clublokalen voor hen in te richten. En, handig als het nationaal-so- cialisme in alle propagandistische din gen nu eenmaal is, heeft men daarbij rekening gehouden met de neiging tot het romantische, waaraan zich geen en kele jeugd ter wereld, de Duitsche in de laatste plaats, onttrekken kan. Men koos als clubhuizen dus verlaten kas- teelen en romantisch gelegen villa's, wier eigenaars gevlucht zijn of de groote kosten van onderhoud niet meer konden betalen, boerenwoningen met primitieve woonkamers, opkamertjes, steile trap pen en zolders, niet meer gebruikte windmolens met gehavende wieken, middeleeuwsch aandoende kelders met open vuurhaarden, en zoo al meer. En daarin la^ men de jongens in hun aar dige uniformen bijeenkomen, liederen zingen, spelletjes uitvoeren, als echte landsknechten voor speelborden zitten, op wacht staan, bevelen voor velddien sten in ontvangst nemen kortom, in een sfeer van Cooper en Aimard leven, die natuurlijk een geweldige attractie beteekent. Geen wonder dan ook, dat zich over geheel Duitschland reeds 70 tot 80 pet. der jeugd vrijwillig voor deze nieuwe gemeenschap gemeld heeft en zachte drang nauwelijks behoeft te wor den uitgeoefend. Waar dus de goede stemming bij voor baat aanwezig is, wordt het komend geslacht vrijwel ongemerkt gedrenkt in alle staatkundige ideeën, die de toe komst van Duitschland in Hitleriaan- schen zin moeten verzekeren. Men voedt hier de jeugd op tot anti-marxis ten, tot weerbare mannen en vrouwen, lichamelijk geoefend tot het uiterste, leerend, dat heldenmoed, kameraad schap en opofferingsgezindheid eerste deugden van den staatsburger zijn, dal het „arische", het „Germaansche" als zuivere kern der bevolking hersteld, het Joodsche en andere „vreemde" dus uit geroeid moet worden, dat gemeen schapszin gaat boven egoïsme, dat de staat belangrijker is dan het gezin, en het gezin belangrijker dan de persoon, en dus de persoonlijke vrijheid slechts mogelijk is in harmonie met staat als ge meenschap. Wie zulke clubhuizen bezoekt, voelt zich als buitenlander dan ook verplaatst in een kleine kazerne. Deze kinderen zijn reeds halve soldaten. Ze zingen Duitsche en oud-Nederlandsche lands knechtenliederen, ze spreken en ant woorden met een prettige, maar tevens wat-onkinderlijke vrijmoedigheid. Ze zijn één met hun uniform en hun korte, ma chinaal aandoende, in deze kleine we zens nog al zotte krijgsmanstaai. Ze zijn flink en gezond, krachtig en openhartig, maar tevens van een voor hun leeftijd ongezonde discipline vervuld, en daar door van den eenen kant soldatesk-over- moedig, aan den anderen kant schuch ter uit angst, te weinig soldaat te zijn. Wat ze zeggen en zingen is afgehakt en komt er uit, als een afgeschoten projec tiel. Wat ze buiten-het-straffe-om doen in „vrije minuten" is van een koddige, volwassenen nabootsende landsknech ten-vrijmoedigheid, waarbij het slechts een quaestie van tijd lijkt, dat aan het „gezang" ook het traditioneele „Wein und Weib" gekoppeld zal worden. De nieuwe staat gnuift in deze wor dende landsknechtenmentaliteit, ook al is het geen geheim meer, dat bij de oude re Hitlerlandsknechten van beiderlei kunne vertrouwelijkheden uitgelokt wor den, waarover diverse ouderlijke huizen in stijgende zorg verkeeren. Maar ziet men van deze bijkomstighe den af, die het wenkbrouwfronsen der kerken intusschen eenigszins begrijpe lijker maken, dan blijft een prestatie, die in het moderne volksleven haars ge lijke niet heeft, en die belangstelling verdient. Een paedagogische proefne ming, die niet het minst belangrijke fa cet is van den Staat, gelijk Adolf Hitler dien scheppen wil. nen op grond van verschillend geloof of levensbeschouwing. Alle schoolbla den (De Bode, Het Schoolblad, Het Ka tholieke Schoolblad, De Christelijke On derwijzer, De School met den Bijbel, het Weekblad voor Gymn. en M.O.) aanvaardden zonder regeringsdwang! de nieuwe spelling. De radio-orga nen van V./1R.A., A.V.R.O. en K. R.O, waren op dit punt eendrachtig. Het toppunt van verdwazing bereikte onlangs het blad „Ik zal handhaven" met de schrikaanjagende bewering dat de nieuwe spelling bolschewislisch was, omdat.... in Rusland na de re-j volutie een nieuwe spelling ingevoerd zou zijn i Met de „Marnix" van de Stoomv. Mpij. „Nederland" naar Ville- iranche. (V an onzen specialen correspondent). L De Stoomvaartmaatschappij Neder land noodigde ons uit, ons op een Woensdagmiddag in te schepen op de Marnix van St. Aldegonde, teneinde een reis naar Villefranche mede te ma ken. Villefranche is een dorpje, onge veer 3 km van Nice, aan een ruime en diepe baai. Eerst sinds korten tijd leg gen de schepen der maatschappij Neder land daar aan, de booten op thuisreis voor de verlofgangers die, voor ze zich in het koude Holland begeven, willen acclimatiseeren, de booten uit Holland voor hen, die de genoegens van een zee reis willen koppelen aan een verblijf aan Rivièra, In Amsterdam leveren we ons over aan een taxi-chauffeur, die ons na een onbegrijpelijken tocht brengt naar de Javakade, waar het vertrekkend mail schip ligt. Plaatsbewijzen worden ge controleerd, een loopbrug over, en we zijn aan boord. Voorloopig is het aan boord stampvol: ieder heeft vrienden meegenomen, om afscheid te nemen, en al deze menschen vullen de ruime sa lons, de gangen bij de hutten, de dekken. De stoomfluit loeit, een menigte krioelt over de loopbrug, het schip loopt leeg, door PROF. DR. C. G. N. DE VOOYS. 7o, De propaganda voor de nieuwe spelling komt voort uit politiek- radikale, meest linkse kringen, en is voornamelijk socialistisch en communistisch. Al deed de stemming in de Tweede Kamer wellicht het tegendeel vermoe den, de spellingbeweging stond van de aanvang af buiten alle politiek. Uiter aard zullen partijen die in andere op zichten behoudend zijn, ook spellin^be- houd bepleiten, maar voorstander, en tegenstanders komen bij elke politieke groep voor. Onder de socialisten waren b.v. Troelstra, Schaper, Henri Polak op dit punt conservatief, ter\yijl in alle rechtse partijen vooraanstaande mannen de spellinghervorming kr,achtig bepleit ten. Buiten de politieke sfeer bleek dan ook nergens het bestaan van scheidslij- BA K- E N BRA A D V ET (Slot volgt). TlilllllMHili' i l de kade wordt bevolkt. Het inladen van goederen is nu bijna afgeloopen; van de vrijkomende ruimte profiteeren zij, die het schip wenschen na te wuiven. De laatste kreten lusschen schip en wa! worden gewisseld, trossen en loopbrug gen gaan los, en we varen, geflankeerd door twee sleepbootjes, die niet noodig zijn om het schip te trekken, maar om het te helpen besturen. Toen we vertrokken was het over vie ren, en reeds donker. In het Noordzee kanaal zijn we begonnen met eten, één van die belangrijkste dingen aan boord. Het is overdreven te zeggen, dat men aan boord niets anders doet dan eten (veel en lekker) en slapen, maar het is waar, dat deze twee dingen in het cen trum van belangstelling staaft, 'zoowel bij de passagiers als bij de maatschappij. Deze eerste maa'tijd was voldoende om ons het gevoel bij te brengen, dat we niet alleen niet verhongeren zouden in de week die wij aan boord moesten doorbrengen, maar ook om ons ervan te overtuigen, dat we behoorlijk verwend zouden terugkomen. Hoe het mogelijk is gaat boven het begrip van gewone stervelingen uit, maar iederen dag is het eten lekkerder dan den vorigen dag, steeds weer anders ik weet niet, of dit op den geheelen tocht naar Indie vo'gehouden kan worden, maar van een dergelijken kok kun je alles verwachten. Al etende zagen we een licht aan wal stilstaan, hetgeen beteekende dat wij ook stillagen, en dat we dus in de sluis WINTERHULP AAN GESTEUNDE WERKLOOZEN. Wetsontwerp ingediend. Bij de Staten-Generaal is th,ans in gediend het wetsontwerp tot wijziging en verhooging van het tiende hoofd- stuk A der Rijksbegrooting voor het dienstjaar 1934. Het ontwerp strekt om voor dit jaar een tegemoetkoming te verleenen voor de winterhulp aan gesteunde werkloo- j zen. De bedoeling van zoodanige te- j gemoetkoming is de volgende: Als gevolg van den langen duur der massale werkloosheid is in vele gezin nen een groote behoefte aan kleeding en dekking. Dank zij den verstrekten steun toch zijn velen nog wel in staat j de kosten van hun levensonderhoud te bestrijden, maar niet om de kleeding en dekking aan te schaffen en te ver- nieuwen, welke in het bijzonder in den winter onmisbaar zijn, Daarbij moge niet onvermeld blijven dat hier eigenlijk een taak ligt voor particulieren; maar dat, nu de noodige particuliere organisatie nog niet volle dig is tot stand gekomen, ditmaal het Rijk de noodige voorziening wenscht te treffen. Een klein cjeel van het thans aange vraagde bedrag wordt bestemd voo^, eenige verhooging van de, ook vroeger j reeds telkenjare uitgekeerde, Kerstbij- drage. DE NOOD VAN DE TUINDERS. Het Tweede Kamerlid Groen heeft den minister van oeconomische zaken o.m. de volgende vragen gesteld: 1. Is de minister bekend met den uitersten nood," waarin verreweg de meeste tuinders verkeeren en de nood- zakelijkhé'^mat het voor den tuinbouw beschikbaar gestelde steunbedrag j hetwelk volgens mededeelingen van Zijne Excellentie zelve waarschijnlijk1 niet meer dan voor de helft in het ver-1 lies zou kunnen voorzien geheeJ wordt uitgekeerd? Zoo ja, wat zijn dan de redenen v/aarom nu, terwijl het jaar reeds bijna om is, aangekondigd is dat slechts een gering deel van dit toch al ontoerei kende bedrag n.l. f 2,800,000 zal worden uitgekeerd? Is Zijne Excellentie bereid waar wel vast staat dat anders de meeste tuinders aan schier geen enkele ver plichting zullen kunnen voldoen en hun de middelen om hun bedrijf voort te zetten volstrekt ontbreken zoo spoedig mogelijk het geheele beschik baar gestelde bedrag te doen uitkee- ren? 2. Is het den minister bekend, dat de nu aangekondigde uitkeering voor een aantal vollegrondsproducten zóó laag is, dat ze veelal zelfs niet voldoende moet worden geacht om in den directen gezinsnood der tuinders te voorzien? Is Zijne Excellentie daarom bereid, deze uitkeeringen te verhoogen? van IJmuiden waren. Hier bleek het opgeklaard te zijn: pterren waren zichtbaar, in tegenstel ling met Amsterdam, waar het mistig was geweest. IJmuiden is helder ver- lihct, en op den achtergrond zien we de fantastische rosse gloed van de hoog ovens, steeds wisselend in vorm en kleur. Een lichte deining, en we zijn buitengaats, zonder sleepbooten, terwijl de loods na een tijdje van boord gaat De Hollandsche kust: IJmuiden, Zand- voort, Noordwijk, Katwijk, Schevenin- gen. Voor ons gevoel is de kust niet zoo erg dicht bewoond, maar vergeleken met de Afrikaansche kust, waar we enkele dagen later langs varen, is de tegenstel ling wel erg groot. Óp de brug is het donker. Er zijn al tijd minstens twee officieren, er is een roerganger, een telegraaf om bevelen te geven aan de machinekamer, vele kij kers, kompassen. Boven de brug fs nog een kompas, en vandaar, waar het wel koud is, heeft men het beste uitzicht. Om het uitzicht vanaf de brug niet te belemmeren, is alle licht naar voren af- j geschut. Een recht voor liggend schip j ziet niet anders dan 4 navigatielichten: j 2 witte, 1 groen en 1 rood. In de ach- terste helft van de brug zijn kaarten, zeekaarten, waarop vuurtorens, diepten en dergelijke nutige gegevens verwerkt zijn. Hier is 'n barometer, en een echo- lood, waarmede electrisch de diepte gemeten wordt. Overigens is het in de maand November op de Noordzee vrij EEN GRIEVENDE UITLATING, Het Tweede Kamerlid Lingbeek heefi. den minister van binnenlandsche zaken de volgende vragen gesteld: le. Heeft het de aandacht van den minister getrokken, dat, volgens het verslag van de vergadering v,an den raad der gemeente Weert van 13 dezer de burgemeester in qualiteit van voor zitter van dien raad, bij bespreking van de te geven namen aan straten en wegen, daartoe heeft aangevolen den naam van eenen Heer Lindanus, en dat Z, E. Achtbare als motief voor die aan beveling heeft gegeven, dat genoemde heer Lindanus „de protestanten hier uit roeide 2e. Aicht de minister zulk een offici- eele uitlating van een burgemeester niet grievend voor het Protestantsche ge deelte der bevolking en daarom voor een burgemeester ontoelaatbaar? 3e. Is de minister voornemens om, ter voorkoming van herhaling of navol ging van het gegeven voorbeeld, den genoemden burgemeester het ontoe laatbare van zijn woorden onder het oog te brengen? Vergadering van Woensdagmiddag. Afwezig de heeren Staverman, Van Hotegem en Van Dusseldorp. Artikelsgewijze behandeling begroo ting. Prov. Stoombootdiienst op de Westerschelde. Z, h. s. aangenomen. Idem Oostercchelde-dienst. Idem Wegenonderhoudsfonds. Provinciale begrooting. De heer ERASMUS stelt voor den zomerdienst op de lijn BreskensVlis- singen het aantal vaarten met één heen en weer te vermeerderen en de laatste boot niet vóór 19 h 15 te laten vertrek ken. De dienst voor het personeel zal er niet door worden verzwaard. De heer VIENINGS vraagt hierover i prae-advies van Ged. Staten in de ver- j gadering van 22 Jan. De heer VAN BOMMEL VAN VLO- TEN acht dit niet noodig. Ged. Staten 5 hebben hierover geen eenstemmige mee-1 ning. De heer VAN 'T HOFF vraagt tegen te stemmen, al was het alleen maar uit protest tegen de houding van sommige j heeren, die telkens hierop terug komen, i Ze doen als een dwingerig kind en den- ken: lukt het vandaag niet, dan lukt i het morgen. De heer GOOSSENS (r.k.) zal om de ze reden tegen stemmen. De heer ADRIAANSE (v.d.) komt op tegen de redeneering van den heer Van j 't Hoff. Het algemeen belang moet hier den doorslag geven, maar van rechts maakt men er een politieke zaak van. j De heer ONDERDIJK (s.d.) zal nu te- gen stemmen, maar is toch vóór uitbrei- j ding van den dienst op de Schelde, zoo- j wel 's Zondags als in de week. Hij zal j er in een volgende vergadering op terug komen. De heer KODDE komt er tegen op, dat de heer Adriaanse van een politie ke zaak sprak. Bij spr. is het een be ginselzaak. Het belang der provincie is het meest gediend, als gerekend wordt met Gods woord. De heer DE MILLIANO (r.k.) zal vóór stemmen, omdat het belang van Z. Vlaanderen er mee gemoeid is. De heer DE BAARE (s.d.) zegt, dat voor- en tegenstanders van Zondagsuit breiding in de Staten ongeveer even sterk zijn. Spr. zou de motie in handen van Ged. Staten willen stellen. De heer VAN VLOTEN zegt toe, dat Ged. Staten bereid zijn in de vergade ring van 22 Jan. advies over de motie- koud. Boven op de brug, daar waar het hoogste kompas staat, liggen een p,a.ar O-vormige, met kurk gevulde reddings- instrumenten, die een onwaarschijnlijk groot aantal menschen kunnen dragen. Ze zijn zoo gemonteerd, dat ze, als 't schip mocht zinken, vanzelf vrijkomen. De bedoeling is deze zoo noodig uit te gooien tot redding van drenkelingen Mocht het schip zelf een ongeluk krij gen, wat in verband met de waterdich te schotten, dubbelen bodem enz. niet waarschijnlijk is, dan heeft iedere pas sagier in zijn hut een zwemvest, waar van in de hut gebruiksaanwijzing aan wezig is. Op deze gebruiksaanwijzin staat ook het nummer van de sloep, er, een kleur, die duidt op de kleur van den pijl die men volgen moet om bij zijn sloep te komen zonder anderen te hinderen. Geregeld is er sloepenrol, d w. z. een oefening, waarbij alle passa giers met zwemvesten zich op moeter stellen, alsof het schip op zinken wa? Het is een aanleiding tot vroolijkheid, daar het zwemvest in elegantie slechts kan wedijveren met een gasmasker. Brand is gevaarlijker en komt meer voor dan schipbreuk. Een comfortabel schip heeft veel brandgevaarlijke ar tikelen aan boord, in het bijzonder zeer veel beddegoed. Verder wemelt het schip van electrische geleidingen. D- passagiers wordt verzocht in de hutten niet te rooken, geen strijkijzers te °'c- bruiken noch benzine in voorraad te (Ingez. Med.) Erasmus uit te brengen. De heer VAN 'T HOFF wil direct stemmen. De heer DE BAARE vindt dat niet verstandig van den heer Van 't Hoff. Het voorstel-Vienings (prae-advies van Ged. Staten) wordt aangenomen met 21 tegen 17 st. (Tegen De Jonge, Dominicus, Den Boer, De Feijter, v. Duin, v. 't Hoff, De Ridder, Bosselaar, v. d. Putte, Heijboer, v. d. Wart, Dieleman, v. Klinken, Boen der, Kodde, Vogelaar en Sonke. Vóór de linksche fracties, de R.K. en de heer Schippers. De heer DE PAUW klaagt over te weinig verwarming van ue nieuwe boo ten. Verder bespreekt spr. de lijn Hoe- dekenskerkeGoes. Er loopen geruch ten, dat de locaalspoor zal worden op geheven. Anderzijds heet het, dat de concessie van de bus gevaar loopt. Be staat niet het gevaar, dat het de pro vincie geld kost? De heer VAN ROMPU antwoordt, dat de bootverwarming niet schitterend is. De deuren worden nu gesloten gehou den. Helpt dit niet, dan zullen andere maatregelen worden genomen. Wordt de concessie voor de bus Goes Hoedekenskerke ingetrokken, dan be teekent dit, dat het Rijk voor instand houding van de tram zal zorgen. De heer STIEGER (Ged. St.) kan me- dedee'en, dat officieel is medegedeeld door de spoorwegdirectie dat vooralsnog geen plannen bestaan tot opheffing van de tram GoesHoedekenskerke. De concessie voor de autobus is af geloopen. Aan De Bart is door G. S, een nieuwe concessie verleend, omdat deze dienst in een groote behoefte voor ziet. De Spoorwegen zullen hiervan wel ir. beroep gaan bij den Raad van State. De heer VAN BOMMEL VAN VLO TEN (Ged. St.) zegt dat de directeuren der stoombootdiensten maatregelen heb ben genomen voor betere verwarming der booten. Zoo noodig zal de P.Z.E.M- zorgen voor aanvullende verwarming. 0 De uitgaven leveren verder geen dis cussies meer op. De ontvangsten gaan alle onder den hamer door. De begrooting wordt vastgesteld met een eindcijfer van 2.581.356.42 voor den gewonen en 323.935.96 voor den kapitaaldienst. De volgende vergadering wordt be paald op Dinsdag 22 Januari, des nam. half twee. houden. Vooral mogen geen brandenae cigaretten over boord gegooid worden aangezien deze, volgens een ,aanscnou- welijke teekening ïlinea curva in een openstaande patrijspoort op een bed zullen vallen, met alle daaraan verbon den noodlottige gevolgen. De maat schappij heeft gezorgd voor branddeu ren en overal brandbluschapparaten geplaatst. Bovendien komt U op de meest onwaarschijnlijke tijden en plaatsen een man in bedachtzamen gang tegen, die omhangen met prik klok, de brandwacht is, en voortdurend een rondje doet. Natuurlijk is er ook geregeld brandrol. De eerste nacht aan boord is men een beetje bang voor zeeziekte, al thans voor niet kunnen slapen. Zee ziekte is op een boot van 19.000 ton een sprookje, tenzij het heel slecht weer is. Het eenige wat men, vooral als men stil in de kooi ligt, merkt, is het trillen van de machine. Hinderlijk is het niet, tenminste niet in de eerste en tweede klas. In de derde klas, vlak boven de schroeven is het trillen be duidend sterker.» De zeelucht en het overdadige eten waarborgen echter "n goeden, gezonden, versterkenden slaap, die niet gestoord wordt door veront rustende droomen, want er is niets verontrustends, U kunt U nergens over bezorgd maken: iemand anders bedenkt, wat U morgen zult doen, w,at U zult eten, hoe U zult varen: Men verwacht van U: niets.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1934 | | pagina 5