5
DIAMANT
DAGEN] ZONDER ZORGEN.
KRONIEK van den 0A6.
ilMHEUND. I
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN DONDERDAG 20 DECEMBER 1934. No. 300.
jsTË.
Va l.
DE BEZWAREN TEGEN DE
NIEUWE SPELLING WEERLEGD
NU 40 CT. PER POND
PROVINCIALE STATEN VAN
ZEELAND.
ie*
■ri
le r
aer
Ind.
|waar
var-
zeer
St.
455.
lidd.
lijzen,
larne
bid.
r» 22,
Bol-
|anse,
igen.
land-
foom,
te-
I Rie-
str,
>.aan.
/ali-
ïens-
sla-
JRG.
Is te
|ring,
jialen
my-
rder.
|U 'n
reis
|Jan-
Al-
Coin-
le-
Izure
Igek.
ferij,
amm
'EN,
izijn
105,
els-
idd.
dag
ch-
en-
tat-
Hitlerjeugd. Een ontzaglijk
opvoedkundig experiment. -
Romantische clubhuizen met
moderne landsknechten,
„Mein Kampf" als catechismus.
Onze Berlijnsche correspondent be
richt ons, dat hij een dezer dagen een
aantal tehuizen van de „Hitlerjeugd
heeft bezocht. Van wat hij daar gezien
heeft, willen wij hier t een en ander
navertellen.
Deze „Hitlerjeugd" omvat zeker 70
pet. tot 80 pet. van de geheele jeugdige
bevolking. Een organisatie dus, die men
gerust en zonder overdrijving reusach
tig mag noemen. Aan haar hoofd staat
de nog tot de jongere generatie behoo-
rende Baldur von Schirach die een van
Hitler's intiemste medewerkers is in
de leiding der Nationaal-Socialistische
Duitsche Arbeiderspartij. En tot zijn mil-
lioenen sterke leger der nationale juni
ores behoort de eigenlijke „Hitlerju-
gend", die de jongens (en meisjes, die in
den B. d. M. „Bund deutscher Miidel
georganiseerd zijn) van 14 tot 18 jaar j
omvat, terwijl de jongens van 10—14
in het „Jungvolk" vereenig'd, en die van
8—10 of nog jonger als „Pimps" in hun
jolige zwarte blousjes alreeds populair
geworden zijn.
Hoofdgedachte bij deze Hitler-jeugd-
beweging is natuurlijk, komende geslach
ten van Duitsche staatsburgers te kwee
ken, die zoo mogelijk voor 100 pet. in
nationaal-sociaHstische ideeën opge
voed zijn en veel meer en veel oprechter
en inniger dan de volwassenen van he
den, bereid zijn, te leven en te laten le
ven op grond van de denkbeelden, wel
ke Adolf Hitler in zijn „Mein Kampf"
heeft neergelegd. Dus begrijpt de lezer
al dadelijk dat dit boek tot catechismus
van het theoretisch onderwijs voor de
Hitlerjeugd bevorderd is en bij dit spe
ciale onderwijs nauwkeurig behandeld
en toegelicht wordt.
Om de kinderen volkomen in deze
Hitler-sfeer op te voeden, is men op het
voor de hand liggende denkbeeld ge
komen, eigen clublokalen voor hen in te
richten. En, handig als het nationaal-so-
cialisme in alle propagandistische din
gen nu eenmaal is, heeft men daarbij
rekening gehouden met de neiging tot
het romantische, waaraan zich geen en
kele jeugd ter wereld, de Duitsche in
de laatste plaats, onttrekken kan. Men
koos als clubhuizen dus verlaten kas-
teelen en romantisch gelegen villa's,
wier eigenaars gevlucht zijn of de groote
kosten van onderhoud niet meer konden
betalen, boerenwoningen met primitieve
woonkamers, opkamertjes, steile trap
pen en zolders, niet meer gebruikte
windmolens met gehavende wieken,
middeleeuwsch aandoende kelders met
open vuurhaarden, en zoo al meer. En
daarin la^ men de jongens in hun aar
dige uniformen bijeenkomen, liederen
zingen, spelletjes uitvoeren, als echte
landsknechten voor speelborden zitten,
op wacht staan, bevelen voor velddien
sten in ontvangst nemen kortom, in
een sfeer van Cooper en Aimard leven,
die natuurlijk een geweldige attractie
beteekent. Geen wonder dan ook, dat
zich over geheel Duitschland reeds 70
tot 80 pet. der jeugd vrijwillig voor deze
nieuwe gemeenschap gemeld heeft en
zachte drang nauwelijks behoeft te wor
den uitgeoefend.
Waar dus de goede stemming bij voor
baat aanwezig is, wordt het komend
geslacht vrijwel ongemerkt gedrenkt in
alle staatkundige ideeën, die de toe
komst van Duitschland in Hitleriaan-
schen zin moeten verzekeren. Men
voedt hier de jeugd op tot anti-marxis
ten, tot weerbare mannen en vrouwen,
lichamelijk geoefend tot het uiterste,
leerend, dat heldenmoed, kameraad
schap en opofferingsgezindheid eerste
deugden van den staatsburger zijn, dal
het „arische", het „Germaansche" als
zuivere kern der bevolking hersteld, het
Joodsche en andere „vreemde" dus uit
geroeid moet worden, dat gemeen
schapszin gaat boven egoïsme, dat de
staat belangrijker is dan het gezin, en
het gezin belangrijker dan de persoon,
en dus de persoonlijke vrijheid slechts
mogelijk is in harmonie met staat als ge
meenschap.
Wie zulke clubhuizen bezoekt, voelt
zich als buitenlander dan ook verplaatst
in een kleine kazerne. Deze kinderen
zijn reeds halve soldaten. Ze zingen
Duitsche en oud-Nederlandsche lands
knechtenliederen, ze spreken en ant
woorden met een prettige, maar tevens
wat-onkinderlijke vrijmoedigheid. Ze zijn
één met hun uniform en hun korte, ma
chinaal aandoende, in deze kleine we
zens nog al zotte krijgsmanstaai. Ze zijn
flink en gezond, krachtig en openhartig,
maar tevens van een voor hun leeftijd
ongezonde discipline vervuld, en daar
door van den eenen kant soldatesk-over-
moedig, aan den anderen kant schuch
ter uit angst, te weinig soldaat te zijn.
Wat ze zeggen en zingen is afgehakt en
komt er uit, als een afgeschoten projec
tiel. Wat ze buiten-het-straffe-om doen
in „vrije minuten" is van een koddige,
volwassenen nabootsende landsknech
ten-vrijmoedigheid, waarbij het slechts
een quaestie van tijd lijkt, dat aan het
„gezang" ook het traditioneele „Wein
und Weib" gekoppeld zal worden.
De nieuwe staat gnuift in deze wor
dende landsknechtenmentaliteit, ook al
is het geen geheim meer, dat bij de oude
re Hitlerlandsknechten van beiderlei
kunne vertrouwelijkheden uitgelokt wor
den, waarover diverse ouderlijke huizen
in stijgende zorg verkeeren.
Maar ziet men van deze bijkomstighe
den af, die het wenkbrouwfronsen der
kerken intusschen eenigszins begrijpe
lijker maken, dan blijft een prestatie,
die in het moderne volksleven haars ge
lijke niet heeft, en die belangstelling
verdient. Een paedagogische proefne
ming, die niet het minst belangrijke fa
cet is van den Staat, gelijk Adolf Hitler
dien scheppen wil.
nen op grond van verschillend geloof
of levensbeschouwing. Alle schoolbla
den (De Bode, Het Schoolblad, Het Ka
tholieke Schoolblad, De Christelijke On
derwijzer, De School met den Bijbel,
het Weekblad voor Gymn. en M.O.)
aanvaardden zonder regeringsdwang!
de nieuwe spelling. De radio-orga
nen van V./1R.A., A.V.R.O. en K.
R.O, waren op dit punt eendrachtig.
Het toppunt van verdwazing bereikte
onlangs het blad „Ik zal handhaven"
met de schrikaanjagende bewering dat
de nieuwe spelling bolschewislisch
was, omdat.... in Rusland na de re-j
volutie een nieuwe spelling ingevoerd
zou zijn
i
Met de „Marnix" van de Stoomv.
Mpij. „Nederland" naar Ville-
iranche.
(V an onzen specialen
correspondent).
L
De Stoomvaartmaatschappij Neder
land noodigde ons uit, ons op een
Woensdagmiddag in te schepen op de
Marnix van St. Aldegonde, teneinde
een reis naar Villefranche mede te ma
ken. Villefranche is een dorpje, onge
veer 3 km van Nice, aan een ruime en
diepe baai. Eerst sinds korten tijd leg
gen de schepen der maatschappij Neder
land daar aan, de booten op thuisreis
voor de verlofgangers die, voor ze zich
in het koude Holland begeven, willen
acclimatiseeren, de booten uit Holland
voor hen, die de genoegens van een zee
reis willen koppelen aan een verblijf aan
Rivièra,
In Amsterdam leveren we ons over
aan een taxi-chauffeur, die ons na een
onbegrijpelijken tocht brengt naar de
Javakade, waar het vertrekkend mail
schip ligt. Plaatsbewijzen worden ge
controleerd, een loopbrug over, en we
zijn aan boord. Voorloopig is het aan
boord stampvol: ieder heeft vrienden
meegenomen, om afscheid te nemen, en
al deze menschen vullen de ruime sa
lons, de gangen bij de hutten, de dekken.
De stoomfluit loeit, een menigte krioelt
over de loopbrug, het schip loopt leeg,
door
PROF. DR. C. G. N. DE VOOYS.
7o, De propaganda voor de nieuwe
spelling komt voort uit politiek-
radikale, meest linkse kringen, en
is voornamelijk socialistisch en
communistisch.
Al deed de stemming in de Tweede
Kamer wellicht het tegendeel vermoe
den, de spellingbeweging stond van de
aanvang af buiten alle politiek. Uiter
aard zullen partijen die in andere op
zichten behoudend zijn, ook spellin^be-
houd bepleiten, maar voorstander, en
tegenstanders komen bij elke politieke
groep voor. Onder de socialisten waren
b.v. Troelstra, Schaper, Henri Polak op
dit punt conservatief, ter\yijl in alle
rechtse partijen vooraanstaande mannen
de spellinghervorming kr,achtig bepleit
ten. Buiten de politieke sfeer bleek dan
ook nergens het bestaan van scheidslij-
BA K- E N BRA A D V ET
(Slot volgt).
TlilllllMHili' i l
de kade wordt bevolkt. Het inladen van
goederen is nu bijna afgeloopen; van de
vrijkomende ruimte profiteeren zij, die
het schip wenschen na te wuiven. De
laatste kreten lusschen schip en wa!
worden gewisseld, trossen en loopbrug
gen gaan los, en we varen, geflankeerd
door twee sleepbootjes, die niet noodig
zijn om het schip te trekken, maar om
het te helpen besturen.
Toen we vertrokken was het over vie
ren, en reeds donker. In het Noordzee
kanaal zijn we begonnen met eten, één
van die belangrijkste dingen aan boord.
Het is overdreven te zeggen, dat men
aan boord niets anders doet dan eten
(veel en lekker) en slapen, maar het is
waar, dat deze twee dingen in het cen
trum van belangstelling staaft, 'zoowel
bij de passagiers als bij de maatschappij.
Deze eerste maa'tijd was voldoende om
ons het gevoel bij te brengen, dat we
niet alleen niet verhongeren zouden in
de week die wij aan boord moesten
doorbrengen, maar ook om ons ervan te
overtuigen, dat we behoorlijk verwend
zouden terugkomen. Hoe het mogelijk
is gaat boven het begrip van gewone
stervelingen uit, maar iederen dag is het
eten lekkerder dan den vorigen dag,
steeds weer anders ik weet niet, of
dit op den geheelen tocht naar Indie
vo'gehouden kan worden, maar van een
dergelijken kok kun je alles verwachten.
Al etende zagen we een licht aan wal
stilstaan, hetgeen beteekende dat wij
ook stillagen, en dat we dus in de sluis
WINTERHULP AAN GESTEUNDE
WERKLOOZEN.
Wetsontwerp ingediend.
Bij de Staten-Generaal is th,ans in
gediend het wetsontwerp tot wijziging
en verhooging van het tiende hoofd-
stuk A der Rijksbegrooting voor het
dienstjaar 1934.
Het ontwerp strekt om voor dit jaar
een tegemoetkoming te verleenen voor
de winterhulp aan gesteunde werkloo- j
zen. De bedoeling van zoodanige te- j
gemoetkoming is de volgende:
Als gevolg van den langen duur der
massale werkloosheid is in vele gezin
nen een groote behoefte aan kleeding
en dekking. Dank zij den verstrekten
steun toch zijn velen nog wel in staat j
de kosten van hun levensonderhoud
te bestrijden, maar niet om de kleeding
en dekking aan te schaffen en te ver-
nieuwen, welke in het bijzonder in den
winter onmisbaar zijn,
Daarbij moge niet onvermeld blijven
dat hier eigenlijk een taak ligt voor
particulieren; maar dat, nu de noodige
particuliere organisatie nog niet volle
dig is tot stand gekomen, ditmaal het
Rijk de noodige voorziening wenscht
te treffen.
Een klein cjeel van het thans aange
vraagde bedrag wordt bestemd voo^,
eenige verhooging van de, ook vroeger j
reeds telkenjare uitgekeerde, Kerstbij-
drage.
DE NOOD VAN DE TUINDERS.
Het Tweede Kamerlid Groen heeft
den minister van oeconomische zaken
o.m. de volgende vragen gesteld:
1. Is de minister bekend met den
uitersten nood," waarin verreweg de
meeste tuinders verkeeren en de nood-
zakelijkhé'^mat het voor den tuinbouw
beschikbaar gestelde steunbedrag j
hetwelk volgens mededeelingen van
Zijne Excellentie zelve waarschijnlijk1
niet meer dan voor de helft in het ver-1
lies zou kunnen voorzien geheeJ
wordt uitgekeerd?
Zoo ja, wat zijn dan de redenen
v/aarom nu, terwijl het jaar reeds bijna
om is, aangekondigd is dat slechts een
gering deel van dit toch al ontoerei
kende bedrag n.l. f 2,800,000
zal worden uitgekeerd?
Is Zijne Excellentie bereid waar
wel vast staat dat anders de meeste
tuinders aan schier geen enkele ver
plichting zullen kunnen voldoen en
hun de middelen om hun bedrijf voort
te zetten volstrekt ontbreken zoo
spoedig mogelijk het geheele beschik
baar gestelde bedrag te doen uitkee-
ren?
2. Is het den minister bekend, dat de
nu aangekondigde uitkeering voor een
aantal vollegrondsproducten zóó laag
is, dat ze veelal zelfs niet voldoende
moet worden geacht om in den directen
gezinsnood der tuinders te voorzien?
Is Zijne Excellentie daarom bereid,
deze uitkeeringen te verhoogen?
van IJmuiden waren.
Hier bleek het opgeklaard te zijn:
pterren waren zichtbaar, in tegenstel
ling met Amsterdam, waar het mistig
was geweest. IJmuiden is helder ver-
lihct, en op den achtergrond zien we de
fantastische rosse gloed van de hoog
ovens, steeds wisselend in vorm en
kleur. Een lichte deining, en we zijn
buitengaats, zonder sleepbooten, terwijl
de loods na een tijdje van boord gaat
De Hollandsche kust: IJmuiden, Zand-
voort, Noordwijk, Katwijk, Schevenin-
gen. Voor ons gevoel is de kust niet zoo
erg dicht bewoond, maar vergeleken met
de Afrikaansche kust, waar we enkele
dagen later langs varen, is de tegenstel
ling wel erg groot.
Óp de brug is het donker. Er zijn al
tijd minstens twee officieren, er is een
roerganger, een telegraaf om bevelen
te geven aan de machinekamer, vele kij
kers, kompassen. Boven de brug fs nog
een kompas, en vandaar, waar het wel
koud is, heeft men het beste uitzicht.
Om het uitzicht vanaf de brug niet te
belemmeren, is alle licht naar voren af- j
geschut. Een recht voor liggend schip j
ziet niet anders dan 4 navigatielichten: j
2 witte, 1 groen en 1 rood. In de ach-
terste helft van de brug zijn kaarten,
zeekaarten, waarop vuurtorens, diepten
en dergelijke nutige gegevens verwerkt
zijn. Hier is 'n barometer, en een echo-
lood, waarmede electrisch de diepte
gemeten wordt. Overigens is het in de
maand November op de Noordzee vrij
EEN GRIEVENDE UITLATING,
Het Tweede Kamerlid Lingbeek heefi.
den minister van binnenlandsche zaken
de volgende vragen gesteld:
le. Heeft het de aandacht van den
minister getrokken, dat, volgens het
verslag van de vergadering v,an den
raad der gemeente Weert van 13 dezer
de burgemeester in qualiteit van voor
zitter van dien raad, bij bespreking
van de te geven namen aan straten en
wegen, daartoe heeft aangevolen den
naam van eenen Heer Lindanus, en dat
Z, E. Achtbare als motief voor die aan
beveling heeft gegeven, dat genoemde
heer Lindanus „de protestanten hier uit
roeide
2e. Aicht de minister zulk een offici-
eele uitlating van een burgemeester niet
grievend voor het Protestantsche ge
deelte der bevolking en daarom voor
een burgemeester ontoelaatbaar?
3e. Is de minister voornemens om,
ter voorkoming van herhaling of navol
ging van het gegeven voorbeeld, den
genoemden burgemeester het ontoe
laatbare van zijn woorden onder het
oog te brengen?
Vergadering van Woensdagmiddag.
Afwezig de heeren Staverman, Van
Hotegem en Van Dusseldorp.
Artikelsgewijze behandeling begroo
ting.
Prov. Stoombootdiienst op de
Westerschelde.
Z, h. s. aangenomen.
Idem Oostercchelde-dienst.
Idem Wegenonderhoudsfonds.
Provinciale begrooting.
De heer ERASMUS stelt voor den
zomerdienst op de lijn BreskensVlis-
singen het aantal vaarten met één heen
en weer te vermeerderen en de laatste
boot niet vóór 19 h 15 te laten vertrek
ken. De dienst voor het personeel zal er
niet door worden verzwaard.
De heer VIENINGS vraagt hierover i
prae-advies van Ged. Staten in de ver- j
gadering van 22 Jan.
De heer VAN BOMMEL VAN VLO-
TEN acht dit niet noodig. Ged. Staten 5
hebben hierover geen eenstemmige mee-1
ning.
De heer VAN 'T HOFF vraagt tegen
te stemmen, al was het alleen maar uit
protest tegen de houding van sommige j
heeren, die telkens hierop terug komen, i
Ze doen als een dwingerig kind en den-
ken: lukt het vandaag niet, dan lukt i
het morgen.
De heer GOOSSENS (r.k.) zal om de
ze reden tegen stemmen.
De heer ADRIAANSE (v.d.) komt op
tegen de redeneering van den heer Van j
't Hoff. Het algemeen belang moet hier
den doorslag geven, maar van rechts
maakt men er een politieke zaak van. j
De heer ONDERDIJK (s.d.) zal nu te-
gen stemmen, maar is toch vóór uitbrei- j
ding van den dienst op de Schelde, zoo- j
wel 's Zondags als in de week. Hij zal j
er in een volgende vergadering op terug
komen.
De heer KODDE komt er tegen op,
dat de heer Adriaanse van een politie
ke zaak sprak. Bij spr. is het een be
ginselzaak. Het belang der provincie is
het meest gediend, als gerekend wordt
met Gods woord.
De heer DE MILLIANO (r.k.) zal vóór
stemmen, omdat het belang van Z.
Vlaanderen er mee gemoeid is.
De heer DE BAARE (s.d.) zegt, dat
voor- en tegenstanders van Zondagsuit
breiding in de Staten ongeveer even
sterk zijn. Spr. zou de motie in handen
van Ged. Staten willen stellen.
De heer VAN VLOTEN zegt toe, dat
Ged. Staten bereid zijn in de vergade
ring van 22 Jan. advies over de motie-
koud.
Boven op de brug, daar waar het
hoogste kompas staat, liggen een p,a.ar
O-vormige, met kurk gevulde reddings-
instrumenten, die een onwaarschijnlijk
groot aantal menschen kunnen dragen.
Ze zijn zoo gemonteerd, dat ze, als 't
schip mocht zinken, vanzelf vrijkomen.
De bedoeling is deze zoo noodig uit te
gooien tot redding van drenkelingen
Mocht het schip zelf een ongeluk krij
gen, wat in verband met de waterdich
te schotten, dubbelen bodem enz. niet
waarschijnlijk is, dan heeft iedere pas
sagier in zijn hut een zwemvest, waar
van in de hut gebruiksaanwijzing aan
wezig is. Op deze gebruiksaanwijzin
staat ook het nummer van de sloep, er,
een kleur, die duidt op de kleur van
den pijl die men volgen moet om bij
zijn sloep te komen zonder anderen te
hinderen. Geregeld is er sloepenrol, d
w. z. een oefening, waarbij alle passa
giers met zwemvesten zich op moeter
stellen, alsof het schip op zinken wa?
Het is een aanleiding tot vroolijkheid,
daar het zwemvest in elegantie slechts
kan wedijveren met een gasmasker.
Brand is gevaarlijker en komt meer
voor dan schipbreuk. Een comfortabel
schip heeft veel brandgevaarlijke ar
tikelen aan boord, in het bijzonder zeer
veel beddegoed. Verder wemelt het
schip van electrische geleidingen. D-
passagiers wordt verzocht in de hutten
niet te rooken, geen strijkijzers te °'c-
bruiken noch benzine in voorraad te
(Ingez. Med.)
Erasmus uit te brengen.
De heer VAN 'T HOFF wil direct
stemmen.
De heer DE BAARE vindt dat niet
verstandig van den heer Van 't Hoff.
Het voorstel-Vienings (prae-advies
van Ged. Staten) wordt aangenomen
met 21 tegen 17 st.
(Tegen De Jonge, Dominicus, Den
Boer, De Feijter, v. Duin, v. 't Hoff, De
Ridder, Bosselaar, v. d. Putte, Heijboer,
v. d. Wart, Dieleman, v. Klinken, Boen
der, Kodde, Vogelaar en Sonke.
Vóór de linksche fracties, de R.K. en
de heer Schippers.
De heer DE PAUW klaagt over te
weinig verwarming van ue nieuwe boo
ten. Verder bespreekt spr. de lijn Hoe-
dekenskerkeGoes. Er loopen geruch
ten, dat de locaalspoor zal worden op
geheven. Anderzijds heet het, dat de
concessie van de bus gevaar loopt. Be
staat niet het gevaar, dat het de pro
vincie geld kost?
De heer VAN ROMPU antwoordt, dat
de bootverwarming niet schitterend is.
De deuren worden nu gesloten gehou
den. Helpt dit niet, dan zullen andere
maatregelen worden genomen.
Wordt de concessie voor de bus Goes
Hoedekenskerke ingetrokken, dan be
teekent dit, dat het Rijk voor instand
houding van de tram zal zorgen.
De heer STIEGER (Ged. St.) kan me-
dedee'en, dat officieel is medegedeeld
door de spoorwegdirectie dat vooralsnog
geen plannen bestaan tot opheffing van
de tram GoesHoedekenskerke.
De concessie voor de autobus is af
geloopen. Aan De Bart is door G. S,
een nieuwe concessie verleend, omdat
deze dienst in een groote behoefte voor
ziet. De Spoorwegen zullen hiervan wel
ir. beroep gaan bij den Raad van State.
De heer VAN BOMMEL VAN VLO
TEN (Ged. St.) zegt dat de directeuren
der stoombootdiensten maatregelen heb
ben genomen voor betere verwarming
der booten. Zoo noodig zal de P.Z.E.M-
zorgen voor aanvullende verwarming. 0
De uitgaven leveren verder geen dis
cussies meer op.
De ontvangsten gaan alle onder den
hamer door.
De begrooting wordt vastgesteld met
een eindcijfer van 2.581.356.42 voor
den gewonen en 323.935.96 voor den
kapitaaldienst.
De volgende vergadering wordt be
paald op Dinsdag 22 Januari, des nam.
half twee.
houden. Vooral mogen geen brandenae
cigaretten over boord gegooid worden
aangezien deze, volgens een ,aanscnou-
welijke teekening ïlinea curva in een
openstaande patrijspoort op een bed
zullen vallen, met alle daaraan verbon
den noodlottige gevolgen. De maat
schappij heeft gezorgd voor branddeu
ren en overal brandbluschapparaten
geplaatst. Bovendien komt U op de
meest onwaarschijnlijke tijden en
plaatsen een man in bedachtzamen
gang tegen, die omhangen met prik
klok, de brandwacht is, en voortdurend
een rondje doet. Natuurlijk is er ook
geregeld brandrol.
De eerste nacht aan boord is men
een beetje bang voor zeeziekte, al
thans voor niet kunnen slapen. Zee
ziekte is op een boot van 19.000 ton
een sprookje, tenzij het heel slecht
weer is. Het eenige wat men, vooral
als men stil in de kooi ligt, merkt, is
het trillen van de machine. Hinderlijk
is het niet, tenminste niet in de eerste
en tweede klas. In de derde klas, vlak
boven de schroeven is het trillen be
duidend sterker.» De zeelucht en het
overdadige eten waarborgen echter "n
goeden, gezonden, versterkenden slaap,
die niet gestoord wordt door veront
rustende droomen, want er is niets
verontrustends, U kunt U nergens over
bezorgd maken: iemand anders bedenkt,
wat U morgen zult doen, w,at U zult
eten, hoe U zult varen: Men verwacht
van U: niets.