ÖE VREEMDELING VA
mmmtn.
KRONIEK van den DftCL
ZEELAND.
©JpBE-L
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN DINSDAG 11 DECEMBER 1934. No. 292.
MIDDELBURG,
OP GOEDE ZEEP STAAT!
- a'-
Het Duitsche bedrijfsleven
Gedwongen verkorting van
den werktijd De moeilijkhe
den stapelen zich op Verla
ging van S,A.-salarissen Een
merkwaardig plannetje van dr.
Schacht.
Het Rijksbureau voor de Statistiek in
Duitschland heeft dezer dagen enkele
cijfers gepubliceerd, die een sombere
taal spreken omtrent het Duitsche be
drijfsleven. De aan zekerheid grenzende
vermoedens, dat het met dat bedrijfsle
ven, alle beweringen van sommige nazi
propagandisten ten spijt, bedenkelijk ge
steld zou zijn, worden er als t ware
officieel door bevestigd. Men verneemt
thans, dat het aantal werkuren in de
textielindustrie in October j.l. slechts
60.4 pet. der theoretische capaciteit be
droeg, tegenover 65.7 pet. in Juni, In de
automobielindustrie daalde dit percenta
ge in dezelfde periode van 67.3 op 59.8
pet. en in de weeldeartikelen-industrie
bedroeg het in October nog slechts 40.2
pet. In de tabaksindustrie en in het
brouwerijbedrijf echter nog 72.4 pet.
Diverse andere landen zullen er zeer
zeker niet veel beter aan toe zijn. Maar,
daar heeft men nooit hoog opgegeven
van een vermindering der werkloosheid
gedurende de laatste jaren. In Duitsch
land echter wel. Te pas en te onpas kon
men in de redevoeringen van minister
Goebels en anderen beluisteren, dat het
nieuwe régime er in geslaagd was, de
werkloosheid tot minder dan de helft
van haar vroegeren omvang terug te
brengen. Op papier was dit inderdaad
het geval, maar er is dikwijls genoeg
gewaarschuwd, dat bij de manier van
werkloosheidsbestrijding zooals die in
Duitschland werd toegepast, het eind de
lasten zou te dragen krijgen. Men heeft
een aantal menschen aan het werk ge
holpen, door de loonen te verminderen,
zoodat de bedrijven, zonder dat hun
loonbudget veel hooger werd, toch meer
menschen arbeid konden verschaffen.
Dit hoeft in tijden van nood, geen slech
te politiek te zijn, mits er dan maar ma
teriaal is om den arbeid ook werkelijk
mogelijk te maken. Maar daaraan be
gint het nu juist te ontbreken. Duitsch-
lands noodlottige oeconomische politiek
heeft tot een tekort aan grondstoffen
geleid voor verschillende bedrijven, om
dat men niet meer kon importeeren.
Hierdoor moet nu in verscheidene in-
dustriën verkort gewerkt worden.
De moeilijkheden waar men mee te
kampen heeft, zijn dus goeddeels van
financieelen aard. Er is geen voldoende
geld beschikbaar, om in het buitenland
de dingen, waar men behoefte aan heeft,
te koopen. Toen de nazi's aan het be
wind kwamen, zijn ze begonnen de
grenzen van Duitschland voor buiten-
landsche goederen zooveel mogelijk te
sluiten. Dat had tengevolge, dat het
buitenland op zijn beurt veel minder
van Duitschland ging koopen, zoodat er
tenslotte geen voldoende deviezen meer
in het land kwamen, om de grondstof
fen, die men zelf niet heeft en dus elders
moet betrekken, te betalen.
De Duitsche regeering staat nu voor
zeer groote moeilijkheden. Haar werk-
loosheidspolitiek heeft schatten verslon
den en blijkt nu niet het beoogde resul
taat te zullen brengen. Tot oyermaat
van ramp zal er binnenkort niet veel
geld, meer voor nieuwe experimenten
beschikbaar zijn. De credieten, die eer
tijds werden opgenomen, moeten in
1935 worden afgelost. Dat loopt in de
honderden millioenen. Tenslotte brengt
de verkorting van den werktijd mede,
dat er grooter bedragen voor steunver-
leening noodig zullen zijn. Waar er van
de minimale loonen niets meer af kan
en dat is bijna overal het geval zal
het Rijk immers dienen bij te springen.
door H. BINDLOSS
108).
„Ik geloof niet, dat je gelijk krijgen
zult, en daarom spijt het me werkelijk,
dat je oom niet thuis is," zeide ze. „Na
tuurlijk konden we op den brief van
mr. Witham geen weigerend antwoord
sturen, maar dat neemt niet weg, dat
't onderhoud verre van gemakkelijk zal
zijn. Alles, wat wij door onze houding
of door onze woorden beloven, zullen
de menschen hier moeten nakomen en
om voor Silverdale te moeten beslissen.
heusch, die verantwoordelijkheid voel ik
als te groot."
Ze nam haar brief, dien ze in dien
tusschentijd gevonden had op, en ging de
kamer uit. Maud bleef met een ernstige
uitdrukking op haar gezicht voor zich
uit zitten kijken. Ze kende hare tante en
daardoor wist ze, dat de woorden van
zooeven een waarschuwing voor haar
geweest waren. De welvaart van Silver
dale had haar altijd na aan 't hart ge
legen en nu werd ze opeens voor een
keuze gezet, öf ze moest datgene, wat
haar nog oneindig veel meer waard was,
opgeven, óf ze moest haar trots ver
zaken en zelf de eerste poging tot toe
nadering doen. Onbeweeglijk bleef ze
zitten, tot ze na een poos, die haar een
Gister werd gemeld, dat er plannen
zijn, om een drastische verlaging toe te
passen, op de salarissen van de officie
ren der S. A. Ook daaruit blijkt, dat het
water tot de lippen is gestegen. In de
rijen der S. A. heerscht reeds heel wat.
ontevredenheid. Tegen die ontevreden- j
heid in nu, gaat men de salarissen be-
snoeien. Daar kan niets anders dan Bit-
tere, bittere noodzaak achter zitten,
Dr. Schacht, de minister van econo- i
mische zaken en president van de Rijks- J
bank, zint voortdurend op middelen, om
de moeilijkheden het hoofd te bieden,
Veel resultaat heeft dat tot dusver niet
opgeleverd. De mogelijkheden, om de
berooide schatkist te hulp te komen,
schijnen welhaast uitgeput. Men begint
zijn toevlucht te nemen tot lapzalven,
die vaak wel heel merkwaardig zijn,
maar niet bijster doeltreffend lijken.
Een dezer is een plannetje, om een
soort van Ieeningsfonds te vormen. Dr.
Schacht heeft een dezer dagen bepaald,
dat alle winsten van ondernemingen, die
meer dan 6 of 8 procent bedragen (al
naar mate zij vorige jaren uitkeerden) in
gemeente- of rijksleeningen moeten wor
den belegd. De aandeelhouders derven
deze winst echter niet voorgoed. Over
vier jaar zal het potje van de aldus ver
kregen obligaties aan de aandeelhouders
ten goede komen. Zij moeten dus een
beetje geduld hebben. Dr. Schacht denkt
op deze wijze een leeningfonds van 40
millioen bij elkaar te krijgen en wil dat
dan bezigen om er nieuwe credieten
voor werkverschaffing uit te verstrek
ken. Het economische leven zal zoo
doende geprikkeld worden, aldus dr.
Schacht, en dus meer rendement afwer
pen, hetgeen het potje dan weer ten goe
de moet komen. Dat zou dan dus een
soort van versneld perpetuum mobile
beteekenen. Men kan echter vragen,
waar eerst het geld vandaan moet ko
men, om de werkverschaffing op liet
huidige peil te handhaven. Het zal zeer
3e vraag zijn, of de 40 millioen niet wor-
den opgeslokt door maatregelen ter
handhaving van dat peil.
Verordening regelende rangen enz.
van politiepersoneel.
De Verordening regelende de ran
gen enz. van het Politiepersoneel, zoo
als die werd vastgesteld in de Raads
vergadering van 29 Augustus jl. heeft
een correspondentie tusschen den Com
missaris der Koningin en het gemeen
tebestuur tengevolge gehad en nu zal
naar het zich laat aanzien, de Kon.
goedkeuring op de onderhavige veror
dening niet vóór 1 Januari kunnen wor
den verkregen, en daarom hebben B.
en W. thans de bepaling opgenomen,
dat de verordening in werking treedt
op meergenoemden datum, zulks in
verband met de omstandigheid, dat de
tijdelijke korting op de wedden van
het Politiepersoneel slechts geldt tot
1 Januari en inwerkingtreding van de
verordening na dien datum zou betee
kenen dat de wedden gedurende dat
tijdvak zonder korting zouden moeten
worden uitgekeerd, wat de toestand
van de gemeente-financiën niet gedoogt
Tegen deze handelwijze kan, naar het
gevoelen van B. en W. geen bezwaar
bestaan, omdat naar hunne bedoeling
het Raadsbesluit tot bekrachtiging der
ontwerp-verordening zal kunnen wor
den genomen vóór den dag van inwer
kingtreding en dus dan van eene vast
stelling met terugwerkende kracht geen
sprake zal zijn.
Het komt B. en W. voor, dat de wij
zigingen, die de verordening heeft on
dergaan in verband met bovenvermel
de briefwisseling, geen verdere toelich-
eeuwigheid toeleek, den klopper van de
buitendeur hoorde. Met een gevoel, of
al 't bloed uit haar gezicht wegvloeide,
stond ze op ,tcen ze lichte voetstappen
de trap hoorde opkomen.
Onderwijl stonden de beide mannen,
die door het dienstmeisje binnengelaten
waren, bij de fel-brandende kachel be
neden in de hall te wachten, tot ze weer
beneden kwamen.
Na een paar minuten zagen ze haar
de trap afkomen. „Colonel Barrington
is op reis, maar Miss Barrington en Miss
Maud zijn thuis," kondigde ze aan. „Miss
Maud laat vragen, of u boven wilt
komen, ze is in de kleine zitkamer."
„Wist je, dat Barringtong er niet
was?" vroeg Witham zacht aan Dane,
toen ze bezig waren om hun bont-jas en
bonten beenstukken over den grooten
kleeren-standaard in den hoek van de
hall op te hangen.
Dane keek hem wat onzeker aan. „Ja.
feitelijk wel", antwoordde hij.
„Dan begrijp ik niet", zeide Witham
koel, „dat jij me van te voren niet be
hoorlijk gewaarschuwd hebt".
Dane kleurde, maar hij bleef Witham
aankijken. „Hoor eens", zeide hij, ter
wijl hij hem met een overredend gebaar
de hand op den schouder legde, ,,'t is
waar, dat ik dit opzettelijk verzwegen
heb, maar voor die handelwijze had ik
mijn reden. Luister nu nog eens voor het
laatst naar me, Witham. Ik ben niet
blind en wat de andere menschen be
ting behoeven, met uitzondering even
wel van die betreffende de jaarwed
den van het geheele personeel, bene
vens kleeding en rijwieltoelage voor
de inspecteurs, overwerkvergoeding
voor de agenten en de wijziging, die
door B, en W. werd aangebracht naar
aanleiding van aanneming van 't amen
dement van mevrouw Weijl, inzake de
vergoeding voor ziekenhuisverpleging.
Om met het laatste te beginnen wijzen
B. en W. erop, dat door de nieuwe
redactie van dat punt de rechten van
nieuwe agenten, zooals zij door hen
waren gedacht voor al het personeel,
zijn ingekort. De redactie luidde vol
gens hun voorstel: „Is in zoodanig ge
val opneming in een ziekeninrichting
of sanatorium noodzakelijk, dan ver
goedt de gemeente bovendien de kos
ten van verpleging in die inrichting of
dat sana.torium" doch door het weg
vallen daarvan en vervanging door de
redactie van het amendement Weijl,
luidende: „Aan de agenten, die op den
dag van vaststelling dezer Verordening
in haar dienst zijn, vergoedt de ge
meente, indien voor hen opname in 'n
Ziekenhuis of Sanatorium noodzakelijk
is, ook de kosten van verpleging in die
inrichtingen" zullen dus agenten, die
aangesteld worden na den datum van
vaststeling der verordening, bij een
dienstongeval, niet in het genot kunnen
worden gesteld van verpleging in een
ziekennrichting of sanatorium voor
rekening van de gemeente.
B. en W. meenen, dat zulks de be
doeling van de voorstelster niet is ge
weest, en daar zij bovendien prijs stel
len op eene regeling, zooals die door
hen aanvankelijk was gedacht, hebben
zij de oude redactie hersteld en de ge
dachte, zooals die was belichaamd in
het amendement Wieijl, welke in feite
een overgangstoestand bedoelde te re
gelen, opgenomen onder de overgangs
bepalingen, hetgeen hen juister voor
komt.
Bij schrijven van Juli jl. heeft de Mi
nister van Binnenlandsche zaken o.m.
bericht, dat, naar zijn gevoelen, de tijd
is gekomen om met het stelsel van tij
delijke kortingen te breken en dat tot
definitieve herziening van de bezoldi
ging dient te worden overgegaan. Naar
de meening van den Minister zou de
bezoldiging van het Politiepersoneel als
volgt kunnen worden geregeld: inspec
teur eerste klasse f 2500f 3100 (thans
f 2600f 3200); inspecteur tweede klas
se f 1800—f 2200 (f 1800—f 2300); hoofd
agent f 1800—f 2000 (f 1924—f 2132);
agent f 1400—f 1800 (f 1560—f 1872).
Rekening is gehouden met maximum
pensioenverhaal van 10 pet.
Over deze regeling en tevens over
eene vermindering van de kleeding-
toelage alsmede, afschaffing van de
rijwieltoelage van de inspecteurs en
vervallen van de vergoeding voor ex
tra diensten van het agenten-personeel,
is het oordeel der organisaties gevraagd
en, al was het georganiseerd overleg
nog niet geregeld, ook vertegenwoor
digers der organisaties (van iedere
twee en een. hoofdbestuurder) op 30
November in de gelegenheid gesteld
de bezwaren mondeling toe te lichten.
Inzake de bezwaren over te lage sa
larisnormen, deelen B. en W. mede, dat
zij na ampele overweging gemeend heb
ben in de door hen ontworpen verorde
ning het door den minister aangegeven
minimum van f 1400 voor de agenten
te moeten aanvaarden; te eerder von
den zij daartoe vrijheid, waar geen
der tegenwoordige titularissen de mi
mimum-wedde geniet. Een berekening
heeft doen zien, dat de inkomsten der
agentn niet veel zullen verminderen,
omdat allen het maximum salaris ge
nieten. Zelfs wordt het maximum, dat
nu netto f 1619.28 is, verhoogd tot
treft.zooals ik je al gezegd heb, willen
die je hier per sé terug hebben. Kun je
dien vervloekten trots van je nu niet
eens een avondje vrijaf geven en aan
nemen, wat je geboden wordt?'
Met een ongeduldig schouderophalen
keerde Witham zich van hem af, maar
toen hij even daarna opkeek, stond zijn
gezicht vermoeid en neerslachtig. „La
ten we niet weer opnieuw beginnen.
Je weet toch immers, dat mijn besluit
onherroepelijk vaststaat.
„Goed dan," antwoordde Dane nu
ook op zijn beurt neerslachtig. „Ik heb
gedaan wat ik kon. Ga jij nu naar bo
ven om met Miss Barrington te ver
tellen, ondertusschen verdwijn ik naar
den stal om die zwakke plek in de
eene streng te repareeren."
„Dat tuig kan best wachten", vie?
Witham uit. „Jij gaat netjes met me
mee."
Maar Dane was bij de zijgang, welke
naar den stal voerde. „Waarachtig niet.
Ga jij maar alleen; na jouw weigering
van zooeven help ik je met geen hand
meer." Nog even knikte hij Witham ze
gevierend toe, toen was hij verdwenen.
Een paar minuten later deed Witham
de deur van de kleine zitkamer open.
Bij zijn binnenkomen stond Maud uit
haar stoel op en noodigde hem met
een gebaar uit om te gaan zitten.
Oogenschijnlijk heel kalm voldeed Wit-j
ham aan haar onuitgesproken verzoek i
maar inwendig vroeg hij zich af, of 'e
aan zijn gezicht zou kunnen zien, hoe
f 1620, voor de hoofdagenten daaren
tegen daalt het van f 1844,18 tot f 1800.
Geen bezwaar zien B. en W. er in als
een hoofdagent als aanvang hetzelfde
heeft als het maximum van een agent,
doch de wedderegeling van de hoofd-'
agenten zal van zeer korten duur zijn,
daar bij de voorgenomen reorganisatie
die, naar B. en W. hopen, in de eerste
helft van 1935 haar beslag zal krijgen,
de functie van hoofdagent zal verval
len.
De bestaande periodieke verhoogin
gen zijn voor agent: 3 2-jaarlijksche van
f 1 per week en 3 éénjaarlijksche van
f 1 per week, maximum te bereiken in
9 jaar. Voor hoofdagent: 4 éénjaarlijk
sche verhoogingen van f 1 per week,
maximum dus in 4 jaar. B. en W. stel
len nu voor aan de agenten 8 jaarlijk-
sche verhoogingen van f 50 te verlee-
nen en aan de hoofdagenten 4 jaarlijk-
sche.
De vergoeding voor overuren is
thans zóó in de ontwerp-verordening
geregeld, dat in de eerste plaats ver
goeding daarvan geschiedt door toeken
ning van gelijkwaardige vrije uren en
wanneer dat niet mogelijk is een gel
delijke vergoeding wordt gegeven. Het
kan voorkomen, dat voor herstel van
een fout of verzuim overwerk moet
worden verricht en eveneens in het ge
val als bedoeld in art. 217 van de ge
meentewet, doch dan is er naar de
meening van B. en W. geen reden deze
uren terug te geven in den vorm van
vrije uren of in geld uit te betalen.
Evenmin als voor de agenten en
hoofdagenten zien B. en W. reden om
de normen van de Inspecteurswedden
te verhoogen. De inspecteur eerste
klasse zal hebben f 2795.50 netto en nu
f 2779. Voor wat betreft de verlaging
van het minimum salaris geldt hier
evenzeer, dat men zich bij de benoe
ming op dat salaris kan instellen. In de
functie van inspecteur tweede klasse
bestaat thans een vacature, zoodat de
nieuw te benoemen inspecteur zich on
middellijk op de uit zijn betrekking te
verkrijgen inkomsten kan baseeren. 't
Voorstel nopens vermindering van de
kleedingtoelage kan geen verandering
ondergaan, omdat deze toelage onaf
hankelijk van het salaris moet worden
beschouwd, en daling van de kleeding-
prijzen de verlaging wettigt. Ten slot
te stellen B. en W. voor te bepalen,
dat de inspecteurs van gemeentewege
van een dienstrijwiel zullen worden
voorzien op dezelfde wijze als thans
ten aanzien van de agenten geschiedt.
Benoemingen.
Voor voorziening in twee periodieke
vacatures in het bestuur der Godshuizen
luidden de aanbevelingen: L. Onderdijk,
aftredend en H. Oldeman, H. J. Vroom,
aftredend en G. M, Mes.
Voor drie periodieke vacatures in het
Burgerlijk Armbestuur, luidt de aanbe-
vel ng: A. D, Littooij, P. M. Baijens en
dr. H. Reilingh, allen aftredend en voor
de voorziening in eene periodieke vaca
ture in de Comm'ssie van Toezicht
Avondschool voor N.O.: A. Heijboer, af
tredend en G. Hollema,
Opneming kasgeld.
Daar de begrooting 1935 niet meer
voor 1 December a.s. zal kunnen wor
den behandeld, stel en B. en W. nu
reeds het besluit te nemen inzake op
name van kasgeld in 1935 en wel ge
heel gelijkluidend als het besluit voor
1934.
Een zee-arend op Walcheren,
Twee jongelui, die er in hun vrijen tijd
op uittrekken om te genieten van
alles wat de natuur biedt, deel
den ons mede, dat zij Zater
dag een zee-arend met een groote
vlucht op Walcheren een zeldzame
verschijning hebben waargenomen.
(Ing. Med.)
fel zijn hart bonsde.
„Ik vind het heel prettig, dat u me
heeft willen ontvangen", begon hij. ,,'t
Zou jammer geweest zijn, als ik weg had
moeten gaan zonder u en uw tante voor
al uw vriendelijkheid dank te zeggen.
En nu kreeg ik zooeven van üw dienst
meisje te hooren, dat Colonel Barring
ton op reis was ik wist 't niet....
werkelijk niet.
Ondanks de spanning, waarin zij ver
keerde, moest het meisje even lachen.
„Anders was je allicht niet gekomen'
En dan zoudn wij niet in de gelegen
heid geweest zijn om je met je vrijspraak
geluk te wenschen. Zooals je ziet,
breng ik 't ter sprake...."
,,'t Is voor mij prettiger, zooals het
nu gegaan is", gaf Witham rustig ten
antwoord, „maar feitelijk had 't recht
z'n loop moeten hebben. Dat mijn vrij-(
spraak zoo spoedig gevolgd is, heb ik.
hoofdzakelijk aan die laatste verkla
ring van Courthorne te danken èn
aan 't feit, dat de politie er blijkbaar
niet veel voor voelde, om de eerste
quaestie nog eens op te halen. Natuur
lijk had ik het zelf kunnen doen, maar
na hetgeen, dat u van me weet, zult u
dat wel niet verwacht hebben."
Maud begreep, dat nu het oogenblik
om haar eerste poging te wagen geko
men was; voor het uiterlijk heel kalm
keek ze hem aan, maar haar handen
die in haar schoot lagen, hield ze ner-j
veus ineengeklemd, „Neen", zeide ze,
„dat zou ik zeker van niemand, wie
Zij hoopten dat men het dier met rust
zal laten en zal toonen dat ook jegens
dieren, die Zeeland's tuin tot verblijf
'kiezen, de Zeeuw gastvrij is.
De Vereeniging tot bezoeken der
armen, heeft 525 van het Schorerfonds
ontvangen.
DE GEMEENTEBEGROOTING.
Verslag vooronderzoe,
Volgen.3 het rapport betreffende het
onderzoek der gemeente-begrooting voor
1935 deelde de voorzitter mede, dat,
mede naar aanleiding van met Ged.
Staten gevoerde correspondentie, een
salaris- en loonherziening in overweging
is, en dat de verschi.lende commissies
voor georganiseerd overleg hierover al
reeds vergaderd hebben. Intusschen is
de wenschelijkheid gebleken om nog na
der overleg te plegen. Daar de plannen
van B. en W. derhalve nog geen vasten
vorm aangenomen hebben, achtte het
genoemd college het beter deze aange
legenheid thans te laten rusten ver
trouwende dat de raadsleden zich hier
mede zullen kunnen vere enigen.
Bi) de a'gemeene beschouwingen heeft
een der leden o.a. de vraag gesteld
of het nu inderdaad nood'g is, dat Vlis-
singen onder de noodlijdende gemeenten
komt. Hij wees er op, dat B. en W. het
batig s'ot van den gewonen dienst van
1933 slechts voor de helft op de begroo
ting voor 1935 hebben gebracht en de
andere helft voor 1936 wenschen te be-
siemmen. Hij zou als steeds het geheele
batig saldo willen overbrengen. De in
komsten zouden dan met 47.000 ver
hoogd kunnen worden, waarbij dan komt
15.000 uit de regeling inzake de gas-
kwestie en dan nog de salaris- en loons-
ver'aging, waardoor z.i. de begrooting
sluitend is te maken zonder extra-bij
drage v. d. regeering. Dit lid wenscht
zoolang mogelijk baas in eigen huis te
blijven. Kan een beroep op de regee
ring in 1936 niet meer voorkomen wor
den, dan zal men zich daar té zijner tijd
bij moeten neerleggen.
Een der andere leden wees er op, dat
men van de zijde van de regeering en
Ged. Staten steeds verrassingen kan
verwachten, daar de regeering piet
steeds dezelfde lijn volgt, het is thans
niet mogelijk verder vooruit te zien, dan
dan ook verwacht hebben. Maar blijk
baar schep jij er 'n zeker genoegen in,
om verder te gaan dan strikt noodig
is. Waarom wl je hier weg?"
„Omdat ik heel arm ben", antwoord
de Witham. „Om hier in Silverdale te
wonen, moet je over voldoende geld
middelen beschikken."
„Maar die toestand is feitelijk je
eigen schuld", zeide het meisje met een
glimlach, die heel wat van haar zelf-
beheersching eischte. ,,'t Schijnt, dat
jij armoede boven iets anders ver
kiest.... maar dit zeg ik je, één kans
in Silverdale zul je hebben. Vóór dat
zonderlinge legaat was 't land en de
boerderij van Courthorne mijn eigen
dom; nu, na zijn dood, vervalt het weer
aan mii. Hem ben ik niets schuldig,
want 't is niet als geschenk van hem,
dat ik het aanvaard. Wil je hier blij
ven als mijn pachter, op cindities, die
door Dane en Macdonald vastgesteld
zullen worden? Mijn oom heeft het te
druk om dit ook nog op zich te kun
nen nemen."
„Neen", antwoordde Witham met 'n
stem, die ondanks zijn groote zelfbe-
heersching even trilde. „Geloof me, 't
zou moeilijkheden met uw vrienden
hier geven."
„Wat?"' zeide Maud verbaasd. „En
die hebben je zelf gevraagd om hier
te blijven?"
(Wordt vervolgd.)