DAMMEN EN SCHAKEN,
VOOR DE JEUGD. OnHer redactie va
m
m i
ZEEUWSCHE KRONIEK.
VARIA.
M m Éi iii
"li mm
i al
Mevrouw C. E. DE ULLE HOOGERWAARD.
ECHTE VRIENDINNEN.
V*
WAT EEN SCHRIK!
zeid. Nae mien mêenienge strekt't
juust den oogsten toe groote eêre,
dat 'n bie aol die lof z'n ood nie
kwiet gerócht is, mè dat boven
dien z'n goed art 'm ingaf om z'n
eige g'liek te stellen mit aol z'n
kammeraos van d' andere vlieg-
massienen.
J' ebbe aolebei de groetenisse
van Jikkemien en
Je goeie vriend,
Jewannes
1 December 659,
De evangelieprediker Eligius
sterft.
Sint Eligius, ook St. Elosi ge
noemd, heeft in Zeeland alleen
ten Zuiden van de Wester-Schelde
gepredikt, in 't Noorden van
Vlaanderen dus, dat vroeger niet
tot Zeeland behoorde. Volgens
overlevering moet hij de eerste
kerken te Oostburg en te Aarden
burg hebben gesticht. De tegen
woordige Roomsche kerk te Oost
burg is dan ook aan hem gewijd.
Zijn beeld staat boven den ingang.
De Hervormde kerk, vroeger
Roomsch, was ook naar hem ge
noemd.
Voor Eligius zijn zendingswerk
begon, was hij goudsmid van be
roep, Vandaar dat hij in de cene
hand een hamer heeft en in de an
dere den bisschopsstaf. De smeden
hebben hem tot schutspatroon ge
kozen.
Onder de regeering van Dago-
bert I, koning der Franken, was hij
diens muntmeester. Door het vrij
koopen van gevangen Saksers, die
slaven waren geworden, toonde
hij een christen van de daad te
zijn. In 638 werd hij, echter tegen
zijn zin gekozen tot bisschop van
Noyons, Hij was geboren in het
jaar 588.
4 December 1566,
Koning Filips II koopt het mar-
kiezaat Veere.
Toen Maximiliaan van Bourgon-
dië in 1558 kinderloos te Veere
overleed, liet hij bij zijn vele be
zittingen ook veel schulden na,
zooveel zelfs, dat zijn erfgenaam
Maximiliaan de Henin, graaf van
Bossu, weigerde de goederen met
de schulden te aanvaarden. De be
zittingen werden dan ook in 1566
verkocht.
Koning Filips, tevens graaf van
Zeeland, kocht het markiezaat
Veere. Hierdoor kreeg hij in de
Staten van Zeeland den rang van
Eerste Edele. Als zoodanig had
echter reeds zitting de vertegen
woordiger van den oudsten zoon
van Willem van Oranje, den graaf
van Buren, die Heer van St. Maar
tensdijk was. Deze moest dus
plaats maken voor Filips,
Door de komende gebeurtenis
sen (vlucht van Oranje naar
Duitschland, komst van Alva, ge
vangeneneming van den graaf van
Buren) bleef de koning voorloopig
in 't bezit van den rang van Eerste
Edele en stelde Adolf van Bour-
gondië, Heer van Wacken, gouver
neur van Walcheren, als zijn ver
tegenwoordiger aan.
Maar.Filips verzuimde te
betalen en vervielen dus zijn rech
ten. Ondertusschen was Middel
burg door Oranje ingenomen (Febr.
1574), de Zeeuwsche edelen had
den 't gewest verlaten, zoodat de
prins van Oranje uit naam van zijn
zoon weer Eerste Edele werd. De
steden Veere en Vlissingën, die
door Oranje tot goede of stemheb
bende steden werden verheven,
kochten het gecombineerde mar
kiezaat Veere en Vlissingën om
het te martificeeren of vernieti
gen, zoodat zij dan geheel vrije ste
den zouden zijn. Dochook zij
hadden geen geld om te betalen.
Toen de genoemde bezittin
gen voor de derde maal werden
geveild, kocht de Prins van Oran
je ze.
Hierdoor kreeg hij het onbe
twistbaar recht van Eerste Edele.
5 December 1813.
Door het bevel tot gevangenne
ming van mr. W. A. de Jonge^te
Zierikzee komt de bevolking 'de
zer stad tegen de Franschen in op
roer. Op Zondag 5 December 1813
werd de herdenking van den slag
bij Austerlitz gevierd. De over
heidspersonen van Zierikzee zou
den van af 't stadhuis in ambtsge
waad naar de kerk gaan tot bij
woning van het zoogen. Te Deum,
toen van generaal baron Gilly, op
perbevelhebber van Zeeland het
bericht kwam, dat mr. W, A. de
Jonge zich dadelijk als gevangene
naar Rijssel moest begeven.
De Jonge wilde aan dit bevel
voldoen. Spoedig stond de koets
voor de deur. Nauwelijks is het
volk hiermee bekend of het ver
zamelt zich voor 't huis en om de
koets en wil niet, dat De Jonge
instapt. Deze verandert nu van
jesluit en verbergt zich bij een zij
ner vrienden. Den anderen dag
wordt het aantal oproerigen in de
stad vermeerderd met vele ge
wapende dorpelingen, die geko
men waren om de Franschen te
ïelpen verdrijven. Met moeite
worden zij in bedwang gehouden.
In stilte wordt echter een bood
schap gestuurd naar de Engelsche
vloot, die voor Noord-Beveland
igt. De Fransche generaal Ducos,
geen hulp uit Bergen op Zoom
runnende krijgen, ziet zijn moei-
ijke positie en verlaat met de
zijnen Zierikzee. Nu komen de
ïngelschen de stad binnen en in
den vroegen morgen van den 8sten
December waait de Oranjevlag
reeds van den toren. Zoo is zonder
iloedstorting de omwenteling vol
bracht. Spoedig daarop zijn ge-
reel Schouwen en Duiveland, Tho-
en en Noord-Beveland door de
'ranschen verlaten.
6 December 1541,
Maximiliaan van Bourgondië,
deer van Veere, belooft bij acte,
d.d. 6 Dec. 1541 aan de Schotten,
die in de stad den bekenden wol-
ïandel drijven, dat hij voor be-
loorlijk drinkwater zal zorgen
door het doen bouwen van een
cisterne of regenbak bij de Groo
te Kerk. Dadelijk werd aan de
werkzaamheden hiervoor begon
nen. In 1543 was het werk onder
den grond zoodanig gevorderd, dat
de cisterne in gebruik kon wor
den genomen,
Het duurde nog tot 1551, eer de
bovenbouw geheel klaar was. Door
c en grooten voorraad water, wel-
cen de cisterne kan bevatten, n.l.
200 m3 of 200.000 1., kreeg zij den
naam van fontein. Zij behoort tot
c e vele bezienswaardigheden van
iet stadje Veere.
6 December 1654.
De Nieuwe of Oostkerk te Vlis
singën wordt ingewijd.
De eerste kerk voor den Her
vormden godsdienst was de Groo
te- of St. Jacobskerk. Door toena
me van het aantal gemeenteleden
was een tweede kerkgebouw noo-
dig. In 't begin der 17de eeuw
werd door het stadsbestuur aan de
kerkelijke gemeente de Kleine of
Middelkerk, die vroeger voor het
Engelsche garnizoen was gebruikt,
afgestaan. In 1627 moest deze
kerk met de helft vergroot worden.
Spoedig daarna was weer ruimte
te kort. Daarom besloot de regee
ring der stad, geldelijk gesteund
door de rijkste ingezetenen, een
geheel nieuwe kerk, de zoogen,
Oostkerk, te bouwen aan het Dok.
In 1650 werd aan den bouw be
gonnen. De kerk werd op 6 De
cember 165T ingewijd. De Her
vormde gemeente had toen 7 pre
dikanten.
Bij den zwaren brand van 14
Jan. 1749 werd ook de Oostkerk
vernield. Zij werd weer opge
bouwd en den 15 Oct. 1752 op
nieuw ingewijd.
Zij was mooier dan te vo
ren. Het bombardement der En-
gelschen in Augustus 1809 heeft
ook de Oostkerk zoodanig bescha
digd, dat daarin geen godsdienst
oefening meer kon gehouden wor
den. Het Fransche bestuur nam 't
gebouw in bezit voor militair ge
bruik, Het is nooit meer aan de
kerkelijke gemeente teruggege
ven. Thans is het een werkplaats
van de Maatschappij ,,De Schelde"'
R. B. J. d. M.
(Nadruk verboden.)
De onbeschaamde.
Een in den tijd van de Februari-
revolutie veelgenoemde journalist
Alexander Bouchet liep op zeke
ren dag na een hevige onweersbui
door de straten van het toenmaals
nog zeer vuile Parijs, toen hij een
jongedame zag, die den boulevard
wilde oversteken, maar vreesdei
haar lichte schoentjes vuil te ma
ken. Bouchet trad op haar toe,
nam galant zijn hoed af, zette haar
op zijn arm en droeg haar over de
straat.
De dame liet het zich rustig wel
gevallen, toen hij haar evenwel
neerzette sprak ze: meneer U
bent onbeschaamd
Bouchet nam nogmaals zijn hoed
af, nam de dame weer op, droeg
haar naar haar vroegere stand
plaats terug en, nam met een die
pe buiging afscheid van haar, die
nu in haar verbazing geen woord
kon uitbrengen.
Partij uit den winterwedstrijd
seizoen 19331934 Schaakver.:
„Middelburg".
Wit: J. SCHELTENS, Middelburg,
Zwart: J. VOS, Vlissingën.
Siciliaansche part ij,
1. e2e4 c7c5
2. Pgl—f3 Pb8c6
3. d2d4 c5Xd4
4. Pf 3Xd4 Dd8b6
Deze abnormale voortzetting is
niet goed. Als het beste geldt hier
d7d6
5. Pd4Xc6
Na deze ruil is Zwart een tempo
voor in de ontwikkeling na 5.
Pd4b3, Pg8f 6 6. Pblc3 ge
volgd door 7. Le3 had wit de bes
te ontwikkeling behouden.
5d7Xc6
6. Lf 1d3 e7e6
Sterker was 6Pg8f6
Opi snel tot de ontwikkeling
van de damevleugel te komen was
zelfs 6Lc8e6 mogelijk
waarop dan 7Ta8c8
zeer goed was.
00 Lf 8c5
8. Pbl—c3 Db6b4
9. Tal—bl
Direct 9. Leld2 was zeer goed
te spelen. Immers na 9
Db4Xb2. 10. a2a3! met de drei
ging Tala2 en Pc3a4.
Indien Zwart na 10. a2a3
speelt 10Lc5Xa3 dan
natuurlijk 11. Talbl.
9Db4a5
10. Lel—d2 Da5c7
11. Tf 1—el Lc5—dó
12. g2g3 e6e5
13. Ld3—f 1 Pg8f 6
14. Lel—g5 Ld6—e7
15. Lfl—g2 Lc8—e6
16. a2a3 00
17. Ddl—cl Pf 6e8
18. Lg5Xe7 Dc6Xe7
De stellingen zijn nu weer ge
lijk.
19. Del—e3 Pe8d6
20. De3c5 f 7—f 6
21. Tbl—dl Tf 8d8
22. b2—b3
Dreigt 23. Tdl—d2 en 24. Tel-
dl.
22Pd8—c8
23. TdlXe8f De7Xd8
24. Tel—dl Dd8e8
25. Dc5e3 b7—b6
26. Pc3e2 Pc8e7
27. f 2—f 4 Ta8—d8
28. Tdl—d3 Td8Xd3
"gs
M
m a m^m
a e t jj
Stand na 28Td8Xd3
De Zwarte stelling verdiendt m.
i. de voorkeur. Behalve pion h7 en
c6 staan allen op de velden waar
van de vijandelijke looper ont
breekt (c6c7 kan direct gespeeld
worden).
Wit heeft enkele zwakke, pion
nen die op de witte velden staan
(zie c2 en e4).
29. De3Xd3 De8—d7
30. Dd3Xd7 Le6Xd7
31. Kgl—f2 e5Xf4
32. Pe2Xf4 Kg8—f7
33. Kf 2e3 c6c5
34. b3b4 c5Xb4
35. a3Xb4 Pe7—c6
36. c2c3 g7g5
37. Pf 4d3 h7h5
38. h2h4! Kf 7—g6
39. Lg2—f3 Pc6e5
Het is zéér de vraag of 39.
Ld7g4 niet beter was.
40. Pd3Xe5 f6Xe5
41. Lf 3e2 g5—g4
Remise.
RUFRANKFORT.W.
„Ems zat voor het raam en tuur
de naar buiten. Ze wachtte op
haar vriendinnen. Z<J dadelijk zou
de school uitgaan en dan kwamen
Miep en Bep om haar werk te
brengen en om haar alle nieuwtjes
van de school over te vertellen.
Emmy was ziek geweest en nu
aan het opknappen. Maar - ze
mocht nog niet naar school. Dat
vond Ems helemaal niet pretting.
Ze was dol op de school, hield erg
veel van leren en vond 't al jam
mer, als ze maar een half dagje
verzuimen moest. Helaas was Em
my niet sterk. Ze mankeerde vaak
wat en telkens moest ze een poosniets komen zou. En.nu miste
Ems ging dag aan dag naar school,
zonder dat ze ook maar één
schooltijd hoefde te verzuimen.
Zó werd het eind November en
naderde Sinterklaas, Er werden
Sint-Nicolaasversjes geleerd en al
le kinderen waren vol verwach
ting.
En toen gebeurde er iets heel
naars: een paar dagen vóór Sin
terklaas werd Ems weer ziek. Ze
had een hevige kou gevat en
moest een paar dagen in bed blij
ven. Wat huilde die Ems Want
je kunt begrijpen, dat er nu van
het Sint-Nicolaasfeest op school
de school verzuimen. De onderwij
zeres wist wel, dat haar leerlin-
getje het vreselijk zou vinden ach
ter te komen. Als Ems dan weer
wat doen mocht, kwamen Miep en
Bep, die geregeld naar 't vriendin
netje gingen vragen, dat zeggen.
En dan mochten die 't werk voor
Ems meenemen.
Daar kwamen de eerste kinde
ren voorbij, daar waren Bep en Maar....
Miep al. Wat hadden ze weer vooreerst,
veel te vertellen Ja, Bep en Miep
waren echte vriendinnen.
Toen werd Emmy nog erger ziek
en nadat ze opgeknapt was, raad
de dokter de familie aan te ver
huizen naar een bosrijke streek.
Hij wou van die sukkelaarster in
eens een flinke, gezonde meid ma
ken, die overal tegen kon. Daar
om mocht ze de hele zomer niet
naar school en moest leven in de
buitenlucht, eten, drinken, spelen,
desnoods slapen. Ems vond 't vre
selijk, dat ze niet naar school
mocht Ems werd een heel ander
kind-met rode wangetjes en
ze haar vriendinnetjes uit de stad,
die haar dadelijk kwamen opzoe
ken.
„Neen, hoor, Rie en Suus zijn
leen échte vriendinnen", zei Ems
egen moeder en ze trok minach
tend haar neus op.
's Middags kwam de dokter nog
en die zei, dat het patiëntje de
volgende dag uit bed mocht.
nog niet naar school
„Daar ging Sinterklaas in zijn
auto", riep Jaap, het broertje van
Ems, die naar buiten had zitten
turen, op eens. Hij gaat naar
school". Ems zuchtte diep.
Emmy's gedachten trokken naar
het schoollokaal. Daar zou Sint
nu zitten met Piet naast zich. De
kinderen zouden zingen en Piet
ging strooien. Och, dat ze nu
toch juist weer ziek moest wor
den
Weer; „Toet Toet Toet
Ems, Frits en Jaap holden naar
t raam.
„Ja, ja, hij is 't riep Jaap ver-
de hele zomer was ze niet één rukt en begon heftig te wuiven,
keertje ziek. De dokter had er dan Frits zong zo hard hij kon een Sin-
,ook niets op tegen dat ze met Sep- terklaasvers.
tember naar de dorpsschool ging. 1 De auto reed langzaam en
Wat genoot ze 't Was een mooie, vlak voor hun huis stond hij stil.
ruime school, ook in het bos gele- En toenoEms voelde
gen en niet zoo heel ver van huis. zich beurtelings warm en koud
En weldra had Ems nu ook nieu
we vriendinnen. Suus en Rie heet-
en
worden.... daar stapte Zwarte
Piet uit en hielp toen zijn heer en
'ten ze. Vaak kwamen ze haar af- meester voorzichtig uit het voer-
halem en soms brachten ze Ems
naar huis. En waf zo heerlijk was:
tuig. Samen wandelden die
naar de voordeur.
twee
En 't duurde dan ook niet lang,
of de hoge gast trad binnen. Moe
der gaf hem direct een stoel.
„Dag meneer Sinterklaas", zei
ze. Frits en Jaap volgden haar
voorbeeld. Voor Sint waren ze
heel niet bang, maar ze vonden
't wel een beetje griezelig om hun
kleine hand in Piets zwarte knuist
te leggen. Maar toen Piet ze een
handje pepernoten toestak, durf
den ze wel.
„Ja, ja, Emmy", begon Sint, „ik
hoorde op school, dat je ziek was,
en toen zijnje vriendinnen
op me toegestapt.hoe heeten
ze ook weer
„Rie en Suus
„Juist, Rie en Suus.... en die
hebben me gevraagd.... of ik je
op wou zoeken.... en dat heb ik
maar gedaan."
„Daar ben ik erg blij om, me
neer Sinterklaas", zei Ems. Sint
had nog veel te vragen en de kin
deren moesten voor hem zingen.
Toen strooide Piet pepernoten en
tenslotte kreeg Ems een mooi
boek, vol platen en verhalen. De
broertjes werden blij gemaakt met
wat lekkers.
Eindelijk vertrok de goede man
weer. Hij had nog veel te doen.
Het drietal zag hem wegrijden en
wuifde druk.
„Dat was me een verrassing
zei moeder.
„Ja. En Suus en Rie zijn toch
wel échte vriendinnen, hè moes",
vond Ems,
„Zeker", moest moeder toege
ven.
J. H. Brinkgreve
Entrop.
In de kinderkamer, die in de
tuin uitkwam, stond Tineke. Ze
stond voor de open deuren, maar
het regende zó, dat er plassen in
de tuin stonden en de dahlia's hun
kopjes, zwaar van de regen, lie
ten hangen.
Tineke ging sedert begin Sep
tember naar school, maar vandaag
niet, vandaag was het Zondag. Ze
had zich zó voorgesteld, hoe ze
deze Zondag de hele dag met
Riekje buiten zou spelen, in de
zandbak en schommelen, of iets
verstoppen onder de heestrs en
planten. En nu: niets ervan Ze
zuchtte.
„Ga eens met je winkeltje spe
len of met het andere speelgoed,
dat je op je verjaardag kreeg",
raadde Moeder, die op het punt
was de kamer uit te gaan. „Spe..
ele"klonk het stemmetje van
het drie-jarig Riekje, dat meteen
naar Tineke toe gedribbeld kwam.
Het was een lief Riekje, dat zusje
van Tineke, en als zij met Moeder
Tineke van school kwam halen,
zeiden de kinderen uit de klas:
Dat leuke zusje van Tineke
staat er weer','
Dan voelde Tineke zich trots en
zij nam als een echte grote zuster
zij was dan ook al zes, Riekje bij
de hand. Maarniet altijd was
het makkelijk de oudste en wijste
te zijn. Riekje kon vaak een keel
opzetten, als ze niet in alles haar
zin kreeg. Dan kwam Bet, de
dienstbode, uit de keuken gevlo
gen en zei: „Waarom laat je dat
kleine kind nou niet aan je speel
goed Jij moet toch de wijste
zijn Of Moeder zei: „Jij, als
oudste, moet wat schikken, Tine
ke Riekje weet niet beter".
Ja, het was wel eens moeilijk
de oudste te zijn. Zoo ook van
daag weer. Eerst speelden de zus
jes heel gezellig met het winkel
tje. Tineke hi&ld de winkel en
Riekje was klant. De koopvrouw
zei haar klant vóór, wat ze kopen
moest. En dan woog ze net als in
een echte winkel op het kleine
weegschaaltje wat krenten af. Die
werden dan in een snoezig klein
zakje verpakt en dan dribbelde de
klant er mee naar huis. „Huis"
was achter het lage speeltafeltje.
Dan moest de klant terug komen
om drop te kopen. Dit waren nog
niet alle heerlijkheden, die het
winkeltje verkochjt. Er was een
laatje met suikerpepermuntjes en
een ander met chocoladeilikjes
met witte pilletjes er op Een
tijdje speelden ze, o, zo gezellig:
totdat op eens Riekje er bij ging
zitten en met beide handen alle
flikjes, die ze gekocht had, in haar,
mondje duwde.
Tineke werd er vuurrood van.
De heele voorraad flikjes van haar
winkeltje verdween me daar in het
gulzige mondje van Riekje Tine
ke vloog op haar af en schudde
haar heen en weer, maar Riekje at
haar mondje leeg en zei: „lekker
hè „Stout kind zei Tineke
en ze borg de pepermuntjes, de
drop en de krentjes gauw weer in
de laatjes en zette het winkeltje
hoog in de speelgoedkast, zoodat
Riekje er niet bij kon komen. „Ik
speel niet meer met jou", zei Ti
neke, haalde het poppenstrijkijzer
voor de dag eri ging de kieeren
van de baby-pop strijken.
Kleine Riekje, die wel voelde,
dat ze iets gedaan had, dat niet
mocht, ging stil met haar blokjes
spelen. Toen het haar verveelde
en dat was al gauw ging ze
bij haar zusje staan kijken. Ze stak.
haar handje naar de netjes gevou
wen poppenkleertjes uit, stootte er
tegen endaar vielen ze op
de grond.... Pats! daar had ze
een klap op haar handje beet
Riekje's gezicht werd lang, haar
lipje beefde en net zou ze het op
een huilen zetten, of.o, schrik!
daar sprong een groote, groote
hond door de open tuindeuren
naar binnen. „Woefwoef blafte
hij heel harcT.
In een ommezientje had Tineke
haar zusje in een hoek geduwd en
waswóór haar gaan staan. „B.
blijf maar achter mij, dan kan hij
je niet bij..bij..te", zei ze
met een stemmetje, dat bibberde.
Want o, de hond was zó groot en
hij blafte zó hard en hij stond zó
vlak voor haar en Moeder, die he
lemaal boven was en Bet naar de
kerk en Vader uit Maar Riekje
moest ze beschermen, want die
was maar zo klein en zij was toch
de oudste
Toen knarsten voetstappen over
het grint, nader en nader kwamen
zeVader Het was Vader
met een vreemden mijnheer, die
dadelijk riep: „hier, Prins
De hond ging kwispelstaartend
naar zijn baas terug en legde hem
zijn voorpooten op de schouders.
Zo groot was de hond „Foei
zei de mijnheer, „heb jij de kinde
ren zo aan het schrikken gemaakt?
Foei Toen ging de hond er bij
zitten en gaf zijn baas een poot.
„Neen, mij moet je geen poot ge
ven, maar de kindertjes, kom.
En Prins werd door zijn baas aan
de halsband bij Tineke gebracht,
die een grotè poot toegestoken
kreeg.
- Aarzelend nam ze de poot aan,
V/ l ^H3?JjümiHnDPOaaanrinr^UL3mL3mLjEj!mL3t_3m_3iLje-3m-3'