DE VREEMDELING VAN SILVERDALE TOILETZEEP KRONIEK van den DAG. KANONNEN-KOOPLUI. STATEN-GENERML. TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE M 1DDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN DONDERDAG 4 OCTOBER 1934. No. 234 iTin Japan en de Ver. Staten Wederzijdsche liefhebberij in reorganisatie van de luchtmacht Zal Amerika eventueel groo- te militaire luchtschepen gaan bouwen? Onlangs werd gemeld, dat Japan en Sovjet-Rusland het eindelijk eens wa ren geworden over de kwestie van den, ten wij dat'doen~met het doel ze ge- - Ai*AT_i_ '1 A i1 Wanneer de thans in aanbouw zijnde nieuwe vliegtuigen gereed zijn, zou de luchtmacht dan beschikken over onge veer negenhonderd gevechtsvliegtuigen. Vijftig luchtschepen als bovenbedoeld voegt Mitchell er cynisch-openhartig aan toe, zouden een aanval kunnen doen op Japan „en in twee dagen zou er van dat land niets zijn overgeble ven." „Japan is onze gevaarlijkste vij and. Als wij vliegtuigen bouwen, moe- Oosterspoorweg in Mantsjoerije. Voor 'n bedrag van ongeveer 75 millioen 0u - den zouden de Russen den spoorweg hebben verkocht. Korten tijd later kwam er echter een tegenspraak uit Moskou. De transactie, zoo heette het daarin, was nog niet tot stand gekomen; men was er nog over aan het delibereeren. Daarna heeft men er niets meer van vernomen. Hoe het nu precies met deze zaak zit, valt niet te zeggen. Maar er be staat reden, om aan te nemen, dat de Russen en de Japanners, mochten ze het dan nog niet heelemaal eens zijn geworden, deze aangelegenheid toch niet meer op de spits zullen drijven. En dat een van de ergste twistappels daar in het Verre Oosten dus uit den weg is geruimd. Het zal echter zaak zijn, aan dit in zichzelf verheugende feit, voorloopig toch niet al te veel beteekenis toe te kennen. Daartoe ligt er daarginds nog veel te veel andere conflictstof opge hoopt. Niet alleen wat betreft de ver houding RuslandJapan, maar ook en misschien in nog erger mate wat de verhouding AmerikaJapan aan gaat. De Ver. Staten hebben belangen in het Verre Oosten, die op den keper beschouwd veel kwetsbaarder zijn dan die der Sovjets. Om de eenvoudige re den, dat ze zoo geweldig ver van huis liggen. Japan is in de Pacific de groote concurrent van Amerika, en 'n venijnige concurrent die op normale wijze niet door de Ataerikaansche vloot valt aan te tasten. De groote Oceaan is nu een maal een beetje erg breed. Het spreekt van zelf, dat men deze gunstige situatie voor Japan nergens beter beseft dan in de Ver. Staten zelf. En het staat als een paal boven water, dat de Amerikaansche legerleiding (ma rine en alles dan inbegrepen) dag aan dag op mogelijkheden zit te zinnen, om daar wat aan te veranderen. Op gezet te tijden verneemt men iets van die prakkizaties. Zoo is er thans weer een bericht uit Washington, dat melding maakt van „nieuwe plannen tot reor ganisatie van de luchtmacht". Het zou in de bedoeling liggen de luchtmacht bij een zelfstandig hoofdkwartier onder te brengen, dat onder leiding komt te staan van den chef van den generalen staf. In hetzelfde bericht is dan verder sprake van een brief van den voorma- ligen directeur van de militaire lucht vaart, een zekere brigadier-generaal William Mitchell, welke deze zou ge richt hebben aan een federale commis sie tot bestudeering van de kwestie dei- luchtstrijdkrachten. Mitchell laat daar in eerst een aantal verwijten op ver schillende marine-autoriteiten los, om dat ze vreeselijk met luchtschepen en zoo aan het knoeien zouden zijn ge weest zij het dan niet uit boos op zet, maar uit onwetendheid en ver telt vervolgens, hoe zijns erachtens Amerika zich een sterke luchtvloot moet bouwen. Hij wil een onverwijlden aan maak van een vloot van vijftig bestuur bare luchtschepen, bijgestaan door bom bardementsvliegtuigen met een groote actie-radius. Een hoofdluchtmacht, be staande uit 48 gevechtseenheden van ongeveer 450 bombardements-, verken- nings- en jachtvliegtuigen, zou gecon centreerd moeten worden op acht mïl- litaire vliegterreinen van kust tot kust. schikt te maken voor een aanval op Japan". Deze vliegtuigen moeten vol gens Mitchell een actie-radius hebben van zes a acht duizend mijlen. Wij weten niet, in hoeverre de uit latingen van brigadier-generaal Mit chell ernstig moeten worden genomen. De berichtgeving uit Amerika is ge woonlijk een beetje zoo-zoo; d.w.z. on volledig, opgeschroefd en vaak ook 'n tikje bezijden de waarheid. Wellicht is dat alles ook aan het onderhavige be richt niet vreemd. Maar desalniettemin moet er in Amerika een zekere stem ming zijn, welke zooiets kan doen ont staan. En die stemming als zoodanig kan men niet dan uiterst bedenkelijk achten. Het laat niet veel twijfel, dat de Amerikanen een oorlog met Japan bij de eventualiteiten indeelen, waar mee in elk geval rekening gehouden moet worden. Op hun beurt' doen de Japanners trouwens niet veel anders. Het lijkt 'n bijna gruwelijke coïncidentie, dat tege lijk met het bovengenoemde bericht uit Washington een telegram uit Tokio verscheen, waarin melding wordt ge maakt van de verspreiding van een vlugschrift in Japan, dat de persoon lijke meening van den minister van oor log zou weergeven. Toevalligerwijze eischt dat vlugschrift ook een reorgani satie, thans van de Japansche lucht macht. De minister van oorlog vindt, dat Japan op zijn minst 3000 vliegtuigen noodig heeft, om zich voldoende tegen zijn vijanden te kunnen verdedigen. Op 't oogenblik heeft 't er plus minus 100Ö. Daar zouden dus nog 2000 bij moeten, 't Zal echter zeer de vraag zijn, of daar het noodige geld voor te vinden is. Men krijgt den laatsten tijd den indruk, dat 't met den financieelen toestand van Japan uiterst précair begint te worden. De tijd zal het leeren. Verkorte inhoud van 'n belangwekkend Fransch boek, bevat tende onthullingen over het, tengevolge van de werkzaamhe den der Amerikaansche Senaatscommissie van onderzoek, in hooge mate actueel onderwerp; „de kanker der particuliere wapenfabricage." door H. BINDLOSS. 50.) De jonge man sprong van den wagen toen keerde hij zich om en keek Wit- ham strak aan. „Je raad heb ik even min noodig, als je ongewenschte hulp van een paar uur geleden, die niets dan een groote onbeschaamdheid was." zeide hij. „Je achteraf houden, tot fat soenlijke menschen aan je gewend ge raakt waren, me dunkt, dat zou een passende houding voor een man van jouw reputatie geweest zijn." Een oogenblik vergat Witham alles in zijn drift. „Je behoeft niet bang te zijn, dat je nog een tweeden keer van mijn onbe schaamdheid last zult hebben wat mij betreft kun'je naar den bl. .m loopen. Trouwens, dat ik je vanavond uit de modder gehaald heb, is heusch niet aan mijn vriendschappelijke gevoelens ten opzichte var jou te wijten dat was op verzoek van iemand, die je moe der V ent en die daarom een veel te gro.1' en zeer zeker een onverdiend be lang in je stelt". De jonge man balde de vuisten en deed een stap naar den wagen toe; in het grauwe, schemerige licht toonde zijn gezicht lijkbleek. DE INVLOED OP DE PERS. De post „advertentiekosten", van het Comité des Forges, d.w.z. kosten van politieke reclame, beheer van- en onderstand aan dagbladen, subsidies aan journalisten, bedraagt per jaar gemid deld 75 millioen francs. Alleen ireeds te Parijs zijn meer dan een dozijn dag bladen in betaling bij de „marchands de canons", tegen 2 millioen per stuk. Som mige vragen 200 a 300 francs per regel druks. Bij deze 75 millioen francs dient men 20 a 30 millioen op te tellen ten behoeve van personen in de politiek en in administratieve betrekkingen werk zaam, De heeren, die aan het hoofd staan van het pers- en propagandabu- reau van het Comité des Forges, mun ten uit door initiatief, vindingrijkheid en vooral vasthoudendheid. Twee hunner maakten een schitterende carrière: de huidige minister Tardieu en Franpois Poncet, de huidige gezant te Berlijn. Reeds in 1930 las men in het Journal des Débats, dat de pas voltooide lijn van vestingwerken eigenlijk nog onvoldoen de was. Er ontbraken nog „schakels" aan, waarmee bedoeld werd: de 2700 km lange kustlijn. Ook de kusten moes ten worden afgesloten, om tegen alle eventualiteiten behoed te zijn, heette het. Maar zelfs de meest hardnekkig volhoudende voorstanders van een in tensieve bewapening achtten dit onmo gelijk; hoogstens kon men eenige stra tegisch gewichtige punten versterken. Die werden dan ook ontdekt, en het daaraan ten koste gelegde geld 127 millioen francs op het oorlogsbudget van 1931 werd beschouwd als een assu rantiepremie voor de nationale veilig heid, een premie, die betaald werd aan de „marchands de canons". De handelshavens Marseille, Bor deaux, Le Havre worden getransfor meerd in oorlogshavens. De uitvoering der werken, in 1931 begonnen, zooals het heet ter bestrijding van de crisis, werd gegund aan het Comité des For ges. De vijandelijke vliegtuigen, die het wa pen der verrassing bij uitnemendheid „Zij heeft 't je gevraagd!" stootte hij uit „Dat zal ik je betaald zetten, ge meens schurk die je bent." Als antwoord klikte Witham even met zijn tong, de paarden trokken aan en lef volgende oogenblik reed de kar weg. Na een paar minuten van stilzwij gen keek Dane hem aan. „Dat wist ik met", zeide hij. „Neen", zeide Witham droogjes. „En als M. niet driftig geworden was zou je 't ook nu nog niet geweten hebben." Dane glimlachte. „Jij snapt niet, n;et, waarom 't gaat- Toen hij verleden jaar hier kwam, heeft'onze lieve vriend van .zooeven zich vrij belachelijk ge maakt,t door Maud Barrington met zijn a'tenties te achtervolgen. Hij was zoo hardnekkig, dal ze eindelijk, in haar wanhoop, den Colonel op hem heeft moeten loslaten, voordal het hem bijge bracht kon worden, dat zijn vriendelijk heden niet welkom waren. Als je jou was, zou ik hem in de gaten houen, Courthorne natuurlijk is hij wel niet heelemaal verantwoordelijk voor zijn daden, maar we hebben 't bij ondervin ding, dat hij verduiveld geslepen en ge meen kan zijn 'n Quaestie van verarmd ras door te veel onderlinge huwelijken. Twee takken van de familie huwelij ken tusschen land en geld", De hak van mijn laars - als hij 't me (e Jastig maakt," zeide Witham kort. t Was al laai, toen ze eindelijk zijn hoeve bereikten, waar Dane, volgens afspraak. zou blijven slapen." Bij hun vormen, zijn niet vergeten. Afstandme ters en zeer gevoelige verklikkers zijn reeds voor een bedrag van 40 millioen francs bij de Schneider-groep besteld en bij een andere fabriek 10 nieuwe batte rijen luchtafweergeschut. De te versterken handelshavens zijn minstens 13 in getal, waarvan 2 op Cor sica en 3 op de Noordkust van Afrika. Kosten: ruim 2% milliard francs, waarin een winst zit van 500 millioen francs voor de „marchands de canons", DE LEVERINGEN AAN DE MARINE. Maar den besten waarborg voor de kustverdediging vormt een krachtige marine. De oorlogsmarine is dan ook de beste en meest geliefde klant van het Comité des Forges. Tusschen 1923 en 1933 is het marine-budget van 959 mil lioen gestegen tot 3224 millioen francs. Het totale bedrag, uitgegeven voor nieu we constructies, bedroeg in 9 jaren ruim 20 milliard francs, wel een bewijs, welk een „lange arm" het Comité des Forges heeft, en hoe almachtig zijn propaganda- bureau is, want alle fabrieken, die in I dien tijd aan de marine hebben gele- verd, staan onder controle van dat Co mité dat in directe onderhandeling met j de regeering staat, en de bestellingen naar billijkheid over de leden verdeelt, zoodat prijsconcurrentie onmogelijk is. Van de 10 milliard francs, die voor de oorlogsschepen zijn uitgegeven, kan men gerust zeggen, dat er 33 pet. in de kas vloeide van de „marchands de canons", j Het is van algemeene bekendheid, dat j een sterke oorlogsmarine te allen tijde j een prachtige diplomatieke troef is. j Frankrijk heeft dit eigenlijk pas na den oorlog begrepen. Zijn vloot, die in 1914 j slechts middelmatig was, bekleedt thans, na een arbeid van tien jaren, een op den voorgrond tredende plaats. Hoewel men steeds zegt, dat dit te danken is aan de ministers van marine, 1 Leygues en Dumont, is deze transfor matie het werk van het Comité des For ges, evenals dit het geval is met den aanleg van de verdedigingswerken aan de Oostgrens en aan de kust. De „mar- binnar.komen stond een jonge, slanke fi guur in uniform van een stoei bij de ta fel on. Een oogenblik lang had Witham de gewaarwording, dat zijn hart opeens stil bleef staan, toen, ii> een wanhopige poging om zich goed te houden, klemde hij zEn tanden opeen en kwam verder de kamer in. Gelukk g hing de lamp laag, zoodat zijn gezicht gedeeltelijk in de schaduw bleef. Hij kende de uniform en den :ongen man, die haar droeg; een of twee maal had hij hem op een vooruit schoven post meer dan zeshonderd mij len hiervandaan midden in de prairie, ontme et Hij wist, dat hij groot gevaar liep, om herkend te worden, er bestond echter een geringe kans dat de jonge mare chaussee hem zonder zijn puntbaard van vroeger en in 't vage licht van de petro leumlamp niet zou herkennen. Was het eerste, gevaarlijKe oogenblik voorbij, dan ZuU gewoonte de rest doen- Een paar oogenblikken lang bleef de onge man hem onbeweeglijk staan aan kijken' Witham beantwoordde zijn blik zoo rustig mogelijk, ofschoon hij zijn hart voelde bonzen. „En waaraan heb ik dit genoegen te danken, marechaussée?" vroeg hij op eens, om er een e:nde aan te maken. „Huis-inspectie, sir", gaf de jonge man met een prettige beschaafde stem ten antwoord. „Mr. Courthorne als ik het wel heb.... neemt u me niet kwa lijk, dat ik u zoo onbeleefd bleef aan staren, maar u lijkt sprekend op iemand chands de canons" begrepen onmiddel lijk welk een uitgebreid arbeidsveld de vernieuwing van de oorlogsvloot hun bood, te meer, nadat zij tegen liquida- tieprijzen' in het bezit waren gekomen van de Duitsche ijzermijnen aan de Moe zel. De door hen bezoldigde dagbladen betoogden, dat het overwicht ter zee van de geallieerden de beslissende oor zaak was geweest, dat Duitschland den oorlog had verloren. Hun handige, vol hardende propaganda had succes, en maakte voor de eerste maal in de nieu were geschiedenis van Frankrijk een land, bezield met een marinegeest. Zij begonnen met te wijzen op het groote nut der onderzeebooten, het vol gende jaar werd een bedrag van 120 millioen gevoteerd voor duikbooten van 600 ton. Van de 400 millioen francs in den tijd van 9 jaren besteed aan den bouw van duikbooten, werd ruim 33 pet. verwerkt door de ChSntiers Schnei der te Chalons-sur-Saöne. \Van 1925 af werden binnen weinige jaren 35 on derzeeërs, elk van plm. 1000 ton, te water gelaten. Schneider leverde de vuurmonden er voor, en de torpedo- fabriek van Sir Basil Zaharof de tien a twaalf torpedo-lanceerbuizen per boot. Daarna, aangemoedigd door het ver kregen succes, vroegen de dagbladen van het Comité des Forges of het niet mogelijk zou zijn super-duikbooten te bouwen, die den strijd zouden kunnen opnemen tegen lichte kruisers. Ook dit maal werden zij tevredengesteld. Maar wat te doen, als de Ontwape ningsconferentie te Genève de duikboo ten verbiedt, iets waarop Sir John Si mon in verschillende redevoeringen heeft aangedrongen? De „marchands de canons" hebben deze eventualiteit voorzien, en er een middel op gevon den: hun vertegenwoordiger en vriend, de minister van Marine, Dumont, voor zitter van den Raad van Beheer der Banque Franco-Japonaise, die deel uit maakte van de Schneider-groep, zegt in zijn ontwerp-budget voor 1931-'32, dat, trots de aangebrachte wijzigingen, de tegenwoordige Fransche pantser schepen groote gebreken hebben, zoo dat hun vervanging door moderne linie schepen noodig is. En zonder discussie stemmen de leden der Fransche Kamer in Januari 1931 voor den bouw van twee schepen van zeer groote tonnen- maat, 4 gepantserde kruisers van 7500 ton, en eenige kleinere schepen. Wat beteekent dit votum anders dan het begin van de reconstructie op mo derne basis van een vloot van groote slagschepen, nadat de kleine eenheden waren verkregen Het op stapel zetten van de Dunker- que, het schip van 26,500 ton en een lengte van 200 m. was een symbolisch gebaar en tevens een commentaar op de aanbieding te Genève van het Fransche constructieve ontwerp van algemeene ontwapening, Bij de Dunkerque was het wederom angst voor Duitschland, die om den hoek keek. De dagbladen van het Co mité des Forges vertellen u, dat de Duitsche scheepsbouwkundige inge- nieurs nog dezelfden zijn, die de keizer lijke vloot bouwden, die de overwinning bij Jutland behaalde. Verwekte de Deutschland, de eerste Duitsche pantserkruiser van 10.000 ton, geen sensatie Op dit schip zal een tweede, een derde volgen. In 1936 zal Duitschland een divisie van minstens 4 pantserkruisers bezitten, zooals geen an der land er een heeft. Behalve op de Deutschland wees de Fransche minister van Marine in Januari 1931 ook op den grooten Turkschen kruiser Sultan Ya- vus, „die in de Middellandsche Zee, wat snelheid betreft, uit een Fransch stand punt beschouwd, alle groote slagsche- i pen overtreft". De Sultan Yavus is niets LC'~- (Ingez. Med.) anders dan de oude Duitsche Göben, die op een Fransche werf weer als nieuw werd gemaakt In den loop van 1932, toen de eento nige Ontwapeningsconferentie plaats had, en toen er een soort stilstand be stond in de bewapening, gaat Frankrijk voort oorlogsschepen te water te laten. Maar Frankrijk was niet het eenige land, dat in die periode oorlogsschepen van stapel liet loopen: vele andere naties, die aan de groene tafel te Genève had den plaats genomen, volgden zijn voor beeld. „Marchands de canons" treft men in vele landen aan. DE EERSTE KAMER AANVAARDT DE DOODEHANDBELASTING. Maar veel meer verzet dan in de Tweede Kamer, In de Eerste Kamer kwam gisteren aan de orde het wetsontwerp, tot hef fing van belaft ng van het vermogen in de z g, doode hand. Zij be ast stichtingen, coöperaties, vereenigingen en zedelijke lichamen naar een zuiver vermogen bo- van f ll.OCO, Beneden, deze som s geen belasting verrjc' uld'gd. Tussche'n f 11.000 en f 30.000 is f 3 verschuldigd voor elke f 1000, waarmede de belastbare som f 10.000 te boven gaat. Is de belastbare som f 30.000 of me?r, dan i' de belasting f 2 van elke geheele som van f 1000. On der deze belasting vallen dus de „doode hand" ofwel het vermogen van levens verzekeringsfondsen, vakcenlra eis, vrij metselaars- en theosofen'oges, voetbal clubs, sociëteiten, harmonieën, reisver- eenigingen, ioeristenclub;, dierentuinen, wetenschappelijke genootschappen, kerk voogdijen, parochieën, orden of congre gaties, bisdommen, welke meer dan f 11.000 bezitten en zelfs de Rijkspost spaarbank. Er buiten vallen o.a. alle in richtingen van onderwijs, voorzoover zij geen winst beoogen, seminaries en mis- s ehuizen, kindersanatoria en soortge lijke instellingen. De wet wordt geacht in werking te zijn ge!reden op 1 Januari 1934; en draagi een tijdïlijk karakter; de dien ik vroeger gekend heb. Er zijn in den laatsten tijd nog al wat veranderin gen geweest ik ben van het Alberta Escadron, dat naar dit district overge- j plaatst is. Ik heb vandaag een paar' maal pech gehad en omdat ik toen nog al laat was hebben uw menschen me gastvrij opgenomen." j Witham lachte. „Ik ben meer dan' eens voor een ander aangezien; een glas wijn of een sigaar, voordat je naar bed gaat, marechausée?" „Neen, dank u, sir", zeide de jonge man. j „Als u even wilt teekenen, als bewijs, dat ik hier geweest ben, ga ik 't liefst maar dadelijk naar kooi. Ik heb morgen een rit van zestig mijl voor me." Witham deed wat hem gevraagd werd. Toen de jonge man, met een korten, beleefden groet de kamer uitgegaan was, trokken ze hun stoelen tot bij de kachel, om voor 't naar bed gaan nog een sigaar te rooken. Na de eerste paar trekken viel het Dane op, dat 't ge zicht van zijn metgezel ernstiger dan gewoonlijk stond. „Hoe vond je het gezicht van den marechaussee, toen we binnenkwa- men?" begon hij het gesprek. „Hij keek alsof hij een geestverschijning zag." Witham lachte. „Ja, waarschijnlijk dacht hij dat ook. Ik weet dat er in het district, waar hij vandaan komt, 'n man was,die volgens het beweren van de menschen sprekend op me leek. Ik heb de gelijkenis nooit kunnen zien. als ik het goed heb, is hij een maand of zes geleden verongelukt.' „Ja, 't is eigenaardig, zooals de menschen op elkaar kunnen lijken", gaf Dane ten antwoord, „maar 't is nog eigenaardiger, zooals sommige men schen kunnen veranderen. Op de Gran ge hebben ze een portret van je als jongen 't gezicht is nog wel te her kennen, maar niemand zou ooit ge dacht hebben, dat die jongen tot 't type man, dat jij bent, zou opgroeien. Enfin, dat is tenslotte maar bijzaak vertel me liever, hoe je gemerkt hebt, dat er valsch gespeeld werd. Ik heb toch ook wel verstand van spelen; in mijn vlegel jaren heb ik er veel ondervinding duur betaalde ondervinding, dat kan ik je verzekeren van opgedaan en van die wijsheid heb ik heel wat onthouden, maar ik moet je zeggen, ondanks al mijn aandacht, heb ik vanavond niets gezien, dat me op het denkbeeld valsch spelen gebracht zou hebben." Witham keek hem lachend aan. „Voot het grootste gedeelte was het bluf. Ik hield zijn gezicht in de gaten en op 'n gegeven oogenblik zag ik iets in zijn oogen, dat me de overtuigng gaf: hij speelt valsch! Maar pas toen hij de ta fel omwipte, was ik zeker." Word1 -vrjijd

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1934 | | pagina 5