DE VREEMDELING VAN
SILVERDALE
TOILETZEEP
KRONIEK van den DAG.
KANONNEN-KOOPLUI.
STATEN-GENERML.
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE M 1DDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN DONDERDAG 4 OCTOBER 1934. No. 234
iTin
Japan en de Ver. Staten
Wederzijdsche liefhebberij in
reorganisatie van de luchtmacht
Zal Amerika eventueel groo-
te militaire luchtschepen gaan
bouwen?
Onlangs werd gemeld, dat Japan en
Sovjet-Rusland het eindelijk eens wa
ren geworden over de kwestie van den, ten wij dat'doen~met het doel ze ge-
- Ai*AT_i_ '1 A i1
Wanneer de thans in aanbouw zijnde
nieuwe vliegtuigen gereed zijn, zou de
luchtmacht dan beschikken over onge
veer negenhonderd gevechtsvliegtuigen.
Vijftig luchtschepen als bovenbedoeld
voegt Mitchell er cynisch-openhartig
aan toe, zouden een aanval kunnen
doen op Japan „en in twee dagen zou
er van dat land niets zijn overgeble
ven." „Japan is onze gevaarlijkste vij
and. Als wij vliegtuigen bouwen, moe-
Oosterspoorweg in Mantsjoerije. Voor
'n bedrag van ongeveer 75 millioen 0u -
den zouden de Russen den spoorweg
hebben verkocht. Korten tijd later kwam
er echter een tegenspraak uit Moskou.
De transactie, zoo heette het daarin,
was nog niet tot stand gekomen; men
was er nog over aan het delibereeren.
Daarna heeft men er niets meer van
vernomen.
Hoe het nu precies met deze zaak
zit, valt niet te zeggen. Maar er be
staat reden, om aan te nemen, dat de
Russen en de Japanners, mochten ze
het dan nog niet heelemaal eens zijn
geworden, deze aangelegenheid toch
niet meer op de spits zullen drijven.
En dat een van de ergste twistappels
daar in het Verre Oosten dus uit den
weg is geruimd.
Het zal echter zaak zijn, aan dit in
zichzelf verheugende feit, voorloopig
toch niet al te veel beteekenis toe te
kennen. Daartoe ligt er daarginds nog
veel te veel andere conflictstof opge
hoopt. Niet alleen wat betreft de ver
houding RuslandJapan, maar ook
en misschien in nog erger mate wat
de verhouding AmerikaJapan aan
gaat. De Ver. Staten hebben belangen
in het Verre Oosten, die op den keper
beschouwd veel kwetsbaarder zijn dan
die der Sovjets. Om de eenvoudige re
den, dat ze zoo geweldig ver van huis
liggen. Japan is in de Pacific de groote
concurrent van Amerika, en 'n venijnige
concurrent die op normale wijze niet
door de Ataerikaansche vloot valt aan
te tasten. De groote Oceaan is nu een
maal een beetje erg breed.
Het spreekt van zelf, dat men deze
gunstige situatie voor Japan nergens
beter beseft dan in de Ver. Staten zelf.
En het staat als een paal boven water,
dat de Amerikaansche legerleiding (ma
rine en alles dan inbegrepen) dag aan
dag op mogelijkheden zit te zinnen, om
daar wat aan te veranderen. Op gezet
te tijden verneemt men iets van die
prakkizaties. Zoo is er thans weer een
bericht uit Washington, dat melding
maakt van „nieuwe plannen tot reor
ganisatie van de luchtmacht". Het zou
in de bedoeling liggen de luchtmacht
bij een zelfstandig hoofdkwartier onder
te brengen, dat onder leiding komt te
staan van den chef van den generalen
staf. In hetzelfde bericht is dan verder
sprake van een brief van den voorma-
ligen directeur van de militaire lucht
vaart, een zekere brigadier-generaal
William Mitchell, welke deze zou ge
richt hebben aan een federale commis
sie tot bestudeering van de kwestie dei-
luchtstrijdkrachten. Mitchell laat daar
in eerst een aantal verwijten op ver
schillende marine-autoriteiten los, om
dat ze vreeselijk met luchtschepen en
zoo aan het knoeien zouden zijn ge
weest zij het dan niet uit boos op
zet, maar uit onwetendheid en ver
telt vervolgens, hoe zijns erachtens
Amerika zich een sterke luchtvloot moet
bouwen. Hij wil een onverwijlden aan
maak van een vloot van vijftig bestuur
bare luchtschepen, bijgestaan door bom
bardementsvliegtuigen met een groote
actie-radius. Een hoofdluchtmacht, be
staande uit 48 gevechtseenheden van
ongeveer 450 bombardements-, verken-
nings- en jachtvliegtuigen, zou gecon
centreerd moeten worden op acht mïl-
litaire vliegterreinen van kust tot kust.
schikt te maken voor een aanval op
Japan". Deze vliegtuigen moeten vol
gens Mitchell een actie-radius hebben
van zes a acht duizend mijlen.
Wij weten niet, in hoeverre de uit
latingen van brigadier-generaal Mit
chell ernstig moeten worden genomen.
De berichtgeving uit Amerika is ge
woonlijk een beetje zoo-zoo; d.w.z. on
volledig, opgeschroefd en vaak ook 'n
tikje bezijden de waarheid. Wellicht is
dat alles ook aan het onderhavige be
richt niet vreemd. Maar desalniettemin
moet er in Amerika een zekere stem
ming zijn, welke zooiets kan doen ont
staan. En die stemming als zoodanig
kan men niet dan uiterst bedenkelijk
achten. Het laat niet veel twijfel, dat
de Amerikanen een oorlog met Japan
bij de eventualiteiten indeelen, waar
mee in elk geval rekening gehouden
moet worden.
Op hun beurt' doen de Japanners
trouwens niet veel anders. Het lijkt 'n
bijna gruwelijke coïncidentie, dat tege
lijk met het bovengenoemde bericht uit
Washington een telegram uit Tokio
verscheen, waarin melding wordt ge
maakt van de verspreiding van een
vlugschrift in Japan, dat de persoon
lijke meening van den minister van oor
log zou weergeven. Toevalligerwijze
eischt dat vlugschrift ook een reorgani
satie, thans van de Japansche lucht
macht. De minister van oorlog vindt,
dat Japan op zijn minst 3000 vliegtuigen
noodig heeft, om zich voldoende tegen
zijn vijanden te kunnen verdedigen. Op
't oogenblik heeft 't er plus minus 100Ö.
Daar zouden dus nog 2000 bij moeten,
't Zal echter zeer de vraag zijn, of daar
het noodige geld voor te vinden is.
Men krijgt den laatsten tijd den indruk,
dat 't met den financieelen toestand van
Japan uiterst précair begint te worden.
De tijd zal het leeren.
Verkorte inhoud van 'n belangwekkend Fransch boek, bevat
tende onthullingen over het, tengevolge van de werkzaamhe
den der Amerikaansche Senaatscommissie van onderzoek, in
hooge mate actueel onderwerp; „de kanker der particuliere
wapenfabricage."
door H. BINDLOSS.
50.)
De jonge man sprong van den wagen
toen keerde hij zich om en keek Wit-
ham strak aan. „Je raad heb ik even
min noodig, als je ongewenschte hulp
van een paar uur geleden, die niets dan
een groote onbeschaamdheid was."
zeide hij. „Je achteraf houden, tot fat
soenlijke menschen aan je gewend ge
raakt waren, me dunkt, dat zou een
passende houding voor een man van
jouw reputatie geweest zijn."
Een oogenblik vergat Witham alles
in zijn drift.
„Je behoeft niet bang te zijn, dat je
nog een tweeden keer van mijn onbe
schaamdheid last zult hebben wat mij
betreft kun'je naar den bl. .m loopen.
Trouwens, dat ik je vanavond uit
de modder gehaald heb, is heusch niet
aan mijn vriendschappelijke gevoelens
ten opzichte var jou te wijten dat
was op verzoek van iemand, die je moe
der V ent en die daarom een veel te
gro.1' en zeer zeker een onverdiend be
lang in je stelt".
De jonge man balde de vuisten en
deed een stap naar den wagen toe; in
het grauwe, schemerige licht toonde zijn
gezicht lijkbleek.
DE INVLOED OP DE PERS.
De post „advertentiekosten", van
het Comité des Forges, d.w.z. kosten
van politieke reclame, beheer van- en
onderstand aan dagbladen, subsidies aan
journalisten, bedraagt per jaar gemid
deld 75 millioen francs. Alleen ireeds
te Parijs zijn meer dan een dozijn dag
bladen in betaling bij de „marchands de
canons", tegen 2 millioen per stuk. Som
mige vragen 200 a 300 francs per regel
druks. Bij deze 75 millioen francs dient
men 20 a 30 millioen op te tellen ten
behoeve van personen in de politiek en
in administratieve betrekkingen werk
zaam, De heeren, die aan het hoofd
staan van het pers- en propagandabu-
reau van het Comité des Forges, mun
ten uit door initiatief, vindingrijkheid en
vooral vasthoudendheid. Twee hunner
maakten een schitterende carrière: de
huidige minister Tardieu en Franpois
Poncet, de huidige gezant te Berlijn.
Reeds in 1930 las men in het Journal
des Débats, dat de pas voltooide lijn van
vestingwerken eigenlijk nog onvoldoen
de was. Er ontbraken nog „schakels"
aan, waarmee bedoeld werd: de 2700
km lange kustlijn. Ook de kusten moes
ten worden afgesloten, om tegen alle
eventualiteiten behoed te zijn, heette
het. Maar zelfs de meest hardnekkig
volhoudende voorstanders van een in
tensieve bewapening achtten dit onmo
gelijk; hoogstens kon men eenige stra
tegisch gewichtige punten versterken.
Die werden dan ook ontdekt, en het
daaraan ten koste gelegde geld 127
millioen francs op het oorlogsbudget van
1931 werd beschouwd als een assu
rantiepremie voor de nationale veilig
heid, een premie, die betaald werd aan
de „marchands de canons".
De handelshavens Marseille, Bor
deaux, Le Havre worden getransfor
meerd in oorlogshavens. De uitvoering
der werken, in 1931 begonnen, zooals
het heet ter bestrijding van de crisis,
werd gegund aan het Comité des For
ges.
De vijandelijke vliegtuigen, die het wa
pen der verrassing bij uitnemendheid
„Zij heeft 't je gevraagd!" stootte hij
uit „Dat zal ik je betaald zetten, ge
meens schurk die je bent."
Als antwoord klikte Witham even
met zijn tong, de paarden trokken aan
en lef volgende oogenblik reed de kar
weg. Na een paar minuten van stilzwij
gen keek Dane hem aan.
„Dat wist ik met", zeide hij.
„Neen", zeide Witham droogjes. „En
als M. niet driftig geworden was zou je 't
ook nu nog niet geweten hebben."
Dane glimlachte. „Jij snapt niet,
n;et, waarom 't gaat- Toen hij verleden
jaar hier kwam, heeft'onze lieve vriend
van .zooeven zich vrij belachelijk ge
maakt,t door Maud Barrington met zijn
a'tenties te achtervolgen. Hij was zoo
hardnekkig, dal ze eindelijk, in haar
wanhoop, den Colonel op hem heeft
moeten loslaten, voordal het hem bijge
bracht kon worden, dat zijn vriendelijk
heden niet welkom waren. Als je jou
was, zou ik hem in de gaten houen,
Courthorne natuurlijk is hij wel niet
heelemaal verantwoordelijk voor zijn
daden, maar we hebben 't bij ondervin
ding, dat hij verduiveld geslepen en ge
meen kan zijn 'n Quaestie van verarmd
ras door te veel onderlinge huwelijken.
Twee takken van de familie huwelij
ken tusschen land en geld",
De hak van mijn laars - als hij 't me
(e Jastig maakt," zeide Witham kort.
t Was al laai, toen ze eindelijk zijn
hoeve bereikten, waar Dane, volgens
afspraak. zou blijven slapen." Bij hun
vormen, zijn niet vergeten. Afstandme
ters en zeer gevoelige verklikkers zijn
reeds voor een bedrag van 40 millioen
francs bij de Schneider-groep besteld en
bij een andere fabriek 10 nieuwe batte
rijen luchtafweergeschut.
De te versterken handelshavens zijn
minstens 13 in getal, waarvan 2 op Cor
sica en 3 op de Noordkust van Afrika.
Kosten: ruim 2% milliard francs, waarin
een winst zit van 500 millioen francs
voor de „marchands de canons",
DE LEVERINGEN AAN DE MARINE.
Maar den besten waarborg voor de
kustverdediging vormt een krachtige
marine. De oorlogsmarine is dan ook de
beste en meest geliefde klant van het
Comité des Forges. Tusschen 1923 en
1933 is het marine-budget van 959 mil
lioen gestegen tot 3224 millioen francs.
Het totale bedrag, uitgegeven voor nieu
we constructies, bedroeg in 9 jaren ruim
20 milliard francs, wel een bewijs, welk
een „lange arm" het Comité des Forges
heeft, en hoe almachtig zijn propaganda-
bureau is, want alle fabrieken, die in I
dien tijd aan de marine hebben gele-
verd, staan onder controle van dat Co
mité dat in directe onderhandeling met j
de regeering staat, en de bestellingen
naar billijkheid over de leden verdeelt,
zoodat prijsconcurrentie onmogelijk is.
Van de 10 milliard francs, die voor de
oorlogsschepen zijn uitgegeven, kan men
gerust zeggen, dat er 33 pet. in de kas
vloeide van de „marchands de canons", j
Het is van algemeene bekendheid, dat j
een sterke oorlogsmarine te allen tijde j
een prachtige diplomatieke troef is. j
Frankrijk heeft dit eigenlijk pas na den
oorlog begrepen. Zijn vloot, die in 1914 j
slechts middelmatig was, bekleedt thans,
na een arbeid van tien jaren, een op
den voorgrond tredende plaats.
Hoewel men steeds zegt, dat dit te
danken is aan de ministers van marine, 1
Leygues en Dumont, is deze transfor
matie het werk van het Comité des For
ges, evenals dit het geval is met den
aanleg van de verdedigingswerken aan
de Oostgrens en aan de kust. De „mar-
binnar.komen stond een jonge, slanke fi
guur in uniform van een stoei bij de ta
fel on. Een oogenblik lang had Witham
de gewaarwording, dat zijn hart opeens
stil bleef staan, toen, ii> een wanhopige
poging om zich goed te houden, klemde
hij zEn tanden opeen en kwam verder de
kamer in. Gelukk g hing de lamp laag,
zoodat zijn gezicht gedeeltelijk in de
schaduw bleef. Hij kende de uniform en
den :ongen man, die haar droeg; een of
twee maal had hij hem op een vooruit
schoven post meer dan zeshonderd mij
len hiervandaan midden in de prairie,
ontme et
Hij wist, dat hij groot gevaar liep, om
herkend te worden, er bestond echter
een geringe kans dat de jonge mare
chaussee hem zonder zijn puntbaard van
vroeger en in 't vage licht van de petro
leumlamp niet zou herkennen. Was het
eerste, gevaarlijKe oogenblik voorbij,
dan ZuU gewoonte de rest doen-
Een paar oogenblikken lang bleef de
onge man hem onbeweeglijk staan aan
kijken' Witham beantwoordde zijn blik
zoo rustig mogelijk, ofschoon hij zijn hart
voelde bonzen.
„En waaraan heb ik dit genoegen te
danken, marechaussée?" vroeg hij op
eens, om er een e:nde aan te maken.
„Huis-inspectie, sir", gaf de jonge
man met een prettige beschaafde stem
ten antwoord. „Mr. Courthorne als ik
het wel heb.... neemt u me niet kwa
lijk, dat ik u zoo onbeleefd bleef aan
staren, maar u lijkt sprekend op iemand
chands de canons" begrepen onmiddel
lijk welk een uitgebreid arbeidsveld de
vernieuwing van de oorlogsvloot hun
bood, te meer, nadat zij tegen liquida-
tieprijzen' in het bezit waren gekomen
van de Duitsche ijzermijnen aan de Moe
zel. De door hen bezoldigde dagbladen
betoogden, dat het overwicht ter zee
van de geallieerden de beslissende oor
zaak was geweest, dat Duitschland den
oorlog had verloren. Hun handige, vol
hardende propaganda had succes, en
maakte voor de eerste maal in de nieu
were geschiedenis van Frankrijk een
land, bezield met een marinegeest.
Zij begonnen met te wijzen op het
groote nut der onderzeebooten, het vol
gende jaar werd een bedrag van 120
millioen gevoteerd voor duikbooten
van 600 ton. Van de 400 millioen francs
in den tijd van 9 jaren besteed aan den
bouw van duikbooten, werd ruim 33
pet. verwerkt door de ChSntiers Schnei
der te Chalons-sur-Saöne. \Van 1925
af werden binnen weinige jaren 35 on
derzeeërs, elk van plm. 1000 ton, te
water gelaten. Schneider leverde de
vuurmonden er voor, en de torpedo-
fabriek van Sir Basil Zaharof de tien
a twaalf torpedo-lanceerbuizen per
boot.
Daarna, aangemoedigd door het ver
kregen succes, vroegen de dagbladen
van het Comité des Forges of het niet
mogelijk zou zijn super-duikbooten te
bouwen, die den strijd zouden kunnen
opnemen tegen lichte kruisers. Ook dit
maal werden zij tevredengesteld.
Maar wat te doen, als de Ontwape
ningsconferentie te Genève de duikboo
ten verbiedt, iets waarop Sir John Si
mon in verschillende redevoeringen
heeft aangedrongen? De „marchands
de canons" hebben deze eventualiteit
voorzien, en er een middel op gevon
den: hun vertegenwoordiger en vriend,
de minister van Marine, Dumont, voor
zitter van den Raad van Beheer der
Banque Franco-Japonaise, die deel uit
maakte van de Schneider-groep, zegt
in zijn ontwerp-budget voor 1931-'32,
dat, trots de aangebrachte wijzigingen,
de tegenwoordige Fransche pantser
schepen groote gebreken hebben, zoo
dat hun vervanging door moderne linie
schepen noodig is. En zonder discussie
stemmen de leden der Fransche Kamer
in Januari 1931 voor den bouw van
twee schepen van zeer groote tonnen-
maat, 4 gepantserde kruisers van 7500
ton, en eenige kleinere schepen.
Wat beteekent dit votum anders dan
het begin van de reconstructie op mo
derne basis van een vloot van groote
slagschepen, nadat de kleine eenheden
waren verkregen
Het op stapel zetten van de Dunker-
que, het schip van 26,500 ton en een
lengte van 200 m. was een symbolisch
gebaar en tevens een commentaar op de
aanbieding te Genève van het Fransche
constructieve ontwerp van algemeene
ontwapening,
Bij de Dunkerque was het wederom
angst voor Duitschland, die om den
hoek keek. De dagbladen van het Co
mité des Forges vertellen u, dat de
Duitsche scheepsbouwkundige inge-
nieurs nog dezelfden zijn, die de keizer
lijke vloot bouwden, die de overwinning
bij Jutland behaalde.
Verwekte de Deutschland, de eerste
Duitsche pantserkruiser van 10.000 ton,
geen sensatie Op dit schip zal een
tweede, een derde volgen. In 1936 zal
Duitschland een divisie van minstens 4
pantserkruisers bezitten, zooals geen an
der land er een heeft. Behalve op de
Deutschland wees de Fransche minister
van Marine in Januari 1931 ook op den
grooten Turkschen kruiser Sultan Ya-
vus, „die in de Middellandsche Zee, wat
snelheid betreft, uit een Fransch stand
punt beschouwd, alle groote slagsche- i
pen overtreft". De Sultan Yavus is niets
LC'~-
(Ingez. Med.)
anders dan de oude Duitsche Göben, die
op een Fransche werf weer als nieuw
werd gemaakt
In den loop van 1932, toen de eento
nige Ontwapeningsconferentie plaats
had, en toen er een soort stilstand be
stond in de bewapening, gaat Frankrijk
voort oorlogsschepen te water te laten.
Maar Frankrijk was niet het eenige land,
dat in die periode oorlogsschepen van
stapel liet loopen: vele andere naties,
die aan de groene tafel te Genève had
den plaats genomen, volgden zijn voor
beeld. „Marchands de canons" treft
men in vele landen aan.
DE EERSTE KAMER AANVAARDT
DE DOODEHANDBELASTING.
Maar veel meer verzet dan in
de Tweede Kamer,
In de Eerste Kamer kwam gisteren
aan de orde het wetsontwerp, tot hef
fing van belaft ng van het vermogen in
de z g, doode hand. Zij be ast stichtingen,
coöperaties, vereenigingen en zedelijke
lichamen naar een zuiver vermogen bo-
van f ll.OCO, Beneden, deze som s geen
belasting verrjc' uld'gd. Tussche'n f 11.000
en f 30.000 is f 3 verschuldigd voor elke
f 1000, waarmede de belastbare som
f 10.000 te boven gaat. Is de belastbare
som f 30.000 of me?r, dan i' de belasting
f 2 van elke geheele som van f 1000. On
der deze belasting vallen dus de „doode
hand" ofwel het vermogen van levens
verzekeringsfondsen, vakcenlra eis, vrij
metselaars- en theosofen'oges, voetbal
clubs, sociëteiten, harmonieën, reisver-
eenigingen, ioeristenclub;, dierentuinen,
wetenschappelijke genootschappen, kerk
voogdijen, parochieën, orden of congre
gaties, bisdommen, welke meer dan
f 11.000 bezitten en zelfs de Rijkspost
spaarbank. Er buiten vallen o.a. alle in
richtingen van onderwijs, voorzoover zij
geen winst beoogen, seminaries en mis-
s ehuizen, kindersanatoria en soortge
lijke instellingen. De wet wordt geacht
in werking te zijn ge!reden op 1 Januari
1934; en draagi een tijdïlijk karakter; de
dien ik vroeger gekend heb. Er zijn in
den laatsten tijd nog al wat veranderin
gen geweest ik ben van het Alberta
Escadron, dat naar dit district overge- j
plaatst is. Ik heb vandaag een paar'
maal pech gehad en omdat ik toen nog
al laat was hebben uw menschen me
gastvrij opgenomen." j
Witham lachte. „Ik ben meer dan'
eens voor een ander aangezien; een
glas wijn of een sigaar, voordat je naar
bed gaat, marechausée?"
„Neen, dank u, sir", zeide de jonge
man. j
„Als u even wilt teekenen, als bewijs,
dat ik hier geweest ben, ga ik 't liefst
maar dadelijk naar kooi. Ik heb morgen
een rit van zestig mijl voor me."
Witham deed wat hem gevraagd
werd.
Toen de jonge man, met een korten,
beleefden groet de kamer uitgegaan
was, trokken ze hun stoelen tot bij de
kachel, om voor 't naar bed gaan nog
een sigaar te rooken. Na de eerste paar
trekken viel het Dane op, dat 't ge
zicht van zijn metgezel ernstiger dan
gewoonlijk stond.
„Hoe vond je het gezicht van den
marechaussee, toen we binnenkwa-
men?" begon hij het gesprek. „Hij keek
alsof hij een geestverschijning zag."
Witham lachte. „Ja, waarschijnlijk
dacht hij dat ook. Ik weet dat er in
het district, waar hij vandaan komt, 'n
man was,die volgens het beweren van
de menschen sprekend op me leek. Ik
heb de gelijkenis nooit kunnen zien.
als ik het goed heb, is hij een maand
of zes geleden verongelukt.'
„Ja, 't is eigenaardig, zooals de
menschen op elkaar kunnen lijken",
gaf Dane ten antwoord, „maar 't is nog
eigenaardiger, zooals sommige men
schen kunnen veranderen. Op de Gran
ge hebben ze een portret van je als
jongen 't gezicht is nog wel te her
kennen, maar niemand zou ooit ge
dacht hebben, dat die jongen tot 't type
man, dat jij bent, zou opgroeien. Enfin,
dat is tenslotte maar bijzaak vertel
me liever, hoe je gemerkt hebt, dat er
valsch gespeeld werd. Ik heb toch ook
wel verstand van spelen; in mijn vlegel
jaren heb ik er veel ondervinding
duur betaalde ondervinding, dat kan ik
je verzekeren van opgedaan en van
die wijsheid heb ik heel wat onthouden,
maar ik moet je zeggen, ondanks al mijn
aandacht, heb ik vanavond niets gezien,
dat me op het denkbeeld valsch spelen
gebracht zou hebben."
Witham keek hem lachend aan. „Voot
het grootste gedeelte was het bluf. Ik
hield zijn gezicht in de gaten en op 'n
gegeven oogenblik zag ik iets in zijn
oogen, dat me de overtuigng gaf: hij
speelt valsch! Maar pas toen hij de ta
fel omwipte, was ik zeker."
Word1
-vrjijd