DE VREEMDELING VAN SILVERDALE KRONIEK van dan DAG. BINNENLAND. ZEELAND. ZWANENBERG'S EERSTE BLAD. 177e JAARGANG. TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN WOENSDAG 26 SEPTEMBER 1934. No. 227. MIDDELBURG. WALCHEREN. leder pak HONIG's VERMICELLI HONIfi's ^BOUILLONBLOKJE GRATIS SOEPEN IN BLIK ift CITDTI?MUFP 1 Q"Ï4 De Vo'kenbond en zijn wanbe talers Opnieuw uitstel van regeling. Het minderheden vraagstuk. Hongarije klaagt weer zonder resultaat. De Volkenbondsvergadering is giste ren voor een deel dooi het commissie werk heengekomen. Een paar aangele genheden, welke m de commissies wer den behandeld moigen hier besproken worden: de achterstallige contributies en een klacht van Hongarije betreffende de minderheden 'Mei de eerste kwestie, hield de vier de, de budgetaire, commissie zich bezig. Verschillende leden van den Volkenbond bleven reeds eenige jaren in gebreke de door hen verschuldigde jaarlijksche bij drage aan den Volkenbond (hun contri butie dus) te behalen. Het zijn: Duitsch land, Abessynië, Bolivië. Bulgarije. Chi li. Columbië, Cuba, Guatemala, Hondu ras, Liberia, Nicaragua Panama, Para guay, Peru, Salvador en Uruguay. Voor vt grootste deel dus de Zuid-Amerikaan- sche staten. Met mekaar staan ze thans voor ongeveer 8J4 millioen goudfrancs bij den Volkenbond in het krijt, waar van 1 millioen voor rekennig van Duitschland. Voirge jaren is deze zaak ook reeds herhaaldelijk ter sprake gekomen, doch een deugdelijk middel, om de achter stallige pegulanten binnen te krijgen, werd niet gevonden. De meeste wanbe talers beroepen zich er op, dat hun fi- nancieele positie van dien aard is, dat ze rfet kunnen betalen. Terecht werd er ditmaal echter n de vierde commissie op gewezen, dal die deplorabele finan- cieele toestand sommige staten dan toch maar niet belet, naar hartelust oor log te voeren (Bolivië en Paraguay). Het eind van de beraadslagingen is geweest, dat de vierde commissie be sloot een ondercommissie in te stellen, die over de achterstallige schulden zal onderhandelen. Deze ondercommissie zal Jen financieelen toestand van iede- ren staat afzonderlijk moeten bestu- deeren en aan de Volkenbondsvergade ring van 1935 aanbevelingen moeten doen, hetzij tot vermindering der con tribute ten aanzien van een staat, die te hoog was aangeslagen, hetzij tot het nemen van dwangmaatregelen: onttrek ken van stemrecht en dergelijke. Wat de klachten van Hongarije be treft: dit land kwam de vorige week in de zesde de politieke, commissie met zeer vinnige klachten voor den dag om trent de behandeling der Hongaarsche minderheden in Tsjecho-Slovakije, Roe menië en Zuid-Slavië. Eigenlijk was dit aiets nieuws- Hongarije klaagt al jaar en dag over deze aangelegenheid en niet '.en onrechte. Er hapert trouwens over al 'l een en ander aan de behandeling der minderheden. De wijze, waarop b.v. Italië omspringt met de Tirolers, die na den wereldoorlog bij Ialië werden inge lijfd, Polen met de duizenden Qekraïners enz- enz is zachtjes gezegd niet hee'emaal in orde. Te Genève zijn de minderheden, ale ze met hun gerecht vaardigde klachten echter voor den dag kwamen, steeds met een kluitje in het riet gestuurd. Het Volkenbondstoezicht, waar Polen verleden week opeens hei bel over maakte, heeft in werkelijkheid nooit veel te beteekenen gehad (daar ging het de Polen trouwens ook niet om). De minderheden hebben ondanks dit toezicht vrijwel steeds aan Wille keur bloot gestaan en ze staan dit op den dag van vandaag nog steeds. Hongarije vond ditmaal ook weer geen baat met zijn klachten. De groote mogendheden en Roemenië, Tsjecho- Slovakije en Zuid-Slavië waren er als de kippen bij, om te verklaren, dat de zaak niet in de politieke commissie thui.f hoorde. Ze hadden formeel gelijk. Concrete gevallen moeten voor den Raad van den Volkenbond gebracht worden. De Hongaarsche gedelegeerde zette daartegenover echter uiteen, dat het hem meer te doen was, om een alge meen, politiek debat over de kwestie. De concrete klachten, die hij daarbij uitte, waren niet meer dan voorbeel den tot staving van zijn betoog. Een oogenblik liepen de gemoederen erg warm, doch tenslotte heeft de Tsjechi sche minister van buitenlandsche zaken, Benes,', handig diplomaat als hij is, olie op de golven weien te gieten, door heel vriendelijk tegen Hongarije te zijn en de Roemeensche en Zuid-Slavische gedele geerden te dwingen, zijn voorbeeld te volgen. Iets positiefs leverde het debat natuurlijk niet op. De minderheden zul'en geduld moeten blijven oefenen. Tot Sint Juttemis? MINISTER MARCHANT WIL 175 R.K. SCHOLEN OPHEFFEN. Maar men schijnt er in de be trokken kringen niet veel voor te voelen. „De Tijd", een r.k. dagblad in Den Haag bericht, dat de minister van on derwijs, mr. Marchant het volgend schrijven gericht heeft aan 't roomsch- katholiek centraal bureau voor onder wijs en opvoeding: „In verband met de noodzakelijk heid om ook bij het bijzonder onderwijs te komen tot opheffing van scholen, waarvan het zelfstandig bestaan niet noodzakelijk is, heb ik aan het Rijks- schooltoezicht een onderzoek opgedra gen. Ik meen u de uitkomsten daarvan te mogen aanbieden in het vertrouwen, dat u deze of zelf in behandeling zult willen nemen of, deze aan de bevoegde instanties zult willen aanbieden. Het overzicht, dat ik hierbij voeg, is een samenvatting van de ambtsrappor ten van het Rijksschooltoezicht. Ik reken op uw volledige medewer king om het daarheen te leiden, dat in de gevallen, waarin zonder schade voor het onderwijs concentratie van scholen kan tot stand komen, deze mo gelijkheid tot werkelijkheid wordt in 't belang van de financiën van Rijk en gemeente. Zeker zou ik het op prijs stellen, indien gij aan deze zaak spoe dig uw aandacht zoudt willen geven, opdat ik binnen niet te langen tijd met het resultaat in kennis kan worden ge steld." Bij het schrijven was een lijst ge voegd, waarop 175 r.k. scholen, ver deeld over 111 gemeenten vermeld staan, welke voor opheffing in aanmer king komen. Volgens „De Tijd" heeft het genoem de bureau bereids verschillende „be zwaren" tegen deze plannen van mi nister Marchant naar voren gebracht. DE NIEUWE INSPECTEUR DER RIJKSWERKVERSCHAFFING IN DRENTE. De heer G, Nijenhuis, burgemeester der gemeente Gieten, gaat, 1 October als Rijksinspecteur der werkverschaf fing heen. In diens plaats is thans aan gewezen de heer T. P. Mesu te Alk maar. De heer Mesu was tot heden lid van de directie van den Wieringermeer- polder. In het bericht betreffende den weg door Zuid-Beveland en Walcheren, een dezer dagen opgenomen, is sprake van de brug door den Caterspolder. Dat moet natuurlijk zijn: de w e g door den Caterspolder. Men maakt er ons nog attent op, dat, als deze weg gereed zal zijn, de ge- heele weg door Zuid-Beveland en Wal cheren dan nog niet als voltooid be schouwd kan worden. Aan het strik van Kruiningen naar Goes moet n.l. nog alles gedaan worden.% De Drinkwatervoorziening, Aan het verslag omtrent de werk zaamheden van het Rijksbureau voor drinkwatervoorziening over 1933 ont- leenen wij het volgende betrefende Zeeland: Bij herdenking van het jaar 1933 in de drinkwatergeschiedenis van dit ge west komt terstond voor ons geestes oog het verscheiden in het begin van dit jaar van een persoonlijkheid, een figuur, die ook voor dit gemeen schapsbelang van zoo groote beteeke- nis was, Adriaan van der Weijde, oud lid van Gedeputeerde Staten, voorzit ter van den Raad van Commissarissen der N.V. Waterleiding-Maatschappij „Schouwen-Duiveland", lid van den Raad van Beheer der N.V. Waterlei ding-Maatschappij. „Tholen". De Kern gezonde Schouwsche Waterleiding vormt een monument voor zijn ver diensten. De waterleiding „Tholen" kon dit jaar na eenige ingrijpende maatregelen voor het eerst een overschot boeken. De verheugenis over dit feit werd ge temperd door het aftreden van jhr. J. van Vredenburch als Voorzitter van den Raad van Beheer: de voorbereider en stichter, die reeds jaren het eiland en het land metterwoon had verlaten, trad eerst van de commandobrug toen hij 't schip in kalme zee had gebracht. Op de ruïnen der oude Zeeuwsch- Vlaamsche Waterleidingmaatschappij, tot welker liquidatie in 1933 werd be sloten, bloeide het nieuwe leven weder op in den vorm van een nieuwe N.V., thans genaamd „Waterleiding-Maat schappij Zeeuwsch-Vlaanderen". Ook deze bloem had stormen te verduren, doch het volgend jaarverslag zal kunnen vermelden, hoe in 1934 met den bouw der waterleiding werd begonnen. Was er groote vreugde in Domburg, toen met Pinksteren 1933 deze bad plaats in de voorste rij van hare mo dern-geoutileerde zusters kon treden met hare waterleiding, die in Augustus geopend werd en reeds bewezen heeft, ook financieel een succes te zijn, overi gens baart de watervoorziening van Walcheren nog zorg: zoowel voor ge meenten, die een waterleiding wen- schen, doch er nog geen bezitten (Ar- nemuiden, b.v.) als voor die, welke met den besten wil niet over de bestaande waterleiding tevreden kunnen zijn (Vlis- singen). De oplossing zal ongetwijfeld moeten worden gevonden in samenwer king tusschen de drie bestaande water leidingbedrijven: Middelburg, Vlissin- gen en Zuid-Beveland. Daardoor zal 'n economisch gebruik van de op Walche ren aanwezige waterwinplaatsen en 'n economischer aanvoer van het ontbre kende water uit het oosten kunnen worden bevorderd. Gedeputeerde Sta ten van Zeeland stelden om dit vraagstuk nader te onderzoeken 'n commissie in onder leiding van een der leden van het College. DE WINKELWEEK VAN „HANDELSBELANG", Morgen vangl de .door „Handelsbe<- lang" (georganiseerde winkelweek aan, De symptonen, die daarop wijzen, zijn de vele winkel-etalages, welke aan de oogen van het publiek zijn onttrokken of wel geheel leeg staan ails teeken dat men bezig is of gereed staat om heden avor.d en wellicht vannacht iets bijzon ders tot stand te brengen. Enkele etala ges zijn reeds gereed en als deze de voorloopers zijn van hetgeen ie wachten staat, dan zal er in de 132 zaken, die zich deden inschrijven ,veel moois en origineels te aanschouwen zijn. Ter inleiding van de avonden met vee! licht in de winkels en naar de be doeling is ook veel menschen op straat, heeft morgenavond de eerste muzikale wandeling plaats en wel door het mu ziekkorps „Crescendo" met de signaal- afdeeling van „Achilles". Nog een drietal andere van zulke wan delingen volgen en wel op Zatejrdag 29 September, Donderdag 4 en Zaterdag 6 October, den laatsten dag vein de win kelweek. Naar wij vernemen ligt het in 't voor nemen van de buurtcommissie voor de Burg eu Groenmarkt, om op een der avonden, waarschijnlijk Maandag 1 Oc (ober, een concert op genoemd plein te doen geven. De winkels mogen van 27 September tct en met 6 October geopend zijn tot 10 uur 's avonds, doch na 8 uur mag geen personeel meer aanwezig zijn. Ter voorbereiding voor de winter sportreizen organiseert de Nederland- sche Reisvereeniging z.g. „'droge ski cursussen"; voor Zeeland zal er een worden gehouden te Middelburg, des Woensdagsavonds. KOUDEKERKE. De Commissaris der Koningin heeft benoemd tot bezoldigd veldwachter in deze gemeente A. Hit zert thans maréchaussée te Vlissingen. O. EN W. SOUBURG. De heer A. J- Bruijnooge, ambtenaar ter secretarie al hier, is ingaande 1 November a-s. be noemd tot klerk ter secretarie der ge meente Amersfoort, RAAD VAN DOMBURG, Een werkverschaffingsobject voor jeugdfge werkloozen. De stemmen staken over een voorstel tot verruiming van de verkoopgelegenheid op Zondag. DOMBURG, Maandag vergaderde de Raad onder voorzitterschap van derf heer Elout. Afwezig de heer Westen burger. Bij het begin der vergadering bracht de heer Brand hulde aan den heer Elout naar aanleiding van het feit, dat laatstgenoemde eenigen tijd geleden zijn 25-jarig raadslidmaatschap gevierd had. De heeren De Visser en Gel dof sloten zich bij deze woorden van hulde aan. De heer Elout dankte. De rekening van het Burgerlijk Arm bestuur over 1933 in ontvang 2318 en in uitgaaf f 1803 bedragende, werd goed gekeurd. De gemeentebegrooting voor 1935 in ontvang en uitgaaf gewone dienst bedragende f\ 70381 werd overge legd. Afschrijvingen van aanslagen in de hondenbelasting werden verleend ter wijl een suppletoir kohier van de hon- door H. BINDLOSS. 43. Barrington keek haar strak aan, „Als je erop staatlaten we dan maar t beste er van hopen", zeide hij toen zoo ernstig, dat Maud zich voelde blo zen. Den volgenden morgen vroeg ging Witham weg; pas, toen hij in de hal zijn bonten pak, noodig voor 't rijden op de slede, stond aan te trekken, lukte het Maud, om hem even alleen te spreken. „Gisteren heb je me iets gevraagd", zeide ze. ,,'t Is niet makkelijk geweest, maar 't is in orde. Dit voorjaar wordt al mijn land bebouwd". Witham keerde zijn hoofd even af; bbjkbaar was het noodig, om de gespen van zijn bonten beenstukken nog wat aan te halen. Toen hij weer opkeek, lag er een eigenaardige uitdrukking in zijn oogen. •<Dan zijn we „quitte", zeide hij met een vormelijken glimlach. „Dat heft al le .verplichting, die je ten opzichte van mij gevoeld mocht hebben, op". Het volgende oogenblik was hij ver dwenen; heel rustig, alsof er niets ge-i (Ingez. Med.) beurd was, iging Maud naar de behage lijk-warme zitkamer terug. Maar om haar mond lag een trek, die veel te den ken gaf. HOOFDSTUK XI. Gods zegen op je ploeg! Na hardnekkigen strijd had de winter het moeten opgeven; verweg. naar 't barre Noorden, had hij de wijk genomen, en ofschoon er hier en daar, vooral in de dalen, nog plekken waren, waar de nat tige, halfweggesmolten sneeuw nog met aarde ontsierde, was de wind, welke haar vuilig-grauw de vochtige, zwarte dien lente-morgen, toen Colonel Bar- reed, over de prairie kwam aanstrijken, zoel-warm en zwaar van belofte. Zonder voorafgaande aankondiging had de len te, slechts eenige dagen geleden, opeens ingezet; de aarde, grijs-verbleekt door de vorst, lag onder een plotseling-war- me zon broeiig-warm uit te wasemen; nier en daar. op de meest beschutte plaatsen, waagde een groepje voorbarige bloemen het om haar kopjes omhoog, naar het zonlicht te heffen. Meer dan zeshonderd mijlen was het van hier naar de Oostelijke dicht-beboschte hellingen van de Rockies en minstens even zoo ver was het naar de onmetelijke pijn- boom-bosschen van Athabasca, maar loch leek het Maud Barrington, of de jonge, onstuimige Westenwind, die telkens, met een geheimzinnig rui schen, het lange, wuivende gras tot aan den grond toe neerboog, den kernigen, kruidigen geur in zich meedroeg. In golven van zilvergrijs strekte het land zich aan alle kanten van haar uit, on afzienbaar, schijnbaar begrensd door 't gewelf van diep, wolkenloos blauw, dat onophoudelijk door groep na groep van gevleugelde lenteboden, op trek naar 't Noorden, doorkliefd werd. Al dat frissche, levenskrachtige om haar heen, gaf haar een sensatie, alsof ze wijn gedronken had; het heldere licht over de prairie, oneindigheid van zilvergrijs en diep kobalt-blauw, wekte een glinstering van vreugde in haar oogen; want alleen degenen, die den langen, onbarmhartigen winter in het Noor Jen gedragen hebben, kunnen het wonder van deze verjonging in al haar heerlijkheid voelen, kunnen volmaakt genieten van deze lente, die de uitge strekte prairie, maandenlang verstard onder haar wit doodskleed, in slechts enkele dagen tot een onafzienbaar veld van jong groen en bloemen maakt. En dan de eeuwige waardigheid, waarvan dit alles slechts het symbool isle ven en hoop, beiden onoverwinnelijk! Maud voelde het als een siddering van geluk, maar achter deze instinctieve vreugde-uiting wachtte haar diepste wezen, met een vaag gevoel van ver wonderen, af. Ze had niet alleen veel gelezen, maar ook had ze de werke lijkheid, het groote-stads-leven met be grijpende oogen gezien en nu kreeg ze het te aanschouwen, dat een speler en een paria zich opeens in een kundig landbouwer omgetooverd had. Toen ze, na een kwartier van lang zaam in stap gaan tegen de langzaam glooiende helling van een vrij hoogen heuvel op, den top bereikt hadden, zagen ze hem eensklaps staan: rustig, bijna onbewegelijk naast een reusach- tigen vóór-ploeg stond hij af te wach ten. Van de plaats waar hij stond liep de meer dan vierhonderd meter lange voor tot voorbij de groote richt-palen op den rug van den volgenden heuvel, en naast hem op de zwarte aard-klon ten, die in de heete zon lage te dam pen, stonden vier krachtige werkpaar den van een soort, dat in de prairie slechts schaars vertegenwoordigd is. Zooals de berouwhebbende verloren zoon daar stond, met zijn gebronsd ge zicht en krachtigen bruinen hals en borst boven een lei-blauw linnen hemd, dat door het even overbloesen boven den leeren gordel de slankheid van zijn heupen nog meer deed uitkomen, was hij het type van een flinken stoeren man; maar toen hij zich glimlachend tot hen keerde, was 't vooral weer de rust en de kracht, welke het jonge meisje opnieuw troffen. Welk een con trast bood hij zoo, zonder hoed, met zijn gebruind bezweet gelaat en zijn handen, grauwig zwart van aarde met Volkomen gelijk aan versch in de keuken bereide soepen. Verscheidene soorten. (Ingez. Med.) denbelasting werd vastgesteld. De Be grooting van den Vleeschkeuringsdienst te Oostkapelle werd goedgekeurd. Met algemeenë stemmen werd daarna goed gekeurd de overdracht van de con cessie, verleend aan de „Imp. Continen tal Gas Association" aan de Ned. Ind, Gas Mij. voor het leveren van gas hu Domburg. Besloten werd om een overeenkomst met Middelburg aan te gaan voor ver leening van hulp bij brand en om, zoo de betrokken gemeenten daartoe be reid zijn, de met de omliggende ge meenten gesloten, hulpverleenings- en: wederkeerigheidsovereenkomsten met die van de Middelburgsche overeen komst gelijkluidend te maken. Naar aan- lieding van deze zaak vroeg de heer De Visser nog inlichtingen omtrent de brandweer en de gemaakte alarm inrichting. De V o o r z. wees er op, dat herhaaldelijk de kastjes van de alarm-- inrichtingen door kinderen worden opengemaakt wat bij eventueele brand ernstige gevolgen zou kunnen hebben en waartegen, naar hij hoopte, ook de ouders zullen waken. Naar aanleiding van een verzoek van de wegencommissie van dé A.N.W.B. K.N.A.C. werd besloten toe te staan dat auto's in deze gemeente wanneer zij geparkeerd staan bij een lantaarn in de kom der gemeente, bij donker niet verlicht behoeven te zijn. Bij de veretering van den Westkapel- schen weg zal ook het gedeelte bij d'e gemeente in onderhoud geheel worden verbeterd De heer G e 1 d o f vroeg in e'k geval de bocmen die nog aan dien weg staan te sparen. De heer De P a g- ier zag gaarne, dat de helling aan den ingang van het dorp flauwer gemaakt kon worden daar deze voor met paar den bespannen voertuigen nogal bÉ geeft. Beide opmerkingen zullen ter kennis van de autoriteiten worden ge bracht. De gevraagde medewerking voor de verbetering werd daarna verleend- Eene uitvoerige discussie ontspon zich daarna over de beplanting van het Groentje. Het is de bedoeling op dit pleintje een drietal perken te maken voornamelijk met zeer laag groeiende heesters, en die verschillende perken van de paden al te scheiden met ijzeren omheiningen. Een en ander zal door jeugdige werkloozen worden verricht- De heer Brand zeide, dat waar het hier een geheel nieuwe wijze van wer ken betrof uitsluitend met jeugdige- werkloozen, het niet gemakkelijk was een begrooting van de kosten op te ma ken. Ook de kwestie van toezicht en 1 iding zal nog nader moeten worden onder 't oog gezien om zooveel mogelijk van de beschikbare krachten te profi teered De heer De Visser had be zwaar tegen de meerdere kosten van onderhoud die van dezen aanleg weer het gevolg zullen zijn. Het voorstel om het pleintje te beplanten wordt daarna -meet algemeene stemmen .aangenomen- B en W. stelden voor, de betrokken winkeliers gehoord, te verklaren dat de jiiitengewone omstandigheden aanlei ding geven om ten aanzien van winkels waar brood, suikerwerken enz, en die waar tabaEsarukelen ten verkoop in voorraad zijn, de bepaiingen van art. 4 der wijzigingswet inzake winkelsluting toe te passen (openstelling gedurende- enkele uren op Zondag) De voor z„ haar oom, die in een onberispelijk rij- costuum, met de teugels van zijn paard in de keurig geschoeide handen, op hem neer zat te kijken. Op dit oogenblik leek het Maud Barrington een schande, dat de kolonisten van Silverdale al het handenwerk door gehuurde krachten lieten doen. „Je bent, ondanks mijn raad, dus tóch in ernst begonnen", zeide Barring ton. „Ik wensch je natuurlijk succes,, maar veel vertrouwen er in heb ik niet." Witham wees lachend naar een groo te ploeg-machine, die, getrokken door vier zware paarden, met een nasleep van gestadig vallende, groote, zwarte aardkluiten, langzaam op hen af kwam. „Ik doe alles, wat ik kan, om 't te verkrijgen, sir"1, zeide hij. „Zooals ziet, heb ik geen kosten gespaard. Dat span daar, met dien ploeg en alles, wat er nog meer bij komt, heeft me zoovee! gekost, dat ik er liefst maar niet aan denk". „Geloof ik graag", antwoordde Bar rington droogjes. „Maar waarom paar den voor prairie-ploegen hebben wé hier in Silverdale ossen altijd goed genoeg gevonden." Witham knikte. „Dat heb ik vroeger ook gedacht, sir, en als er geen keus is, moet je wel maar als je acht jaar met ze gewerkt hebt, kom je wel tot andere conclusies. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1934 | | pagina 5