GEMENGD NIEUWS.
BUITENLAND.
LAüDBOUW.
NEDERLAND UIT DE LUCHT
GEZIEN.
BE ZELFMOORDENAAR.
BÜITSCHLAND.
BRAZILIË.
CHINA.
1
winnen en het is bovendien niet on
mogelijk, dat zij, op deze wijze studee-
rende, van de wetenschap, die zij op
doen, meer profijt zouden trekken, dat
hun lust en belangstelling voor de stu
die en hun liefde voor de wetenschap er
door zouden vermeerderen".
ZEEVAARTSCHOOLLEERLINGEN
De minister neemt maatregelen
Naar de Stand, verneemt is de aan
dacht van den minister van sociale za
ken gevestigd op de moeilijkheid voor
de leerlingen der Zeevaartscholen, dat
zij na hun theoretische opleiding niet in
staat zijn practisch zich te bekwamen
omdat de koopvaardij geen behoefte
heeft aan hun kracht. Bij een eerste on
derzoek is gebleken, dat inderdaad het
aanbod van opgeleiden belangrijk groo-
ter is dan de behoefte.
Na overleg met de Zeevaartscholen
en met de koopvaardij, heeft de minister
een commissie ingesteld die de zaak
voor dit jaar ter hand neemt. In deze
commissie hebben zitting de heeren E,
P. Westerveld, oud-minister van Mari
ne, G. L. Heeris, secr.-penn. der Ned.
Reedersvereeniging, W. Polderman, in
specteur van het Nijverheidsonderwijs
en mr. H. B. Wildt Meyboom, hoofdcom
mies bij het Dep. van Soc. Zaken.
De bedoeling is, dat wanneer de
ouders medewerking verleenen, door 'n
bescheiden toelage vanwege het depar
tement het mogelijk gemaakt wordt dat
ongeveer 100 jongelieden eerlang zullen
kunnen gaan varen om zich practlsch te
bekwamen.
in de „Netherlands-Colonil Trade Re-
view" vertelt Hendrik Willem
van Loon over zijn indrukken, die hij
van ons land kreeg bij een luchtreisje,
De „Msb." bericht daarvan als volgt:
„Ik kende het land, waar ik geboren
was, niet, totdat ik het uit de lucht zag.
Tot zoolang had ik het slechts van een
kerktoren aanschouwd en toen zag het
er precies zoo uit als het er uit moest
zien een geschikte plaats voor hen,
die toegewijd zijn aan hun fietsen. Ik
had een zwak voor de fiets. Ik was ge
boren in een tijd, waar ieder kind in
staat geacht werd een fiets te besturen
vóór dat het nog geleerd had te loopen.
Dagelijks zag ik over mijn huis te
V e e r e eenige dozijnen K. L. M.-vlieg
tuigen passeeren. Ik ontmoette een
groot aantal piloten. Het waren prach
tige jonge Grieksche goden (zulks ver
zekerden mij de vrouwelijke leden van
de familie), groot en slank en met dien
„verren blik", den echten pioniers eigen.
Ik schat mijn gewicht op 200 pond (de
Grieksche goden kwamen nooit boven
de 150); een halve eeuw diep-gebogen
zitten over wijsgeerige folianten had er
toe bijgedragen mij zulk een uiterlijk te
verschaffen. Ik was er van overtuigd,
dat zulk een luchtschip nooit in staat
zou zijn de oppervlakte van de aarde te
verlaten. De machines zouden weigeren.
De piloten zouden zenuwachtig aan alle
handles trekken .De wielen zouden over
het gras suizen. De marconist zou wan
hopige signalen uitzenden om hijschkra-
nen en tractoren, maar we zouden niet
vooruit komen gelijk de oude Jonas. Ik
zou op de meest onhoffelijke wijze uit
Zoo vaak Bruno Leist in het restau
rant naar de tafeltjes om hem heen keek,
gevoelde hij in 't diepst van zijn ziel
moordlust, "t Was niet aan te zien, welke
lekkernijen die menschen daar veror
berden Hij staarde dag- in dag uit op
die slappe gekookte sla, op altijd weer
hetzelfde brood en de compote, waaruit
zijn middageten bestond. Dat ging nu al
zes maanden zoo, en Brumo. Leist werd
voortdurend droefgeestiger.
„Dieet!" had de dokter gezegd. „U
moet onvoorwaardelijk op dieet Anders
sta ik voor niets in. Iedere overtreding
daarvan kan Uw dood beteekenen."
Destijds onder den indruk van hevige
nier pijnen, had Brumo Leist volgaarne
beloofd, zich alleen met sla en andere
bladgoenten te zullen voeden. Maar nu,
nu hij allang niet meer voelde, dat hij
nieren had, nu bracht het zien van dat
onveranderlijke stilleven op zijn bord
hem tot razernij. Hij waagde het echter
met, weer naar den dokter te gaan, die
zou m staat zijn, hem zelfs de sla en het
miniraalwater te verbieden
Het leven was toch al' zoo weinig
waard! 'De zaken gingen slecht, de
schuldeischers maanden, en zijn meisje
beviel hem ook niet meer. Ze sleepte
hem altijd mee een lunch-room in en
dronk maar zoo, waar hij bij zat, koffie
met slagroom en at het eene gebakje na
het andere, terwijl hij „slappe thee" con
sumeerde.
Ja Lintscherl beviel hem niet: hij be
gon er aan te twijfelen, of ze werkelijk
wel een goede, liefhebbende opofferings
gezinde vrouw en moeder zou zijn
een meisje dat zooveel gebak at....
In stilte echter vreesde hij, dat hij ook
Lintscherl niet meer beviel.
„Praat toch niet altijd over eten f had
ze onlangs nog ongeduldig gezegd. „Ik
"eér-ijp het niet; toen we ons verloofden,
was je heel anders. Toen vertelde je
de kajuit gesmeten worden (bij wijze
van offer aan de Heilige Wet van
Zwaartekracht), waardoor dan de slan
ke Fokker onmiddellijk enorme hoogten
zou bereiken, terwijl ik langzaam terug
keerde naar de verfrisschingen van het
Schiphol-restaurant en de condoleantie-
betuigingen van de kellners.
Tenslotte kreeg één me toch in een
PH en nog iets, voor een trip van
Amsterdam naar Londen.
Voor het eerst van mijn leven maak
te ik kennis met mijn geboorteland.
Misschien zou het beter zijn te zeggen:
met mijn geboortemoerassen. Ja, toen ik
een kind was, zong ik de gebruikelijke
liedjes van onze trotsche voorvaderen,
die ons land ontworsteld hadden aan de
woeste baren en tenslotte hebben geze
gevierd.
Maar nu, zoowaar helpe mij de hemel,
besefte ik, dat er een nationaal lied be
stond, dat de waarheid sprak. Dit land
was inderdaad ontworsteld aan den
greep van de zee. Het was een panne-
koek, die vreedzaam dreef op de wate
ren van den Oceaan. Het was een leg-
puzzle van kleine stukjes land en wa
ter en meren en kanalen. Het was een
bijenkorf van activiteit, geheel omringd
door dijken, dijken even solied als de
versterkingen van Verdun, en dijken
even zwakjes als de kleine zandrichels,
die kinderen opwerpen teneinde het op
komend getij te tarten.
Sedert dien heb ik heel wat landen
gezien en heb ik ieder der vijf wereld-
deelen bezocht. Ik ben zeer bevriend
met de bergketenen, die voor de ouden
het einde van de wereld beteekenden,
en ik ben tot de ontdekking gekomen,
dat je evengoed zeeziek kunt zijn op
den Stillen als op den Atlantischen Oce
aan. Ik heb gestudeerd in vergelijkende
geographie. Maar nimmer zal ik dat eer
ste uur boven de lage landen aan de
Noordzee vergeten. Waar ik ook ging,
Australië, de Noordpoolzee, Zuid-Ameri-
ka, Afrika of de eilanden in de Zuidzee,
Overal zag ik sporen van de menschen,
die geboren waren in zulke kleine hui
zen, die gezellig beschut werden door de
hooge groene duinen, menschen, die naar
school waren gegaan in die leuk uitzien
de speelgoedstadjes, die hun namen ge
schonken hadden aan de nederzettingen
over de geheele beschaafde wereld, die
uitzeilden van deze havens, een dui
zend voet beneden ons en wier laatste
herinnering aan het vaderland een klei
ne, donkere lijn geweest was, die van
hier tot daar reikte en die tehuis betee-
kende.
En wanneer u er prijs op stelt 2C00
jaren historie te zien teruggebracht in
een half uur vliegen, maak dan eens een
uitstapje met een vliegtuig. Wanneer u
dan weer naar beneden komt, zult u ze
ker zeggen: „Maar dat kan niet waar
WEER RUMOR IN OSS.
Een de-
zijn
Maar het is toch zoo.
OVER BOORD GESLAGEN EN VER
DRONKEN. De stoomtreiler Zwarte
Zee IJM. 27 is Donderdag te IJ m u i d e n
van de visscherij teruggekeerd, omdat
de 45-jarige gehuwde matroos J. K. uit
Egmond aan Zee door een stortzee
overboord geslagen en verdronken was.
De Zwarte Zee was geruimen tijd opge
legd geweest en pas eenige dagen te
voren weer ter visscherij uitgevaren.
me, hoe mooi ik was en dat je zoo van
me hield. Toen spraken we over de bi
oscoop en je zei, dat je mij liever, had
dan Greta Garbo en Mariene Dietrich
tezamen. En nu We zitten nog maar
net, of je zegt al: Je moet niet zooveel
eten Drink je koffie toch op, ik kan 't
niet aanzien
Neen Bruno, je bent veranderd, en
niet in je voordeel
„Eet jij maar eens altijd door zulk
spul had Bruno Leist boos geant
woord,
Lintscherl had de schouders opge
haald.
„Dat wil een man heeten en kan niet
dieet houden
Gisteren hadden ze werkelijk ruzie ge
maakt. Lintscherl had geschreid en ver
klaard: „Ik heb genoeg van je, Je ziet
rne niet terug
Omdat ze eiken dag met dezelfde
f-am naar hun kantoor gingen, kon die
becieiging niet ernstig opgevat worden.
Maandag zouden ze elkaar stellig bij de
bekende halte weer ontmoeten. Maar
zoo'n Zondag alleen, dat was niet uit te
houden, 's Zaterdags had hij een massa
rekeningen gekregen, niet van die aar
dige rekeningetjes, die iemand alleen
maar meedeelen, hoeveel de schuld be
draagt, maar booze, die spraken over
verdere stappen, die men zich voorbe
hield te doen, als ze niet betaald wer
den.
Bruno Leist had den geheelen nacht
geen oog dicht gedaan en toen hij 's-
Zondagsmorgens afgetobd opstond, was
hij tot hel !nzichf gekomen, dat het le
ven de moeite niet waard was. Er was
geen liefde en trouw op de wereld, de
zaken zouden steeds slechter gaan en
hij zou zijn faillissement moeten aanvra
gen. Bij de gedachte hieraan stelde hij
zich de vreugde van zijn concurrent aan
den anderen kant van de straat voor.
Wat zou die zich in zijn dikke witte han
den wrijven en met een gehuicheld
lachje zeggen: „Die arme Leist. Maar ik
zer nachten zijn onbekend gebleven per 1
sonen door verbreking van een ruit de j
boerderij binnengedrongen van den land
bouwer L, in de Ussenschestraat te O s s
De vrouw des huizes werd omstreeks
middernacht door gerucht wakker. Zij
ontdekte dat een man haar slaapkamer
was binnengedrongen, die de linnenkast
doorzocht. Toen de inbreker zich ont
dekt zag, nam hij ijlings de vlucht, ge
volgd door een tweeden persoon, die
zich eveneens in de woning bevond. De
mannen hebben geen kans gezien iets
mee te nemen.
In den nacht van Donderdag keerde
een patrouille marchaussees te O s s
die op de kermis te Berghem surveillan
cedienst had verricht, naar de mare
chausseekazerne terug. Op den Berg-
hemscheweg te Oss hoorden zij in de
woning van den vrachtrijder B. een he
vig spektakel.
De politiemannen drongen het huis
binnen waar de bewoner en zijn echtge-
roote in een hoogloopende twist waren
gewikkeld. De vrouw hield een geladen
pistool in de hand en maakte aanstalten
dit in de richting van haar echtgenoote
af te vuren.
Na veel moeite gelukte het de mare
chaussee de vrouw, die als een dolle te
keer ging, het wapen afhandig te ma
ken Zij werd wegens goging tot dood-
slag gearresteerd en in de marechaus
seekazerne opgesloten. De twist bleek
te zijn ontstaan doordat' de vrouw pas
tegen middernacht van de kermis te
Berghem huiswaarts was gekeerd. Zij
had toen een pistool uit haar kleeren te
voorschijn gehaald, dat zij op haar echt
genoot wilde afvuren. Het pistool, dat
met scherp was geladen, is door de po
litie in beslag genomen.
BLIKSEM IN STRANDTENT. Don
derdagmiddag heeft zich een hevig on
weer boven Zandvoort ontlast, ge
paard gaande met geweldige slagregens-
Binnen enkele oogenblikken stonden
de laag gelegen straten blank. De blik
sem sloeg op het strand aan den zijkant
van een tent in, ging in de toonbank
door een glazen chocoladekastje, dat ge
heel vernield werd, en schoot toen recht
het dak door naar boven, waarbij een
groot gat gemaakt werd. Een begin van
brand werd door den hevigen regenval
van zelf gebluscht.
In de tent waren ongeveer-twintig per
sonen aanwezig, zooda-t de consternatie
groot was.
De heer W. H. S. uit Amsterdam,
die met vrouw en kind een dagje naar
Zandvoort gekomen was, werd door
den bliksem bewusteloos geslagen, ter
wijl zijn zoontje, dat op -zijn arm gezeten
was, den rechterarm schroeide.
De ontboden geneesheer, dr. C. A. van
Fraassen, verleende deJèerste hulp. La
ter kon de man huiswaarts keeren, hoe
wel aan het hoofd gewond.
BLIKSEM VEROORZAAKT
ONTZETTENDEN BRAND.
Het nabij Hildburghausen gelegen
dorp Marifeld (Duitschland) is door een
verwoestenden brand geteisterd. Tij
dens een hevig onweer was de bliksem
had het allang gedacht. Men kan niet
concurreeren, met een firma, die al in
1765 opgericht is." En dan.zou hij vol
trots naar de schaar in lijst kijken, waar
onder een bordje hing met het opschrift:
„Met deze schaar werd in 1765 het werk
begonnen."
Bruno Leist had zich, toen hij de
zaak oprichtte, eveneens een groote
schaar gekocht en er met vreugde aan
gedacht, hoe komende geslachten van
Leist onder zijn portret de schaar zou
den ophangen en zeggen: „Ja, wij zijn
een oude firma. Onze overgrootvader
heeft ze in 1932 opgericht, bijna 150 jaar
geleden". En nu zouden er geen achter
kleinkinderen komen, geen kleinkinde
ren, ja niet eens zoons En de schaar
kon hij direct wel in 't water gooien, ze
zou toch nooit aan den wand hangen.
Bruno Leist werd steeds treuriger.
Het was schitterend weer. Wat zou hij
een heerlijk uitstapje hebben kunnen
maken met Lintscherl. Hij zag mannen en
vrouwen met rugzakken, naar de tram
loopen, en gevoelde zich diep ellendig.
Het is de moeite niet waard, nog langer
te leven", dacht hij, weer. „Ik wil niet
meer leven. Ik maak me van kant".
In gedachten zag hij Lintscherl schrei
end bij zijn lijk staan, zich wanopig de
handen wrijvend, hij zag de krans, die
zijn concurrent gezonden had, en de lan
ge gezichten van de schuldeischers, die
nu naar hun geld konden fluiten.
„Hun verdiende loon", bromde hij in
zichzelf. „Waarom hebben ze me ook
zoo gekweld. Ja, ik maak me van kant,
Vandaag nog Maar hoe
Hij bezat geen wapen en zou het ook
nooit gevraagd hebben, er een in de
hand te nemen. Zich ophangen, leek
hem niet deftig. „Dat doet een arme
drommel alleen maar dacht hij. „Gas!"
Ja, dat was al beter. Maar hij mocht de
stad niet benadeelen. „In 't water sprin
gen 2" Maar dat zou na den regen van
gisteren misschien, te koud zijn, en bo
vendien kon hij te goed zwemmen. In
ïn een landbouwschuur geslagen, die in
brand vloog. Tot overmaat van ramp
waren de telefoonverbindingen gestoord
zoodat de brandweer der omliggende
plaatsen niet te hulp kon worden -ge
roepen. Het vuur tastte drie woonhui
zen, vijf schuren en tien bijgebouwen
aan, welke alle in de asch werden ge
legd-
Joodsche en andere ambtenaren van
bevordering uitgesloten. De Duitsche
rijksminister van binnenlandsche zaken
heeft er in een beslissing dezer dagen
op gewezen, dat een aantal groepen van
ambtenaren in het Derde Rijk voorloo-
pig niet bevorderd mogen worden. Tot
hen behooren o.m. de ambtenaren, die
lid waren van de sociaal-democratische
of staatspartij en zij, die zich hebben te
weer gesteld tegen de nationale verhef
fing.
Als derde groep worden genoemd de
ambtenaren, die niet van zuiver Arische
afstamming zijn, of gehuwd zijn met een
vrouw van niet-Arische afstamming.
Onder bevordering wordt niet slechts
verstaan het geplaatst worden in een
hoogere salarisgroep, doch eveneens
iedere verplaatsing van een ambtenaar
naar een andere ambtenarengroep.
De gevolgen, die dit besluit voor de
Joodsche ambtenaren zal hebben, zullen
zeer zwaar zijn, daar het naar de mi
nister uitdrukkelijk vaststelt, niet slechts
van kracht is voor de rijksambtenaren,
doch ook voor de landelijke en gemeen
telijke ambtenaren, voor onderwijzers,
en voor allen, die werken bij de pu
bliekrechtelijke lichamen.
Drieduizend jaar oude gouden siera
den gevonden, Bij het graven van
zand op een bouwland ontdekte de land
bouwer Wilhelm Theobald te Speyerhof
in de Pfalz, dat uit de zeef, waardoor
men het zand had gegooid, eenige glan
zende metalen voorwerpen rolden. Bij
nader onderzoek bleken het zuiver gou
den sieraden te zijn. Vlak naast de
plaats waar dit gevonden werd, vond
men nog in een urn, die men me! geheel
kon uitgraven, een ander zu'ver gouden
sieraad en een barnsteeneri kraal. De
directeur van het museum te Speyer
werd van de' vondst op de hoogte ge
steld en constateerde, dat de nog geheel
onbeschadigde voorwerpen ongeveer
drie duizend jaar oud zijn. De barnstee-
nen kraal is de tweede, die men .ot nog
toe in Zuid-Duitschland heeft gevonden.
Men vermoedt, dat op de plaats van de
opgraving nog meer kralen verborgen
zijn en zal binnenkort een nader onder
zoek instellen.
De grootste melaatschen kolonie ter
wereld, Dank zij den- machtigen
steun van een Braziliaanschen phi-
lantroop is in Brazilië met medewer
king van den volkenbond een reusachti
ge melaatschen kolonie gebouwd, waar
in niet minder dan 4000 zieken kunnen
worden opgenomen. De gebouwen zijn
zeer modern ingericht, terwijl al her
mogelijke is gedaan, om den ongeluk-
kigen zoo weinig mogelijk hun verban
ning uit de maatschappij te doen ge
voelen. Het werk in deze inrichting
wordt door de patiënten zelf verricht.
Zij hebben een theater, geven een eigen
krant uit, en kunnen sport beoefenen.
Het is wel geoorloofd een huwelijk
te sluiten maar de kinderen worden dan
S9WS!55)3:
aanstonds na de geboorte van de ou-
i ders weggenomen, omdat de melaatscii-
heid geen erfelijke ziekte is, doch al
leen door besmetting overgaat.
Het eigen geneeskundig instituut staat
in het teeken van de belangstelling der
geheele wereld en voortdurend wordt
er om raad gevraagd bij de bestrijding
van de gevreesde ziekte.
gespannen dacht hij na. Plotseling ging
hem een licht op. Hij herinnerde zich de
woorden van den dokter: „U moet on
voorwaardelijk op dieet. Iedere overtre
ding kan Uw dood beteekenen." Ha,
daar had hij het. Zich eens fijn vol eten
en dan sterven. Dan had hij tenminste
wat aan zijn zelfmoord.
Bruno Leist ging het restaurant bin
nen en stelde een menu samen, waarbij
het water hem al om de tanden liep.
Eerst vleeschsoep, dan kreeft, dan een
ganzebout, dan aardbeien met slagroom.
En een fijne flesch wijn erbij.
De kellner keek hem bezorgd aan.
„Maar mag U dat wel allemaal eten
Zou het U geen kwaad doen
Bruno Leist lachte dof, zooals een
zelfmoordenaar betaamt,
„Het zal me geen kwaad doen?"
verklaarde hij, „integendeel, het zal me
goed doen
Hij at de soep met smaak. Toen ver
slond hij vijf kreeften. Bij elke pauze,
die hij maakte, dacht hij: „Dat is mijn
dood. Ik val stellig ineens om".
Maar toen hij na de vijfde kreeft niet
alleen nog steeds leefde, maar zich zelf
merkwaardig goed gevoelde, begon hij
trotsch te worden op zijn krachtige con
stitutie en, met grooten ijver viel hij op
de ganzebout aan. Daartusschen dronk
hij wijn. „Jammer, jammer, dat ik ster
ven moet", dacht hij. „Eigenlijk is het
leven toch mooi. En met Lintscherl zou
het toch ook wel in orde gekomen zijn.
En de schuldeischers zouden hebben
kunnen wachten. Maar nu is het te laat.
Ik kan nu nog wel kalm de aardbeien
met slagroom eten. Ik ben toch al ten
doode opgeschreven".
Tenslotte ging hij tevreden naar huis
en legde zich gekleed te bed. „Nu kan
de dood elk oogenblik komen," dacht hij.
„Maar 't is toch fijn geweest*.
Hij wachtte en wachttè, en tenslotte
viel hij in slaap. Toen hij weer wakker
werd, was 't al donker in de kamer en
aan den hemel stonden al sterren. Hij
Wolven verslinden kinderen. In de
omgeving van Nanking worden zooveel
kinderen door wolven gedood, dat cïe
autoriteiten een belooning van 40 Chl-
neesche dollars hebben uitgeloofd voor
wie een wolf dood of levend vangt.
De dieren houden zich vooral op in
het dorp Hsiaolingewei in het Mauso
leum-park. Zij zijn zoo brutaal, dat zij
onlangs een vrouw aanvielen, die een
zuigeling, op den arm droeg. .Het dier
wist aan de vrouw het kind te ontruk
ken en ermee te ontkomen.
ONTSMETTING VAN TARWE,
GERST EN ROGGE.
De Plantenziektenkundigen Dienst te
Wageningen schrijft ons:
Ter verbetering van de opkomst en
ter bestrijding van de ziekten, die met
het zaaizaad worden overgebracht,
wordt ontsmetting van alle uit te zaaien
tarwe, gerst en rogge dringend aanbevo
len. Geen korel worde onontsmet uitge
zaaid, dus ook niet van te velde en op
partij goedgekeurde tarwe, gerst of rog-
ge.
De voorschriften voor de ontsmetting
waarbij de middelen in alphabetische
volgorde worden genoemd, luiden:
Natontsmetting.
Tarwe en Gerst. Afdoende bestrijding
van steenbrand en kiemschimmels bij
tarwe en gerst en van de strepenziekte
van de gerst wordt verkregen door het
zaad om te scheppen met een oplossing
van Ceresan natontsmetter, of van Ger-
misan ter sterkte van 3 per hl (bij
tarwe plm. 80 kg, bij gerst plm. 65 kg)
wordt van deze oplossing 3 liter ge
bruikt, wat dus ongeveer overeenkomt
met 100 gram (1 ons) van de ontsmet-
tingsstof op 3 liter water. Het omschep
pen moet met de uiterste zorg geschie
den zoodat men er van verzekerd Kan
zijn, dat alle korrels voldoende bevoch
tigd zijn. Zie verder wat medegedeeld
wordt over de machinale omschepme-
thode en onder het hoofd algemeene
opmerkingen.
In de meeste gevallen wordt ook
reeds afdoend resultaat bereikt bij aan
wending van bovengenoemde middelen
ter halve sterkte, dus 1/4 eveneens
bij gebruik van 3 liter per hl.
Voor tarwe en gerst, die ter keuring
te velde wordt aangegeven, wordt ech
ter aangeraden zekerheidshalve steeds
de sterkere oplossing te nemen. Voor
zwakke partijen zaaizaad, die er dit jaar
niet, of slechts in geringe mate zullen
zijn, kan men een oplossing gebruiken
van 2 terwijl alsdan de hoeveelheid
vloeistof per hl beperkt wordt tot 2 liter.
Bij gebruik van meer oplossing wordt nl.
de kans op kiembeschadiging grooter,
daar de ontsmettingsvloeistof dan ge
makkelijker tot de kiem doordringt.
Rogge wordt tegen kiemschimmel ont-
betastte zich, om te ontdekken, of hij
misschien gestorven was, zonder het zelf
fe weten. Maar wat hij voelde, was geen
spook, maar vleesch en bloed. Hij ge
voelde zich niet eens ziek. Het eenige
verschil, dat hij ondervond4 bestond
daarin, dat hij niet, zooals anders, hon
gerig was. Maar dat kon per slot zijn
oorzaak hebben.
Dezen avond ging Bruno Leist' niet
meer uit, maar ging vroeg slapen. Hij
twijfelde er nu niet meer aan, of ditmaal
zou hij niet weer opstaan.
Maar den volgenden morgen ontwaak
te hij frisch en opgewekt en verbaasde
zich ten zeerste, dat hij niet dood was.
Hij keek op de klok en sprong toen snel
uit het bed.
Bij de halte ontmoette hij Lintscherl.
Aarzelend kwam ze naar hem toe.
„Ben je nog boos op me vroeg ze.
„Wat was ik toch dom".
Hij drukte haar innig de hand.
„Neen Lintscherl, het was alles mijn
schuld. Weet je wat, vanavond gaan we
naar Grinsing".
Ze knikte, „Je bent een schat", zei
Z6« ii I be*»"'1
Bruno Leist gevoelde een diepe vreug
de: Lintscherl beviel hem weer, en hij
wist, dat zij hem ook weer mocht..
Op zijn kantoor aangekomen haalde
hij de groote schaar uit de la en wreef
ze, tot ze glom. Nu zocht hij een passend
plaatsje aan den muur. Tegenover zijn
bureau moest ze hangen en het bordje
eronder met 't opschrift: „Met deze
schaar werd op 1 Maart 1932 het werk
begonnen."
En de achterkleinkinderen zullen op
het verbleekte portret wijzen en zeggen:
„Dat is onze overgrootvader, de oprich
ter van onze firma. Dat was een kerel
Hij ging bijna failliet en een paar jaar
later was hij de rijkste man van de stad.
Ja, ja, dat was een kerel, zulke vind je
er niét meer,"
En in gedachten zag hij, hoe de klan
ten vol eerbied toestemmend knikken.