KORT ZEEUWSCH NIEUWS. KUNST EN WETENSCHAP. VERKEERSWEZEN P. T. T. SPORT. HANDEL EN NIJVERHEID. FINANCIEELE BERICHTEN. IMEZONOEN STUKKEN. AFLOOP VERK00PINGEN. BURGERLIJKE STAND. lÜSD'BEVELAND. SCHETSEN VAN DE HOEVE. plaatsten, dachten er niet over om In 1834 eene naamlooze vennootschap op te richten, ook al om de eenvoudige reden dat er toen nog geen naamlooze vennootschappen bestonden. Aangezien echter de badinrichting hier niet wordt geëxploiteerd door de gemeente, hetgeen voor de gemeente waarschijnlijk geen voordeel zou zijn, maar door de N.V. „Domburgsche Zee badinrichting, ligt het voor de hand dat deze laatste de huidige feestviering heeft georganiseerd, op de goede wijze die wij van haar gewend zijn, en waar voor haar alle lof toekomt. Hoe is dan de verhouding van de ge meente tot de badinrichting? Offfcieel slechts deze, dat de gemeente eene ze kere som aan het Rijk betaalt voor 't strand, dit strand tegen dezelfde som verpacht aan de badinrichting, terwijl deze eene subsidie ontvangt van de ge meente. Deze sommen zijn alle drie ge lijk. Maar nu in de practijk! Wat zou Dom burg zijn zonder zijn badinrichting? Een onbeduidend dorp. Maar door zijn bad inrichting, en vooral door de goede wijze, waarop die wordt geëxploiteerd, is Domburg een bloeiende badplaats, bekend in binnen- en buitenland. Dom burg zonder zijn badinrichting is een voudig ondenkbaar. Alles in Domburg leeft van de badgasten, om zoo te zeg gen. En daarom mijne Heeren, ben ik ge lukkig, ze met een bloemstuk, de beste wenschen te mogen overbrengen van de leden van den gemeenteraad van Domburg en van zijn Voorzitter. Lang leve de Domburgsche zeebadinrichting, haar Commissarissen en haar Direc teur! „Un pays n'est pas petit quand ii touche la mer", heeft wijlen Koning Leopold II gezegd. Met een variant kunnen wij ervan maken: een dorp is niet onbeduidend, als er eene zeebad- inrichting aan verbonden is als de Dom burgsche. RAAD VAN 's HEER ABTSKERKE. Over een steunregeling- 's H. ABTSKERKE. Zaterdag verga derde de Gemeenteraad. Afwezig de heer Biok. Van Ged. Staten is de goedkeuring ontvangen op een besluit van het B.A. om aan de gemeente een subsidie te verleenen groot f 1200. De rekening over 1933, wordt vast gesteld met ontvangsten f 19.761. Uit gaven f 18-890. Ten opzichte van een steunregeling, waarover door B, en W. in deze verga ring advies zal worden uitgebracht be staat in dit College geen overeenstem ming. De meerderheid is niet voor in stelling van een steunregeling. De Voorz. is van meening dat hier geen behoefte bestaat aan een steunregeling. Mochten er menschen zijn die steun noodig hebben, dat wil hij ze verwijzen naar het B-A, Men zal in de toekomst moeten bezuinigen en hij meent dat de uitgaven die een steunregeling met zich brengt bezwaarlijk zullen kunnen wor den gebracht op de begrooting, omdat die toch al moeilijk sluitend zal kunnen worden gemaakt. Men wisselt nog eenigen tijd hierover van gedachten, waarbij de heeren Van Weeleen De Jonge zich als voor standers van een steunregeling doen kennen. Ook wethouder Braam kan niet instemmen met de meerderheid van B- en W. Hij heeft zijn meening over een steun regeling reeds vroeger uitgesproken en staat nog op hetzelfde standpunt. Zou a.s, winter blijken, dat een in 't leven geroepen steunregeling niet noo dig is, dan is er zeker geen bezwaar te gen daar het dan geen geld kost. Zou blijken dat een regeling geld kost voor de Gemeente, d#n blijkt dat een steun regeling hard noodig is. Ook hij is voor zuinig beheer, maar als er menschen zijn, die geen werk en dus geen inkom sten hebben, dan moet er geholpen wor den- Over het meerderheidsvoorstel van B. en W. om geen steunregeling in het leven te roepen staken de stemmen. Te gen dit voorstel stemden de heeren Van Weele, De Jonge en Braam. In een volgende vergadering komt dit punt derhalve opnieuw aan de orde. Nadat de voorzitter nog heeft mede gedeeld, dat de onkosten, welke zijn ge maakt bij de opsporing der daders van den onlangs gepleegden veediefstal, met door het Rijk worden gerestitueerd, wordt de vergadering gesloten. De Salariskwestie. KRUININGEN. In de jongste Raads vergadering is medegedeeld, dat de Kroon het besluit van Ged. Staten heeft vernietigd, waarbij goedkeuring is ont houden aan het besluit van den gemeen teraad tot verlaging van de jaarwedde van den keuringsveearts met 4 pet. Aan de overwegingen van dit Kon. besluit ontleenen wij nog, dat het hier betreft eene tijdelijke verlaging van de salaris sen van alle ambtenaren in dienst der gemeente Kruiningen met een bepaald percentage van hunne jaarwedde, welke haren grond vindt in de gebleken nood zaak van bezuiniging: dat bij een zooda- nigep bezuinigingsmaatregel, waartoe in de gemeente Kruiningen alle aanleiding bestaat, niet ten aanzien van de verschil lende betrekkingen afzonderlijk in eene beoordeeling behoort te worden getre den van de vraag, of het peil der bezol diging de korting al dan niet gedoogt; dat voor het maken van een uitzonde ring op dezen regel voor den keurings veearts, al moge diens salaris niet hoog zijn en het karakter van zijn dienstver band eenigszins verschillen van dat der andere gemeente-ambtenaren, geen vol doende aanleiding bestaat; dat daaraan niet afdoet, dat Ged. Staten zich des tijds bij het goedkeuren van het raads besluit waarbij de jaarwedde van den functionaris op 2000 werd vastgesteld tegen toekomstige verlaging van die jaarwedde hebben uitgesproken; en ten slotte dat dus Ged, Staten, naar de mee ning der Kroon, ten onrechte aan de korting van het salaris van den keurings- veearts hunne goedkeuring hebben ont houden weshalve aan dit Raadsbesluit alsnog, voor zoover noodig, goedkeuring wordt verleend. De Minister van Financiën maakt bekend, dat ten behoeve van 's Rijks schatkist is ontvangen, wegens over vo rige jaren te weinig betaalde belasting naar inkomen en/of vermogen (gewe- tensgeld) bij den ontvanger der directe belastingen, enz. te Vlissingen 80.82. Bij het Querido Verlag te A ra ster d a m verschijnen in den loop van September de volgende boeken: Bruno Frank, „Cervantes dichter und Soldat", Roman; Klaus Mann, „Fluchi in den Norden", Roman; Ludwig Bauer, „Leopold der Ungeliebte, König der Belgier und Des Geldes"'; Emil Ludwig, „Führer Europas", (Masaryk, Nansen, Briand, Rathenau, Motta, Lloyd George, Venizelos, Mussolini, Stalin); Lion Feuchtwanger „Erfolg", als herdruk in de verzamelde werken. In verband met den jaardag van H.M. de Koningin zal het P.T.T. kantoor te Middelburg op 31 Augustus voor alie postzaken na 13 uur gesloten zijn, behal ve voor telegrafische postwissels en Girostortingen en uitbetalen postche- que's met spoedbehandeling. Z.V.B. Wedstrijduitslagen van Zaterdag 25 Aug. Arnemuiden-Serooskerke 50- Veere-L.V.V. 32, (Onder protest L.V.V.). Wedstrijdprograma voor Zaterdag 1 September. Afd. Walcheren. Oostkapelle-Arnemuiden. Algemeene Middens tandstentoonstelling. Van 30 Aug.9 Sept. a.s. wordt in t R.A.I. gebouw te Amsterdam de Alge meene Middenstandstentoonstelling, de Almitento, gehouden. In verband hier mede heeft het weekblad „De Zakenwe reld" te Amsterdam, een speciaal num mer, gewijd aan deze tentoonstelling, uitgegeven. In deze uitgave, is een aan tal actueele en gewichtige onderwerpen HET „ZEHEL". De Vrouwe van 't Koren'of schraapte de laatste boter uit het schoteltje en keek met gefronste wenkbrauwen naar den bodem. „Wat zou-e 'k di noe mie doe-e vervolgde ze het gesprek, „wan 'k toch weinig zin, om dat zó mè deur te litte haen", zó bie d'eêste keêr, zou 'k nog mè is zwiehe", raadde de Baas. „Hebeurt het dan wee, dan zou 'k et in fesoen zehhe, en, most het dan nóg is plekke dan ku' je ze wat ruher aan- pakke". „Hlad niks zehhe", overwoog de Vrouwe, „dat is toch ók zó weinig, Ik weet nie, of a 'k dat wè kan, öor", besloot ze, Intusschen, om de juiste woorden te vinden, waarmee ze het kon zeggen, zónder het te zéggen, was nog zoo gemakkelijk niet. Ze at zwijgend haar boterham, en „zat mè te verzin nen". En toen het koffiedrinken was af- geloopen, zei ze: „Tona, hi jie noe eêst mer is ni 't Mulders'oefje om beuter, mè, noe mó j' is luustere, Flie weke, toen zei je: „noe ei se de beuter mie 't zehel nir onder in de scheutel eleid, dust, dat kan 'k er noe nie uutaele". Mè, noe 'k de scheutel hlad leegesmaerd, en ik bin hin zehel tehen-ekomme. Dust, noe mó je zehhe: „Vrouwe, je asjeblieft twi pond beuter, en, z'ei evrohe, of a je de zehels ni boven wil lehhe, wan, die doe op het gebied van den Middenstand, van de hand van terzake deskundigen, opgenomen. De Minister van Economi sche Zaken schreef een introductie voor dit bijzondere nummer. LAAT UW VREEMDE GELD REGISTREEREN. Men schrijft aan de N-R.Crt.: Herhaaldelijk blijken nog Nederland- sche reizigers naar Duitschland, of zij, die via Duitschland reizen met bestem ming naar elders, niet bekend te zijn met de bepaling van de Duitsche devie zen-controle, dat men bij passeering van de grens verplicht is aan den met de controle belasten ambtenaar op te ge ven hoeveel vreemd geld men bij zich heeft. Teneinde groote moeilijkheden bij het verlaten van het land te voorkomen, is het gewenscht, ook al wordt hiernaar geen navraag gedaan, bij binnenkomst het bezit aan vreemde valuta te laten registreeren, daar zonder meer geen toestemming is te verkrijgen tot weer uitvoer van het uit Nederland meege nomen geld. Particulieren alsook de Ne- derlandsche reiisbureaüx, die biljetten verstrekken voor reizen naar Duitsch land, alsmede voor passage op Duitsche schepen, zullen er derhalve goed aan doen op dit voorschrift attent te zijn, re spectievelijk de aandacht hunner clien tèle hierop te vestigen. I. Afzenders onbekend stuk in de prul lenmand. 2. Briefwisseling wordt over inge zonden stukken geplaatst of geweigerd niet gevoerd. 3. De kopij wordt niet teruggezonden. 4. Maakt het kort! NIEUWE SPELLING. [In het weekblad „De Groene Amster dammer" heeft een korte gedachtenwis- seling plaats gehad tusschen de onder teekenaars van het eerste en het twee de hier onder volgende stuk. Dat blad kon den eerstgenoemde voor de repliek in dezen pennesüijd slechts een zeer be- perkte ruimte afstaan, en op grond van oei feit, dat de aanvaller tevens de hoofdredactie van deze courant voert, verzocht de aangevallene gelegenheid tot breedvoeriger verweer in de Middel- burgsche Courant. Aangezien zij steeds aandacht aan den spellingstrijd schonk, meende de tweede ondergeteekende voor ditmaal het verzoek te moeten in willigen. Hoofdred. M. C.] Wanneer ik, na in „De Groene Am sterdammer" zeer onvolledige voorstel len tot wijziging in de voorgestelde nieu we spelling te hebben gedaan, gaarne me daarvan in het openbaar verant woord en met zekere voorliefde in dit blad, omdat ik naar aanleiding daarvan werd aangevallen door dr. Smeding, dan begrijpe men toch goed, dat ik mij bij het definieeren van die voorstellen uit sluitend heb laten leiden door dit één en enkel principe, dat het met het oog op het onderwijs en in het belang yan het meerendeel van het volk als minder taalkundig ontwikkeld, gewenscht is aan den eenen, gebiedend nood zak e 1 ij k aan den anderen kant, de vereenvoudiging der spelling door te voeren tot zoover als, maar tege lijk niet verder dan de duidelijk heid der taal of een ander van haar be langen dit gedoogt. Hajawel, daar zijn we: de grens! En buiten die grens ligt volgens mij, er binnen volgens dr. Sm. het weglaten van de naamvals-n. Voorbeelden heb ik gegeven, dat dit aanleiding kan geven tot een dubbelzin- me 'r oltied rechtuut of, weet je." „Afijn oor", zei Tona, toén ze terug kwam, „ze veranderden hlad, toen a 'k et zei. Ze schoot ineens zó rood as un kraele". „Of a se 't dan ok behrepen eit", stel de de Vrouwe met voldoening vast, „mè, da's hóed ok. Is dat noe un meniere, om die zó mè, zonder spreken of spreeu wen, beuter zonder zehel mee te heven, a se dat noe eest is fersoendelik evro- hen wan, noe mó je wete, 't ei nog op 't puntje van m'n tonge ele'he, om tegen d'r te zehhen, da se voe mien die sme- rehe diengers d'r nie op oefden te plak ken. Mè toen doch 'k owee: „lit ze dat êest zelleft mè vraehe",.... mè zó nie, weet je". Bij het Korenhof behoorde slechts 'n enkele wei, van melkverkoop of boter- maken kon dus geen spraak zijn. Op 't Muldershoefje was het juist an dersom; daar stond slechts één werk paard op stal, maar „den têeltuun" lag vol melkgerij. In "t schuurkot waren twee meisjes druk bezig, en in de keet zat de Vrouwe in ernstig gesprek met den timmerman, „Mè, dan bè je opstan- deg", verklaarde Jeroen, en berispte: „je mag nie opstandeg weze." „En jie mag nie floekel"', zei ze bits, maar beleedigd viel Jeroen dadelijk in: „ui-ui, Vrouwe, ui-ui, ei jie mien a is ooit oore vloeke?" „Ik weet nie, "k g'lóove 't nie, mè dirrom zu je 't toch nigheid, die in officieele stukken wel eens van bedenkelijken aard zou kun nen zijn. Eén enkel voorbeeld, dat ik gemakkelijk door meerdere zou kunnen laten volgen, moet ik nu wel geven: (nieuwe spelling) Hier ligt De man, die doodslag als de zwaarste [zonde had verboden, En die zijn eigen moeder in koelbloe- [digheid ging doden. Deze erezuil is voor hem opgericht. Regelen, waarvan een verkeerde op vatting niet mogelijk zou zijn, als de n achter d i e niet was weggelaten. Probeer het eens met vrouwelijke woorden werpt dr. Sm. me tegen. Ze ker, dan laat de oude spelling ons ook in den steek. Maar ik zou dr. Sm, als in een Gelijkenis willen vragen: Zult Gij, blind reeds zijnde aan het eene oog, des wege het andere Uw zorg onthouden Op den lijdenden vorm beroept dr. Sm. zich. Maar le is een omzetting niet al tijd mogelijk, en 2e heeft een zin in den lijdenden vorm naar zijn fijnste wezen niet dezelfde beteekenis als dezelfde zin in den bedrijvenden vorm. Ik kan daar moeilijk meer van zeggen dan dit, dat dr. Sm, dit met mij eens moet zijn, mede naar aanleiding van de voorbeel den, die ik hem gaf. Scherts terzijde ge laten gelijk ik me veroorloofde over het aanvankelijk ongewone aanzien der woorden, waarin de c h is weggelaten (visaas, verassen,) of de o o is vervan gen door o: ik juich het toe, dat een Ne derlander, U, een ander, zich niet pijn lijk meer zal behoeven af te vragen, een woord met o of o o te spellen, dat hij, gelijk ik, misschien reeds gedurende lange jaren zoo vaak ook fout gespeld zag staan, dat hij soms niet meer wist, welk gezichtsbeeld nu wel het juiste was. Taal is groei en leven en een enorme moeilijkheid wordt opgeruimd, als een leerling zich niet meer gesteld ziet voor de vraag, of 't de vrouw met 't paar se of paarsche jak was, die hem een bars of barsch antwoord gaf of barsch of bars hem antwoordde, al is het dan waar, dat een stukje taalge schiedenis er mee te Ioor gaat, daar die c h haar beteekenis heeft gehad, gecon stateerd het feit, dat ze in aanverwante talen als het Friesch en het Noorsch niet alleen aan "t eind der woorden, maar ook in het midden nog gehoord wordt: f i s k (visch), m i n s k e (mensch), t e s k j e (dorschen). Tegen de enkele e in de ópen letter grepen, zonder meer, tegen het weglaten der naamvals-n heb ik mij dan ook alleen gekant. Ik doe het nog. Dr. Sm. heeft ook tegen het eerste geen be zwaar: we lezen geen lette rformu- 1 e s zegt hij, maar woorden. Volko men waar. Maar het kind leert de woorden alleen lezen, door ze eerst als letterformules te ontle den en de afzonderlijke teekens weer saam te vatten tot een woord. En om bij een enkel voorbeeld uit de vele het te laten een kind dat de woorden omberen, versomberen, anke ren, kankeren, zadelen reeds heeft ontmoet, zal nu, als het voor plomberen, manke,ren en na delen komt te staan, misleid door de analogie, tot een verkeerde uitspraak der laatste geraken, gezwegen nog van de woorden met tweeërlei beteekenis en tweeërlei uitspraak als: bedelen, kan telen, legeren (drie bet.) wat bij de oude spelling niet mogelijk was. Een accent alleen in de schoolboekjes dan, stelt dr. Sm. voor. Geheel mijn idee. Door de letterformule met accent tot de onmiddellijke opvatting van 't woord zonder accent. En dan zijn beide partij en in dit opzicht bevredigend tot elkaar gebracht, In „Roeping der Kunst" beklaagt de auteur zich, dat niets het Hollandsche volk bindt tot een gezin. Laat het, nu het bezwaarlijk al haast schijnt één In volkslied ons te toonen, ten minste één wè is doe-e, dienk 'k", hield ze vol. „Nee-e, nee-e, Vrouwe, ni-nF', zei Je roen ernstig, „dat mag je nie zehhe; dat a je nie seker weet, di mag je nie over prate." „Nou, mer, afijn", zei de Vrouwe on geduldig, „dat doet er ier noe niks toe; a jie noe mer un slot mikt op de spinne. Dienk je dafk sot bin. Dan zou die kon- terleur d'r mie z'n neuze bie wille stae, a'k un potje beuter inlehhe, en dan een loodje d'r an. Dan zou zeker iedere keer a'k un pond beuter wil lange, êest die vent motte komme, om de pot open te doen, en dan a wee toe. Je zu' t'r nie fan óore." „Mè, Vrouwe waarschuwde Jeroen, „a tie noe ziet dat er een slot op de spinne is, dan je hróote kans, dat 'n d'r nèt in kieke wil,en dan wor je epakt.'" „Dan pak 'k n mè te rug'!, beloofde ze grimmig, mè, vast hin nood dor, ie kom t r nie in, Den volgenden Zondagmorgen kwam Tona zeggen: „Vrouwe, je zu nie mee kunne rie-e, ni de kerreke, wan d'n Baes kan den auto nije an de hank kriehe." Een poosje later kwam ze weer: ,ie is a emikt, óor, 't waer mer een kleinegheid, is kust et zelleft. „Nee-e" zei de Vrouwe van t oefje, uit de hoogte, „een auto, dir a op Zondag an ewerrekt is, di wil i k nie in rie-e. de Vrouwe van d'Oeve. dan zijn in het geschreven woord. En dat moet mogelijk zijn, want niemand voert dezen strijd met ander belang voor oogen, dan naar zijn beste weten dat der moedertaal alleen. H. Bouma. De heer H. Bouma is, dit zij met vreugde vooropgesteld, verre van con servatief. Hij is voor vereenvoudiging èn voor eenheid, strenge eenheid. In deze beide beginselen vinden wij eikaar dus reeds. Driekwart van hetgeen 't compromis- Marchant ons brengt, 'sanctioneert de de heer Bouma verder. Eigenlijk nóg meer. Twee bezwaren houdt hij over, en die verdedigt de heer B. taai: de naam vals-n en de e in open lettergrepen. Wat die n betreft: zij helpt of hielp ons tot dusverre uitsluitend in, toch in elk geval niet alledaagsche, zins constructies. Want voor de vrouwelijke helft der woorden laat zij ons in den steek. Hier een andere vorm van 't rijmpje: Hier ligt De vrouw, die doodslag als de zwaar ste zonde had verboden, En die haar eigen moeder in koelbloe digheid ging doden. Deze erezuil is voor haar opgericht. Het werd nu door dit „haar'" in den laatsten regel (voor de moeder of voor de dochter?!) schijnbaar nóg dubbel zinniger maar het nuchter verstand zegt den niet al te dommen lezer toch onmiddellijk, dat men wel een eerezuil voor een slachtoffer van een nobel denkbeeld, niet voor een moordenares opricht? Tenslotte is, in gevallen als dit, dunkt mij, den dichter of rijmer ook onder het régime-Marchant het gebruik van die n toegestaan. Inzake de e in open lettergrepen. De schooljeugd heeft tot dusverre ook en zonder het verlangde accent lee- ren onderscheiden tusschen: ganzepen en lettergrepen; enteren en interen; verspelen en kerspelen; zij leerde dit zien en verstaan door het logische zinsverband achter de letter formules. Theoretisch is er dus aan 't accent, dat de hr. Bouma bepleit, naar mijn meening geen behoefte. Des geachten inzenders groote en langdurige ervaring op onderwijsterrein kan hem echter doen weten, of het practisch gewenscht of noodzakelijk is, als hulpmiddel bij 't leesonderwijs, naar den trant van het streepje, dat in de lagere klassen de lettergrepen scheidt, en dat later ver valt, ook tijdelijk het accent in te voe ren. Daartegen zal zeker niemand bezwaar hebben. Met den wensch van mijn hooggeach- ten opponent, dat Nederland eens weer één worde in het geschreven woord, stem ik van harte in. Dat beoogt minister Marchant ech ter ook. Of hij dat oogmerk bereiken zal, zal mede afhangen van de bereidheid der oppositie, haar hoofd te buigen voor wat van overheidswege werd vastge steld om een einde te maken aan een strijd van 40 jaren.en aan, wat veel erger is, den steeds toenemenden chaos. Smeding.. Notaris J. L. van der Harst heeft Zaterdag te Arnemuiden in het café Spoorzicht, aldaar, des middags ver kocht. Perceel 1. Een huis en erf in de gem. Arnemuiden aan den Molenweg gemerkt C 52, kadastraal aldaar bekend sectie G nummer 1534, groot 1 Are 15 c.A. In koop toegewezen aan A, S. Roth, notarisklerk, te Middelburg q.q. voor de som van 1920. Perceel, 2. Een perceel bouwland, lig gende aan den Keetdijk te Arnemuiden, kadastraal aldaar bekend sectie F num mer 671 groot 7 A. 21 c.A., In koop toegewezen aan C. Oreel, zonder beroep, te Arnemuiden q.q. voor de som van 250. Kortgene. Van 1124 Aug. Getrouwd: A. Goudswaard 23 j. en M. T. Bouwense 19 jM. J. Bustraan 27 j. te Wissenkerke ex; P. A. L. Bouwense 23 j. Bevallen: E, de Looff geb. Broekho ven z. Overleden: C. Schippers 66 j. we- duwn, van W, C. Coomans. Aardenburg. Van 1925 Aug. Bevallen: L. N. de Clercq, geb. van Overloop, z.; E. L. Moens, geb. Baerde- maeker, z. Elec. Drukkerij G. W. den Boer, M burg

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1934 | | pagina 6