KORT ZEEUWSCH NIEUWS.
KUNST EN WETENSCHAP.
VERKEERSWEZEN P. T. T.
SPORT.
HANDEL EN NIJVERHEID.
FINANCIEELE BERICHTEN.
IMEZONOEN STUKKEN.
AFLOOP VERK00PINGEN.
BURGERLIJKE STAND.
lÜSD'BEVELAND.
SCHETSEN VAN DE HOEVE.
plaatsten, dachten er niet over om In
1834 eene naamlooze vennootschap op
te richten, ook al om de eenvoudige
reden dat er toen nog geen naamlooze
vennootschappen bestonden.
Aangezien echter de badinrichting
hier niet wordt geëxploiteerd door de
gemeente, hetgeen voor de gemeente
waarschijnlijk geen voordeel zou zijn,
maar door de N.V. „Domburgsche Zee
badinrichting, ligt het voor de hand dat
deze laatste de huidige feestviering
heeft georganiseerd, op de goede wijze
die wij van haar gewend zijn, en waar
voor haar alle lof toekomt.
Hoe is dan de verhouding van de ge
meente tot de badinrichting? Offfcieel
slechts deze, dat de gemeente eene ze
kere som aan het Rijk betaalt voor 't
strand, dit strand tegen dezelfde som
verpacht aan de badinrichting, terwijl
deze eene subsidie ontvangt van de ge
meente. Deze sommen zijn alle drie ge
lijk.
Maar nu in de practijk! Wat zou Dom
burg zijn zonder zijn badinrichting? Een
onbeduidend dorp. Maar door zijn bad
inrichting, en vooral door de goede
wijze, waarop die wordt geëxploiteerd,
is Domburg een bloeiende badplaats,
bekend in binnen- en buitenland. Dom
burg zonder zijn badinrichting is een
voudig ondenkbaar. Alles in Domburg
leeft van de badgasten, om zoo te zeg
gen.
En daarom mijne Heeren, ben ik ge
lukkig, ze met een bloemstuk, de beste
wenschen te mogen overbrengen van
de leden van den gemeenteraad van
Domburg en van zijn Voorzitter. Lang
leve de Domburgsche zeebadinrichting,
haar Commissarissen en haar Direc
teur!
„Un pays n'est pas petit quand ii
touche la mer", heeft wijlen Koning
Leopold II gezegd. Met een variant
kunnen wij ervan maken: een dorp is
niet onbeduidend, als er eene zeebad-
inrichting aan verbonden is als de Dom
burgsche.
RAAD VAN 's HEER ABTSKERKE.
Over een steunregeling-
's H. ABTSKERKE. Zaterdag verga
derde de Gemeenteraad. Afwezig de
heer Biok.
Van Ged. Staten is de goedkeuring
ontvangen op een besluit van het B.A.
om aan de gemeente een subsidie te
verleenen groot f 1200.
De rekening over 1933, wordt vast
gesteld met ontvangsten f 19.761. Uit
gaven f 18-890.
Ten opzichte van een steunregeling,
waarover door B, en W. in deze verga
ring advies zal worden uitgebracht be
staat in dit College geen overeenstem
ming. De meerderheid is niet voor in
stelling van een steunregeling. De
Voorz. is van meening dat hier geen
behoefte bestaat aan een steunregeling.
Mochten er menschen zijn die steun
noodig hebben, dat wil hij ze verwijzen
naar het B-A, Men zal in de toekomst
moeten bezuinigen en hij meent dat de
uitgaven die een steunregeling met zich
brengt bezwaarlijk zullen kunnen wor
den gebracht op de begrooting, omdat
die toch al moeilijk sluitend zal kunnen
worden gemaakt.
Men wisselt nog eenigen tijd hierover
van gedachten, waarbij de heeren Van
Weeleen De Jonge zich als voor
standers van een steunregeling doen
kennen. Ook wethouder Braam kan
niet instemmen met de meerderheid van
B- en W.
Hij heeft zijn meening over een steun
regeling reeds vroeger uitgesproken en
staat nog op hetzelfde standpunt.
Zou a.s, winter blijken, dat een in 't
leven geroepen steunregeling niet noo
dig is, dan is er zeker geen bezwaar te
gen daar het dan geen geld kost. Zou
blijken dat een regeling geld kost voor
de Gemeente, d#n blijkt dat een steun
regeling hard noodig is. Ook hij is voor
zuinig beheer, maar als er menschen
zijn, die geen werk en dus geen inkom
sten hebben, dan moet er geholpen wor
den-
Over het meerderheidsvoorstel van
B. en W. om geen steunregeling in het
leven te roepen staken de stemmen. Te
gen dit voorstel stemden de heeren Van
Weele, De Jonge en Braam.
In een volgende vergadering komt dit
punt derhalve opnieuw aan de orde.
Nadat de voorzitter nog heeft mede
gedeeld, dat de onkosten, welke zijn ge
maakt bij de opsporing der daders van
den onlangs gepleegden veediefstal, met
door het Rijk worden gerestitueerd,
wordt de vergadering gesloten.
De Salariskwestie.
KRUININGEN. In de jongste Raads
vergadering is medegedeeld, dat de
Kroon het besluit van Ged. Staten heeft
vernietigd, waarbij goedkeuring is ont
houden aan het besluit van den gemeen
teraad tot verlaging van de jaarwedde
van den keuringsveearts met 4 pet. Aan
de overwegingen van dit Kon. besluit
ontleenen wij nog, dat het hier betreft
eene tijdelijke verlaging van de salaris
sen van alle ambtenaren in dienst der
gemeente Kruiningen met een bepaald
percentage van hunne jaarwedde, welke
haren grond vindt in de gebleken nood
zaak van bezuiniging: dat bij een zooda-
nigep bezuinigingsmaatregel, waartoe in
de gemeente Kruiningen alle aanleiding
bestaat, niet ten aanzien van de verschil
lende betrekkingen afzonderlijk in eene
beoordeeling behoort te worden getre
den van de vraag, of het peil der bezol
diging de korting al dan niet gedoogt;
dat voor het maken van een uitzonde
ring op dezen regel voor den keurings
veearts, al moge diens salaris niet hoog
zijn en het karakter van zijn dienstver
band eenigszins verschillen van dat der
andere gemeente-ambtenaren, geen vol
doende aanleiding bestaat; dat daaraan
niet afdoet, dat Ged. Staten zich des
tijds bij het goedkeuren van het raads
besluit waarbij de jaarwedde van den
functionaris op 2000 werd vastgesteld
tegen toekomstige verlaging van die
jaarwedde hebben uitgesproken; en ten
slotte dat dus Ged, Staten, naar de mee
ning der Kroon, ten onrechte aan de
korting van het salaris van den keurings-
veearts hunne goedkeuring hebben ont
houden weshalve aan dit Raadsbesluit
alsnog, voor zoover noodig, goedkeuring
wordt verleend.
De Minister van Financiën maakt
bekend, dat ten behoeve van 's Rijks
schatkist is ontvangen, wegens over vo
rige jaren te weinig betaalde belasting
naar inkomen en/of vermogen (gewe-
tensgeld) bij den ontvanger der directe
belastingen, enz. te Vlissingen
80.82.
Bij het Querido Verlag te A ra
ster d a m verschijnen in den loop van
September de volgende boeken:
Bruno Frank, „Cervantes dichter und
Soldat", Roman; Klaus Mann, „Fluchi
in den Norden", Roman; Ludwig Bauer,
„Leopold der Ungeliebte, König der
Belgier und Des Geldes"'; Emil Ludwig,
„Führer Europas", (Masaryk, Nansen,
Briand, Rathenau, Motta, Lloyd George,
Venizelos, Mussolini, Stalin); Lion
Feuchtwanger „Erfolg", als herdruk in
de verzamelde werken.
In verband met den jaardag van
H.M. de Koningin zal het P.T.T. kantoor
te Middelburg op 31 Augustus voor alie
postzaken na 13 uur gesloten zijn, behal
ve voor telegrafische postwissels en
Girostortingen en uitbetalen postche-
que's met spoedbehandeling.
Z.V.B.
Wedstrijduitslagen van Zaterdag 25 Aug.
Arnemuiden-Serooskerke 50-
Veere-L.V.V. 32, (Onder protest
L.V.V.).
Wedstrijdprograma voor Zaterdag
1 September.
Afd. Walcheren.
Oostkapelle-Arnemuiden.
Algemeene Middens tandstentoonstelling.
Van 30 Aug.9 Sept. a.s. wordt in t
R.A.I. gebouw te Amsterdam de Alge
meene Middenstandstentoonstelling, de
Almitento, gehouden. In verband hier
mede heeft het weekblad „De Zakenwe
reld" te Amsterdam, een speciaal num
mer, gewijd aan deze tentoonstelling,
uitgegeven. In deze uitgave, is een aan
tal actueele en gewichtige onderwerpen
HET „ZEHEL".
De Vrouwe van 't Koren'of schraapte
de laatste boter uit het schoteltje en
keek met gefronste wenkbrauwen naar
den bodem.
„Wat zou-e 'k di noe mie doe-e
vervolgde ze het gesprek, „wan 'k
toch weinig zin, om dat zó mè deur te
litte haen", zó bie d'eêste keêr, zou
'k nog mè is zwiehe", raadde de Baas.
„Hebeurt het dan wee, dan zou 'k et in
fesoen zehhe, en, most het dan nóg is
plekke dan ku' je ze wat ruher aan-
pakke". „Hlad niks zehhe", overwoog de
Vrouwe, „dat is toch ók zó weinig,
Ik weet nie, of a 'k dat wè kan, öor",
besloot ze, Intusschen, om de juiste
woorden te vinden, waarmee ze het kon
zeggen, zónder het te zéggen, was nog
zoo gemakkelijk niet. Ze at zwijgend
haar boterham, en „zat mè te verzin
nen". En toen het koffiedrinken was af-
geloopen, zei ze: „Tona, hi jie noe eêst
mer is ni 't Mulders'oefje om beuter, mè,
noe mó j' is luustere, Flie weke, toen
zei je: „noe ei se de beuter mie 't zehel
nir onder in de scheutel eleid, dust, dat
kan 'k er noe nie uutaele". Mè, noe 'k
de scheutel hlad leegesmaerd, en ik bin
hin zehel tehen-ekomme. Dust, noe mó
je zehhe: „Vrouwe, je asjeblieft twi
pond beuter, en, z'ei evrohe, of a je de
zehels ni boven wil lehhe, wan, die doe
op het gebied van den Middenstand,
van de hand van terzake deskundigen,
opgenomen. De Minister van Economi
sche Zaken schreef een introductie voor
dit bijzondere nummer.
LAAT UW VREEMDE GELD
REGISTREEREN.
Men schrijft aan de N-R.Crt.:
Herhaaldelijk blijken nog Nederland-
sche reizigers naar Duitschland, of zij,
die via Duitschland reizen met bestem
ming naar elders, niet bekend te zijn
met de bepaling van de Duitsche devie
zen-controle, dat men bij passeering van
de grens verplicht is aan den met de
controle belasten ambtenaar op te ge
ven hoeveel vreemd geld men bij zich
heeft.
Teneinde groote moeilijkheden bij het
verlaten van het land te voorkomen, is
het gewenscht, ook al wordt hiernaar
geen navraag gedaan, bij binnenkomst
het bezit aan vreemde valuta te laten
registreeren, daar zonder meer geen
toestemming is te verkrijgen tot weer
uitvoer van het uit Nederland meege
nomen geld. Particulieren alsook de Ne-
derlandsche reiisbureaüx, die biljetten
verstrekken voor reizen naar Duitsch
land, alsmede voor passage op Duitsche
schepen, zullen er derhalve goed aan
doen op dit voorschrift attent te zijn, re
spectievelijk de aandacht hunner clien
tèle hierop te vestigen.
I. Afzenders onbekend stuk in de prul
lenmand. 2. Briefwisseling wordt over inge
zonden stukken geplaatst of geweigerd
niet gevoerd. 3. De kopij wordt niet
teruggezonden. 4. Maakt het kort!
NIEUWE SPELLING.
[In het weekblad „De Groene Amster
dammer" heeft een korte gedachtenwis-
seling plaats gehad tusschen de onder
teekenaars van het eerste en het twee
de hier onder volgende stuk. Dat blad
kon den eerstgenoemde voor de repliek
in dezen pennesüijd slechts een zeer be-
perkte ruimte afstaan, en op grond van
oei feit, dat de aanvaller tevens de
hoofdredactie van deze courant voert,
verzocht de aangevallene gelegenheid
tot breedvoeriger verweer in de Middel-
burgsche Courant. Aangezien zij steeds
aandacht aan den spellingstrijd schonk,
meende de tweede ondergeteekende
voor ditmaal het verzoek te moeten in
willigen. Hoofdred. M. C.]
Wanneer ik, na in „De Groene Am
sterdammer" zeer onvolledige voorstel
len tot wijziging in de voorgestelde nieu
we spelling te hebben gedaan, gaarne
me daarvan in het openbaar verant
woord en met zekere voorliefde in dit
blad, omdat ik naar aanleiding daarvan
werd aangevallen door dr. Smeding, dan
begrijpe men toch goed, dat ik mij bij
het definieeren van die voorstellen uit
sluitend heb laten leiden door dit één en
enkel principe, dat het met het oog op
het onderwijs en in het belang yan het
meerendeel van het volk als minder
taalkundig ontwikkeld, gewenscht
is aan den eenen, gebiedend nood
zak e 1 ij k aan den anderen kant, de
vereenvoudiging der spelling door te
voeren tot zoover als, maar tege
lijk niet verder dan de duidelijk
heid der taal of een ander van haar be
langen dit gedoogt. Hajawel, daar zijn
we: de grens! En buiten die grens
ligt volgens mij, er binnen volgens dr.
Sm. het weglaten van de naamvals-n.
Voorbeelden heb ik gegeven, dat dit
aanleiding kan geven tot een dubbelzin-
me 'r oltied rechtuut of, weet je."
„Afijn oor", zei Tona, toén ze terug
kwam, „ze veranderden hlad, toen a 'k
et zei. Ze schoot ineens zó rood as un
kraele".
„Of a se 't dan ok behrepen eit", stel
de de Vrouwe met voldoening vast, „mè,
da's hóed ok. Is dat noe un meniere, om
die zó mè, zonder spreken of spreeu
wen, beuter zonder zehel mee te heven,
a se dat noe eest is fersoendelik evro-
hen wan, noe mó je wete, 't ei nog op
't puntje van m'n tonge ele'he, om tegen
d'r te zehhen, da se voe mien die sme-
rehe diengers d'r nie op oefden te plak
ken. Mè toen doch 'k owee: „lit ze dat
êest zelleft mè vraehe",.... mè zó nie,
weet je".
Bij het Korenhof behoorde slechts 'n
enkele wei, van melkverkoop of boter-
maken kon dus geen spraak zijn.
Op 't Muldershoefje was het juist an
dersom; daar stond slechts één werk
paard op stal, maar „den têeltuun" lag
vol melkgerij. In "t schuurkot waren
twee meisjes druk bezig, en in de keet
zat de Vrouwe in ernstig gesprek met
den timmerman, „Mè, dan bè je opstan-
deg", verklaarde Jeroen, en berispte:
„je mag nie opstandeg weze."
„En jie mag nie floekel"', zei ze bits,
maar beleedigd viel Jeroen dadelijk in:
„ui-ui, Vrouwe, ui-ui, ei jie mien a is
ooit oore vloeke?" „Ik weet nie, "k
g'lóove 't nie, mè dirrom zu je 't toch
nigheid, die in officieele stukken wel
eens van bedenkelijken aard zou kun
nen zijn. Eén enkel voorbeeld, dat ik
gemakkelijk door meerdere zou kunnen
laten volgen, moet ik nu wel geven:
(nieuwe spelling)
Hier ligt
De man, die doodslag als de zwaarste
[zonde had verboden,
En die zijn eigen moeder in koelbloe-
[digheid ging doden.
Deze erezuil is voor hem opgericht.
Regelen, waarvan een verkeerde op
vatting niet mogelijk zou zijn, als de n
achter d i e niet was weggelaten.
Probeer het eens met vrouwelijke
woorden werpt dr. Sm. me tegen. Ze
ker, dan laat de oude spelling ons ook
in den steek. Maar ik zou dr. Sm, als in
een Gelijkenis willen vragen: Zult Gij,
blind reeds zijnde aan het eene oog, des
wege het andere Uw zorg onthouden
Op den lijdenden vorm beroept dr. Sm.
zich. Maar le is een omzetting niet al
tijd mogelijk, en 2e heeft een zin in den
lijdenden vorm naar zijn fijnste wezen
niet dezelfde beteekenis als dezelfde
zin in den bedrijvenden vorm. Ik kan
daar moeilijk meer van zeggen dan dit,
dat dr. Sm, dit met mij eens moet zijn,
mede naar aanleiding van de voorbeel
den, die ik hem gaf. Scherts terzijde ge
laten gelijk ik me veroorloofde over het
aanvankelijk ongewone aanzien der
woorden, waarin de c h is weggelaten
(visaas, verassen,) of de o o is vervan
gen door o: ik juich het toe, dat een Ne
derlander, U, een ander, zich niet pijn
lijk meer zal behoeven af te vragen, een
woord met o of o o te spellen, dat hij,
gelijk ik, misschien reeds gedurende
lange jaren zoo vaak ook fout gespeld
zag staan, dat hij soms niet meer wist,
welk gezichtsbeeld nu wel het juiste
was.
Taal is groei en leven en een enorme
moeilijkheid wordt opgeruimd, als een
leerling zich niet meer gesteld ziet voor
de vraag, of 't de vrouw met 't paar
se of paarsche jak was, die hem
een bars of barsch antwoord gaf of
barsch of bars hem antwoordde, al
is het dan waar, dat een stukje taalge
schiedenis er mee te Ioor gaat, daar die
c h haar beteekenis heeft gehad, gecon
stateerd het feit, dat ze in aanverwante
talen als het Friesch en het Noorsch niet
alleen aan "t eind der woorden, maar
ook in het midden nog gehoord wordt:
f i s k (visch), m i n s k e (mensch),
t e s k j e (dorschen).
Tegen de enkele e in de ópen letter
grepen, zonder meer, tegen het
weglaten der naamvals-n heb ik mij dan
ook alleen gekant. Ik doe het nog. Dr.
Sm. heeft ook tegen het eerste geen be
zwaar: we lezen geen lette rformu-
1 e s zegt hij, maar woorden. Volko
men waar. Maar het kind leert de
woorden alleen lezen, door ze eerst
als letterformules te ontle
den en de afzonderlijke teekens weer
saam te vatten tot een woord. En om
bij een enkel voorbeeld uit de vele het
te laten een kind dat de woorden
omberen, versomberen, anke
ren, kankeren, zadelen reeds
heeft ontmoet, zal nu, als het voor
plomberen, manke,ren en na
delen komt te staan, misleid door de
analogie, tot een verkeerde uitspraak
der laatste geraken, gezwegen nog van
de woorden met tweeërlei beteekenis
en tweeërlei uitspraak als: bedelen, kan
telen, legeren (drie bet.) wat bij de oude
spelling niet mogelijk was. Een accent
alleen in de schoolboekjes dan, stelt dr.
Sm. voor. Geheel mijn idee. Door de
letterformule met accent tot de
onmiddellijke opvatting van 't woord
zonder accent. En dan zijn beide partij
en in dit opzicht bevredigend tot elkaar
gebracht,
In „Roeping der Kunst" beklaagt de
auteur zich, dat niets het Hollandsche
volk bindt tot een gezin. Laat het, nu
het bezwaarlijk al haast schijnt één In
volkslied ons te toonen, ten minste één
wè is doe-e, dienk 'k", hield ze vol.
„Nee-e, nee-e, Vrouwe, ni-nF', zei Je
roen ernstig, „dat mag je nie zehhe; dat
a je nie seker weet, di mag je nie over
prate."
„Nou, mer, afijn", zei de Vrouwe on
geduldig, „dat doet er ier noe niks toe;
a jie noe mer un slot mikt op de spinne.
Dienk je dafk sot bin. Dan zou die kon-
terleur d'r mie z'n neuze bie wille stae,
a'k un potje beuter inlehhe, en dan een
loodje d'r an. Dan zou zeker iedere keer
a'k un pond beuter wil lange, êest die
vent motte komme, om de pot open te
doen, en dan a wee toe. Je zu' t'r nie
fan óore." „Mè, Vrouwe waarschuwde
Jeroen, „a tie noe ziet dat er een slot
op de spinne is, dan je hróote kans,
dat 'n d'r nèt in kieke wil,en dan
wor je epakt.'" „Dan pak 'k n mè te
rug'!, beloofde ze grimmig, mè, vast
hin nood dor, ie kom t r nie in,
Den volgenden Zondagmorgen kwam
Tona zeggen: „Vrouwe, je zu nie mee
kunne rie-e, ni de kerreke, wan d'n
Baes kan den auto nije an de hank
kriehe." Een poosje later kwam ze
weer: ,ie is a emikt, óor, 't waer mer
een kleinegheid, is kust et zelleft.
„Nee-e" zei de Vrouwe van t oefje, uit
de hoogte, „een auto, dir a op Zondag
an ewerrekt is, di wil i k nie in rie-e.
de Vrouwe van d'Oeve.
dan zijn in het geschreven woord. En
dat moet mogelijk zijn, want niemand
voert dezen strijd met ander belang
voor oogen, dan naar zijn beste weten
dat der moedertaal alleen.
H. Bouma.
De heer H. Bouma is, dit zij met
vreugde vooropgesteld, verre van con
servatief. Hij is voor vereenvoudiging
èn voor eenheid, strenge eenheid. In
deze beide beginselen vinden wij eikaar
dus reeds.
Driekwart van hetgeen 't compromis-
Marchant ons brengt, 'sanctioneert de
de heer Bouma verder. Eigenlijk nóg
meer.
Twee bezwaren houdt hij over, en
die verdedigt de heer B. taai: de naam
vals-n en de e in open lettergrepen.
Wat die n betreft: zij helpt of
hielp ons tot dusverre uitsluitend in,
toch in elk geval niet alledaagsche, zins
constructies. Want voor de vrouwelijke
helft der woorden laat zij ons in den
steek.
Hier een andere vorm van 't rijmpje:
Hier ligt
De vrouw, die doodslag als de zwaar
ste zonde had verboden,
En die haar eigen moeder in koelbloe
digheid ging doden.
Deze erezuil is voor haar opgericht.
Het werd nu door dit „haar'" in den
laatsten regel (voor de moeder of voor
de dochter?!) schijnbaar nóg dubbel
zinniger maar het nuchter verstand
zegt den niet al te dommen lezer toch
onmiddellijk, dat men wel een eerezuil
voor een slachtoffer van een nobel
denkbeeld, niet voor een moordenares
opricht?
Tenslotte is, in gevallen als dit, dunkt
mij, den dichter of rijmer ook onder het
régime-Marchant het gebruik van die
n toegestaan.
Inzake de e in open lettergrepen. De
schooljeugd heeft tot dusverre ook
en zonder het verlangde accent lee-
ren onderscheiden tusschen:
ganzepen en lettergrepen;
enteren en interen;
verspelen en kerspelen;
zij leerde dit zien en verstaan door het
logische zinsverband achter de letter
formules.
Theoretisch is er dus aan 't accent,
dat de hr. Bouma bepleit, naar mijn
meening geen behoefte. Des geachten
inzenders groote en langdurige ervaring
op onderwijsterrein kan hem echter
doen weten, of het practisch gewenscht
of noodzakelijk is, als hulpmiddel bij 't
leesonderwijs, naar den trant van het
streepje, dat in de lagere klassen de
lettergrepen scheidt, en dat later ver
valt, ook tijdelijk het accent in te voe
ren.
Daartegen zal zeker niemand bezwaar
hebben.
Met den wensch van mijn hooggeach-
ten opponent, dat Nederland eens weer
één worde in het geschreven woord,
stem ik van harte in.
Dat beoogt minister Marchant ech
ter ook.
Of hij dat oogmerk bereiken zal,
zal mede afhangen van de bereidheid
der oppositie, haar hoofd te buigen voor
wat van overheidswege werd vastge
steld om een einde te maken aan een
strijd van 40 jaren.en aan, wat veel
erger is, den steeds toenemenden chaos.
Smeding..
Notaris J. L. van der Harst heeft
Zaterdag te Arnemuiden in het café
Spoorzicht, aldaar, des middags ver
kocht.
Perceel 1. Een huis en erf in de gem.
Arnemuiden aan den Molenweg
gemerkt C 52, kadastraal aldaar bekend
sectie G nummer 1534, groot 1 Are 15
c.A.
In koop toegewezen aan A, S. Roth,
notarisklerk, te Middelburg q.q. voor de
som van 1920.
Perceel, 2. Een perceel bouwland, lig
gende aan den Keetdijk te Arnemuiden,
kadastraal aldaar bekend sectie F num
mer 671 groot 7 A. 21 c.A.,
In koop toegewezen aan C. Oreel,
zonder beroep, te Arnemuiden q.q. voor
de som van 250.
Kortgene.
Van 1124 Aug.
Getrouwd: A. Goudswaard 23 j. en M.
T. Bouwense 19 jM. J. Bustraan 27 j.
te Wissenkerke ex; P. A. L. Bouwense
23 j.
Bevallen: E, de Looff geb. Broekho
ven z.
Overleden: C. Schippers 66 j. we-
duwn, van W, C. Coomans.
Aardenburg.
Van 1925 Aug.
Bevallen: L. N. de Clercq, geb. van
Overloop, z.; E. L. Moens, geb. Baerde-
maeker, z.
Elec. Drukkerij G. W. den Boer, M burg