ONDERWIJS. RECHTSZAKEN. SPORT. WALCHEREN. ZUID-BEVELAND. NOORD-BEVELAND. Domburg honderd jaar badplaats. DE ONTVANGST VAN PRINS WILLEM DE IV IN ZEELAND, g e r s, bracht dank voor deze woorden en zeide, dat als de fusie tot stand komt, er eed nieuwe organisatie is en die kan dan toch wel spoediger te Vlis- singen komen vergaderen. De omstan digheden, waaronder eene vergadering gehouden wordt, zijn misschien nog nooit zoo klemmend geweest als op dit oogenblik, aldus spr. Verder echter geldt dit niet voor den Bond als zoodanig; die gaat steeds vooruit en neemt een steeds voornamer plaats in het Neder- landsche bedrijfsleven in. Het doet weldadig aan, dat uit de le den de wensch. naar voren is gekomen om den Patroonsbond en den Ned. Aan- nemersbond tot één samen te voegen. De nieuwe tijd en de omstandigheden stellen hun eischen en men moet het oog in de eerste plaats gericht houden op de toekomst. Het gepubliceerde jaarverslag en de rekening van den penningmeester werden goedgekeurd met dank aan de betrokken functionarissen. De voorzitter, de aftredende algemee- ne- en de districtsbestuursleden wer den alhier herkozen. Hierna kwam het belangrijke punt aan de orde, n.l. de bespreking van het rap port der Commissie ingesteld door Pa troonsbond en Ned. Aannemersbond over de wenschelijkheid en mogelijkheid Van een nauwer» verband tusschen beide bonden. Het voorstel van het Bondsbe- stuur luidde om in principe te besluiten op den grondslag van dat rapport over te gaan tot samensmelting met den Ned. Aannemersbond. Zooals te verwachten was lokte dit voorstel nog wel eenige bespreking uit. Bij de stemming hield alleen de afd. Bussum zich afzijdig. Het voorstel werd verder met algemeene stemmen aange nomen. Met het rapport over de instelling van een Pensioenfonds vereenigde de ver gadering zich zonder discussie of stem ming. De vergadering werd daarop verdaagd tot Donderdagmorgen. Des avonds had in de eetzaal van „Britannia" de gemeenschappelijke maaltijd plaats. RAAD VAN OOSTKAPELLE. De bouwverordening. OOSTKAPELLE. Woensdagmorgen vergaderde de Raad voltallig. Voorzitter burgemeester Van Teijlingen, De Voorz. las het besluit voor van de Kroon, waarin het beroep door den Raad ingesteld tegen het besluit van Ged. Staten, inzake artikel 22 der bouw verordening, ongegrond is verklaard. B. en W. stelden nu den Raad voor om de bouwverordening vast te stellen zooals Ged. Staten aangeven. Z.h.s. al dus besloten, nadat de heer Brand verklaard had, dat hij zulks deed onder protest, evenals de heer Z w e m e r, die nog zeide te gelooven, dat er bij „hoo- gerhand" meer belang bestaat voor na tuurschoon, dan voor het scheppen van werkgelegenheid. Het consept-reglement inzake stabili seering der jaarwedden van burgemees ter, secretaris, wethouders, ontvangers en ambtenaren van den burgerlijken stand werd z.h.st. goedgekeurd. Op een verzoek van P. de Kam om vermindering van schoolgeld werd gun stig beschikt. Bij de rondvraag vestigde de heer d e K a m de aandacht van B. en W. op het rapen van schelpen op het strand als werkobject. Onderzoek werd toegezegd. Nogmaals bespraken de heeren BrandenZwemerde nieuwe bouw verordening, hoofdzakelijk de afstanden der te bouwen woningen in duin- en boschgebied, alsook het bouwen aan een verharden weg, waarbij in het laatste geval, de afstanden niet in aanmerking zouden komen. Nadat over dit punt alle leden hun meeningen gezegd hadden, sloot de Voorz. de vergadering. IERSEKE. De heer J. de Koeijer Sr. wilde zijn tuinpaadjes teeren en kook te daarvoor in zijn keuken een paar emmers koolteer op de kachel. Onver wachts vloog een emmer in brand. Al leen .door kordaat optreden van den heer Jac. Krijger kon worden voorko men, dat de keuken geheel uitgebrand. Na blussching bleek de schade echter toch nog aanzienlijk. Deze wordt door verzekering gedekt. KORTGENE. Woensdag is het op het Kortgeensche Veer erg druk geweest. De landbouwers van Noord-Beveland gingen in drommen naar de landbouw tentoonstelling te Kruiningen. De veer boot kon den grooten aanvoer van au to's, motorfietsen, rijwielen en menschen niet verwerken. lederen keer was de veerboot stampvol geladen. Er werd tel kens heen en weer gevaren, doch voor dat alles aan Wolphaartsdijksche Veer gelost was, wees de dienstregeling weer het uur van vertrek aan. Aan het Kort geensche Veer stond den geheelen och tend, tot in den namiddag toe, een lan ge rij auto's te wachten. Sommigen heb ben twee uren geduld moeten hebben, voor dat ze met de veerboot overgezet konden worden. Natuurlijk was een en ander voor de wachtenden niet bijster prettig. KORTGENE. Evenals in alle gemeen ten, geeft het probleem der werkloos heid ook in deze gemeente, veel zorgen. Tot nog toe werden er hier geen ont spanningsavonden of cursussen voor de werkloozen gegeven. Er zal nu evenwel getracht worden, om in het a.s. winter seizoen daarin verandering te brengen. Eenige jongelui, onder leiding van den heer Piet Noordhoek, beijveren zich om een zaal te krijgen, waarin de werkloo zen ondergebracht kunnen worden, en waarin ze hun avonden goed en nuttig kunnen doorbrengen. Het voorloopig co mité boekte reeds een aantal donateurs en leden, terwijl verschillende ingezete nen een gift voor het mooie doel gaven. De actie zal ook op de werkloozen zelf geconcentreerd worden. Om het doel van het comité verwezenlijkt te zien, zou ieder ingezetene deze actie moeten ondersteunen. Vorstelijke personen kwamen er veelvuldig eenigen tijd door brengen. Hoe het groeide. Menschelijke honderdjarigen komen slechts sporadisch voor, want, hoewel dank zij onzen medici en onze verbeter de levensomstandigheden de gemid delde menschelijke leeftijdsgrens heel wat hooger ligt dan een honderd jaar ge. leden, is het slechts weinigen beschoren dien hoogen leeftijd te bereiken. Zaken en inrichtingen wier bestaan anders in dezen tijd ook vrij précair is hebben een betere kans en de hon derdjarige die wij op 't oog hebbende Domburgsche Zeebadinrichting' is er dan ook in geslaagd zich een eeuw in 't leven te houden. In 1834 toch werden uit een tweetal badkoetsen, aangeschaft door jhr. J, H. Schorer en jhr. mr. J. van Reigersberg Versluys de eerste zeebaden te Dom burg gebruikt en daarmee werd de grond gelegd voor de Domburgsche Zee badinrichting. Al spoedig deed zich de behoefte ge voelen aan een ontspanningsplaats aan zee en in 1836 lieten bovengenoemde heeren met de heeren Slicker van Dom burg, ScKorer van de Souburgen, G- J. Sprenger en Van der Mieden van Op meer een plan maken voor den bouw van een eenvoudig badpaviljoen. Aan vrijwillige bijdragen werd voor den bouw van dit badhuis een bedrag van ongeveer f 11.000 toegezegd, terwijl in 1837 Z. M. Koning Willem I deze som met een gift van f 2000 verhoogde tot f 13.000. Het plan voor den bouw-ontworpen door den stads-architect van Middel burg, den heer G. H. Graduss, kon toen ten uitvoer gebracht worden en het eer ste Domburgsche badpaviljoen werd den 22sten Juli 1837 door den heer mr. J. J. Slicher, ambachtsheer van Domburg, of ficieel geopend. Reeds voor de officieele opening n.m.l- op den lsten Juli werd het nieuwe ge bouwtje vereerd door het bezoek van Z. M. Koning Willem I, terwijl ook Ko ning Willem II bij zijn bezoek aan Dom burg op 24 Augs. 1841 en Koning Wil lem III bij zijn bezoek aan onze bad plaats op 25 Mei 1862 in het badpavil joen verwelkomd werden. Over gebrek aan belangstelling van de zijde van vorstelijke personen heeft de badplaats Domburg' trouwens nooit te klagen gehad. Vóór te Domburg aan baden werd III. Den volgenden dag verliet Z. H. Mid delburg. De Admiraliteit 'van Zeeland stelde de noodige jachten ter beschik king. Tegen den middag vertrok de prins van Vere naar Goes, waar hij in den namiddag aankwam en door den Burge meester bij zijn jacht werd verwelkomd. Later werd hier ook het bestuur der stad door Z. H. ontvangen. De heer Keetlaar, oud-burgemeester, hield eene toespraak. Vervolgens werd Z. H. door het bestuur naar het Stadhuis geleid, waar hij zich geruimen tijd voor de openstaande ven sters heeft opgehouen. Te Goeds was men ook druk bezig geweest voor een groote ontvangst. De Goesche burgerij had zich buitengewoon beijverd om bij de andere steden der provincie niet achter te staan in feestelijke vertoo ning. Men had plm. 180 eerepoorten op gesteld, welke op allerlei wijzen waren versierd, 's Avonds waren alle huizen geïllumineerd. f Later op den dag ontving de prins de afgevaardigden van de verschillende kerkeraden. In het Schuttershof van den Handboog gebruikte Z. H. het middag maal, en vertrok om 10 uur naar Nisse, naar het buitenverblijf van den Am bachtsheer, <om 'aldaar gedurende zijn verblijf op Zuid-Beveland te logeeren. Toen men te Goes vernam, dat Z. H. bij Zijne komst daar niet zou overnach ten, heeft men nog eene poging gedaan om Z. H. te bewegen zijne reis zoo te regelen, dat hij den nacht te Goes door zou brengen. Voor dit doel werd hem gedacht, werd de toenmalige smalstad reeds bezocht door den Prns van Oranje (den Vader des Vaderlands). Prins Mau- rits, de Prinses van Oranje, echtgenooie van Prins Frederik Hendrik, Prins Wil lem V, Koning Lodewijk Napoleon, en Keizer Napoleon. In den lateren tijd werd de badplaats Domburg bezocht door den Koning en de Koningin van België (1885); in het jaar 1889 verbleef de Koningin van Rou- menië gedurende verscheidene weken in de Villa Duinoord te Domburg', terwijl de Prins en Prinses von Wied (Prinses Marie der Nederlanden) in 1888 en '89 hun intrek namen in het Hotel Villa Ma rina (thans Hotel de l'Europe). De Prin ses von Wied herhaalde haar bezoek in 1892, 1894 en 1895. Laatstgenoemde bezoeken waren evenals die van den Groothertog van MeckelenburgSchwerin en van Prin ses Marie van Sacksen-Meiningen in 1908 een gevolg van het besluit van dr, Mezger om des zomers op Domburg praktijk uit te oefenen, een besluit dat voor de badplaats Domburg van groote beteekenis is geweest en er veel toe bij gedragen heeft om het afgelegen Dom burg een Europeesche bekendheid te g'even. In 1894 werd Domburg bezocht door H. M. de Koningin en H. M. de Koningin Regentes, terwijl Z- K. H. Prins Hendrik Domburg meermalen bezocht. Uit de namen der stichters van het Domburgsche Zeebad valt wel af te lei den dat Domburg in den beginne be schouwd kon worden als te zijn een bad plaats voor de aanzienlijke Zeeuwsche families die toentertijd nog in en om Middelburg woonden. De gebrekkige verkeersmiddelen maakten een bezoek aan Domburg voor hen, die buiten Zee land woonden dan ook vrij bezwaarlijk. Van de Zeeuwsche families alleen kon Domburg als badplaats op den duur ech ter niet blijven bestaan; de kosten wer den dan ook niet goedgemaakt, zoodat in 1859 zelfs ernstig aan opheffing werd gedacht. Wederom werd toen de* zaak door vrijwillige bijdragen van belangstellende Zeeuwen in stand gehouden en daarna braken er langzamerhand betere tijden voor het Zeebad Domburg aan, zoodat in 1865 zelfs overgegaan werd tot den bouw van het Badhotel dat oorspronke lijk gebouwd werd in den stijl zooals toenmaals voor buitenverblijven op Wal cheren algemeen gebruikelijk was, na melijk een middengedeelte van twee ver diepingen met aan weerszijden vleugels van één verdieping. Toch bleef ook toen nog Domburg in hoofdzaak de badplaats van de Zeeuw sche families, al vindt men in de Vreem delingen lijstjes uit dien tijd hier en daar al namen van niet-Zeeuwen onder de bezoekers. Dat ze echter nog maar spo radisch voorkwamen blijkt wel uit zoon lijstje uit dien tijd (17Augs. 1877), dat hier volgt; No- 7. Vreemdelinge n-1 ij st Domburg 16 Augustus 1877 zijn afgestapt In het Badhotel Mej. Smissaert van 's Gravenhage de dames Plaet van Leeuwarden In het Schuttershof de hr. Claus van Antwerpen In het dorp de hr. Meunch van Rotterdam de dames van den Broecke van Mid delburg de hr. en mevr. H. Boogaert van Mid delburg mej. Achilles van Middelburg de hr- en mevr. W. Sprenger yan Middelburg. Met 16 Augustus wordt hier bedoeld: ■*TA door den burgemeester Canissius diens huis aangeboden. De militairen van het eiland werden, voor zoover zij konden worden gemist, 29 Mei naar Goes gedirigeerd om dienst te doen bij de ontvangst van den prins. Zij werden in een kamp nabij de stad ondergebracht. Na twee dagen te Nisse verbleven te hebben en de versterkingen op het ei land in oogenschouw te hebben geno men, ging Z. H. op Donderdag 1 Juni des namiddags nabij Wemejdinge aan boord van zijn jacht en vertrok hij naar Zierikzee. Men kwam den volgenden dag aldaar aan. Zoodra men het jacht waarnam, waa'rin Z. H. was gejzeten, werd de aankomst bekend gemaakt met kanongebulder. Hier werd Z. H. met al le teekenen van eer en vreugde ontvan gen en ingehaald. Toen de prins aan wal stapte werd hij door het bestuur verwelkomd en hield mr. Nicolaas van der Schatte een toespraak, daarna werd Z. H. naar zijn koets geleid en gevolgd door de andere rijtuigen naar het huis gereden van mevrouw de wed. Cau, geb. Loncque, vrouwe van Oosterland, het tegenwoordge burgerweeshuis, waar Z. H. logeerde. Ook hier werd de stoet geopend en gesloten door een half escadron cavale rie. De Stadsboden met hunne roode mantels, het stadswapen op de borst dragende, liepen voor de koets van Z. H. Het garnizoen, op 16 Mei versterkt met het regiment infanterie „Oranje- Drenthe" en een week later nog met eene afdeeling ruiterij, stond opgesteld langs de route welke door Z. H. werd gevolgd. De versterking van militairen te Zierikzee hield ook verband met de in de week van 7 tot en met 16 Augustus. Een heel verschil zoo'n lijstje van Augs. 1877 met de lange reeks namen die men thans vaak opgenomen vindt in het Domburgsch Badnieuws (dat in 1883 voor het eerst verscheen). Trouwens, uit de in 1877 door W. de Famaer T^estas vervaardigde aquarel van het badstrand blijkt wel dat het bezoek aan Domburg toen nog maar zeer matig was, een drietal ouderwetsche bad koetsen voorzien van huizen om onder te baden ziet men er op afgebeeld en hier en daar over het strand verspreid zitten en loepen enkele menschelijke wezens De bloeitijd brak voor Domburg dan ook eerst eenige -aren later aan toen dr. Mezger hier een villa liet bouwen (1886) en spoedig daarop des zomers hier zijn praktijk ging uitoefenen waar door talrijke vorstelijke en aanzienlijke personen Domburg bezochten en de plaats een buitenlandsche bekendheid verwierf. Toen bleek al spoedig het oude bad huis te klein en te primitief; het werd na een vijftigjarig bestaan in 1888 af gebroken en in 1889 werd het nieuwe wat meer landwaarts gelegen badpavil joen in gebruik genomen; dit bestaat thans nog behoudens bij en ver bouwingen in zijn oorspronkelijke vorm. Vinden we op de vreemdelingenlijst voor de maanden Juni, Juli en Augustus 1880 in totaal 73 namen, uit het Bad nieuws van 1890 blijkt dat onze bad plaats dat jaar bezocht werd door 828 personen terwijl 2500 baden werden ge bruikt. Dat sommigen onzer Zeeuwsche be zoekers die invasie van hun badplaats met leede oogen zagen behoeft werl geen betoog en is van hun standpunt be zien begrijpelijk. De vooruitgang van Domburg was echter niet meer te stuiten. Dr. Mezger had den lof van Domburg gezongen en wie er eenmaal geweest was lkwam on der de charme van het rustige plaatsje met z'n bosschen vlak aan zee, z'n een voud en gemoedelijkheid. En aoo zien we Domburg vooruitgaan; in 1900 was het aantal gasten gestegen lot 1203, het aantal baden tot 4381; in 1910 tot 1887 resp. 5961, in 1920 tot 2746 resp. 10-073 en in 1930 tot 3937 resp. 11.282 (het hoogste aantal gebruik te baden bedroeg 16.075 in 1928). Thans heeft Domburg waterleiding en electrisch licht, de hotels en de meeste pensions zijn voorzien van vaste wasch- tafels met warm en koud stroomend wa ter, zoodat de oudste badplaats van Zee land nu ook op dit gebied kan concu- reeren met haar zusters langs de kust. Op Domburg blijft echter het eenvou dige stempel ge-drukt, dat velen juist zoo aantrekt en steede weer terug doet kee- ren. Als alle andere oorden die 't van vreemdelingen-bezoek moeten hebben, maakt ook Domburg een moeilijke tijd door waarin verbetering van beteekenis niet zal kunnen komen voor en aleer de Duitschers wien een verblijf op Ne- derlandsche badplaatsen thans vrij wel onmogelijk gemaakt wordt onze bad plaats weer ongehinderd zullen kunnen bezoeken. Dat neemt niet weg, dat het in de be doeling van het bestuur der Domburg sche Zeebadinrichting ligt het eeuwfeest van Domburg's Zeebad zij het op be scheiden wijze eenigszins feestelijk te vieren en hoopvol de tweede eeuw in te gaan. P. J. E- onlusten, die aldaar hadden plaats ge' vonden en tevens voor de veiligheid van de leden der stadsregeering. Na 't passeeren van Z. H. en het gevolg sloot de infanterie zich achter den stoet aan. Bij het verblijf van Z. H. defileerde het garnizoen. Zoodra de prins aan wal was gestapt begonnen de klokken te spelen en ble ven dit met eene kleine onderbreking doen tot 'snachts één uur. Den eigenaars van de schepen liggen de in de haven was verzocht van hunne schepen de vlaggen te doen wapperen. Den volgenden dag 3 Juni bezocht Z. H. Jacob de Jorig, burgemeester van Zierikzee,, en gebruikte bij dezen bet middagmaal. Na afloop hiervan heeft de prins bij denzelfden 'thee gedronken en zat hij voor een der geopende ramen, zoodat iedereen hem kon zien. Vele burgers die passeerden zwaaiden met hunne hoeden en riepen: „Viva Oranje". De prins woonde op Zondag 4 Juni de kerkdienst, gehouden in de Groote kerk te Zierikzee, bij. Na de redevoe ring van ds. Canzius verliet Z, H. de stad om zich te Zijpe aan boord van zijn jacht te begeven ter voortzetting van de reis naar Holland. De deputatie uit de Staten van Zeeland vergezelde Z. H. tot Delft en keerde toen terug. De Provincie Zeeland liet een gouden doos vervaardigen, waarop het wapen van de provincie, om daarin te leggen Z. H. commissiebrief. De kosten van het verblijf van Z. H. te Middelburg, Goes en Zierikzee wer den betaald door de provincie, terwijl die van Vere en Vlissingen voor reke ning kwamen van die steden. flngez. Med.) Aan de Universiteit te Leiden slaagde voor het candidaatsexamen ge neeskunde mej. J. E. Bedet te Goes. Aan de Middelbare Meisjesschool (Pensionaat Jerusalem) te Venray slaag de voor het eindeixamen mej. J. Wil- king te Hulst. Woensdag zijn geslaagd voor 't examen tuinbouwvakonderwijzer de heeren A. den Hollander te O o s t k a- p e 11 e voor groenteteelt en M. Paarde- kooper te Kloetinge voor fruitteelt. Arrond. Rechtbank te Middelburg. In de zitting van 20 Juni werden de volgende vonnissen uitgesproken: verduistering: W. M. W. E. S-, 24 j., reiziger, 's Gravenhage, gedetineerd 3 mnd. gev. straf met aftrek voorarrest; een paard te zware lasten doen trek ken: D. W., 26 j., voermansknecht, Mid delburg, bevestiging van het vonnis van den Kantonrechter 25 of 10 d. hecht.; iemand trachten te bewegen een straf baar feit te plegen: L. van R., 43 jaar, zonder beroep te Ter Neuzen. Vrijspr.; overtreding Motor en Rijwielwet: A. N. K., 24 j., vrachtrijder, 's H. Arends- kerke, bevestiging van het vonnis van den kantonrechter 40 pf 20 d. h.; kraam open houden na sluitingstijd: J. J. A., 34 j., koopman Middelburg, be vestiging vonnis van den kantonrechter 5 of 5 d. hecht.; een dier noodeloos pijn doen onder vinden: P. R., 26 jaar, vrachtrijder, Zeu- telande, bevestiging van het vonnis van den Kantonrechter 25 of 10 d. h.: overtreding vent-vergunning: F. G. L„ 23 koopman, Veere, bevestiging van het vonnis van den kantonrechter 5 of 5 d. hecht.; overtreding Motor- en rijwielwet, Ch. L.r 27 j„ garagehouder, Vlissmgen, be vestiging van het vonnis van den kan tonrechter 15 of 10 d. hecht.; overtreding crisiszuivelwet: P. Th. V,, 36 j-, melkhouder, Schore, bevestiging van het vonnis van den kantonrechter j 25 of 10 d. hecht.; overtreding Jachtwet: A. M. B., 20 j-, werkman, Vrouwenpolder bevestiging vonnis van den kantonrechter 10 of 10 d. hecht, en verbeurdverklaring ijzer- draad; Postduiven. De ,,0 ostburgsche Snelvliegers hielden Zondag 17 Juni een wedvlucht van Breteuil uit, waaraan 186 duiven medevlogen. De eerstaankomende duif had een snelheid bereikt van 1245.5 m per minuut. De prijzen werden behaald als volgt: P. Rijkborst te Sluis le en 21e; A. Versprille te Nieuwe Sluis 2e en 26e; R. van de Voorde te Sluis 3e, 5e en 13e; J. van Balkom te Sluis 4e en 42e; P. de Meij te Oostburg 6e; M. Mabesoone te Oostburg 7e en 8e; C. de Meijer te Sluis 9e; I. Misiljé te Cadzand lOen 30e; P. Baas te Oostburg lie; W. Klaaijsen te Breskens 12e en 17e; J. Focke te Sluis 14e, 44e en 1 overduif; A. Putter te Cad zand 15e en 43e; A. Vermeulen te Bres kens 16e; P. Barra te Oostburg 18e; B. P. de Ridder te Cadzand 19e, 33e en 41e; Iz. Buijze te Retranchement 20e; J. Pleij- te te Breskens 22e, 24e. 28e en 35e; P- Goossen te Retranchement 23e; W. Kie vit te Aardenburg 25e; A. de Baets te Sluis 27e; W. van Acker te Cadzand 29e; J. van Hee te Cadzand 31e; M. Pro vo te Cadzand 32e; G. Pleijte te Cad zand 34e; A. Risseeuw Sr. te Oostburg 34e en 38e; A. de Lijser te Zuidzande 37e; J. Evers te Aardenburg 39e; K- Groosman te Hoofdplaat 40e; P- C. de Meij te Cadzand 45e; A. de Veij te Bres kens 46e; J. Steurrijs te Zuidzande 47e; Dusarduijn te Sluis 1 overduif.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1934 | | pagina 6