Verkade brengt
't voordeel aan
UW kant!
VERKADE'S BESCHUIT
HONIG'S BOUILLONBLOKJES thans 6 voor lOct.
KRONIEK van den DAG.
FORTINBRAS,
ZEELAND.
cent
p. rol
=_.-_.*. --*%>■
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEÜWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN WOENSDAG 6 JUNI 1934
No. 131.
DE KOOPMAN IN GELUK,
MIDDELBURG.
WALCHEREN.
Heel vaak is een prijsvermindering
tegelijk een kwaliteits-verminde-
ring bij VERKADE kunt U dat
echter niet verwachten!
In prijs verlaagd in kwaliteit ech
ter even voortreffelijk als vroeger
dat is 't principe, waarop Verkade's
bedrijf is opgebouwd! Dat is tevens
de oorzaak, waardoor héél Neder
land den naam Verkade ziet als
het symbool van het allerbeste!
Zoo is het ook met beschuit! Ver
gelijkt Verkade's beschuit, die nu
slechts 9 cent per rol kost, met
elk ander merk en oordeelt zelfl
Het anti-semitisme in Duitsch-
land. Ontdekkingen van de
„Angriff', Contemplatieve
Ariërs en nog iets.
Wij hebben" gisteren aan het slot van
onze beschouwing over de oplossing van
het Saarprobleem de onderstelling ge
uit, dat men, ondanks de garantie van
de Duitsche regeering, er niet gerust op
kan zijn, dat polit'ieken tegenstanders
der nazi's in het Saarg'ebied, na even-
tueele wederïrilijving hij Duitschland,
geen overlast zal worden aangedaan.
Daarmee stelden we geen wantrouwen
tegen de opréchtheid der Duitsche re
geering doch wantrouwen tegen haar
macht, om zekere hartstochten harer on
derdanen in toom te houden. Het fascis
tische regime in Duitschland verschilt
ook in zooverre van dat in sommige
andere landen, dat het slechts tot een
zekere grens autoritair of dictatoriaal
mag heeten. De macht van Mussolini in
Italië is veel omvangrijker dan die van
Hitler in het Derde Rijk. Mussolini ge
doogt geen eigengereidheden van zijn
onderdanen; zij hebben zich te houden
binnen de door hem getrokken gren
zen. Hitier echter moet het aanzien, dat
het luidruchtigste deel zijner volgelin
gen" voBrtdwrend dingen doet en zegt,
waar hij het in zijn hart niet mee eens
is. Hij voelt zich niet machtig genoeg,
om daar paal en perk aan te stellen.
Vooral geldt dit, ten aanzien van het
Joden-vraagstuk. De heeren machtheb
bers te Berlijn weten, hoezeer zij met
hun anti-semitisme eigen glazen hebben
ingegooid, hoezeer Duitschland te lijden
had en heeft van de in verband daarmee
ontsltane boycot-beweging iin het bui
tenland. Aan pogingen, om de anti-Jood-
sche hetze in te dammen, ontbrak het
dan ook niet. Onlangs leek het er op,
dat deze pogingen succes zouden heb
ben, doch sinds begin Mei werden de
goede verwachtingen weer een voor een
den bodem ingeslagen. De beruchte anti
semiet Julius Streicher, gouw-leider
van 't Frankenland, gaf toen een extra
nummer van den „Stürmer" uit, gewijd
aan het sprookje van den ritueelen
moord (Rabbi's, die bloed van Christen
kinderen drinken etc.) en daarmee is
het hek opnieuw van den dam geraakt.
Een golf van anti-semitisme overspoelt
sindsdien Duitschiknd.
Bijzonder fraai is de rol, welke de
„Angriff", het orgaan van dr. Goebbels,
in de nieuwe hetze speelt. Het blad
heeft „gegevens" verzameld, om aan te
toonen, wat voor een minderwaardig in
dividu een Jood eigenlijk wel is. Dezer
dagen kwam het met den oogst voor den
dag: een relaas van verschillende vor
men van z.g. driestheid en wangedrag
der Joden. Bij jgebrek iaan [steekhou
dend materiaal heeft de „Angriff" aller
hande pietluttigheden bij mekaar ge
sleept. Joodsche reizigers vertoonen oor
logsmedailles en lidteekens en gaan prat
op hun verrichtingen in oorlogstijd, zegt
het blad en beschouwt dat dan als een
soort van halsmisdaad. Alsof 'niet de
nazi's zelf door hun pathologische ver
eering van een ieder, die (vaak tegen
zijn zin) in de loopgraven heeft gestaan,
den Joden dit reclame-middel aan de
hand deden. Een ernstige g'rief is verder
de „truc" om Joodsche zaken een „a-
risch" voorkomen te geven, door blond
personeel te engageeren en getooid met
hakenkruis voor de deur te zetten. Als
of niet de nazi's zelf met hun komieke
rassen-theorie dergelijke „trucs" nood-
wenndig in het leven hebben geroepen.
Nog veel mooier maakt de „Angriff" 't
tenslotte met een lyrische ontboeze
ming over de schhoonheid der natuur,
waarop een Jood en een „Ariër" zoo
heel verschillend zouden reageeren.
Boer?
door
WILLIAM LOCKE.
34.
Heb ik het je niet gezegd, beste
vriend, antwoordde deze, dat Périgord
je aan hef hart zou drukken.
En dan was er Félise, die, als zijn
werkgeefster, hem Martin noemde, maar
buiten de diensturen, hem altijd betitel
de als Monsieur Martin. Tusschen bor-'
den en schotels bracht zij een atmos
feer van vrede, en haar aanmoedigende
woorden klonken lang na in zijn ooren.
Met een tact, die men alleen in Frankrijk
vindt, combineerde zij de autoriteit van
de meerdere met de achting van haar,
die zich verstandelijk de mindere voelt.
Zij vond zijn veranderen van betrekking
niet zoo heel belangtijk. Haar vader, de
alwijze en algoede, had het bevolen;
haar oom, wijs en goed, had er in toe
gestemd; Martin, bijzonder wijs en bijna
volmaakt, had het met enthousiasme
aanvaard. 'I Was niet aan haar om de
handelingen van ondoorgrondelijke man
nen te beoordeelen.
Zij ontmoetten elkaar noodzakelijker
wijze nu meer dan toen hij nog gast was
en daar zij te zamen vele gelijke belan
gen hadden, werd hun gemeenzaamheid
„Wij zagen kortelings, zegt het blad, een
Joodsch gezelschap kaartspelen bij een
meer. Na een onweersbui verscheen aan
den hemel een schitterende regenboog
en het leek, of de natuur herademde.
Maar de Joodsche kaartspelers keken
niet op. Druk pratend, in tegenstel
ling tot de Duitschers om
hen heen, die in stille con
templatie verzonken war en,
gedroegen zij zich, alsof zij en hun spel
het middelpunt van de wereld uitmaak
ten".
Het staat er lezer, zou Multatuli zeg
gen. Het staat er inderdaad, om te de-
monstreeren de voortreffelijkheid van 'n
(onnaspeurlijk) Arisch ras en de minder
waardigheid van het Semitische. Wij
zouden willen vragen, wat voor meening
de „Angriff er over het geestelijk peil
harer lezers op na houdt. Gaan dergelij
ke uitingen er nu werkelijk in in
Duitschland? Zou het inderdaad moge
lijk zijn, dat men zooiets voor goede
munt accepteert? Het is eigenlijk onge
looflijk. Elke Duitscher, 3ie niet door
haat verblind is, (en die zullen er heusch
nog wel zijn, ook buiten het troepje, dat
aan het meer van de „Angriff" in con
templatie zat verzonken) moet het kin
derachtige van dergelijke uitingen in 't
oog springen. En hij moet het zijne den
ken van een mentaliteit, die het aan
durft de zotternij af te drukken. De „An
griff zal het, bij gebrek aan contempla
tie, vermoedelijk niet beseffen, maar ze
beleedigt het Duitsche volk met dit
fraaie staal van journalistiek. En 't is
veel erger dan wat een „Stürmer" doet,
omdat het blad het lijforgaan van een
minister is, wiens naam de lading dekt.
DE DISTRICTSARBEIDSBEURS.
Jaarverslag 1933,
In het jaarverslag 1933 van den dienst
der Werkloosheidsverzekering en ar
beidsbemiddeling, tevens Districts-ar-
beidsbeurs voor de gemeenten tusschen
Ooster- en Westerschelde herinnert de-
directeur er aan, dat in de gemeentelijke
commissie van toezicht de heer P.
Francois als lid en secretaris is vervan
gen door den heer J. Mondeel, en dat de
door den Commissaris der Koningin be
noemde commissie van toezicht op de
districtsbeurs is geïnstalleerd. Van beide
commissies is nu de heer J. Onderdijk
voorzitter en de heer J. Mondeel secre
taris, Door de vele werkzaamheden,
voortvloeiende uit verschillende crisis
maatregelen, werden de kantoor-uren
verlengd, terwijl het personeel nog werd
uitgebreid met een controleur. Zooals in
het vorige jaarverslag is opgemerkt,
werd de beschikbare ruimte te klein. In
het laatst van 1933 kreeg de directie de
beschikking over de rechter-vleugel van
het gebouw en konden de afdeelingen
landbouw en steunverleening afzonder
lijk worden ondergebracht.
Helaas kon in 1933 weer geen sprake
zijn van eenige verbetering op de plaat
selijke arbeidsmarkt en moest de di
rectie voor het eerst sedert het bestaan
der beurs een aantal van meer dan 1000
werkloozen noteeren. Alhoewel de ijzer
gieterij gedurende 1933 het bedrijf op
gang wist te houden, is de toestand
overigens nog geenszins verbeterd. De
slapte in de bouwvakken bleef besten
digd en daardoor ook in de aanverwante
bedrijven. Ook op „De Schelde" te Vlis-
singen bleef de opleving uit. Wel daal
de het aantal ingeschreven werkzoeken
den van 2838 op 2673, doch dit is het
gevolg van het minder worden van het
aantal in -en afschrijvingen omdat de in-
dividueele werkloosheid van langer duur
blijft. Het aantal plaatsingen liep terug
van 896 tot 707 en dat der werkgevers-
aanvragen van 955 op 889.
De tijdelijke vakafdeeling voor den
landbouw, werkende voor Zeeland, Zuid-
Hollandsche Eilanden en West-Brabant,
bleef ook dit jaar bestaan. Om het ver
kregen contact te behouden werd in
Juli een kring Oosiburg gevormd voor
een tiental omliggende gemeenten.
Door een regelmatige propaganda wist
deze afdeeling haar aantal werkgevers-
aanvragen nog uit te breiden van 1560 op
1568. Het aantal voldane aanvragen liep
terug van 1300 op 1170. In den Wieringer-
meerpolder werden dit jaar 28 gezinnen
geplaatst, benevens 41 ongehuwde land
arbeiders. Het aantal verzekerde arbei
ders liep terug van 1738 op 1708. Aan
contributie is betaald f 20324 tegen
f 21.367 in 1932.
Werd in 1932 f 86077 uitbetaald aan
uitkeering, door verzwarende bepalingen
in de verschillende kasreglementen be
droeg dit in 1933 f 70.162.
Aan werkverschaffingsloon is uitbe
taald f 85822 tegen f 36010 in 1932. Aan
steun in totaal f 161559 tegen f 135861 in
1932.
RAAD VAN ST. LAURENS.
In principe besloten tot verbe
tering van het Breewegje.
SINT LAURENS. Maandagavond ver
gaderde de Raad voltallig onder voor
zitterschap van burgemeester Van 't
Hoff. Onder de ingekomen stukken be
vonden zich o.a. een dankbetuiging van
H.M. de Koningin voor de deelneming
betuigd bij het overlijden van H.M. de
Koningin Moeder; een mededeeling van
den Minister van Sociale Zaken, dat
werkloozen niet in het bedrijfsleven
mogen worden opgenomen; mededee
ling van de P.Z.E.M. dat 108 wordt
terugbetaald als derde uitkeering in de
kosten van het ondergrondsch laag
spanningsnet; brieven van het gemeen
tebestuur van Middelburg, dat alsnog
512 moet worden betaald voor leer
lingen, die Nijverheidsonderwijs in
Middelburg volgen en 91 voor kosten
ad. art. 104 der Lager Onderwijswet;
schrijven van den Minister van Biniïen-
landsche Zaken inzake het vaststellen
van een verordening op de Burger
wacht, welke verordening overeenkom
stig het medegedeelde concept werd
vastgesteld.
De v o o r z. deelde mede, dat aan ds.
J. H. van 't Hoff ongeveer 440 m2.
bouwgrond is verkocht naast het ge
meentehuis. De vergoeding bedoeld in
art. 101 der Lager Onderwijswet voor de
Bijzondere lagere school ter plaatse
werd voor 1933 vastgesteld op f 12.51
per leerling, en in totaal op f 700. Op
voorstel van B. en W. werd de zeker
heidstelling van den oud-gemeenteont
vanger P. Vader Hzn., nu de rekening
over 1932 is vastgesteld, opgeheven en
is hij als zoodanig gedechargeerd. De
verordening tot het heffen van loonen
voor het keuren van Vee- en Vleesch-
waren werd gewijzigd in dier voege, dat
9
(Ingez, Med.)
het keurloon bij afkeuring met 50 pet.
zal worden verminderd. De begrooting
voor 1933 werd gewijzigd, aangezien
dekking moet worden gevonden voor
den 512 te betalen kosten van Nijver
heidsonderwijs, hetgeen den heer M a-
r i n i s s e n aanleiding' gaf tot de vraag,
of het niet aanbeveling zou verdienen
aan Middelburg een schrijven te richten
om in het vervolg de kostenopgave re
gelmatiger te doen toekomen, waarop
de v o o r z. eenige toelichting gaf.
Na afloop van de vergadering van
den Raad werd door B. en W. niet de
Raadsleden het voorloopige plan tot
verbreeding en vernieuwing van de be
strating van het Breewegje ter plaatse
(Ingez. Med.)
grooter. 't Was nu de drukke tijd van het
jaar; het maken van de paté de foie
gras; de vetgemeste ganzen werden ge
dood, de gezwollen lever er uitgehaald
en uit de beukenwouden werden de
manden zwarte, wratachtige truffels,
door de varkens en honden opgezocht,
gebracht.
Martin, zooals ieder, die tot de huis
houding behoorde, stond den heelen dag
in de keuken, die vol damp hing, te hel
pen, onder het oog van een vakkundigen
chef, of in de lange, frissche werkkamer,
waar wit geboezelaarde meisjes, aan rij
en staande, het lekkere mengsel maak
ten en verpakten. Hier zwaaide Bigour-
din met saamgetrokken wenkbrauwen
den scepter met majesteit en Félise als
tweede kommandant, dribbelde glim
lachend ijverig' rond.
't Is goed om van alles te leeren,
zei ze tegen Martin, wie weet hoe blij
u eens zult zijn dat u paté de foie gras
hebt leeren maken.
En zoo kreeg Martin, ofschoon het
niet in het dienstplan van 't Hotel des
Grottes was opgenomen geweest, veel
onderricht van haar in deze délicate
kunst, die werkelijk heel prettig was. En
de meisjes keken onder de lessen toe op
de haar eigene manier en wisselden
blikken van verstandhouding en ieder
een was tevreden, behalve Bigourdin, die
zijn kalmte nog niet had herwonnen na
Corinna's weigering.
En ziet, in dit aardsch paradijs, daalde
toen neer Lucien Viriot.
Lucien kwam niet onverwachts. Zijn
vader, Monsieur Viriot, marchand de vin
en gros en een van het beroemde krin
getje van het Café de l'Univers, had al
een paar maanden er duchtig' van opge
geven, dat over eenige weken de jonge
man uit den dienst terug zou komen.
Martin had het hem hooren zeggen, Bi
gourdin had hem onder de wandeling
naar huis gesproken over de in den he
mel besloten verbintenis van de twee
jonge menschen en over zijn eigen een
zaam leven. Waar zou hij een andere
huishoudster vinden als Félise?
't Is zoo jammer, dat Corinna zoo
weinig gezond verstand heeft getoond,
zei Martin bij een van deze aangelegen
heden.
Bigourdin loosde een diepen zucht.
Ach, mijn goede vriend was zijn
eenige antwoord. De zucht en het „Ah,
mon vieux!" spraken van verbrijzelde
idealen.
Daar is nog Madame Thuillier, die
mij hielp, toen Félise klein was, ging hij
peinzend voort. Ze heeft ondervinding,
maar ze is zoo horribel leelijk, de arme
vrouw.
Waarop hij wederom zuchtte en zoo
bleef Martin in het onzekere over de
plaats, die hij deze niet schoone dame in
zijn huis had toegedacht.
Martin was in kennis gesteld van de
komst van den gewezen krijgsman. Fé
lise eveneens.
Maar ik kan u niet verlaten, mon
oncle, riep ze verslagen uit. Wat zou er
van u worden? Wie zou uw linnengoed
verstellen? Wat zou er worden van 't
Hotel en van de fabrique?
Bah! zei hij, knippend met de vin
gers over zulke onbeduidende overwe
gingen. De brave Madame Thuillier is er
immers.
En ik dacht, dat u een hekel aan
haar hadt, voor zoover u een hekel aan
iemand hebben kunt.
Je hebt 't mis, mijn kind zei Bigour
din. Ik heb groote achting voor haar. Zij
heeft'groote qualiteiten; ze is een vrouw
van rijpen leeftijd met veel gezond ver
stand. Hieruit blijkt hoe mannen met
twee monden kunnen spreken,
Oude snibbekat zei Félise.
Zwijg zei Bigourdin op strengen
toon. Want op zijn zachtst gesproken
beduidt une vieille pimbêche een leelijke
oude kat, die haar nagels uitslaat om te
krabben.
Neen, ik zwijg niet, lachte Félise
rebelsch. C' est une vieille pimbêche en:
ik wil u niet in haar gezelschap laten.
Ik wil niet van u weggaan. Ik wil niet'
trouwen,
Dat zeggen alle heel jonge meisjes,
zei Bigourdin. Maar als je Lucien ziet
komen, knappe jonge kerel met zijn neus
in den wind, dappere kleine Fransche
soldaat, en als hij je dan aankijkt met
zijn eerlijke oogen, dan zal je niet langer
zeggen: ik wil niet trouwen oom.
Ze lachte om de overdreven wijze,
waarop hij een jonge meisjesstem na
bootste.
En toch is het waar, antwoordde zij.
Er is niemand, met wien ik trouwen wil,
en Lucien, die zooveel mooie meisjes in
Parijs heeft gezien, zal ook niet met mij
willen trouwen.
Als hij dat niet doet, als hij durft
besproken, waarvan het resultaat was,
dat het plan zal worden uitgewerkt en
te zijner tijd in behandeling zal worden
genomen.
Niet alleen uit een oogpunt van ver-
keersverbetering, maar ook als object
voor werkverschaffing werd instem
ming met 't voornemen betuigd, terwijl
de burgemeester reeds nu mededeelde,
dat de kosten uit 'n gekweekte reserve
kunnen worden bestreden en dus geen
leening behoeft te worden gesloten.
RITTHEM. De nieuwe bestrating van
den weg RitthemOost-Souburg is na
aanbesteditg gegund aan den laagsten
inschrijver C. Wiskerke te Nieuwdorp
voor 22068. De raming was 25000.
Er waren 19 inschrijvers.
De weg zal ook aanmerkelijk ver
breed worden, voor zoo ver hij in ?3e
gemeente Ritthem ligt. Ook worden
eenige scherpe bochten geheel of ten
riep Bigourdin dreigend uit.
Wat dan? vroeg' Félise.
Dan zal ik een ernstig gesprek heb-
'ben met zijn vader, zei Bigourdin.
Dus waren Martin en Félise beiden
gewaarschuwd. Maar geen van beiden
sloeg veel acht op die waarschuwing.
Martin had altijd geweten van de be
stemming, die het almachtige tweeman
schap, besaande uit haar oom en Mon
sieur Viriot, haar hadden toegedacht,
en daar hij haar beschouwd had als
verbonden aan een ander, had hij voor
zichtig zich bewogen langs de grenzen
van het verboden land der Teederheid
met echte Martinachtige omzichtigheid,
waarmee Corinna hem nog niet zoo
lang geleden geplaagd had. En in dat
gemanoeuvreer langs de grens lag een
zekere bekoring. Met het Eeuwig
Vrouwelijke was Martin nog heel wei
nig in aanraking gekomen, het eenmaal
gekuste juffertje, dat rouwde met den
uien beminnenden loodgieter, en dan
Corinna, wier kort aangebondenheid
hem zoo van zijn stuk bracht, tot hij
zelf ook geleerd had kort aangebonden
te zijn.
En dan nog de derde: Félise, een
wezentje, dat, hij herinnerde zich altijd
de vooringenomen beschrijving van
Fortinbras, als een alpenbloem, waar
uit honig wordt gemaakt, een samen
stel van lieve, aardige, zachte hoeda
nigheden was
(Wordt vervolgd.)