I IN ZEELAND I MIDDELBURGSCHE FORTINBRAS, HONIG S BOUILLONBLOKJES thans 6 voor lOcl. KRONIEK van den DAG. COURANT TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEÜWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN ZATERDAG 26 MEI 1S..4. No. 122. FEUILLETON. DE KOOPMAN IN GELUK, EEN VIJFDAAGSCHE TOERISTIEKE EXCURSIE IN HET LAND VAN KONING LEOPOLD III. FINANCIEEL ECONOMISCH WEEKOVERZICHT. sm <e» alle orting. liddel- 8 ct. half half ons. Sfieuw- Oostenrijk De Nazi's weer actief Moet aartshertog Eugenius den weg naar Otto s troonsbestijging effenen De Nazi's in Oostenrijk zijn sinds eenigen tijd weer doende. Den dag voor Pinkster begon het lieve leventje met een serietje aanslagen op spoorwegen, die wonderlijk genoeg geen van alle rampzalige ongelukken ten gevolge had den Meer geluk dan wijsheid naar het schijnt, al moet het dan meer in de be doeling der belhamels gelegen hebben bet trein-verkeer te ontwrichten dan onheil te stichten. Vervolgens heeft men in den loop dezer week van verscheide ne bomaanslagen gehoord. De ergste vonden plaats te Salzburg, waar eerst een schouwburg het moest ontgelden, terwijl Donderdag het aartsbisschoppe lijk paleis en de kerk van het Hart van Jezus tot doelwit werden gekozen. Ver melding verdient verder een aanslag op de woning van den vice-kanselier Prins Starhemberg. Menschenlevens heeft een en ander niet gekost; maar schade werd wel aangericht. Vooral het aartsbis schoppelijk paleis moet leelijk toegeta keld zijn. Dat daarbij niemand letsel kreeg, is slechts te danken aan de om standigheid, dat toevalligerwijze nie mand öp het moment van de ontploffing in de buurt was. Men vraagt zich af, of dit misdadig gedoe de inleiding moet beteekenen tot Hen nieuwe en felle nationaal-socialisti- sche campagne in Oostenrijk. Het zou niet verwonderlijk zijn, aangezien de beruchte heer Habicht onlangs weer voor een Duitsche zender aan het woord is geweest en toen nieuwe agitatie aan kondigde. Bovendien heeft de Nazï-lei- der Frauenfeld, die dezer dagen voor waardelijk op vrije voeten was gesteld, de wijk na£r Duitschland genomen. Veel goeds kan zulks nauwelijks voorspellen. Maar aan den anderen kant lijkt het toch ook weer niet erg waarschijnlijk, dat de Duitsche regeering een nieuwe actie, van haar gebied uit geleid, erg op prijs zal stellen. Ze heeft de laatste dagen moeten ervaren, hoezeer het bui tenland ontsticht is over de heropleving van het anti-semitisme en kan daar om van meening zijn, dat het maar be ter is, geen reden tot nog meer ontstem ming te geven over een nieuwe anti- Oostenrijksche politiek. Telkenmale ge ven Hitier c.s. er blijk van, dat hun toch nog wel iets gelegen is aan de open bare meening buiten de Duitsche gren zen. Op grond daarvan mag men mis schien eenige hoop koesteren, dat Oos tenrijk het voor ditmaal niet al te zwaar te verantwoorden zal krijgen. Het heeft verder, wat de situatie in Oostenrijk betreft, de aandacht getrok ken, dat aartshertog Eugenius van Habsburg er teruggekeerd is. Naar aan leiding daarvan raakt men gemakkelijk aan het peinzen over de mogelijkheid van een herstel der monarchie. De terug keer van den aartshertog is mogelijk ge worden, doordat de Oostenrijksche re geering onlangs de wet heeft ingetrok ken, welke den Habsburgers het verblijf in het land ontzegde. Tevens hebben ze toen hun eigendommen teruggekregen. Het was reeds geruimen tijd bekend, dat aartshertog Eugenius, die een volle neef van wijlen keizer Franz Jozef is, zich weer in Oostenrijk wilde vestigen. Er waren zelfs plannen in den maak, om hem op luisterrijke wijze te ontvangen, .eer verstandig heeft men daar echter van boogerhand een stokje voorgesto ken Op het Weensche station is hij ver welkomd door den minister van oorlog, prins Schönburg-Hartenstein en enkele 2™*?' V°°r de rest geen nieuws, iwm luidruchtige ontvangst zou de po litieke gemoederen maar noodeloos op door WILLIAM LOCKE. 25) Martin, kalm neergedoken in zijn rieten stoel, stak een nieuwe cigaret op en sloeg monsieur Camille Fargot kalmpjes gade. Deze stond in de deur opening met zijn rug naar de vestibule, boos te turen naar zijn kleine auto. ^Dus dat was de oplossing van Co- rinna s raadsel. Met haar hoedje, waar op het faizantenveertje, was ze hem gaan telegrafeeren. En te zijner eer was ze zoo keurig gekleed. En om onge stoord met hem te kunnen praten had ze hem, Martin, naar Bourdeilles willen sturen. Dit was nu de beroemde stu dent m de medicijnen, die Corinna's hart veroverd had. Martin vond hem e,en, dgewonen jongen student, zoo- J er zo° velen had gezien op Mar gin s school. Hij had iets onbestemds en knorrigs over zich, 't soort man over wien Corinna den scepter zou zwaaien en die niets zou hebben in te brengen. Daar hij vriendelijk van aard was, kreeg '^en me* Camille Fargot. Hij voelde de verzoeking over zich komen om naar hem toe te gaan, 'n hand op zijn gewonden hebben, en hier en daar in 't buitenland niet met welgevallen zijn bekeken. Er gaan geruchten, dat het in de be doeling zou liggen, aartshertog Eugenius in den herfst van dit jaar tot bondspre sident van Oostenrijk te kiezen, als op volger van den huidigen functionaris Miklas. Hij zou op die wijze dan den weg moeten banen voor een troonsbe stijging van den jongen aartshertog Ot to. Onlangs heeft te Bazel, waar aarts hertog Eugenius na den oorlog Steeds heeft gewoond, een soort familie-raad plaats gehad. Wat daar besproken werd is natuurlijk een diep geheim. Maar de onderstelling, dat het een eventueel wegbereiderschap van aartshertog Euge nius kan zijn geweest, lijkt nog zoo gek n et. Hij zou zelfs zonder bondspresident ie worden heel wat ten bate van Otto's eventueele troonsbestijding kunnen pres- teeren. 't Ligt trouwens voor de hand, dat hij dat zal doen. Of er veel kans op suc ces bestaat, is niet gemakkelijk uit te 'maken. Als 't alleen van Oostenrijk af hing, zou die kans heel groot zijn. Daar ;s de wind nu eenmaal uit den royalisti- schen hoek gaan waaien. Maar in 't bui ten and, in Frankrijk b.v., is men voor loop^ allerminst gebrand op een her stel der Habsburgers. Het zal heel wat voeten in de aarde hebben, om de daar uit voortspruitende bezwaren, te over winnen. Nederlandsche en Britsche jour nalisten. Gastheeren en gasten, Aan de Belgische Badplaatsen-kust, (Speciale correspondentie). Een vijftiental Nederlandsche en n half honderd Britsche journalisten heeft, van den Zaterdag voor Pinksteren tot den Woensdag er na, een toeristieke ex cursie door België gemaakt, teneinde zich met eigen oog'en te overtuigen van het vele aangename en schoone, dat ons Zuidelijke nabuurland den reiziger en vacantie-ganger biedt. Van de uitnoodi- ging deel te nemen aan deze reis, die een buitengewoon aangename en zeer be langwekkende tocht is geworden, met als hoogtepunt een audiëntie door Z.M. koning Leopold III in het paleis te Brus sel, hebben wij gaarne en met erkente lijkheid tegenover de organisatrice in Ne derland, de Koninklijke Luchtvaart Maatschappij, g'ebruik gemaakt. Thans, weer aan den redactioneelen schrijftafel gezeten, trekken dé duizenderlei indruk ken van dezen tocht in nog bonte war reling, gelijk een bijna overladen film journaal, aan ons geestesoog voorbij, en het zal een onmogelijke taak blijken te zijn, een volledige beschrijving van de ze film vol actie: natuurtafereelen, ban ketten, ontvangsten, toespraken en wat dies meer zij, te geven. Daartoe zou men over boekdeelen in plaats van over en kele courantenkolommen moeten kun nen beschikken. Het is goed, dat men weet, met wie men pigenlijk te maken heeft. Ziehier dan de namen onzer Belgische gasthee ren: De Nationale Bond van Belgische Hotelhouders; het Bestuur van het Zee wezen; De Nationale Maatschappij dei- Staatsspoorwegen van België, de Mpij. der Electrische Trams van de Zeekust; het Officieele Belgisch-Luxemburgsche Bureau voor het Toerisme en de S.A.B. E.N.A. (de Belgische Luchtvaartmaat schappij). Met deze officieele en particu liere lichamen werkten dan nog samen de Koninklijke Luchtvaart Maatschappij voor Nederland en Koloniën, welke het vervoer per vliegmachine van de Neder landsche journalisten naar en van Bel gië op zich had genomen (en die ook overigens door haren vertegenwoordi ger op den tocht, den heer A. van der Paauw, zorgzaam voor ons bleek te wa ken) en tenslotte hadden, voorzoover dit de Britsche collega's betreft, de Southern Railway; de London North Eastern Railway en de Imperial Airways nog hun medewerking verleend. Dat elk dezer lichamen zijn ambassa deurs of afgezanten bij den hofstoet van de Koningin der Aarde had geaccredi teerd, spreekt van zelf. Mogen daarvan hier slechts vermeld worden de heer G. Marquet, president van den N.B.H.B.; kolonel Pulinx, in Nederland welbekend als hoofd van het Belgisch-Luxemburg sche regeerings-toeristenbureau, en n te vergeten onzen tot goeden vriend ge worden voortreffelijkën leider en hulpe in alle nooaen op den ganschen tocht: de heer Camille Elleboudt, gedelegeerde van den N.B.H.B. uit Blankenberghe. Dat waren dus de gastheeren. En de gasten, die aan de uitnoodiging gevolg hadden gegeven Voor de Nederland sche pers waren er, met schrijver dezes, nog vertegenwoordigers van het Alge meen Handelsblad; de Nieuwe Rotter- damsche Courant; de Telegraaf; de Maasbode; de Vereenigde Katholieke Pers; de Arbeiderspers; de Haagsche Courant; de Haagsche Post en nog en kele bladen, alsmede het persbureau Vaz Dias. Wie Och, lezer: ge kent als regel de bladen wel, maar de namen van hen, die ze vullen, zijn in Nederland meestal verhuld laat mij dezen sluier dus niet oplichten. Het zou ook indiscreet kun nen zijn. De Britsche pers was in nog aanzien lijk grooteren getale vertegenwoordigd: Times; Daily Herald; Daily Mail; Daily Telegraph; Morning Post; Observer; Scotsman; Sunday Express; News Chro nicle; Central News; Allied Newspapers; Press Association en nog onderscheide ne meer. Enkele Britsche journalisten waren van hun echtgenooten vergezeld. De K.L.M, had voor ons Nederlanders een groote 2 motorige Fokker met 15 zitplaatsen en in den motorloozen neus een geweldig bagageruim ter beschik king gesteld. Een gedeelte der passa giers embarkeerde op Schiphol, een tweede deel in Waalhaven en nadat in de Zeeuwsche luchthaven Vlissingen nog een solitaire journalist aan boord was genomen, stevende de speciale ma chine de Schelde over en de Belgische badplaatsenkust langs vliegveld Knocke voorbij ditmaal naar het aérodröme Steene, nabij Oostende. Direkt werden we daar door een der schepenen wethouders zouden we in Nederland zeggen in blinkend ambts gewaad, met steek en degen, ontvaugen. Ook de burgemeester van Oostende was in galakostuum. Nadat ook de mail boot met de Britsche gasten, even later, was binnengekomen, vond een officieele ontvangst in de statie plaats, waar de gouverneur van de provincie West- Vlaanderen, de heer H. Baels, de burge meester van Oostende de heer Moreaux en de voorzitter van den N.B.H.B., de heer G. Marquet, de gasten bij het be treden van den Belgischen bodem wel kom heetten. Namens de Nederlandsche journalisten heeft schrijver dezes dank gezegd voor de welkomstwoorden. Daarop vertrokken we met speciale tramtreinen naar Westende, waar de burgemeester ons in Trianon ontving. Hier vond een bezoek aan de mooie Golf-club plaats, hetwelk uiteraard het enthusiasme der Britten in nog heviger mate vermocht op te wekken dan het onze. Het interessantst van dezen dag was echter zonder twijfel het bezoek aan het „Palais des Thermes" te Oostende. Naar ons verteld werd heeft de groot vader van den tegenwoordigen koning, Leopold II, indertijd een fonds van frs. 5.000.000 gesticht als eerste spaar- duit voor dit indrukwekkende badpa- leis van nu een 40.000.000 francs. Het is een gebouw waardoor men uren dwa len kan, steeds wat nieuws ziende. Ge kunt niet zoo rare soorten baden be denken, of men verschaft ze u hier; me dische instrumenten en apparaten vindt men er in tallooze soorten en variaties, en ook het gewone zwem- en het Turk- sche bad worden hier op verfijnd luxu euze wijze den gasten beschikbaar ge steld. Jammer, dat ons den tijd voor „een duikje" ontbrak. 0 Des avonds was er een banker met gala-avond in de Casino-Kursaal van Oostende. Gouverneur Baels heeft daar in keurig Nederlandsch, eloquent Fransch en vloeiend Engelsch een aller aardigste tafelrede gehouden, waarop de heer J. M. Pattist, redacteur van de Nieuwe Rotterdamsche Courant, voor de Nederlanders geantwoord heeft. Na afloop van het banket hebben we met den gouverneur en den burgemees ter die beiden verklaarden zelf nim mer een centime op het groene laken te wagen de speelzalen bezocht. Een in teressant schouwspel voor den op dit punt hartstochtloozen nuchteren be schouwer; en een onderwerp waarover veel te schrijven ware. Maar de speel zalen, die aan de Belgische kust (en te Spa, elders zijn ze in België niet getole reerd) zulk een groote aantrekkings kracht op het uitgaande, publiek schij nen uit te oefenen, zijn in de Nederland sche badplaatsen taboe.... en dus zul len wij er hier en verder dan ook maar liever over zwijgen. In een tweede artikel vervolgen wij onze reis naar Brugge, Blankenberghe, Knocke, en dan naar de Ardennen, Spa, Brussel en Antwerpen (Ingez. Med.) schouder te leggen en te zeggen: Als je een gelukkig huwelijk wenscht, beste kerel, ga dan dadelijk naar Bordeaux terug en trouw met een ander. Doch Martin was nog - altijd een beetje beschroomd en hij had voor Co rinna een kameraadschappelijk gevoel. Af.s zij nu dezen dood gewonen, stof- figen jongen man als den vasten bodem voor haar geluk beschouwde, kon hij haar toch niet een andere geluksbodem toeschuiven. En toen hij de dwaasheid inzag van op wacht te staan voor zoo'n onbedui dend gevaar als Monsieur Camille Far got, student in de medicijnen, en hij Corinna niet wilde prikkelen door zijn tegenwoordigheid, wanneer ze beneden kwam om haar uitverkorene te ontmoe ten, vroeg hij pardon aan het knorrig kijkende jongmensch, die den uitgang versperde, schoof langs hem heen en wandelde den weg op. HOOFDSTUK VII. Toen Martin een paar uur later in bet hotel terugkwam, bleek het hem, dat Monsieur Camille Fargot vertrok ken was en dat Corinna zich in haar kamer had opgesloten. Laat op den na middag liet ze weten, dat ze geen hon ger had en niet beneden zou komen voor het diner. Ze wilde Félise, die, ongerust, kwam zien wat haar scheel de, niet binnen laten. Ze sloeg alle aan biedingen om haar op een blad een lekker portietje boven te laten bren gen, kort aangebonden af. Groote ge heimzinnigheid omwaasde het bezoek van Camille Fargot. Van Bigourdin, die min of meer van streek was, hoorde Martin, dat Corin na, dadelijk nadat hij de vestibule ver laten had, beneden was gekomen en Camille Fargot had gelaten in de -lees zaal. Een duf hol, door de motten aan getast, waar handelsreizigers, die een ziekelijk genoegen er in vonden de eer ste verschijnselen van den verstikkings dood door te maken, somtijds hun brie ven schreven. Daar bleven ze eenigen tijd, waarop Monsieur Fargot hij zag er wezenloos uit volgens Baptiste, die hem had zien vertrekken, alleen naar buiten kwam, in zijn auto sprong en wegraasde, waarschijnlijk naar Bor deaux. Even daarna was Mademoiselle Corinna uit de leeszaal gekomen, haar bekoorlijk hoofdje fier opgeheven (vol gens Baptiste) en was ze naar haar kamer gegaan. Dit waren de naakte feiten. Bigour din vertelde alles heel eenvoudig, om een verklaring te geven voor haar niet aan tafel komen. Met fijnen tact vroeg hij niet aan Martin welke verhouding er bestond tusschen het jonge meisje en haar bezoeker. En Martin lichtte hem ook niet in. Een beoefenaarster van de Kunst, zooals Corinna, had na tuurlijk vele vrienden. En heel natuur lijk was het dat iemand, die in de na bijheid was, haar eens opzocht. Dit was de onuitgesproken overeenkomst tus schen Martin en Bigourdin. Maar ieder van hen was zielsovertuigd, dat het bezoek niet van hartelijken aard was geweest. Dien avond was Bigour din opgewekter in het Café de l'Uni- vers. Hij speelde zijn partijtje tric-trac met Monsieur le Maire en won het schitterend. Om hen heen zat het club je te schelden op de Duitschers, die den driejarigen dienst in Frankrijk nood zakelijk hadden gemaakt. Nadat Bigourdin zijn partijtje tric-trac gewonnen had, wandelde hij met Martin door de nauwe, stille straten en over de bruggen naar huis. Een bolle wind, die alree iets herfst achtigs had, deed het oppervlak van 't water rimpelen; aan den hemel schoven donkere wolken aan de sterren voor bij. Hoog op den steilen rotswand schit terden de lichten van het Hotel des Grottes. Met zijn hand in de duisternis wuivende, zei Bigourdin: Wat is dat mooi! Martin stemde toe en knoopte zijn overjas dicht. 't Is voor mij alles zoo mooi, hervatte Bigourdin, omdat het mijn eigen land is. Ik ben hier geboren en getogen, zooals mijn voorouders voor mij. 't Is een deet van mij zeiven, zooals mijn armen en beenen. Waarmede ik niet zeggen wil, dat ik zelf mooi ben, zei hij lachend, met Fransche geestigheid bespeurende waarheen het logisch doorvoeren zijner woorden hem brengen zou. Winstmogelijkheid voor de rub ber-cultuur, Finantieele reor- organisatie te verwachten. Stagneerende afzet van Java- suiker. De tabakscultuur op een winstgevende basis. Evenmin als te New-York is de stem ming op de Amsterdamsche beurs, na de hervatting der door de feestdagen onderbroken zaken, opgewekt geweest. De koersdaling is hier echter binnen veel beperkter grenzen gebleven dan in Wallstreet, wat te danken is aan het feit, dat er voor onze markt zekere lichtpunten zijn aan te wijzen, voorna melijk liggende in de ontwikkeling van bepaalde Indische cultures. De vooruitzichten der rubbercuituur zijn ontegenzeggelijk door de restrictie maatregelen verbeterd, al dient men zijn verwachingen, wat de mogelijkheid van de te behalen winsten in de naaste toekomst betreft, niet al te hoog te spannen, ook al wegens de omzichtige wijze, waarop de regeeringen bij de toepassing van de ontworpen regeling te werk zullen gaan. Het streven za* niet zoo zeer gericht zijn op het schep pen van groote winstmogelijkheden voor de planters, als wel op het berei ken van een stabiel prijsniveau, dat een matige winst laat, zonder een belem mering voor het verbruik te vormen. Blijkens de Memorie van Antwoord van de Indische regeering op het ver slag van den Volksraad wordt onder de huidige omstandigheden een prijs van ruim 20 cents per half kilogram fob. Batavia als redelijk beschouwd en is het beorii'f voor de meeste onderne mingen bij een niet te zware restrictie op deze basis loonend te achten. Nu hebben de meeste maatschappij en echter tot dusverre reeds meer o! minder groote hoeveelheden uit oogst 1934 vooruit verkocht, tegen de tot voor kort geldende lagere prijzen. Zoo heeft de Oost Java Rubber, naar uit 't dezer dagen verschenen jaarverslag blijkt, van den op 850.000 pond ge- taxeerden oogst 1934 meer dan 300.000 pond voorverkocht tegen 10 J-a a 11 cent per half kg, alvorens zij in staat was, van de betere marktstemming te profiteeren door verkoop van ruim 100.000 pond tegen ca. 20 cent per kg. Met de voorverkoopen tot lageren prijs dient men terdege rekening te houden bij de beoordeeling van de winstmoge lijkheden voor de rubbermaatschappij en in het loopende jaar, waarbij nog komt, dat de onvermijdelijke verhoo ging van den kostprijs als gevolg van de restrictie ook drukt op de tot lagen prijs verkochte rubber. Een kwestie, die door vele rubber maatschappijen in den eerstkomenden tijd onder de oogen zal moeten worden gezien, is die van een herwaardeering der boekwaarde van ondernemingen en concessies, die vaak nog gebaseerd is op de verhoudingen tijdens de hoog conjunctuur. Door afstempeling op het aandeelenkapitaal zal men middelen vrij dienen te maken voor afschrijvin gen, teneinde het bedrijf weer op een gezonde basis te brengen. Vaak zal een dergelijke financieele reorganisatie van ingrijpenden aard moeten zijn en zullen niet alleen van aandeelhouders offers gevraagd worden, maar ook van crediteuren, omdat de rentelasten op de in goede tijden aangegane schulden te zwaar op het bedrijf drukken. De Amsterdam-Tapanoeli heeft in haar jaarverslag reeds 'n dergelijks dras tische reorganisatie aangekondigd. Ook Maar u begrijpt mij. Ja, zei Martin, ik kan het zoo'n beetje begrijpen. Maar ik kan geen plekje land mijn eigen noemen. Van geen enkel land ben ik een zoon. Périgord is zeer vruchtbaar en moederlijk. Het zal u aannemen, lach te Bigourdin. Maar ik ben een Engelschman, her- vat'te Martin, en Périgord zou alleen een Franschman adopteeren. Ik heb wel eens hooren zeggen en ik geloof wel dat het waar is, hervatte Bigourdin, dat iedere Engelsche kunste naar twee vaderlanden heeft: zijn eigen land en Frankrijk. En het zijn de kun stenaars, die uitdrukking geven aan de volksziel en niet de professoren aan de hoogescholen of de filozofen, en alle echte mannen hebben iets van den kunstenaar in zich, iets dat openstaat voor artistieke gevoelens en aandoe ningen ik weet niet of ik mij duide lijk uitdruk, Monsieur Martin maar u moet toegeven, dat alle inspiratie, die u in Engeland van buiten af bij uw kunst en litteratuur krijgt, van latijn- schen oorsprong is. Ik zeg: van buiten af, want u put natuurlijk ook uit eigen bronnen, maar voor bijna een heele generatie is de fijne Eng'elsche geest, mei al haar teergevoeligheid, fijnheid en wenschelijkheid ten nauwste verwant aan de fijne Fransche geest. Is dat waar of niet? (Wordt vervolgdJ

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1934 | | pagina 5