ONDERWIJS. ontvangst te nemen. Wien Neerlands Bloed was het slot. Door een vergissing bij de leiding van den optocht ging men weder langs het hotel terug naar de Balanspoort, wat een oogenblik aanlei ding dreigde te worden tot verwarring, maar op de Balans was het reeds weer in orde en over de Burg was spoedig de Markt bereikt. Hier waren voor het Stadhuis het po dium voor den heer Bosdijk en de les senaars voor de muzikanten geplaatst en op den pui van het Stadhuis hebben de burgemeester, wethouder Boasson en de raadsleden mevrouw Weijl en de heeren Heemskerk, Portheine, de Bruin en van der Feltz met den ge meentesecretaris, de tweede uitvoering van hetzelfde programma gevolgd, ter wijl honderden dit op de Markt deden. Nu boden een jongen en een meisje de programma's aan. Na „Ons Prinses je" zijn de heeren Bosdijk en Caró bij den burgemeester genoodigd en deze heeft hier beiden gecomplimenteerd. Na afloop der Marktuitvoering heeft de Burgemees t e r zich tot het bestuur van „Uit het Volk—Voor het Volkgericht en het dank gebracht, dat het hem en de leden van de vroed schap in de gelegenheid had gesteld, de aubade aan te hooren. Spr. bracht dank voor het organiseeren van deze fees telijkheden en hoopte, dat „Uit het VolkVoor het Volk" nog vele malen Oranjefeesten zal mogen leiden. De voorzitter, de heer W. de Graai bracht dank voor die woorden en zeide verheugd te zijn geweest de vroedschap dit te kunnen aanbieden. Het is zeker in dezen tijd gewenscht de jeugd naast liefde voor het Vorstenhuis ook eerbied voor het gezag bij te brengen. De stoet ging weer verder en spoedig was door de Lange- en Kortedelft den Dam be reikt, waar de derde uitvoering der lie deren niet minder goed slaagde en dan ook weer van verschillende zijden ap plaus uitlokte. Het bestuur, de heer Bosdijk, de heer Caro en allen, die medewerkten zullen met voldoening op deze aubade kunnen terugzien. De politie had overal voor goede af zetting zorg gedragen. Nog een korte wandeling restte, na melijk naar het Molenwater, maar ook nu liet het muziekkorps zich niet on betuigd en evenals bij de vorige wan- 4elingen gaf het marschen met beken de melodiën ten beste. Op het Molenwater heeft het korps nog eens het „Wilhelmus" gespeeld, waarop de heer de Graaf met 'n „Leve de PrinsesT, dat krachtig ondersteund werd, de goed geslaagde middag fees telijkheid besloot. De Oranjefilm. Even later draaide in den Schouw burg de Oranje-film voor de uitgenoo- digde kinderen die des morgens nog geen beurt hadden gehad. Des avonds te 7 uur en te half negen liep de film voor het publiek. Vooral de tweede voorstelling had veel belangstelling getrokken en onder de aanwezigen merkten wij o-a. op den Commissaris der Koningin met zijn echl- genoote en verdere familieleden. Ook wethouder Boasson woonde deze voorstelling bij. Zij konden met de overige aanwezigen niet alleen van den Oranjefilm genieten, maar ook van de Zeeuwsche film van de zelfde onderneming, die heel wat voor ons Zeeuwen bekends doet zien, maar waarvan het toch aardig is, het eens op deze wijze te kunnen aanschouwen, ter wijl men voelt, hoe deze film. elders draa'ende, van-grooie propagandistische waarde is voor onze Provincie. Hiermede bes'oot „Uit het Volk-Voor het Volk" haar programma. De herdenkingssamenkomst. De onlangs opgerichte Oranjevereeni- ging had in samenwerking met de ge mengde zangvereeniging „Hosanna" een Herdenkingssamenkomst belegd in de Nieuwe Kerk, die tegen het begin van de bijeenkomst al was het niet „uitver kocht" dan toch zeer goed bezet was. Na orgelspel, waarin het Wilhelmus voorkwam, dat de aanwezigen staande aanhoorden, nam de voorzitter der Oranjevereeniging, de heer W. A. den Hollander het woord, en zeide dat de bede kort na de geboorte van Prin ses Juliana geuit in vervulling is gegaan, namelijk, dat zij zou opgroeien tot vreugde van Haar Koninklijke Moeder en tot zegen van het Nederlandsche Volk. De God van Nederland en Oranje strekt zijn beschermende hand uit over deze laatste der Oranjes, tot zegen van ons Vaderland. Het is een korte tijd. 25 jaar, maar een tijd van tal van ingrijpende gebeur tenissen, van gevallen kronen en opge stane dictatoren. Ook in ons land zijn er groepen, die de volksinvloed willen weg werken, maar er is gebleven een één heid in het volk, waar het betreft het Huis van Oranje en de aanhankelijkheid daaraan. Er daarom mag men herden ken dit vijfde lustrum in het leven der Prinses. Er is veel veranderd en niet al les ten goede, maarop een dag als deze blijkt, dat de liefde voor het Vorsten hui er steeds in sterker mate is. De overleden Koningin-Moeder zeide, dat Oranje niet te veel voor Nederland kan doen. Spr. zegt, dat Nederland niet te veel voor Oranje "kan doen. Spr. brengt dank aan de sprekers van dezen avond, het zangkoor en den organist, den heer van Vlaanderen, die den heer Ferwerda op het laatst moest vervangen, omdat de echtgenoote van laatstgenoemde plotse ling ernstig ongesteld was geworden. Nadat het zangkoor het „Wilhelmus" had doen hooren, betrad de burgemees ter van Middelburg, de heer M. Fern- h o u l. den kansel en zeide gaarne te willen voldoen aan het verzoek van de ze jeugdige vereeniging om dezen avond iets te zeggen. Spr. denkt daarbij aan de Vereeniging „Uit het Volk-Voor het Volk", die reeds zoo vele voortreffelijk geslaagde feesten op Oranjedagen gaf en wie men daarvoor verplicht is- Als spr. het goed ziet, mag er tusschen beide vereenigingen geen concurrentie ont staan in de slechte beteekenis van het woord, maar moet er samenwerking zijn. Men moet elkanders programma's aanvullen. Het gaat ten slotte om het aanwakkeren van de liefde voor onze Koningin en Haar huis. Het is nu een dag van dankbare herinnering, niet al leen voor de Middelburgers, maar voor zoo velen elders in alle dorpen en ste den, maar ook in de overzeesche ge westen, waar men alom nog kort gele den zoo medeleefde in dagen van rouw voor het Koninklijk huis, en ook luister de naar de ernstige, ware woorden van de Koningin. Het is een der feestdagen, waarop men nader tot elkaar komt, niettegen staande verschil in engeren kring in za ke maatschappelijke positie, politieke en godsdienstige overtuiging. Het zijn vreugde dagen voor het overgroote deel van het Nederlandsche Volk. Zooals in 1914 bleek, dat men één was toen onze rechten en vrijheden, die wij eerder had den dan welk ander volk ook, dreigden te worden aangerand. Toen was men één en voelde zich ook één. In 1934 is er veel verbrokkeling, er worden zeer gevaarlijke meeningen verkondigd, maar de nationale eenheid is toch nog een re aliteit. Wij zijn toch nog een bevoorrecht volk en wij nemen een eervolle plaats in het wereldbestel in. Wij zijn nog ge heel en al vrij, zoowel staatkundig als naar de consciëntie en het Nederland sche volk wil vrij blijven ook. De liefde voor ons land spruit voort uit ons eigen karakter, uit onze eigen taal, omdat wij zijn een natie met eigen leven en eigen historie. En deze liefde voor een deel van de menschheid staat niet in den weg aan de liefde voor het geheel, een gezonde Vaderlandsliefde is een goede stimulans voor een goed gemeenschaps leven. Er is alle reden voor groote. ver knochtheid aan onze beminde Vorstin, die de beste eigenschappen van Haar stamhuis voortzet. Oranje stond steeds pal voor onze vrijheid en recht. Zij is de levende uiting van onze nationale eenheid. Zij heeft recht op onze onver zwakte aanhankelijkheid, die groeit in de breedte en in de diepte. Spr. komt dan op de vreugde die heerschte bij de geboorte van Prinses Juliana, en schetste hoe het volk Haar lief heeft om Haar voorouders, om Haar Koninklijke moeder, maar ook om Haarzelf. Zij geeft de beste verwachtingen voor de toe komst en Zij mag ook de liefde van het Nederlandsche Volk verwachten. Nadat het zangkoor had gezongen Ps. 95 van Mendelssohn, waarbij een soliste haar zeer gewaardeerde medewerking verleende, wat het woord aan pastoor H. A. C. M. W e n n e n van Kwaden- damme, die zeide, dat het hem een groo- te vreugde was op een dag als nu een enkel woord té spreken tegen een ge hoor, dat hij niet iederen dag voor zich ziet. Hieruit blijkt, hoe wij Nederlanders, Hollanders of Zeeuwen, allemaal een zijn, waar het gaat eerbiedige hulde te brengen aan ons Oranjehuis. Bijzondere vreugde is dit voor hem omdat het hier geldt de Prinses, die hij op 9-jarigen leef tijd in het oor mocht fluisteren „Juli- aantje, doe nu eens dit, of doe nu eens dat". Hoe dit nu kwam, wil spr. verder niet uiteen zetten. Spr. herinnerde aan de Vlamingen die kort voor de geboorte van de Prin ses in Amsterdam vertoefden en daar een vers maakten en zongen op de blij de verwachting van geheel Nederland, en waarin zij voorspelden, dat de ver wachte, de liefde van geheel Neder land zou hebben, hetzij, dat het was n Willem IV of een Wlihelmina II. Op 30 April 1909 kondigden de klok ken en de saluutschoten het spr. die toen kapelaan te Hoek van Holland was, aan, dat er een Prinses was gebo ren een Juliana, naar de moeder van Haar geslacht. Zij is niet opgevoed als een Koningskind, maar als een een voudig kind, waarvan spr. enkele aar dige staaltjes deed hooren. Hoe zij te gen Catherina van Rennes zeide, toen de Koningin-Moeder de les ten deele had bijgewoond en er limonade gedron ken was: „Die limonade van groot moeder is toch lekkerder dan die van moeder. En toen de Prinses wijlen minister Heemskerk eens bij de Konin gin zag. wees Zij met Haar Handje en zeide „Kuif". Toen was Zij voor ons nog Juliaafn- tje en kort geleden is Zij dit weer even geweest, toen Zij een eigen geplukt bouquetje viooltjes op het sterfbed van Haar Grootmoeder neerlegde. Spr. herinnerde aan de woorden van de Koningin, toen Juliana meerderja rig werd, maar ook aan het feit, dat Zij geen gebruik wilde maken van een ei gen paleis op den Kneuterdijk, maar bij Haar ouders wilde blijven wonen. Zij heeft werkelijk gestudeerd, toen zij studente was. Zij toont nu in den Raad van State belang in alle zaken en Haar arbeid in het Nat. Crisis Comité is ook niet alleen voor den naam. Haar jonge maar beradene oogen toonen, dal zij reeds vele zorgen doorleefd heeft. Zij maakte mede den oorlog en de ellende, armoede en revolutie, crisis en werk loosheid enz. Maar ook beleeft zij vreugde door de onvergankelijke liefde van een volk. De Katholieken, bidden steeds, dat God onze Koningin moge behouden; dit geldt ook voor de Prin ses en spr. roept allen op ieder op zijn wijze daarom te bidden. Het was weer de beurt aan „Hosan na" voor een tweetal nummers, waarna als laatste spr. het woord voerde ds. M. van E m p e 1 die zeide, dat er twee redenen waren, waarom hij het laatst sprak; de eerste is, dat het bestuur pastoor Wennen de eer aan wilde doen voor te gaan, doch de tweede omdat men meende, dat spr. het best de col lecte voor de nog slecht voorziene kas van de vereeniging kon aanbevelen. Spr. wees er op, dat als men met de Prinses een 25-jarig tijdvak afsluit op een voor Zeeland zoo belangrijk kroon jaar, men zich mag afvragen wat men van Haar verwacht. Spr. vindt dit een wat moeilijke kwestie, omdat hij de be de wil laten hooren, dat God onze Ko ningin nog jaren moge sparen. Spr. noemt het een soms twijfelachti ge eer afstammeling te zijn van beroem de voorouders, dit geldt ook voor de Prinses, die een traditie te volgen heeft. Spr. sloeg de brieven van Prins Willem den Eersten, den Vader des Vaderlands op ,en daaruit blijkt, dat deze zich zelf zware verantwoording oplegde, hij deed nooit iets voor zichzelf en in dien geest te werken, maakt dat de Prinses een zware taak wacht, waartegen velen ter nauwernood bestand zouden blijken te zijn. Maar het is toch hetgeen men ver wacht heeft van elk Oranjevorst en die verwachting is over het algemeen niet beschaamd. Zij wil een eenvoudige Ne derlandsche zijn, maar zij zal ook de spreuk van Haar grooten voorvader „Ik Zal handhaven" verwezenlijken in na volging van de andere Oranjes. Zij leeft als eenvoudig mensch, die alles wil medeleven, wat menschelijk is. Nadat „Hosanna" nog het Halleluja koor van Handel had gebracht, zongen de aanwezigen staande „Mijn schilt en- de betrouwen", waarna onder passend orgelspel de kerk leeg liep. De herdenkingssamenkomst behoorde tot het verleden. „Het dier in het boek." In den algemeenen boekhandel van Van Benthem en Jutting aan de Lange Burg is ter gelegenheid van de „boeken week" (29 April5 Mei) een tentoon stelling georganiseerd, welke een indruk wil geven van de plaats, die het „dier" in het „boek" inneemt. Zoo op 't eerste gezicht is men allicht geneigd te onder stellen, dat daar wel niet zoo vreeselijk veel aan vast zal zitten. Een kijkje op de expositie leert echter ras anders. In velerlei gedaanten treedt het „dier" ons hier uit het ;>,boek" tegemoet. Als hulp middel bij het eerste taai-onderwijs in de bekende A-B-C-boekjes (oude en moderne uitgaven); als sprookjes-figuur in de niet-minder bekende vertellingen van moeder de Gans; als politieke per sonificatie in het roemruchte verhaal van den Vos Reinaerde (verschillende bewerkingen, o.a. de nieuwste van Stijn Streuvels); als personificatie van een moraal in de fabels van Esopus en La Fontaine; als object van studie in aller hande werken op natuur-historisch ge bied; als object van litteraire beschrij ving in de werken van De Stoppelaar, William Long en Maeterlinck („Het le ven der bijen!); als symbool in de heral diek (Graafland) en als motief in de toe gepaste kunst en de danskunst (Anna Pavlova; Steinlen: „De Katjes"). Dit alles en nog veel meer wij ont wierpen slechts een zeer vluchtig beeld houdt deze expositie in. Voor boe- ken-liefhebbers een leerrijk geheel, dat ze in deze week, die in het teeken van het boek staat, niet ongezien mogen voorbijgaan. En wie nog geen boeken vriend was, zal het hier kunnen worden. De tentoonstelling verplicht niet tot koo- pen. Heel wat van het geëxposeerde ma teriaal is trouwens niet te koop; werd welwillend in bruikleen door de Prov. Bibliotheek afgestaan. SOES. CHR. WERKLOOZENZORG. Het kamp te Seppe. Maandag vergaderde alhier het Pro vinciale Comité voor Zeeland van de „Centrale voor werkloozenzorg", welke gesticht werd op initiatief van den Raad van Ned. Kerken voor practisch Chris tendom. Na opening met gebed door den voorz., ds. .L Nieuwpoort, van Middel burg, bracht de secr., de hr. J. Lorier. van Middelburg, rapport uit over de werkzaamheden in het achterliggende seizoen. Enkele gunstige uitzonderingen daargelaten viel over het verrichte en de getoonde belangstelling niet te roe men. Ook was het teleurstellend, dat sommige gemeenten, w.o. ook Goes, zoo lang moesten wachten op de vaststelling van de subsidie door den minister. Ds. Hulsbergen achtte ontwikkelings cursussen wel nuttig, maar het verschaf fen van bezigheid, toch van meer belang, en dit wordt steeds moeilijker. De voorz. wees er nadrukkelijk op, dat het comité vooral de moreele en geestelijke belangen van de werkloozen wil behartigen. De hr. Vingerling zeide, dat de vruch ten van den arbeid niet naar de uiter lijke resultaten af meten zijn. Spr. waar schuwde tegen ontmoediging, Spr. was dankbaar voor wat reeds gedaan is- De voorz. betoogde, dat dit werk nog in de kinderschoenen staat en daarom moet men den secr. geregeld op de hoog te houden. Dan kan de eene gemeente van de andere leeren. Spr. ried voorts aan, dezen winter vroeg te beginnen, ,daar reeds in Februari de belangstelling mindert. Vervolgens werd een bespreking ge houden over het werkkamp te Seppe. Hiervoor was ds. Postma, van Ouden bosch, overgekomen. Meegedeeld werd, dat men eerst getracht heeft een werk kamp voor jeugdige Zeeuwsche werk loozen te organiseeren, doch dit had te groote bezwaren. Toen werd medewer king verkregen met het N. Brabantsche comité en vond men een geschikt werk- object te Seppe. Het terrein, dat daar onder handen genomen wordt, zal later dienen als centrum voor het jeugdwerk in Noord-Brabant. Ds. Postma noemde de keuze van dit werkobject gelukkig. De jonge werkloo zen kunnen komen van Limburg tot Vlis- singen toe. Het Nat. Crisis-comité geeft subsidie voor dit werk, maar het groot ste bedrag moet op andere wijze in de Zuidelijke provincie gevonden worden. Men weigerde een subsidie van de Rota- ry-beweging, omdat daaraan als voor waarde verbonden was, dat niet uit den bijbel gelezen mocht worden. De voorz. wees op het belang van zul- ken arbeid voor de jongeren. Indien de financiën het toelaten en er voldoende aanmeldingen zijn, zullen drie of vier kampen elk van 40 a 50 jeugdige werk loozen worden ingericht. Spr. vertrouw de dat het geld er komen zal. Daar van R.K. en S.D.A.P.-zijde ook veel gedaan wordt, is dit een eere-zaak voor het pro testantisme. Aan de predikanten zal medewerking gevraagd worden. Bedoe ling is half Juni het eerste kamp in te richten. Bij elk kamp zullen zeker 25 Zeeuwsche jongelui geplaatst worden. Het bestuur van het Prov. Comité regelt deze plaatsing. Bij teveel aanmeldingen hebben de georganiseerden de voorkeur. Des morgens wordt in het kamp ge werkt; des middags wordt aan sport ge daan, op excursies gegaan, enz., en des avonds worden lezingen e.d. gehouden. Bij de rondvraag kwam ter sprake dat men deze week te Middelburg begint met practisch werk aan de jongelui te verschaffen. Lezing Antoon Coolen. Voor de door Antoon Coolen, ter ge legenheid van de Boekenweek gehou den lezing, bestond zeer veel belang stelling. De Schouwburgzaal van het „Schuttershof" was vrijwel geheel be zet. Burgemeester Hajenius opende dezen avond, en deelde mede deze taak op verzoek van de georganiseerde boek handelaren de heeren De Jong en Van Klaveren, gaarne op zich genomen te hebben. Spr. wees verder op de waar de van een goed boek en roemde eenï- ge kwaliteiten van de werken van An toon Coolen. De heer Coolen, hierna zijn lezing beginnende, verdedigde o.a, de gewes telijke roman, de z.g. regionale, tegen de aanvallen van hen, die meenen dat goede kunst meer cosmopolitisch moet zijn. Spr. stelde hier tegenover de streek als fragment van den cosmos, en concludeerde, dat ook regionale kunst goed is, mits ze zuiver is. Spr. wees voorts op het nauwe ver band tusschen het taai-eigen en het ziels-eigen van een streek, hield ver volgens een beschouwing over de Peel en de Peelbevolking, en kwam zoo tot zijn roman „Peelwerkers en zijn an dere op deze streek geïnspireerde boe ken. Na de pauze zette spr. de totstand koming van zijn verzameling legen den „Zegen der Goedheid!", uiteen, en hij besloot met één dezer legenden voor te lézen. Hét publiek, dat den heer Coolen met groote aandacht aangehoord had, beloonde hem met een dankbaar ap plaus. Burgemeester Hajenius sloot den avond met een woord van hartelijken dank aan den spreker, voor het mooie dat hij gegeven had. tfUSSMGER. De B. B. N., Bond van Bedrijfs autohouders in Nederland houdt zijne jaarvergadering ditmaal te Vlissingen en wel op Vrijdag 15 Juni in Grand Ho tel „Britannia'". Het aantal werkloozen te Vlissin gen bedraagt 918, waarvan 144 in de werkverschaffing. Sedert de vorige op gave is hét aantal werkloozen met 16 verminderd. WAIGHEREN. DOMBURG. In haar goed beschutte tent gaf de Domburgsche Muziekver- eeniging Maandagavond een concert voor een talrijk koude en wind trotsee- rend publiek. Ook de burgemeester en zijn echtgenoote woonden de uitvoering bij. Hiermede heeft „Apollo weer een reeks van zomerconcerten aangevangen, die het jaarlijks plaatsgenoot en gast aanbiedt. ZEEUWSCH-VLAARDEREN W.D. AARDEiNBURG. De heeren Jy van Helden te Aardenburg en F. de Broek te Sluis hebben elk voor zich bij ïiet gemeentebestuur een verzoek inge diend, om concessie te verkrijgen voor het exploiteeren van een radio-distri butienet. Zooals men zich zal herinne ren verleende de Raad in hare verga dering van 12 Dec. 1932 reeds conces sie aan den radio-handelaar D. Zuider- duyn, die echter tot op heden geen be gin er mede maakte. Naar we verne men zou zoo'n concessie automatisch na 6 maanden vervallen. Naar verluidt zou aan den heer Z. op korten termijn nog een recht van voorkeur verleend zijn. GROEDE. De alhier gehouden Emaia- bloemcollecte heeft opgebracht 39.97, RAAD VAN ZUIDZANDE. Post werkloozensteun met 500 verhoogd. Een debat over de belasting-heffing. ZUIDZANDE. In de Zaterdag gehou den voltallige raadsvergadering werd 't ambtenarenreglement gewijzigd en aan gevuld met betrekking tot het dragen van insignes of andere onderscheidings teekenen, verboden vereenigingen enz. Mede werd hierin geregeld het ontslag bij huwelijk van de vrouwelijke ambte naar, die in concubinaat gaat leven. Aan het doen voortbestaan van het Centraal Agentschap der arbeidsbemid deling in dit gewest voor den tijd van drie jaren zal medewerking worden ver leend. Goedgekeurd wordt het voorstel van B. en W. tot het verhoogen van den post werkloozensteun met 500. De Voorz. gaf hierbij een korte be schouwing, hierop neerkomde, dat bin nen afzienbaren tijd een voorstel te wachten is tot het heffen van 30 opcen ten op de personeele belasting. De heer L a k o was van opinie dat de vermo gensbelasting hiervoor in de eerste plaats zou in aanmerking komen. Dit vond bestrijding van den voorz., die meende, dat hierdoor een bepaalde klas se werd getroffen, terwijl hij het billijker oordeelde dat iedereen hierin zou beta len. De heer L a k o meende dat het be ter gehaald kan worden op een plaats waar het zit. De heer I. Luteijn wees er op dat er veel goederen zijn, die geen inkomen opleveren, hetgeen de heer Lako beaamde. De heer Risseeuw de Hullu zei accoord te kunnen gaan met een heffing van 30 opcenten op de personeele be lastingen, hoe, deze belasting naar spr's oordeel de onrechtvaardigste belasting is die er bestaat. Spr. ging overigens accoord met de zienswijze van zijn col lega's Lako en Luteijn. Verder betoogde spr. dat naar zijn oordeel de fondsbelas ting in de eerste plaats voor opcenten in aanmerking komt, daar deze belas ting niets anders in dan een inkomsten belasting. (Tot goed begrip diene, dat alhier nog geen opcenten geheven wor den op de fondsbelasting, personeele be lasting en vermogensbelasting, terwijl de gemeente nog in de le klasse der fondsbelasting staat). De voorz. was van oordeel dat het percentage niet hoog is en men zou kunnen beginnen met de personeele belasting. Mocht 't later nog noodig zijn dat nog meerdere inkomsten gevonden worden dan kan een andere belasting hiervoor in aanmerking ko men. Het voorstel van B. en W. tot het brengen van den steun van werkloozen' van 7 op 6 werd verdedigd door den voorz. den heer Risseeuw de Hullu en den heer Lako. Het werd bestreden door de heeren A- A.' V e r- b u ij t en 1 e R o ij. Het werd aange nomen met de stemmen van laatstge noemden tegen. De Voorz. zegde, dat aan land bouwers, die.,met de hand laten dor- schen. een loontoeslag in voorbereiding is. Spr. las de ontworpen regeling voor, die bij de leden van den Raad zal circu- leeren. Hieraan wordt ontleend, dat B, en W. aan landbouwers, die met de hand veldvruchten laten dorschen, in het tijdvak 1 December1 Mei een toe slag per werknemer en per dag kunnen verleenen van ten hoogste 0,80. De toeslag wordt alleen verleend aan werk gevers, waar werknemers met een toe slag inbegrepen, bij normalen arbeid het gebruikelijke loon of meer kunnen ver dienen. Werkgevers die bij voorkeur werknemers uit eigen gemeente in dienst nemen, krijgen de voorkeur- De werknemers, die hiervoor in aanmerking willen komen, moeten zich tegen werk loosheid verzekeren. Heden herdenkt de heer J. C. Rui tenbeek, hoofd der school voor bijzon der L. O. op Geref. grondslag te Kou- dekerke, 't feit, dat hij 25 jaren het Chr. onderwijs heeft mogen dienen. Hij be gon zijn loopbaan als onderwijzer aan de Chr. school te Pernis, waar hij tot 1 Mei 1911 werkzaam was. Op dezen datum begon hij zijn arbeid aan de Chr. school te Koudekerke. Aan deze school was hij met een korte onderbre king werkzaam (van 1 April 1917 iot Juli 1921 was hij aan de Chr. school voor M.U.L.O. te Goes verbonden) eerst als onderwijzer, daarna als hoofd werk zaam.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1934 | | pagina 6