DIAMANT
AKKER.CACHE15
KRONIEK van den DAG.
BINNENLAND.
Bak- en Braadvet
ZEELAND.
KERKNIEUWS.
KUNST EN WETENSCHAP.
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN WOENSDAG 14 MAART 1934. No. 62.
BARBARA, DE HEKS VAN
W1NSLEA
WALCHEREN.
£U!0»BEVELAND.
Neem
straks een
"AKKERTJE"
voor Uw beginnende verkoudheid,
want overal zweven kwaadaardige
griep-bacillen om U heen en doen Uw
verkoudheid lot griep verergeren.
"AKKERTJES" verjagen de koorts,
stuiten dien griep-aanval en bespa
ren U dagen van veel narigheid.
^AKKERTJES'
iHaaa
tegen
Iff, Kou-
kterdag-
prraagd,
is kun-
Iril. Van
|M. van
slburg.
nieuwe
|r electr.
Bureau
}p aan-
Met ga-
Piano-
Irdstraat
Gömbös en Dolfuss te Rome.
Mussolini zou slechts eco
nomische aspiraties koeste
ren. De kleine Entente
houdt zich koest.
Mussolini stuurde onlangs zijn onder
minister van buitenlandsche zaken, Su-
vich, voor een bespreking naar Weenen
en Boedapest. Het onmiddellijk gevolg
er van was: luidruchtig gekakel in het
politieke hoenderhok. Vooral xn Duitsch
land en in de landen der kleine Enten
te (Tsjecho-Slovakije, Roemenië en
Zuid-Slavië) ging veel lawaai op. Men
verbeeldde zich, dat de Duce Oosten
rijk en Hongarije weer aaneen wilde
smeden en uit de asch van de oude
Donau-monarchie een nieuw maar
dan wat kleiner Donau-rijk wilde
doen herrijzen. De storm bleek alras
niet meer dan een storm in een glas wa
ter te zijn geweest. Toen de steen des
aanstoots Suvich, weer hoog en droog
in Rome zat, verstomde het kabaal even
snel, als het was losgebroken. Moest
men daaruit afleiden, dat Mussolini ge
schrokken was van het rumoer en zijn
plannen nu maar gauw opgaf? Het is
niet mogelijk die vraag met een eenvou
dig ja of neen te beantwoorden, omdat
men nooit geweten heeft, wat de Ita-
liaansche dictator precies in zijn schild
voerde. Algeheel heeft hij zijn plannen
echter niet opgegeven. Want vandaag
begint te Rome een bespreking tusschen
hem, den Hongaarschen premier Göm
bös en den Oostenrijkschen kanselier
Dolfuss, een bespreking die als een uit
vloeisel en een vervolg van de reis van
'Suvich moet worden opgevat.
Het merkwaardige is, dat deze bij
eenkomst niet vergezeld wordt van
veel politiek gerucht in de landen, die
zich het geval aantrekken. Men kan aan
dat feit drieëerlei uitleg geven: öf de
Duce heeft nooit het plan gehad, om van
Oostenrijk en Hongarije weer één staat
te maken, waarmee de belanghebben
den dan in kennis zullen zijn gesteld,
öf hij heeft zijn plannen dienaangaande
gewijzigd; öf men heeft er zich bij neer
gelegd. De laatste onderstelling is heel
onwaarschijnlijk. Een aaneensmeding
van Oostenrijk en Hongarije, ook in po
litiek opzicht, wat vermoedelijk dan nog
het herstel der Habsburgers tengevolge
zou hebben, zou de kleine Entente in
geen geval goedschiks gedoogen. Tsje
cho-Slovakije is geheel uit de vroegere
Donau-monarchie voortgekomen, Roe
menië en Zuid-Slavië slokten er bij de
vredesverdragen belangrijke deelen van
op. Een herleving van de kern dier mo
narchie kan daarom begrijpelijkerwijze
geen dier landen welgevallig zijn.
En zoo blijft over, dat Mussolini
slechts een nauwere economische aan
eensluiting tusschen Oostenrijk en Hon
garije nastreeft. Hij kan dat van den be
ginne af voorgestaan hebben; hij kan
naderhand tot de overtuiging zijn geko-
menx dat zulks voor 't oogenblik al
thans het eenig bereikbare is, ge
waarschuwd door het bovengenoemde
kabaal, geen verdere aspiraties te
koesteren.
En men moet nu hopen, dat Mussolini
hiermee zal slagen. We wezen er reeds
eerder op: Oostenrijk is een topzwaar
geval, dat op de een of andere manier
steun van buiten dient te ontvangen.
Een soort van economisch verbond met
Hongarije kan in dit verband zeer ze
ker dienstig zijn, tot wederzijdsche pro
fijt. Natuurlijk is de opzet van Mussolini
niet louter altruïstisch. Hij beoogt voor
zichzelf, of beter voor Italië, ook eenig
voordeel: op de eerste plaats politieke
invloed in midden-Europa. Maar dat
moet men dan maar op den koop toene
men. Als hij in dit opzicht een beetje
maat zal weten te houden, kan het ver
door MAY WYNNE.
32).
Hij had mistress Marjorie nu al van
kind af gekend, maar nog nooit had hij
haar zóó overmoedig gestemd aange
troffen.
.,Ja, als het nu voor den koning is",
mompelde hij, „dan
zullen wij er maar een ontmoe
ting met Jack of Lanthorn op wagen!"
lachte zij en liet zich door hem in het
zadel helpen.
Bij t gaan door de stadspoorten
scheen het Lot hen dan wel te begun
stigen, want ze vonden die poorten
open, om enkele verlate reizigers bin
nen te laten en in de verwarring van
het oogenblik schonk de wachthebben
de maar weinig aandacht aan de in der
haast verzonnen leugen van een zieke
bloedverwante in Hurst-Courtney, waar
heen de jonge dame ijlings geroepen
was.
Nu nog tien mijlen over de vennen,
dan zou het dorpje aan hun voeten lig
gen en zou Marjorie de vrienden waar
schuwen; bovenal haar vader en Hugh,
Het was een lichte maan en heerlijk
zacht was het in de lucht met de bal
semende bloemengeuren.
De witte uil, die krassende neerstreek
voor Betsy King, deed wel het paard,
moedelijk geen kwaad, integendeel zelfs,
zou er wat goeds van kunnen uitgaan.
Mussolini is een behendig diplomaat en
een snippertje curateele van zoo iemand
zal het ietwat zenuwachtige midden-
Europa geen kwaad doen.
De kalmte, waarmee de kleine Enten
te het geval thans opvat, houdt wellicht
ook verband met de geruchten, dat Mus
solini's plannen in het vreedzame
veel verder strekken en zouden be
oogen, op den duur ook die Kleine En
tente zelf in de Oostenrijksch-Hongaar-
sche samenwerking op economisch ge
bied te betrekken. Merkwaardig te de
zen aanzien is, dat op hetzelfde oogen
blik, dat Dolfuss naar Rome vertrok, dr.
Wiesner, de leider van de politiek-eco-
nomische afdeeling van het Oostenrijk-
sche ministerie van buitenlandsche za
ken, zich naar de Tsjechische hoofdstad
Praag begaf. Hij zou opdracht hebben,
om de Kleine Entente de groote betee-
kenis en de vredelievendheid van Mus
solini's ontwerp onder oogen te bren
gen. Men moet hem veel succes toewen-
schen.
EEN VOORSPELLING, DIE NIET IN
VERVULLING GING.
De Velpsche. medewerker van de
„Gelderlander" schrijft aan dit blad:
Door bemiddeling van den heer Th
Berendsen, eigenaar van de bekende
landbouwwerktuigenfabriek, Kampo de
Wild Co. kregen wij een zeer eigen
aardig document in handen, terwijl hij
ons omtrent de ontdekking nog de na
volgende bijzonderheden wist mede te
deelen.
De heer P. Jansen, landbouwer te
Duiven, kreeg ongeveer een maand ge
leden panne aan zijn dorschmachine,
een Holthaus-machine, afkomstig uit
Dinklage (Duitschland), model 1920.
Bij demontage van de rotatietrommel
ontdekte hij, stevig vastgeklemd een
vergeeld document, dat daar al sedert
den bouw van het werktuig moet zijn
verborgen geweest. De heer Berendsen
deelde ons voorts als deskundige nog
mede, dat deze trommels, die met een
snelheid van ongeveer 1300 omwentelin
gen per minuut toeren, zelden of nooit
defect geraken, zoodat deze profeet een
goede bergplaats had uitgezocht, waarin
't document nog véél langer verborgen
had kunnen blijven.
Vermoedelijk werd het door één der
firmanten die bekend stonden om hun
trouw aan de dynastie, in dezen origi
neelen schuilhoek aangebracht.
De heer Jansen zond onmiddellijk het
origineel aan den Keizer te Doorn,
doch mocht hierop geen anwoord ont
vangen.
De vertaling er van luidt als volgt:
Dinklage, 25—9, 1920.
In oprechte Duitsche trouw een har-
telijken groet uit Duitschland aan onzen
beminden keizer Wilhelm II.
Wanneer deze trommel .weer geopend
wordt, dan zal ons lieve, Duitsche va
derland wederom bloeien en sterk zijn
en dan zullen wij Frankrijk weder herin
neren aan den smadelijken vrede,
Groot Duitschland en Uw onoverwon
nen dapper leger, eens zal men in de
wereld met eer en achting van U spre-
45 cis p. pond - 221 ets p. half pond
(Ingez. Med.j
maar niet de meesteresse opschrikken.
Had zij niet Doncaster en James Bir
ley achter zich en haar huis en Hugh
Ainslie voor zich? Wat zou er dan te
vreezen zijn?
Job Parker was naast zijn jonge mees
teresse komen rijden.
„God geve, dat wij niet Jack of Lant
horn tegen komen, mistress Marjorie!"
zei hij, klappertandend van vrees na die
obscure waarschuwing.
„Jack of Lanthorn? Wel, er wordt
immers beweerd dat hij arme reizigers
niets doet, en ik geloof, dat we met ons
beiden nog geen tien zesstuiverstukken
rijk zijn!"
„Nu, dan heb ik andere verhalen over
hem gehoord, mistress! Hij moet zijn
ziel aan den Booze verkocht hebben en
moet dan ook op het voorhoofd getee-
kend zijn, vandaar dat hij het gezicht
altijd achter aen maisker verbergt en
nooit openlijk overdag over de vennen
rijdt, zooals ouwe Jack Swill-Tubb, die
eindelijk gehangen werd voor zijn wan
daden".
Parker veegde zich met de mouw van
zijn buis over het natte voorhoofd,
„Stil!" gebood Marjorie, met veel
vertoon van moed, ofsclioon zij innerlijk
toch ook wel eenige vrees koesterde,
„Is het al niet gebleken dat de Hemel
onze onderneming zegent? Vooreerst
door mij stil uit het huis van mijn tante
te laten gaan, zonder dat er een haan
naar kraaide; vervolgens door ons de
stadspoorten door te laten, en dan door
ken, want roem is onvergankelijk en uwe
daden zijn onvergetelijk. Heil Keizer
Wilhelm II, eens zal de wereld U als
vredeskeizer roemen.
Mocht de trommel in Holland geopend
worden, dan aan onzen geliefden keizer
opzenden s.v-p.
DE WERKLOOSHEID.
Overzicvht van den stand der werk
loosheid in het district Middelburg aan
het begin dezer maand.
Middelburg 921; Vlissingen 1092; Aag-
tekerke 11; Arnemuiden 215; Baarland
33; Biggekerke 23; Borssele 80; Colijns-
plaat 120; Domburg 76; Driewegen 32;
Ellewoutsdijk 24; Goes 233; 's-Graven-
polder 36; Grijpskerke 22; 's-Heer Abts-
kerke 5; 's-Heer ArendskerEe 65; 's-
Heerenhoek 66; Heinkenszand 109; Hoe-
dekenskerke 60; Ierseke 77; Kapelle
79; Kats 5; Kattendijke 16; Kloetinge 29;
Kortgene 34; Koudekerke 130; Krab-
bendijke 46; Kruiningen 95; Melisker-
ke 11; Nieuwland 40; Nisse 16; Oostka-
pelle 22; Oudelande 38; Ovezande 26;
Ri.land-Bath 62; Ritthem 31; Schore 29;
Serooskerke 37; St. Laurens 10; Souburg
253; Veere 28; Vrouwepolder 34; Waar
de 69; Wemeldinge 53; Westkapelle
267; Wissenkerke 180; Wolphaartsdijk
53; Zoutelande 38. Totaal 5031.
SINT LAURENS. Maandagavond ver
gaderde de Landbouwvereeniging on
der voorzitterschap van den heer M,
Francke. Na afdoening der huishoude
lijke werkzaamheden werd door den
heer Loeff, landbouwkundig ingenieur te
Amsterdam een lezing gehouden over 't
economisch voordeel van het gebruik
van graanmaaimachines in het akker-
bouwbedrijf- Aan de hand vaii, cijfers en
practische ervaringen werd door spre
ker aangetoond, dat 't machinaal maai
en van granen groote besparing aan
loon en arbeidskrachten geeft. Duidelijk
stelde hij in het licht de vele verbete
ringen, welke in de laatste jaren aan de
graanmaaimachines werden aange
bracht. Vervolgens gaf spreker een ren-
tabiliteitsberekening van het maaien
met de machine in vergelijking met het
met de hand maaien. Daarna werd een
film vertoond, aangevende de verschil
lende systemen van graanmaaimachines
VROUWENPOLDER. Maandag werd
alhier in het café van den heer Duve-
kot een vergadering gehouden door de
Vereeniging van aandeelhouders van de
Weegbrug „Algemeen Belang", onder
leiding van den hr. P. Melis Wzn. Het
doel der vergadering was de wensche-
lijkheid te overwegen om te geraken tot
samensmelting der twee te Veere ge
vestigde Weegbrugvereenigingen n.I.
„Algemeen Belang" en „Veersch land
bouwbelang". Op de te Veere op 13
Feb. j l. gehouden jaarvergadering Is
deze kwestie reeds ter sprake gebracht
en in beginsel tot samensmelting beslo
ten, onder voorwaarde dat bij doorvoe
ring der1 combinatie de brug van
„Veersch landbouwbelang" zou komen
te vervallen.
Het bestuur van laatstgenoemde ver
eeniging werd bij monde van den heer
J. Lampert deze aangelegenheid nader
in den breede toegelicht, waarna tot
combinatie der beide vereenigingen tot
één vereeniging onder den naam van:
„Algemeen Belang" werd besloten.
Aan de overname der aandeelen van
„Veersch landbouwbelang" werd de
voorwaarde verbonden dat 4 per aan
deel moet worden bijbetaald, terwijl be
ons heldere maan te geven voor een
reis, die waarlijk gevaarlijk had kunnen
zijn in het donker, wegens de verrader
lijke, moerassige plekken hier en daar".
„Jawel, maar met uw verlof, mistress:
het licht waarbij wij de moerassen zien,
verklapt ons aan onze vijanden!"
„Ik geloof niet, dat er vannacht vijan
den over de vennen zullen rijden, of dat
over het geheel, iets rampspoedigs ons
treffen zal, eer wij veilig in Knottingley
zijn".
En het was ook zeer goed mogelijk,
dat de tocht goed afgeloopen zou zijn,
als master Harry Pennerton zich niet
bezwaard had geacht door het bezoek
van de „goddelooze".
In het eerst was zijn geweten wel in
slaap gewiegd door de lekkernijen op
tafel, maar toen hij later benauwd ont
waakte doör een heftige nachtmerrie,
waarin bloeddorstige goddeloozen hem
in stukken hadden willen hakken, om
dat hij de zoon van zijn vader was, kon
hij 't toch niet langer uithouden klom
uit het hooge ledikant, dat hij deelde
met Thomas en Markham en ging re
gelrecht naar de studeerkamer van zijn
vader.
John Pennerton zat nog steeds met
James Birley den staat van zaken te
bespreken, toen "4de jongen (verscheen
i#i zijn wit nachthemd, als pen ware
geestverschijning, zóó bleek en ontdaan
zag hij er uit.
Zijn vader zou hem naar bed hebben
teruggestuurd met de scherpe verma
sloten werd de regeling van de oprui-)
ming van de brug van „Veersch land-
bouwbelang" aan het bestuur over te
laten.
RILLAND BATH Gisteravond ver
gaderde alhier onder leiding van den
hr. W. Lobbezoo de Chr. Historische
kiesvereeniging. Er waren 12 van de 23
leden aanwezig. Mede was op uitnoodi-
ging tegenwoordig de heer P. J Domi-
nicus, bux-gemeester dezer gemeente. In
plaats van de aftredende bestuursleden
de heeren J Deurloo en J. Dansen,
werden gekozen de heeren W Taillie
en L. Lobbezoo.
RILLAND BATH. Gisteravond werd
door het Com:té tegen anti geestelijke
stroomingen, een openbare vergadering
gehouden in de zaal van den heer Wie-
berdinck alhier. De vergadering stond
onder leid ng van den heer Schrier te
Waarde. Als spreker trad op ds J. He-
tebrij alhier met het onderwerp „Het
nationaal socialisme", Spr. zette uiteen
dat de N.S.B. een gezagsondermijnende
beweging is, waartegen n:et genoeg kan
worden gewaarschuwd. Vooral de jonge
menschen moeten zeer voorzichtig zijn,
vooral omdat het doel dezer beweging
er op gericht is, om met valsche leuzen,
de jongen menschen te winnen
Heden herdenkt ds. P. Warners,
Ned. Herv. Predikant te Doetinchem,
zijn zilveren ambtsjubileum.
Ds. P. Warners werd 14 Maart 1909
in' zijn eerste gemeente G a p i n g c be
vestigd. In 1913 werd het beroep naar
Heinkensz and aangenomen.
Na twee Zeeuwsche gemeenten ge
diend te hebben, kwam ds. Warners 5
Juli 1921 te Nederhorst den Berg, ter
wijl hij 22 Juni 1930 als predikant te
Doetinchem werd bevestigd.
De jubilaris zal Zondagavond 18 Maart
in de Groote Kerk een gedachtenisrede
houden.
Geref. Kerk.
Ds. J. C. J. Kuiper te O. en W. Sou
burg is beroepen te Arnhem.
„SURSUM CORDA."
J ubileum-uitvoer ing.
.(-§-) Ter gelegenheid van zijn tienjarig
bestaan, gaf het Christ, gemengd a ca-
pella koor „Sursum Corda" gisteravond
in de Concertzaal te Middelburg een
jubileum-uitvoering. Een groot aantal
belangstellenden had zich opgemaakt,
om het met zorg samengestelde pro
gramma te beluisteren. Begonnen werd
met het „Wilhelmus"1, in de toonzetting
van Julius Röntgen; staande namen de
aandachtige toehoorders de uitsteken
de verklanking der nationale hymne In
zich op. Een woord van groote waar
deering voor de uiterst zorgvuldige
wijze, waarop dit altijd weer ontroe-
rend-mooie lied bleek ingestudeerd,
mag den dirigent en zijn koor niet wor
den onthouden.
Het geheele programma getuigde trou
wens als steeds van nauwgezette
studie en krachtige leiding. We doen
slechts een enkele greep: Hoe keurig
werd dat fraaie „Avondlied" van Frans
Abt gezongen, met die mooie beginre
gels:
„De nacht komt stil op donk're
vleug'len dalen;
ning, dat kleine jongens zich wel eens
dubbel bedenken mochten, eer ze hun
ouders kwamen storen, maar James Bir
ley, wiens opmerkingsvermogen scher
per was en die wel degelijk aan den
jongen zag, dat hij zich ernstig bezwaard
voelde, zette hem aan tot spreken. En
zoo kwam Harry te voorschijn met een
onsamenhangend verhaal betreffende
(de „goddelooze", die vroeger op den
avond had geluisterd naar hetgeen neef
James had medegedeeld.
Ofschoon de heeren nog enkel maar
de hoofdzaak begrepen, was hun belang
stelling nu toch voldoende gewekt, dat
ze Harry dwongen de geschiedenis nog
eens te vertellen, waar tusschen door ze
hem van allerlei vragen stelden.
O ja, hij wist zeker, dat de naam van
de dame Marjorie Stapleton was.
Een beschrijving van haar persoon
deed Birley dan ook voldoende inzien,
dat Harry gelijk had en master Penner
ton was zoo verontwaardigd, dat hij
wraak zwoer op nicht Janet en op zijn
bandelooze kinderen, wien hij immers
een jveel te groote 'tegeeflijkheid had
getoond, en zoo voort, en zoo voort.
Birley maakte aan die zelfverwijten
een einde, doordat hij vroeg:
„Zou ze waarlijk in die schuilplaats
iets hebben gehoord, van wat wij be
spraken?"
Harry knikte overtuigend.
„Ze zei wel, dat ze geslapen had,"
luidde zijn verklaring, ,maar dat geloof
ik niet want haar oogen stonden helder
Nêderlandtdi Ongeëvenaard bij gevatte koui
Product Griep, rheumatische pijnenJ
Zenuwpijnen, Hoofdpijn, ens.
Per 12 stuks slechts 50 cent.!
Volgens recept van Apotheker
Bovengenoemde prijs wordt verhoogd
met Bijslag voor Omzet-belasting.
(Ingez. Med.)
Een enk'le ster blikt al van boven
neer."
Prachtig van toonvormnig was dat.
En dan het „O gulden hoofd" van
Bonset, met z'n rijke akkoorden, een
van de beste liederen van dezen steeds
te weinig gezongen componist. Het
schoone gedicht van Guido Gezelle
vond in hem den waren verklanker.
Hoewel misschien niet doorzichtig,
niet teeder genoeg, gaf ook de vertol
king van Mozart's „Ave Verum Corpus'
veel te genieten. De perfecte dyna
mische verzorging vormde een te
genwicht tegen wat men aan kleur te
kort kwam. En tot zekere hoogte geldt
dit ook voor het aangrijpende „Agnus
Dei" van Palestrina, dat schijnbaar mak
kelijk te zingen, in wezen een zeer
moeilijke opgaaf voor elk koor is. Wat
de heer Winter ten deze tot stand
had gebracht, dwong in hooge mate res
pect af.
Door de talrijke aanwezigen werd het
meest het leutige „Jong Hendrik" van
Wettig Weissenborn gewaardeerd, dat
met veel verve gezongen, gebisseerd
moest worden. Wij hadden ook „Ic weet
een reyn casteel" van Röntgen nog wel
eens een keer willen hooren en dan na
tuurlijk eveneens diens onovertroffen
„Bede voor het Vaderland". Wellicht
presteerde het koor nog het allermeest
in dit lied. Vooral de derde regel: ,,'t
Schuimende, woelige meer kunt maken
stille", met zijn typische decrescendo
gaf een staaltje van prachtige zangkunst
te hooren. Jammer dat het slot van dit
lied een paar rammelende inzetten
bracht, die even de stemming stoorden.
Een ongelukje had men met het „Panis
Angelicus" van César Franck. Dit zij
naast al het mooie, dat te genieten viel,
echter gaarne vergeven. Franck is nu
eenmaal een lastige baas, en niet alleen
voor koren; ook leerling-pianisten we
ten er van mee te spreken.
Aan het slot van den avond sprak de
voorzitter van de vereeniging den direc
teur in verband met het 10-jarig jubi
leum toe, en bood hem namens de leden
als blijk van waardeering voor zijn groo
te toewijding een prachtige mand met
bloemen aan.
en ze zag er heelemaal naar uit of zij
in spanning naar iets geluisterd had.
De heeren keken elkander aan en
schamper merkte Birley op:
„Ik dacht niet, dat ik zulk een luister
vink bij u in huis zou hebben gevon
den, oom!"
„Morgen zal er afgerekend worden,
bromde master Pennerton, „maar eerst
moeten wij goed zeker zijn van onze
zaak. Ik kan nog niet zoo grif aannemen,
dat onze bespreking kan zijn afgeluis
terd. Vertel eens even...."
Maar Harry was gevlucht, en, of
schoon zijn vader den jongen had wil
len terughalen, om hem nog eens tot in
de kleinste bijzonderheden te ondervra
gen, wilde Birley daar niet van hooren:
„Dat geeft niet! Hij kan ons toch niets
vast zeggen, want de goddelooze heeft
tegen hem gelogen".
„Neen, ik geloof nooit, dat zij van
daar onze bespreking kan hebben ge
boord.
Birley haalde de schouders op:
„Als dit zoo is, dan zal zijn iet lang
gedraald hebben om dien sluwen gees
telijke, haar vader, het nieuws mee te
deelen. Ongetwijfeld hebben zij samen
den dag in de stad doorgebracht. Daar
om zal ik mij nu onverwijld naar de
poorten begeven en daar een onderzoek
instellen, wie er vanavond al zoo door
gereden zijn. Zult u mij ook vergezellen,
waarde oom?"
(Wordt vervolgd.)