FRIESCHE BAAI 10,13 en 15 et
KRONIEK van den DAG.
ONDERWIJS.
ZEELAND.
LANDGOUW.
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN DONDERDAG 1 MAART 1934. No. 51
BARBARA, BE HEKS VAN
WINSLEA
MIDDELBURG.
EEN DRIEVOUDIG AFSCHEID.
CHRIST. MIDDENSTANDS-
VEREENIGING.
VLISSINGEN.
RAADSVOORSTEL.
1UID-BEVELAND.
EERVOL ONTSLAG VERLEEND.
1EEUWSCH-VLAANDEREN W.D.
Wie zijn neus schendt,
schendt zijn aangezicht.
Wie zijn smaak niet wil
schenden», rookt
PROVINCIALE COMMISSIE UIT DE
VEILINGEN IN ZEELANH,
sa
Politieke spanning in midden-
Europa Een gecompliceerde
belangenstrijd met Oostenr jk
als spil De fouten der vre
desverdragen wreken zich.
De diverse vredesverdragen, die in
jaren 1918 en vervolgens tot stand kwa
men, vertoonen zeer groote gebreken.
Dat is een feit, dat door eiken onbevoor
oordeelde grif wordt erkend. En even
grif moet men erkennen, dat de geschie
denis momenteel bezig is de gemaakte
fouten te corrigeeren. Daar zitten een
heele boel haken en oogen aan vast. Als
men zich in de zaak verdiept, ontkomt
men niet heelemaal aan een gevoel van
ongerustheid. Ze heeft conflict-stof op
gehoopt, dat nog al brandbaar lijkt. Een
ongelukje of een onhandigheidje zou er
de brand in kunnen steken. Alleen de
overweging, dat de mentaliteit der ver
schillende volken en die der toonaange
vende staatslieden vrij algemeen afkee-
rig van wapengeweld schijnen, doet er
den moed inhouden.
De grootste fout is wellicht geweest,
dat de „geallieerden" Duitschland tot
een tweederangs-mogendheid hebben
gedegradeerd door het zijn militaire
tanden uit te treken en daartegenover
de belofte, om op zich zelf binnen kor
ten termijn dezelfde operatie toe te pas
sen, niet zijn nagekomen. Mede daar
door is het mogelijk geworden dat het
Hitlerianisme zich van Duitschland
meester maakte: „Die ich rief, die Geis
terHet zal heel wat voeten in de
aarde hebben, ze weer „los zu werden".
Maar laten we hopen dat „der alle He-
xenmeister" nog te rechter tijd ten too-
neele verschijnt.
Een weinig minder groote fout is de
wijze geweest, waarop men de voorma
lige Donau-monarchie in stukken heeft
meenen te kunnen hakken. Daarmede
werd: ,o,m. een Oostenrijk geschapen,
dat eenige overeenkomst vertoont met
een kind met een waterhoofd. Het heeft
direct in de eerste jaren na den oorlog
al niet ontbroken aan waarschuwingen:
vooruitziende geesten voorspelden, dat
het niet goed zou gaan met dit kleine
land, dat er een onevenredig groote
wereldstad op na kreeg te houden. Het
is inderdaad een lijdensgeschiedenis met
dit rudiment der voormalige Donau-
monarchie geworden. Het heeft eigen
lijk nooit op eigen beenen kunnen staan
met zijn Weensche topzwaarte en kreeg
tenslotte dermate overprikkelde zenu
wen, dat de stuiptrekking van een on
heilige burgeroorlog tot de mogelijkhe
den bleek te behooren.
Het ziet er thans naar uit, dat dit
bloedig gebeuren het wrange voorstel
op belangrijke historische feiten zal
worden. Sinds een paar weken toch is
er een vreedzame worsteling tusschen
verschillende grootmachten om Oosten
rijk aan den gang. En daar zit eigen
lijk iets logisch in. Men kan met eeni-
gen grond betoogen, dat er twee moge
lijkheden voor Oostenrijk zijn: óf een
aansluiting in de een of andere vorm
met Hongarije, d.i. hereeniging van de
voornaamste bestanddeelen van het
oude keizerrijk; of inlijving bij Duitsch
land. Voor den niet-belanghebbende
komt het er eigenlijk weinig op aan,
welke van deze twee mogelijkheden
werkelijkheid zal worden. Als één er
van maar incarneert zonder dat daar
wapengeweld aan te pas komt. Men
moet voor Oostenrijk en voor de heele
wereld hopen, dat zijn lot binnen niet al
te langen termijn aan het Hongaarsche
of het Duitsche vastgekoppeld zal kun
nen worden en dat belanghebbenden zich
dan bij de zaak zullen neerleggen. Aan
een onverkwikkelijke lijdensgeschiede
nis ware dan een einde gemaakt.
Het zal intusschen ten zeerste te be
zien staan, of een van de beide oplossin-
door MAY WYNNE.
21).
een klik de rivier langs, hielp
zij Marjorie op de been en trok haar
mee naar een boschje, dat haar geheel
voor et oog verborgen deed zijn voor
een ie er, die aan den anderen oever
voorbij liep.
„Nu hier stil blijven liggen" comman
deerde Barbara. Als je al iets do
bid dan dat je bewaard wordt tegen
kou vatten, want, ofschoon je nat bgnt
tot op je gebeente, moet je toch wachten
tot hij weg is,"
Met wijd open oogen vroeg Marjorie:
„Heb je hem dan gezien?"
Barbara lachte. Zij had ook een rij
kleed aan van grijs laken met zilvertres
en een kastoren hoed met lint en veer.
Geen wonder, dat het vriendinnetje
verbaasd was haar daar zoo alleen te
vinden. Maar Barbara legde den vinger
op de lippen.
„Ik heb alles gezien", fluisterde zij.
„Je hield je flink hoor, en ik begrijp
waarom. Nu, 't pakje is in veiligheid."
„Het pakje? Heb je het pakje dan ge
zien?"
„Het is stroomafwaarts gedreven,
j gen zonder onheilige gevolgen tot stand
zal komen. Aangezien het aantal be-
langhebbenden zoo groot is. Allereerst
staan Italië en Duitschland ten deze
scherp tegenover mekaar. Mussolini
heeft dezer dagen den ltaliaanschen on
der-minister van buitenlandsche zaken
Suvich, te Boedapest en Weenen over
leg laten plegen, om zoo mogelijk een
soort van drievoudig verbond tusschen
Oostenrijk, Hongarije en Italië voor te
bereiden. De Duce moet van een even-
tueele „Anschluss" niets hebben, daar
hij dan een groot Duitsch Rijk tot na
buur zou krijgen, dat wel eens aspiraties
kon gaan koesteren in de richting van
terugwinning van het stuk Zuid-Tirol,
dat Italië na den wereld-oorlog o.m. als
buit kreeg toegewezen. Oostenrijk zelf
is te zwak voor dergelijke aanspraken;
ook een met Hongarije vereenigd Oos
tenrijk zou dat zijn, te meer wanneer
Mussolini als 't ware beschermheer van
zoo'n combinatie zou worden. Omtrent
het resultaat van Suvich's onderhande
lingen wordt niet veel aan de groote
klok gehangen. Er schijnt wel een basis
gelegd voor verdere besprekingen, doch
hoe breed en stevig die basis is, wordt
geheim gehouden. Echter verhindert
zulks de tegenstanders van Mussolini's
opzet niet om alarm te slaan. Duitsch
land natuurlijk voorop. En daarachter
de kleine Entente, met Tsjecho-Slova-
kije een eind voor Roemenië en Zuid-
Slavië aan. Tsjecho-Slovakije deed wel-
licht echter verstandiger, zich niet al
te zeer in te spannen. Een samengaan
van Oostenrijk en Hongarije zou voor
dit land heel wat minder erg zijn dan
een aaneensluiting van Oostenrijk bij
Duitschland. De kleine Entente is na
tuurlijk vooral bevreesd, dat het Hon
gaarsche revisionisme nieuw voedsel zal
krijgen, indien Hongarije tot een ak
koord met Rome en Weenen kwam. De
Hongaren hopen nog altijd, dat de gren
zen van hun land nog wel eens zullen
worden herzien. Ze willen, dat Tsjecho-
Slovakije en Roemenië de gebieden met
een overwegend Hongaarsche bevolking
weer zullen afstaan, waarvoor deze lan
den echter heelemaal niets voelen. En
't is begrijpelijk, dat ze er dan evenmin
iets voor voelen, de positie van Honga
rije te verstevigen.
Tenslotte speelt het legitimisme nog
een rol in de zaak. Zoowel in Oostenrijk
als in Hongarije hoort men de laatste
dagen al luider over het herstel van
het keizer- of koningschap praten. Otto
van Habsburg zal zijn hart voelen po
pelen. Heelemaal ongunstig staan z'n
kansen trouwens geenszins. Al was het
alleen maar, omdat zijn troonsbestijging
een geduchte dam tegen de „Anschluss"
zou opwerpen. Voor Frankrijk wordt
het daarmee moeilijk positie-kiezen.
Aan den eenen kant voelt het als
't ware natuurlijkerwijze niets voor
een wedergeboorte der Habsburgsche
dynastie. Aan den anderen kant beseft
het, dat Duitschland er een kool mee te
stoven ware.
Zoodoende draagt het gansche geval
een zeer gecompliceerd karakter. De
verschillende belangen loopen kris-kras
door elkaar en schijnen hier en daar
van een paradoxalen aard. Men zou kun
nen zeggen, dat er met man en macht
aan het politiek rad van avontuur wordt
gedraaid. Men moet benieuwd zijn, wie
met den prijs zal gaan strijken.
Aan mej. M. Bun te Klooster-
z a n d e, onderwijzeres aan de St.
Josephschool te Ossenisse, is met in
gang van 1 Mei a s. eervol ontslag als
zoodanig verleend in verband met de
verhoogde leerlingenschaal der gewij
zigde Lager-Onderwijswet 1920, waar
door één der 4 leerkrachten -overcom
pleet werd.
steeds met 't verraderlijke oranje lintje
er om. Maar de Zwarte Poel bewaart
zijn geheimen goed, of die nu afkomstig
zijn van een trouw man of van een ver
rader. En nu stil Marjorie. Later zal ik
je de geschiedenis vertellen, dat beloof
ik je. Ik zou niet graag willen dat James
Birley van mijn tegenwoordigheid hier
af wist- Overigens zal de schrik hem
wel eens goed doen."
„De schrik?"
„Ja, dat hij het op zijn geweten heeft
dat zijn geliefde verdronken is!"
„Hij is anders niet mijn geliefde, Babs!
Haar wat zal mijn arme vader wel den-
cen, als hij, dat bericht hoort?"
„La la! Hij zal het niet hooren eer hij
je ook weer dadelijk in de armen zal j
cunnen sluiten. Stil nu, daar komt Ja-1
J
Bloemen voor de zieken-
Het eerste vliegtuig van de K. L. M.,
dat heden naar Zeeland vertrok, bracht
bloemen mee voor de ziekenhuizen van
Zierikzee, Vlissingen en Middelburg.
In een der tot dat doel keurig inge
rich te lokalen van school K, aan de
Bree verzamelden zich tegen half 4 gis
termiddag, op uitnoodiging van de Com
missie van 't oezicht op het L. Onderw,
alhier, autoriteiten, onderwijzend per
soneel aan de openbare lagere scholen
en verdere genoodigden om afscheid te
nemen van de heeren J. A. Tavenier,
hoofd van school K; A. Dekker, onder
wijzer aan school J, en C. de Nood, on
derwijzer aan school C, die met hunne
familieleden op het gestelde uur hunne
plaatsen innamen.
Tegelijkertijd zou hiermede school K
uit de rij der openbare lagere scholen te
dezer stede verdwijnen. Het overige
personeel aan die school verbonden, n
mej. J. G. Broeke, is overgeplaatst naar
school C, en de heer W. Hardon naar
school J, in de vacatures ontstaan door
het heengaan der heeren Dekker en De
Nood.
De bijeenkomst werd geleid door den
wethouder van Onderwijs, den heer M,
H. Boasson, die den aanwezigen, in het
bijzonder het college van B. en W. en
den inspecteur van het L. O., van harte
welkom heette, waarna spr. het woorc
verleende aan burgemeester M. Fern
hout. Deze maakte daarvan gaarne ge
bruik niet alleen om een woord van af
scheid te spreken tot de drie vertrek
kenden, maar ook om deze gelegenheic
te gebruiken tot kennismaking met het
onderwijzend personeel aan de o. 1.
scholen en tevens om zijn groote waar
deering uit te spreken voor het werk
der onderwijzers.
Meer in 't bijzonder dankte de wet
houder van onderwijs vervolgens de hee
ren De Nood, Dekker en Tavenier voor
het vele goede, dat zij in hun langduri
gen diensttijd, in het bijzonder voor de
jeugd in de gemeente Middelburg had
den geschonken voor hoofd en hart
beide.
In gelijken geest sprak de heer C
Wit, inspecteur van 't L. Onderwijs in
de Inspectie Middelburg, die steeds de
aangenaamste herinneringen zou behou
den aan de lessen die hij had bijgewoonc
en aan de besprekingen die meermalen
gevoerd werden om onderwijsaangele
genheden te regelen of voor te bereiden
Vervolgens werd nog het woord ge
voerd door den heer P. van Roon hoofc
van school J den heer W. Spinnaay na
mens de Spaarbankdirectie van het N.
O. G., den heer F. Rosendaal, hoofc
van school C. en den heer W. Hardon.
onderwijzer aan school K. Allen getuig
den van de goede verhoudingen, die tus
schen de scheidenden en hen bestonden
en deden een beroep op hun verdere
medewerking in onderwijszaken, wan
neer dat noodig mocht zijn.
Bloemen en cadeau's begeleidden de
toespraken. Ondertusschen werd de
thee rondgediend en zorgden de dames
ook voor het presenteeren van versna
peringen.
Het woord was daarna aan den heer
J- Tavenier, die aan het eind van zijn
onderwijsloopbaan gekomen, met de ge
noodigden de verschillende scholen,
waarin hij werkzaam geweest was de
revue liet passeeren. Gaarne was spr.
nog een paar jaar bij het onderwijs ge
bleven, maar de onderwijstoestanden
hadden zich ondertusschen zoo ontwik
keld, dat school K niet langer te hou
den was en daarmede was het vervroeg
de heengaan noodzakelijk geworden.
Dank bracht hij aan allen, die hem de
zen dag zulke goede woorden toegespro-
mes!
Door het dichte scherm van hulst
hadden haar scherpe oogen een gestalte
in korte broek en grijze jas ontdekt, die
zich langs den anderen kant van den
oever spoedde.
Niet tot haar eer misschien moet ge
zegd worden, dat zij verbazend genoot
van de ontsteltenis, die sprak uit het
bleeke gelaat met de sombere trekken.
„Kom vermaande zij toen weer,
zoodra Birley uit het gezicht was, „de
schurk zal nog heel wat gedachten wij
den aan je nat graf! Ondertusschen zul
len wij naar Winslea Grange terugkee-
ren langs de hut van moeder Meg. Ze
zal je een drank geven, die alle slechte
gevolgen van kouvatten zal afweren "en
dan zal ze Tam met je naar huis sturen
omdat ik niet zoover met je mee wil
gaan."
Marjorie keek verrast en bevreesd-
„Naar de hut van moeder Meg?" her
haalde zij. „Je meent toch niet Zwarte
Meg van Winslea, Bab?"
Barbara lachte, terwijl ze voorging
het smalle pad, dat naar 't hooger ge
legen gedeelte van de vennen leidde-
„Zwarte Meg van Winslea draagt mij
geen kwaad hart toe. Ik heb juist dik
wijls ondervonden, dat zij een trouwe
vriendin in den nood kan zijn."
„Maar ze is een heks!" riep Marjorie
I „en heeft haar ziel aan den duivel ver
kocht. Foei, Barbara! Je hebt toch nooit
zoo'n ontheiligden drempel overschre
den?"
Barbara lachte zorgeloos:
„Dien drempel heb ik al zoo dikwijls
overschreden, ofschoon ik niet graag
hebben zou, dat een ieder in Knotting-
ley er zijn neus in had. En je moet nu
heusch meekomen naar Zwarte Meg,
Marjorie, want, me dunkt, jij moest toch
wel boven die malle praatjes verheven
zijn! Moeder Meg is zoo min een heks
als jij of ik, maar het is een oude vrouw,
die slecht behandeld werd, een scherpe
tong heeft, een vernuftig stel hersenen
ken hadden, dank ook voor de vele ver
rassingen. In het bijzonder memoreerde
spr. nog de laatste maanden aan school
K, roemde den steun en de samenwer
king met mej. Broeke en den heer Har
don, waarna hij beiden als herinnering
een boek overhandigde. Nimmer zou
men te vergeefs een beroep op hem
doen, als men hem noodig had voor
schoolzaken.
Op humoristische wijze nam vervol
gens de heer A. Dekker afscheid uit zijn
veeljarige loopbaan, waarna de heer C.
de Nood met eenige gevoelvolle woor
den de rij der sprekers besloot
De wethouder voor onderwijs sloot
daarna deze bijeenkomst met een woord
van dank aan allen, die het hunne had
den bijgedragen tot herdenking van de
zen dag.
Dinsdagavond hield de Christelijke
Middenstandsvereeniging alhier haar 8e
jaarvergadering, onder leiding van haar
waarnemenden voorzitter den hr. J. Bo-
lier. In zijn openingswoord wees de
voorzitter op den druk der tijden, maai
bovenal op de rijke zegeningen die wij
nog steeds genieten, welke meer zijn dan
de zorgen die ons drukken, waarom hij
aanspoorde om vooral in dezen tijd
trouw te zijn aan onze Goddelijke roe
ping op sociaal terrein.
De secretaris, de heer F. A. de Jonge,
bracht het jaarverslag uit, waarin met
dank gemeld werd, dat ondanks de cri
sis, toch het ledental stabiel gebleven is.
De aftredende bestuursleden de hee
ren Bolier, Bouwense, De Ridder en
Wattel werden allen herkozen.
Na de pauze werd gepraat over de
„Omzetbelasting" Een der bestuursleden
leidde deze zaak op duidelijke wijze in
met 'voorbeelden uit de practijk. Een
zeer drukke bespreking volgde hierop
en tal van vragen werden gesteld, o.a.
bleek ook dat in tal van gevallen nog
tegenstrijdige adviezen worden ver
strekt.
De voorzitter dankte den inleider har
telijk voor de heldere uiteenzetting van
deze wet en sloot hierna de vergade
ring.
Bij Kon. bes'uit is de zilveren eere-
medaJle verbonden aan de Oranje-Nas-
sau Orde verleend aan H. Meuldijk en
W. v. d. Hoek te Vlissingen beiden
in dienst bij de Stoomvaart Mij. „Zee
land" aldaar.
B. en W. stellen den gemeenteraad
voor aan B, J. N. Schmelzer qq 120
vierkanten meter grond aan de Van Dis-
hoeckstraat te verkoopen voor 12 per
vierkanten meter, alzoo voor 1440.
HEINKENSZAND. Dinsdagavond gaf
het kinderkoor „Der Kinderen Lied"
a hier onder leiding van den heer Lam-
mers een uitvoering in het verenigings
lokaal. De zaal was zeer goed bezet en
de aanwezigen hebben zich geamuseerd.
's-GRAVENPOLDER. Bij Kon. be
sluit is aan D. P. Prümers, sedert 1910
burgemeester van 's-G ravenpolder
op zijn verzoek met ingang van 28
Haart een eervol ontlag als zoodanig
verleend-
OOSTBURG. Bij de „Rijkslevering"
van Slachtvee op 27 Febr. j.l. werden
62 dieren aangeboden, waarvan 8 ge
weigerd werden.
«kl/i
(Ingez. Med.)
jezit en een hart, dat ook wel degelijk
zachtere gevoelens kent, maar dat ver
schrompeld en verhard is door de wor
stelingen met het Lot. En wat ons nu al
ïeel goed te pas komt: ze heeft een
zeldzame bedrevenheid in het mengen
van kruiden en het bereiden van ge
neeskrachtige dranken. Als je daar niet
ïeen wilt, dan zal je, eer we een paar
uur verder zijn, op de Grange ziek lig
gen aan rheumatische koortsen of
erger. Kijk eens, hoe je rilt en er is in
iet eerste uur nog geen kans op dat je
die natte kleeren voor droge kan ver
wisselen."
Men hoefde er niet aan te twijfelen
wie het sterkste karakter bezat van
leide meisjes, Marjorie gaf toe met een
ïuiverende zucht, die niet zoozeer
voortkwam uit vrees, maar uit onbe-
ïaaglijkheid, daar zij reeds een vreemd,
oom gevoel begon te krijgen, en het
leurtelings warm had, terwijl dan weer
een koude rilling haar langs den rug
iep.
Barbara hield den arm om haar vrien
din heengeslagen en ondersteunde haar,
terwijl ze het pad door de vennen over-
iepen, dat naar een vlaktetje voerde,
rondom met geurende brem begroeid en
waartusschen een hutje stond, van hout
en steen gebouwd, met een dak van ge
droogde brem en twijgjes en dat daar
zoo eenzaam midden in het kleine dal
De Provinciale Commissie uit de Vei
lingen in Zeeland vergaderde onder
voorzitterschap van den hr. H. A. Hein-
ken. Uit het jaarverslag over 1933 bleek
dat voor den teler van pit- e» steen
vruchten, voor zoover zij in het bezit
zijn van boomgaarden, wat de opbrengst
betreft, het jaar 1933 over het algemeen
niet ongunstig is geweest.
Toch zijn de prijzen voor het goede
fruit weer gedaald in vergelijking met.
voorgaande jaren en is de meening als
zou de fruitteelt zoo bijzonder gunstige
resultaten opleveren en onbeperkte
perspectieven bieden, in strijd met de
werkelijkheid.
De teelt van kleinfruit en groenten gaf
zeer slechte resultaten.
De prijzen bewogen zich voor kruis
bessen en roode bessen slechts rond de
afleveringskosten, terwijl aardbeien en
frambozen voor de gemaakte prijzen al
leen geproduceerd kunnen worden,
wanneer men onder zeer gunstige om
standigheden verkeert.
Ook de zwarte bessen daalden in
prijs, zoodat de prijsstijging der voor
gaande jaren niet blijvend blijkt te zijn.
Uitvoerig werd van gedachte gewis
seld over de teeltbeperking voor tuin-
bouwgewassen, waarover door den se
cretaris tal van mededeelingen werden
gedaan.
Hij vestigde er de aandacht op, dat
het noodzakelijk is dat de verbouwers
met de gepubliceerde voorschriften, die
zoo spoedig mogelijk nog nader zullen
worden bekend gemaakt, nu reeds re
kening houden- Wanneer zich hierbij
moeilijkheden voordoen, die het be
staan van het bedrijf bedreigen, kan
men zich tot de ingestelde streekcom-
missie wenden.
De Secretaris betreurde het even
eens dat er nog veel is, dat nog nader
geregeld moet worden, doch voordat ge
nomen besluiten van kracht kunnen
worden moeten nu eenmaal verschillen
de formaliteiten vervuld worden.
De Regeeringscommissaris heeft dit
zooveel mogelijk bespoedigd, doch het'
is anderzijds ook niet wenschelijk dat
dergelijke ingrijpende maatregelen over
haast worden genomen.
Met betrekking tot de omzetbelasting
werd medegedeeld dat deze met alleen
bij het veilen van fruit moet worden be
taald, doch ook bij verkoop op andere
wijze. Van verschillende zijden wordt
getracht alsnog het fruit vrijgesteld te
krijgen, doch de kans hierop ie gering.
Een goede regeling waardoor 'Seze be
lasting ook billijk zal worden geheven,
zal voor de nieuwe oogst aanvangt, ge
reed zijn-
lag, dat Marjorie vurig bad om baecher-
ming tegen het „booze oog" en andere
praktijken van deze vrouw, die immers
tot den duivel in betrekking moest
staan.
I Barbara schreed rustig verder e* riep
moeder Meg al van verre toe, om haar
gasten tegemoet te komen,
j „Neen, neen", hijgde Marjorie, en,
hadden haar krachten het toegelaten,
dan zou zij zich zeker hebben losge
rukt uit Barbara's stevigen greep, op
het eerste gezicht van de eigenaardige
gedaante, die daar op den drempel ver
scheen-
Toch was Zwarte Meg van Winslea
niet het type van een heks. Zij was lang,
zeer evenredig gebouwd, met raven
zwarte lokken, waartusschen menige
witte streep liep, maar die nog altijd
sporen toonde van een schoonheid, die
eens vermaard was door hee! West-
Yorkshire.
Haar donkere oogen spraken ©en som
bere begroeting tot Barbara en bleven
met vragenden blik op het andere Jonge
meisie rusten.
„Wie heb je daar bij je, mistreasIT
„Een vriendin, moeder Meg, etfi die
dan wel zeer behoefte heeft aan een van
uw dranken. Kijk, ze is half verdronken
in de rivier en beeft als een riet- Mo
gen we binnenkomen?"
(Wordt verv-vfeÈAI