FRIESCHE BAAI 10,13 en 15 et KRONIEK van den DAG. ONDERWIJS. ZEELAND. LANDGOUW. TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN DONDERDAG 1 MAART 1934. No. 51 BARBARA, BE HEKS VAN WINSLEA MIDDELBURG. EEN DRIEVOUDIG AFSCHEID. CHRIST. MIDDENSTANDS- VEREENIGING. VLISSINGEN. RAADSVOORSTEL. 1UID-BEVELAND. EERVOL ONTSLAG VERLEEND. 1EEUWSCH-VLAANDEREN W.D. Wie zijn neus schendt, schendt zijn aangezicht. Wie zijn smaak niet wil schenden», rookt PROVINCIALE COMMISSIE UIT DE VEILINGEN IN ZEELANH, sa Politieke spanning in midden- Europa Een gecompliceerde belangenstrijd met Oostenr jk als spil De fouten der vre desverdragen wreken zich. De diverse vredesverdragen, die in jaren 1918 en vervolgens tot stand kwa men, vertoonen zeer groote gebreken. Dat is een feit, dat door eiken onbevoor oordeelde grif wordt erkend. En even grif moet men erkennen, dat de geschie denis momenteel bezig is de gemaakte fouten te corrigeeren. Daar zitten een heele boel haken en oogen aan vast. Als men zich in de zaak verdiept, ontkomt men niet heelemaal aan een gevoel van ongerustheid. Ze heeft conflict-stof op gehoopt, dat nog al brandbaar lijkt. Een ongelukje of een onhandigheidje zou er de brand in kunnen steken. Alleen de overweging, dat de mentaliteit der ver schillende volken en die der toonaange vende staatslieden vrij algemeen afkee- rig van wapengeweld schijnen, doet er den moed inhouden. De grootste fout is wellicht geweest, dat de „geallieerden" Duitschland tot een tweederangs-mogendheid hebben gedegradeerd door het zijn militaire tanden uit te treken en daartegenover de belofte, om op zich zelf binnen kor ten termijn dezelfde operatie toe te pas sen, niet zijn nagekomen. Mede daar door is het mogelijk geworden dat het Hitlerianisme zich van Duitschland meester maakte: „Die ich rief, die Geis terHet zal heel wat voeten in de aarde hebben, ze weer „los zu werden". Maar laten we hopen dat „der alle He- xenmeister" nog te rechter tijd ten too- neele verschijnt. Een weinig minder groote fout is de wijze geweest, waarop men de voorma lige Donau-monarchie in stukken heeft meenen te kunnen hakken. Daarmede werd: ,o,m. een Oostenrijk geschapen, dat eenige overeenkomst vertoont met een kind met een waterhoofd. Het heeft direct in de eerste jaren na den oorlog al niet ontbroken aan waarschuwingen: vooruitziende geesten voorspelden, dat het niet goed zou gaan met dit kleine land, dat er een onevenredig groote wereldstad op na kreeg te houden. Het is inderdaad een lijdensgeschiedenis met dit rudiment der voormalige Donau- monarchie geworden. Het heeft eigen lijk nooit op eigen beenen kunnen staan met zijn Weensche topzwaarte en kreeg tenslotte dermate overprikkelde zenu wen, dat de stuiptrekking van een on heilige burgeroorlog tot de mogelijkhe den bleek te behooren. Het ziet er thans naar uit, dat dit bloedig gebeuren het wrange voorstel op belangrijke historische feiten zal worden. Sinds een paar weken toch is er een vreedzame worsteling tusschen verschillende grootmachten om Oosten rijk aan den gang. En daar zit eigen lijk iets logisch in. Men kan met eeni- gen grond betoogen, dat er twee moge lijkheden voor Oostenrijk zijn: óf een aansluiting in de een of andere vorm met Hongarije, d.i. hereeniging van de voornaamste bestanddeelen van het oude keizerrijk; of inlijving bij Duitsch land. Voor den niet-belanghebbende komt het er eigenlijk weinig op aan, welke van deze twee mogelijkheden werkelijkheid zal worden. Als één er van maar incarneert zonder dat daar wapengeweld aan te pas komt. Men moet voor Oostenrijk en voor de heele wereld hopen, dat zijn lot binnen niet al te langen termijn aan het Hongaarsche of het Duitsche vastgekoppeld zal kun nen worden en dat belanghebbenden zich dan bij de zaak zullen neerleggen. Aan een onverkwikkelijke lijdensgeschiede nis ware dan een einde gemaakt. Het zal intusschen ten zeerste te be zien staan, of een van de beide oplossin- door MAY WYNNE. 21). een klik de rivier langs, hielp zij Marjorie op de been en trok haar mee naar een boschje, dat haar geheel voor et oog verborgen deed zijn voor een ie er, die aan den anderen oever voorbij liep. „Nu hier stil blijven liggen" comman deerde Barbara. Als je al iets do bid dan dat je bewaard wordt tegen kou vatten, want, ofschoon je nat bgnt tot op je gebeente, moet je toch wachten tot hij weg is," Met wijd open oogen vroeg Marjorie: „Heb je hem dan gezien?" Barbara lachte. Zij had ook een rij kleed aan van grijs laken met zilvertres en een kastoren hoed met lint en veer. Geen wonder, dat het vriendinnetje verbaasd was haar daar zoo alleen te vinden. Maar Barbara legde den vinger op de lippen. „Ik heb alles gezien", fluisterde zij. „Je hield je flink hoor, en ik begrijp waarom. Nu, 't pakje is in veiligheid." „Het pakje? Heb je het pakje dan ge zien?" „Het is stroomafwaarts gedreven, j gen zonder onheilige gevolgen tot stand zal komen. Aangezien het aantal be- langhebbenden zoo groot is. Allereerst staan Italië en Duitschland ten deze scherp tegenover mekaar. Mussolini heeft dezer dagen den ltaliaanschen on der-minister van buitenlandsche zaken Suvich, te Boedapest en Weenen over leg laten plegen, om zoo mogelijk een soort van drievoudig verbond tusschen Oostenrijk, Hongarije en Italië voor te bereiden. De Duce moet van een even- tueele „Anschluss" niets hebben, daar hij dan een groot Duitsch Rijk tot na buur zou krijgen, dat wel eens aspiraties kon gaan koesteren in de richting van terugwinning van het stuk Zuid-Tirol, dat Italië na den wereld-oorlog o.m. als buit kreeg toegewezen. Oostenrijk zelf is te zwak voor dergelijke aanspraken; ook een met Hongarije vereenigd Oos tenrijk zou dat zijn, te meer wanneer Mussolini als 't ware beschermheer van zoo'n combinatie zou worden. Omtrent het resultaat van Suvich's onderhande lingen wordt niet veel aan de groote klok gehangen. Er schijnt wel een basis gelegd voor verdere besprekingen, doch hoe breed en stevig die basis is, wordt geheim gehouden. Echter verhindert zulks de tegenstanders van Mussolini's opzet niet om alarm te slaan. Duitsch land natuurlijk voorop. En daarachter de kleine Entente, met Tsjecho-Slova- kije een eind voor Roemenië en Zuid- Slavië aan. Tsjecho-Slovakije deed wel- licht echter verstandiger, zich niet al te zeer in te spannen. Een samengaan van Oostenrijk en Hongarije zou voor dit land heel wat minder erg zijn dan een aaneensluiting van Oostenrijk bij Duitschland. De kleine Entente is na tuurlijk vooral bevreesd, dat het Hon gaarsche revisionisme nieuw voedsel zal krijgen, indien Hongarije tot een ak koord met Rome en Weenen kwam. De Hongaren hopen nog altijd, dat de gren zen van hun land nog wel eens zullen worden herzien. Ze willen, dat Tsjecho- Slovakije en Roemenië de gebieden met een overwegend Hongaarsche bevolking weer zullen afstaan, waarvoor deze lan den echter heelemaal niets voelen. En 't is begrijpelijk, dat ze er dan evenmin iets voor voelen, de positie van Honga rije te verstevigen. Tenslotte speelt het legitimisme nog een rol in de zaak. Zoowel in Oostenrijk als in Hongarije hoort men de laatste dagen al luider over het herstel van het keizer- of koningschap praten. Otto van Habsburg zal zijn hart voelen po pelen. Heelemaal ongunstig staan z'n kansen trouwens geenszins. Al was het alleen maar, omdat zijn troonsbestijging een geduchte dam tegen de „Anschluss" zou opwerpen. Voor Frankrijk wordt het daarmee moeilijk positie-kiezen. Aan den eenen kant voelt het als 't ware natuurlijkerwijze niets voor een wedergeboorte der Habsburgsche dynastie. Aan den anderen kant beseft het, dat Duitschland er een kool mee te stoven ware. Zoodoende draagt het gansche geval een zeer gecompliceerd karakter. De verschillende belangen loopen kris-kras door elkaar en schijnen hier en daar van een paradoxalen aard. Men zou kun nen zeggen, dat er met man en macht aan het politiek rad van avontuur wordt gedraaid. Men moet benieuwd zijn, wie met den prijs zal gaan strijken. Aan mej. M. Bun te Klooster- z a n d e, onderwijzeres aan de St. Josephschool te Ossenisse, is met in gang van 1 Mei a s. eervol ontslag als zoodanig verleend in verband met de verhoogde leerlingenschaal der gewij zigde Lager-Onderwijswet 1920, waar door één der 4 leerkrachten -overcom pleet werd. steeds met 't verraderlijke oranje lintje er om. Maar de Zwarte Poel bewaart zijn geheimen goed, of die nu afkomstig zijn van een trouw man of van een ver rader. En nu stil Marjorie. Later zal ik je de geschiedenis vertellen, dat beloof ik je. Ik zou niet graag willen dat James Birley van mijn tegenwoordigheid hier af wist- Overigens zal de schrik hem wel eens goed doen." „De schrik?" „Ja, dat hij het op zijn geweten heeft dat zijn geliefde verdronken is!" „Hij is anders niet mijn geliefde, Babs! Haar wat zal mijn arme vader wel den- cen, als hij, dat bericht hoort?" „La la! Hij zal het niet hooren eer hij je ook weer dadelijk in de armen zal j cunnen sluiten. Stil nu, daar komt Ja-1 J Bloemen voor de zieken- Het eerste vliegtuig van de K. L. M., dat heden naar Zeeland vertrok, bracht bloemen mee voor de ziekenhuizen van Zierikzee, Vlissingen en Middelburg. In een der tot dat doel keurig inge rich te lokalen van school K, aan de Bree verzamelden zich tegen half 4 gis termiddag, op uitnoodiging van de Com missie van 't oezicht op het L. Onderw, alhier, autoriteiten, onderwijzend per soneel aan de openbare lagere scholen en verdere genoodigden om afscheid te nemen van de heeren J. A. Tavenier, hoofd van school K; A. Dekker, onder wijzer aan school J, en C. de Nood, on derwijzer aan school C, die met hunne familieleden op het gestelde uur hunne plaatsen innamen. Tegelijkertijd zou hiermede school K uit de rij der openbare lagere scholen te dezer stede verdwijnen. Het overige personeel aan die school verbonden, n mej. J. G. Broeke, is overgeplaatst naar school C, en de heer W. Hardon naar school J, in de vacatures ontstaan door het heengaan der heeren Dekker en De Nood. De bijeenkomst werd geleid door den wethouder van Onderwijs, den heer M, H. Boasson, die den aanwezigen, in het bijzonder het college van B. en W. en den inspecteur van het L. O., van harte welkom heette, waarna spr. het woorc verleende aan burgemeester M. Fern hout. Deze maakte daarvan gaarne ge bruik niet alleen om een woord van af scheid te spreken tot de drie vertrek kenden, maar ook om deze gelegenheic te gebruiken tot kennismaking met het onderwijzend personeel aan de o. 1. scholen en tevens om zijn groote waar deering uit te spreken voor het werk der onderwijzers. Meer in 't bijzonder dankte de wet houder van onderwijs vervolgens de hee ren De Nood, Dekker en Tavenier voor het vele goede, dat zij in hun langduri gen diensttijd, in het bijzonder voor de jeugd in de gemeente Middelburg had den geschonken voor hoofd en hart beide. In gelijken geest sprak de heer C Wit, inspecteur van 't L. Onderwijs in de Inspectie Middelburg, die steeds de aangenaamste herinneringen zou behou den aan de lessen die hij had bijgewoonc en aan de besprekingen die meermalen gevoerd werden om onderwijsaangele genheden te regelen of voor te bereiden Vervolgens werd nog het woord ge voerd door den heer P. van Roon hoofc van school J den heer W. Spinnaay na mens de Spaarbankdirectie van het N. O. G., den heer F. Rosendaal, hoofc van school C. en den heer W. Hardon. onderwijzer aan school K. Allen getuig den van de goede verhoudingen, die tus schen de scheidenden en hen bestonden en deden een beroep op hun verdere medewerking in onderwijszaken, wan neer dat noodig mocht zijn. Bloemen en cadeau's begeleidden de toespraken. Ondertusschen werd de thee rondgediend en zorgden de dames ook voor het presenteeren van versna peringen. Het woord was daarna aan den heer J- Tavenier, die aan het eind van zijn onderwijsloopbaan gekomen, met de ge noodigden de verschillende scholen, waarin hij werkzaam geweest was de revue liet passeeren. Gaarne was spr. nog een paar jaar bij het onderwijs ge bleven, maar de onderwijstoestanden hadden zich ondertusschen zoo ontwik keld, dat school K niet langer te hou den was en daarmede was het vervroeg de heengaan noodzakelijk geworden. Dank bracht hij aan allen, die hem de zen dag zulke goede woorden toegespro- mes! Door het dichte scherm van hulst hadden haar scherpe oogen een gestalte in korte broek en grijze jas ontdekt, die zich langs den anderen kant van den oever spoedde. Niet tot haar eer misschien moet ge zegd worden, dat zij verbazend genoot van de ontsteltenis, die sprak uit het bleeke gelaat met de sombere trekken. „Kom vermaande zij toen weer, zoodra Birley uit het gezicht was, „de schurk zal nog heel wat gedachten wij den aan je nat graf! Ondertusschen zul len wij naar Winslea Grange terugkee- ren langs de hut van moeder Meg. Ze zal je een drank geven, die alle slechte gevolgen van kouvatten zal afweren "en dan zal ze Tam met je naar huis sturen omdat ik niet zoover met je mee wil gaan." Marjorie keek verrast en bevreesd- „Naar de hut van moeder Meg?" her haalde zij. „Je meent toch niet Zwarte Meg van Winslea, Bab?" Barbara lachte, terwijl ze voorging het smalle pad, dat naar 't hooger ge legen gedeelte van de vennen leidde- „Zwarte Meg van Winslea draagt mij geen kwaad hart toe. Ik heb juist dik wijls ondervonden, dat zij een trouwe vriendin in den nood kan zijn." „Maar ze is een heks!" riep Marjorie I „en heeft haar ziel aan den duivel ver kocht. Foei, Barbara! Je hebt toch nooit zoo'n ontheiligden drempel overschre den?" Barbara lachte zorgeloos: „Dien drempel heb ik al zoo dikwijls overschreden, ofschoon ik niet graag hebben zou, dat een ieder in Knotting- ley er zijn neus in had. En je moet nu heusch meekomen naar Zwarte Meg, Marjorie, want, me dunkt, jij moest toch wel boven die malle praatjes verheven zijn! Moeder Meg is zoo min een heks als jij of ik, maar het is een oude vrouw, die slecht behandeld werd, een scherpe tong heeft, een vernuftig stel hersenen ken hadden, dank ook voor de vele ver rassingen. In het bijzonder memoreerde spr. nog de laatste maanden aan school K, roemde den steun en de samenwer king met mej. Broeke en den heer Har don, waarna hij beiden als herinnering een boek overhandigde. Nimmer zou men te vergeefs een beroep op hem doen, als men hem noodig had voor schoolzaken. Op humoristische wijze nam vervol gens de heer A. Dekker afscheid uit zijn veeljarige loopbaan, waarna de heer C. de Nood met eenige gevoelvolle woor den de rij der sprekers besloot De wethouder voor onderwijs sloot daarna deze bijeenkomst met een woord van dank aan allen, die het hunne had den bijgedragen tot herdenking van de zen dag. Dinsdagavond hield de Christelijke Middenstandsvereeniging alhier haar 8e jaarvergadering, onder leiding van haar waarnemenden voorzitter den hr. J. Bo- lier. In zijn openingswoord wees de voorzitter op den druk der tijden, maai bovenal op de rijke zegeningen die wij nog steeds genieten, welke meer zijn dan de zorgen die ons drukken, waarom hij aanspoorde om vooral in dezen tijd trouw te zijn aan onze Goddelijke roe ping op sociaal terrein. De secretaris, de heer F. A. de Jonge, bracht het jaarverslag uit, waarin met dank gemeld werd, dat ondanks de cri sis, toch het ledental stabiel gebleven is. De aftredende bestuursleden de hee ren Bolier, Bouwense, De Ridder en Wattel werden allen herkozen. Na de pauze werd gepraat over de „Omzetbelasting" Een der bestuursleden leidde deze zaak op duidelijke wijze in met 'voorbeelden uit de practijk. Een zeer drukke bespreking volgde hierop en tal van vragen werden gesteld, o.a. bleek ook dat in tal van gevallen nog tegenstrijdige adviezen worden ver strekt. De voorzitter dankte den inleider har telijk voor de heldere uiteenzetting van deze wet en sloot hierna de vergade ring. Bij Kon. bes'uit is de zilveren eere- medaJle verbonden aan de Oranje-Nas- sau Orde verleend aan H. Meuldijk en W. v. d. Hoek te Vlissingen beiden in dienst bij de Stoomvaart Mij. „Zee land" aldaar. B. en W. stellen den gemeenteraad voor aan B, J. N. Schmelzer qq 120 vierkanten meter grond aan de Van Dis- hoeckstraat te verkoopen voor 12 per vierkanten meter, alzoo voor 1440. HEINKENSZAND. Dinsdagavond gaf het kinderkoor „Der Kinderen Lied" a hier onder leiding van den heer Lam- mers een uitvoering in het verenigings lokaal. De zaal was zeer goed bezet en de aanwezigen hebben zich geamuseerd. 's-GRAVENPOLDER. Bij Kon. be sluit is aan D. P. Prümers, sedert 1910 burgemeester van 's-G ravenpolder op zijn verzoek met ingang van 28 Haart een eervol ontlag als zoodanig verleend- OOSTBURG. Bij de „Rijkslevering" van Slachtvee op 27 Febr. j.l. werden 62 dieren aangeboden, waarvan 8 ge weigerd werden. «kl/i (Ingez. Med.) jezit en een hart, dat ook wel degelijk zachtere gevoelens kent, maar dat ver schrompeld en verhard is door de wor stelingen met het Lot. En wat ons nu al ïeel goed te pas komt: ze heeft een zeldzame bedrevenheid in het mengen van kruiden en het bereiden van ge neeskrachtige dranken. Als je daar niet ïeen wilt, dan zal je, eer we een paar uur verder zijn, op de Grange ziek lig gen aan rheumatische koortsen of erger. Kijk eens, hoe je rilt en er is in iet eerste uur nog geen kans op dat je die natte kleeren voor droge kan ver wisselen." Men hoefde er niet aan te twijfelen wie het sterkste karakter bezat van leide meisjes, Marjorie gaf toe met een ïuiverende zucht, die niet zoozeer voortkwam uit vrees, maar uit onbe- ïaaglijkheid, daar zij reeds een vreemd, oom gevoel begon te krijgen, en het leurtelings warm had, terwijl dan weer een koude rilling haar langs den rug iep. Barbara hield den arm om haar vrien din heengeslagen en ondersteunde haar, terwijl ze het pad door de vennen over- iepen, dat naar een vlaktetje voerde, rondom met geurende brem begroeid en waartusschen een hutje stond, van hout en steen gebouwd, met een dak van ge droogde brem en twijgjes en dat daar zoo eenzaam midden in het kleine dal De Provinciale Commissie uit de Vei lingen in Zeeland vergaderde onder voorzitterschap van den hr. H. A. Hein- ken. Uit het jaarverslag over 1933 bleek dat voor den teler van pit- e» steen vruchten, voor zoover zij in het bezit zijn van boomgaarden, wat de opbrengst betreft, het jaar 1933 over het algemeen niet ongunstig is geweest. Toch zijn de prijzen voor het goede fruit weer gedaald in vergelijking met. voorgaande jaren en is de meening als zou de fruitteelt zoo bijzonder gunstige resultaten opleveren en onbeperkte perspectieven bieden, in strijd met de werkelijkheid. De teelt van kleinfruit en groenten gaf zeer slechte resultaten. De prijzen bewogen zich voor kruis bessen en roode bessen slechts rond de afleveringskosten, terwijl aardbeien en frambozen voor de gemaakte prijzen al leen geproduceerd kunnen worden, wanneer men onder zeer gunstige om standigheden verkeert. Ook de zwarte bessen daalden in prijs, zoodat de prijsstijging der voor gaande jaren niet blijvend blijkt te zijn. Uitvoerig werd van gedachte gewis seld over de teeltbeperking voor tuin- bouwgewassen, waarover door den se cretaris tal van mededeelingen werden gedaan. Hij vestigde er de aandacht op, dat het noodzakelijk is dat de verbouwers met de gepubliceerde voorschriften, die zoo spoedig mogelijk nog nader zullen worden bekend gemaakt, nu reeds re kening houden- Wanneer zich hierbij moeilijkheden voordoen, die het be staan van het bedrijf bedreigen, kan men zich tot de ingestelde streekcom- missie wenden. De Secretaris betreurde het even eens dat er nog veel is, dat nog nader geregeld moet worden, doch voordat ge nomen besluiten van kracht kunnen worden moeten nu eenmaal verschillen de formaliteiten vervuld worden. De Regeeringscommissaris heeft dit zooveel mogelijk bespoedigd, doch het' is anderzijds ook niet wenschelijk dat dergelijke ingrijpende maatregelen over haast worden genomen. Met betrekking tot de omzetbelasting werd medegedeeld dat deze met alleen bij het veilen van fruit moet worden be taald, doch ook bij verkoop op andere wijze. Van verschillende zijden wordt getracht alsnog het fruit vrijgesteld te krijgen, doch de kans hierop ie gering. Een goede regeling waardoor 'Seze be lasting ook billijk zal worden geheven, zal voor de nieuwe oogst aanvangt, ge reed zijn- lag, dat Marjorie vurig bad om baecher- ming tegen het „booze oog" en andere praktijken van deze vrouw, die immers tot den duivel in betrekking moest staan. I Barbara schreed rustig verder e* riep moeder Meg al van verre toe, om haar gasten tegemoet te komen, j „Neen, neen", hijgde Marjorie, en, hadden haar krachten het toegelaten, dan zou zij zich zeker hebben losge rukt uit Barbara's stevigen greep, op het eerste gezicht van de eigenaardige gedaante, die daar op den drempel ver scheen- Toch was Zwarte Meg van Winslea niet het type van een heks. Zij was lang, zeer evenredig gebouwd, met raven zwarte lokken, waartusschen menige witte streep liep, maar die nog altijd sporen toonde van een schoonheid, die eens vermaard was door hee! West- Yorkshire. Haar donkere oogen spraken ©en som bere begroeting tot Barbara en bleven met vragenden blik op het andere Jonge meisie rusten. „Wie heb je daar bij je, mistreasIT „Een vriendin, moeder Meg, etfi die dan wel zeer behoefte heeft aan een van uw dranken. Kijk, ze is half verdronken in de rivier en beeft als een riet- Mo gen we binnenkomen?" (Wordt verv-vfeÈAI

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1934 | | pagina 5