JULIENNESOEP 6 borden voor 20 ets. HIER SCHUILT GEVAAR! KRONIEK van den DAG, BINNENLAND. ZEELAND. TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN MAANDAG 12 FEBRUARI 1934. No. 36. BARBARA, DE HEKS VAN WINSLEA 6). MIDDELBURG- Doliuss en de burgerwachten. Naar ontbinding der par tijen en volledige fascistiiica- tie van Oostenrijk? Er bestond begin vorige week reden om aan te nemen, dat aan het einde er van in Oostenrijk gewichtige dingen zou den gebeuren. Er was een conferentie aangekondigd van de regeering met de leiders der burgerwachten en met de gouverneurs der landen, een en ander in verband met de situatie in Tirol, waar de burgerwachten gemobiliseerd zijn, om zoo noodig de Nazi's, die dit dëe van Oostenrijk als een invalspoort voor de Duitschers beschouwen, in toom te houden. Erger dan in andere deelen heb ben de Nazi's hier altijd huisgehouden tot verbittering van eiken rustigen Ti roolschen burger. Prins Starhemberg, de opperste leider der burgerwachten vond, dat de regeering niet genoeg deed om het euvel te bestrijden en heeft daar om Tirol door zijn mannetjes laten „bezetten". Tegelijkertijd kondigde hij aan. dat Dolfuss nu op korten termijn de eischen der burgerwachten: fascisti- ficatie van Oostenrijk en ontbinding van alle politieke partijen, diende in te wil ligen, als deze zich nog langer van zijn steun verzekerd wilde houden. Over dit alles nu was de bovenbedoelde confe rentie belegd en men verwachtte alge meen, dat daarop vérstrekkende beslui ten zouden worden genomen. Vrijdag is de bijeenkomst inderdaad gehouden, dochbelangrijke resultaten heeft ze niet opgeleverd. Naar buiten is daarvan tenminste niets gebleken. Bovendien werd aan het programma niet heelemaal de hand gehouden. Dolfuss is wel met de burgerwachtleiders gaan spreken, doch de gouverneurs der landen, die al len naar Weenen waren gekomen, wer den niet door den Bondskanselier ont vangen. Ze moesten onverrichter zake naar huis weerkeeren met de boodschap, over een dag of wat maar eens terug te komen. Dat was natuurlijk niet erg prettig voor hen (men maakt niet graag een vergeefsche reis, vooral niet als rnen een zekere positie bekleedt, die verbiedt om van het kastje naar den muur gezonden te worden) en daarom is verklaarbaar, dat er eenige ontstem ming in hun gemoed ontstond, een ont stemming, die zich voortplantte naar de Christelijk Sociale partij, het groote R. K. Centrum in Oostenrijk, waaruit Dol fuss is voortgekomen en waar hij tot dusver geheel op kon rekenen. Onbegrijpelijk is het niet, dat men in de Christ. Soc. Partij met leede oogen aanzag, dat het Dolfuss niet gelegen kwam de gouverneurs der landen te ont vangen, terwijl hij wel tijd vond om met Prins Starhemberg c.s. te praten. Zulks kan n.l. beteekenen, dat Dolfuss geen anderen uitweg meer ziet dan toegeven aam de eischen der burgerwachten, waartegen verscheidene gouverneurs gekant zijn in zooverre, dat zij geen ont binding der partijen willen, waardoor dan ook de Christ. Soc. Partij getroffen zou worden. De positie van de regeering wordt wel heel moeilijk, als Prins Star hemberg dien ontbindingseisch inder daad gehandhaafd heeft. Dolfuss heeft dan te kiezen tusschen Christ. Soc. Par tij eenerzijds en burgerwachten ander zijds. Zette hij op de Christ. Socialen dan zou het hem wellicht mogelijk zijn zijn positie te versterken, door het te vens met de socialisten op een akkoord je te gooien, die tot heel wat concessies bereid zijn gebleken. Echter kreeg hij dan naast de Nazi's de burgerwachten, tegen zich in het geweer, aanvankelijk wellicht gescheiden, maar dat hoefde zoo niet te blijven. Als puntje bij paaltje komt is het verschil tusschen beide groe pen eigenlijk alleen dit, dat laatstge 8 oer. door MAY WYNNE. oude olm zal weer wel dienst doen fluisterde zij vroolijk voor zich heen, ,,en za\ onze arme Martha het verdriet besparen, om mij bij oom te moeten aanklagen voor mijn lichtvaar dig gedrag. Foei toet! Als hun oogen even scherp waren als hun tongen, dan zouden ze zeker niet veel moois ver tellen van Babs Carcroft! Maar daar zal ik mij anders niet aan storen. Ik doe, wat ik wil en zooals ik het wil! En geen mensch die er wat vanaf weet!" Zoo liep zij door de beschaduwde laantjes, nu nog eenzaam en verlaten, en intusschen zachtjes herhalend het opgewekte refrein van het Cavalfers- liedje: „Cuckolds, come dig, cuckolds, come dig Round about, cuckolds', come dance to my jig!" Over de weide weerklonk de echo van den koekoek met zijn welkomst- groet tot de naderende lente. Warm stroomt het jonge bloed door de aderen, in zulk een tijd, en, terwijl Barbara de vochtige krulletjes van het blanke voorhoofd schudde, voelde zij zich zoo vrij en blij, dat ze de heele noemden aansluiting bij Duitschland wil len en eerstgenoemden niet. Aanlokke lijk kan een strijdvaardig oppositiefront van burgerwachten en Nazi's geenszins voor Dolfuss zijn. En daarom lijkt het waarschijnlijker, dat hij desnoods zijn keus op het alternatief zal laten vallen, ook al moet dat gepaard gaan met de ontbinding der politieke partijen en dus de verloochening van het staatkundig element, dat hem naar voren bracht. Uit de gelederen der Christ. Soc. partij zou zeer zeker heftig verzet tegen een alge- heele fascistificatie van Oostenrijk op komen. Doch dit verzet, phis dat van soc.-dem. zijde, zal de regeering ver moedelijk beter kunnen riskeeren dan het Verlies van den steun der burger wachten, die in staat zijn hem de noo- dige hulptroepen voor de handhaving van een dictatoriaal regime te verschaf fen. Dolfuss moet het gevoel hebben, dat hij op het verkeerde paard zou wedden, als hij deze hulptroepen tegen inplaats van voor de regeering in het veld bracht. Een aanwijzing dat het volledig den fascistischen kant zal uitgaan, kan men zien in verschillende maatregelen, die de laatste dagen tegen de sociaal-democra ten zijn genomen. Eerstens 'n aantal huis zoekingen in „roode" gebouwen; twee- dens de benoeming van den Weenschen politie-president tot veiligheidscommis saris. Deze benoeming kwam Zaterdag onverwacht af en baarde groot opzien. De Weensche politie-macht wordt er n.l. door aan het gemeentebestuur ont trokken en dat gemeente-bestuur is in meerderheid socialistisch. Ondersteld wordt, dat de regeering met dezen maat regel een actie heeft ingeleid, die er op gericht is aan het „roode" bewind in de Oostenrijksche hoofdstad binnen af- zienbaren tijd een einde te maken. In burgerwachtkringen zou Dolfuss daar mee een erge goeie beurt maken. NIEUW EERSTE KAMERLID Het overleden Eerste Kamerlid, de heer J. B. Westerdijk, zal worden op gevolgd door ir, L. L. Louwes te Zwol le. De heer Louwes werd 29 Maart te Ui- rum geboren. Hij studeerde aan de H. B. S. te Groningen en aan de Land- bouwhoogeschool te Wageningen. De heer Louwes was o.a. directeur der Rijkslandbouwwinterschool te Meppel en te Hengelo. Sinds 1919 was hij secre taris-penningmeester der Overijselsche landbouwmaatschappij. In 1923 werd hij gekozen tot lid der Prov. Staten van Overijsel. De heer Louwes is thans o.a. regeeringscommissaris van de Tarwewet terwijl binnenkort ook 't toezicht op de aardappelmeelindustrie aan hem zal worden opgedragen. BESCHERMING TEGEN LUCHTAANVALLEN. luchtaanvallen, heeft bereikt. Het ligt in het voornemen de noodige voorstel len aan te bieden tot het treffen van de vereischte maatregelen, waardoor ze kerheid wordt geschapen dat hier te lande geen minder-deugdelijke gasmas kers in den handel worden gebracht. De minister blijft van meening, dat 'n goed georganiseerde luchtbeschermings dienst een betere waarborg biedt ons volk te behoeden tegen aanvallen met chemische wapenen dan de „nationale ontwapening". DE POLITIEKE GEZINDHEID VAN AMBTENAREN. Maatregelen tot de watei. schappen enz. uitgebreüd. De Minister van Waterstaat, ir. Kalff heeft naar de Tel- meldt de tus- schenkomst van Ged. Staten der pro vinciën ingeroepen, om te bewerkstel ligen, dat ook de ambtenaren-reglemen ten van omstreeks 3000 waterschap pen, veenschappen en veenpolders moe ten worden aangevuld met ver bodsbepalingen omtrent revolutionaire gezjjsdheid, uitsteken van andere dan nationale vlaggen, dragen van insignes, ontslag bij lidmaatschap van verboden vereenigingen, ontslag van de huwen de vrouw en van de vrouw die gaat le ven in concubinaat en genieten van burgerlijke bezoldiging tijdens militaire dienstvervulling. Bij n:et voldoening aan dezen eisch van de regeering zal dwang worden gebruikt. NAT. SOC. VERZINSELS? Het Eerste Kamerlid Polak heeft tot den Minister van Justitie o.m. de vol gende schriftelijke vragen gericht: Heeft de Minister van Justitie ken nis genomen van de uitnoodiging in het weekblad Volk en Vaderland, redac teur de heer ir. A. A. Mussert, gericht tot „Volksgenooten-Juristen", om te helpen „het vaandel van het recht hoog te houden in de komende Nederland- sche Stavisky- en Dreyfus-zaken' Moet, naar het oordeel van den Mi nister, uit dezen oproep niet worden af geleid, dat den heer Musert bekend is, dat hier te lande zwendel-praktijken worden bedreven, als in de zaak-Stavis- ky zijn bekend geworden, en dat ten de- partemente van defensie falsificaties worden gereed gemaakt, bestemd om 'n officier wegens landsverraad in staat van beschuldiging te stellen, gelijk in de zaak-Dreyfus is geschied Indien de heer Mussert niet als amb tenaar van deze feiten kennis heeft ge kregen, is de minister dan bereid te doen onderzoeken, of er voor den heer Mussert voldoende reden is tot het uiten zijner bewering Indien mocht blijken ,dat deze niet aanwezig is, is de minister dan niet van oordeel dat het verzinnen en publicee- ren van beschuldigingen en aankondi gingen, berekend op het verwekken van ongerustheid, strafbaar moet worden ge steld Aan deze tramhalteOp zoo *n kouden, mistigen morgen loopt Uw gezondheid ge vaar. Maar geen zorgen, als U Pa nf ia vin bij U heeft! Pan flavin-pastilles desinfec- teeren mond- en keelholte en zijn de beste bescherming tegen ziekte. (Ingez. Med.) MOTIE VAN WANTROUWEN TEGEN EEN BURGEMEESTER. Wetsontwerp gereed Uit de Memorie van Antwoord op het V.V. der Eerste Kamer inzake de be grooting van defensie voor 1934 blijkt, dat de regeering de meening deelt, dat de voorlichting van de burgerbevolking In de Vrijdag te .Didam gehouden tegen luchtaanvallen inderdaad te wen- raadsvergadering heeft wethouder Loe- schen overlaat en daaraan nog te weinig ters een uitvoerige rede gehouden, aandacht wordt besteed. waarin hij weer tal van beschuldigingen De regeering kan mededeelen, dat uitte aan het adres van den burgemees- haar intusschen van de, in 1932 ingestel- j ter als het niet uitvoeren van raads- de, Interdepartementale Commissie een besluiten, het verduisteren van stukken ontwerp van wet in zake de bescher-enz. ming van de burgerbevolking tegen Aan het eind van zijn rede stelde de wethouder een motie van wantrouwen tegen den burgemeester, welke motie met 1 stem tegen werd aangenomen en welke met de rede van den wethouder ter kennis van de regeering zal worden gebracht. i !||J| ONTSLAG OP GROOTE SCHAAL Bij de mijnen. De mijndirecties in Zuid-Limburg heb ben aan de vertegenwoordigers der vakbonden meegedeeld, dat de toestand van het mijnbedrijf het noodzakelijk maakt, dat andermaal wordt overge gaan tot het geven van ontslag aan een groot aantal mijnwerkers. Op de „Oran je Nassaumijnen" zullen ca. 250, op de mijnen „Laura" en „Vereeniging" 100, en op de „Domaniale mijn" ongeveer 75 arbeiders tegen 1 Maart worden ontsla gen. Van de zijde der vakbonden werd erop aangedrongen, om op de eerste plaats buitenlandsche arbeiders voor dit ontslag in aanmerking te doen komen. ONZE VISCHUITVOER NAAR BELGIë. Klachten. Naar de N.R.C. verneemt heeft het bestuur der IJmuider Vischhandelver- eeniging te IJmuiden zich dezer dagen telegrafisch tot den minister van oeco- nomische zaken gewend, teneinde de re geering nogmaals de ernstige grieven van den IJmuider vischhandel kenbaar te maken ten aanzien van de steeds toe nemende belemmeringen, welke de Bel gische regeering den invoer van Ne- derlandsche visch in den weg legt. In genoemd telegram wijst het bestuur er o.a. op dat na de onophoudelijke be snoeiingen van ons invoercontingent, welke onze visohexport heeft ondervon den, de handel thans weer ernstig wordt getroffen door heffing van hooge invoer rechten op visch in België, waardoor onze uitvoer practisch geheel onmoge lijk wordt gemaakt. Op grond van een en ander vraagt het bestuur dan ook de attentie van den minister om bij de loo- pende onderhandelingen met België met de belangen van onzen vischexport re kening te willen houden. De voorzitter van het centraal stembureau heeft in plaats van den heer J. A. G. M. van Hellenberg Hubar (r.k.) lid der Tweede Kamer, die als zoodanig ontslag heeft genomen, den heer R. J. M. Stumpel, te Hoorn, tot lid van de Tweede Kamer benoemd ver klaard. (Ingez. Med.) wereld wel had durven tegemoet tre den met een uitdagend: „God save the King!" HOOFDSTUK III. Mistress Marjorie. „Ik wensch u een goeden morgen, mistress Marjorie!" De gele jasmijn stond in bloei om 't open venster heen en voerde haar zoe ten geur de keuken binnen, waar een jong meisje druk bezig was een groote pastei voor den oven gereed te maken. Marjorie Stapleton schrikte, bloosde, en keek naar de plaats, waar het ge luid vandaan kwam en waar sir Hugh Ainslie tegen de lage vensterbank ge- eund stond, zoodat zijn donker, knap gelaat als 't ware omlijst werd door de ranken van de gele jasmijn. „Morgen, sir Hugh!" (antwoordde zij met een lichte buiging en, terwijl ze met spijt dacht aan haar met meel over dekte handen, haar gekreukte schort en haar ontredderde kleeding over het geheel, vond hij juist, dat hij Marjorie nooit aardiger gezien had, dan terwijl ze zoo aan het koken was. Het viel dan ook niet te ontkennen, dat ze schoonheid bezat; het donker blauw van haar eenvoudig japonnetje deed duidelijk uitkomen de blankheid van haar gelaatskleur en de roodach tige tint van haar goudblonde krullen. De blauwe oogen mochten bij tijden dan wat al te ernstig kijken, het aardig wipneusje en de frissche roode lippen gaven het weer iets pikants, waardoor menige jonge man uit Yorkshire haar een eereplaats toekende onder de mooi ste meisjes van het graafschap. „Mag ik binnenkomen?" vroeg Ains lie, en, zonder eigenlijk haar toestem ming af te wachten, was hij al over het lage venster gesprongen. Ze keek glimlachend naar hem op en vergat haar teleurstelling, van zoo mid den in haar werk overvallen te zijn door de bewondering die duidelijk sprak uit zijn blik. „Wat is het al lang geleden, dat wij u op Barkleigh Towers zagen!" klonk het halfverwijtend van hem. „Moeder heeft juist gisteren nog gezegd, hoe graag zij u eens iets vragen zou van 'n recept, om kruiden te trekken." „Ik zou al eens eerder aangekomen zijn", luidde het antwoord, „maar er is veel ziekte op het dorp geweest." „Wat zoudt u zich daar nu nog van aantrekken!" meende hij, want het was en bleef een ernstige grief voor de Ko- ningsgezinden, dat de dominee's van de Staatskerk uit hun plaatsen verdreven waren door de vrome dienaren van de Presbyteriaansche leer, die iederen dorpskansel bezetten en veroordeeilen allen, die van opvatting met hen ver schilden. Dr. Stapleton, dominee van Knotting- ley, was verdreven, gelijk de ovverigen, maar terwijl master Holdenough hem iederen sabbath voor een Baaisdienaar uitmaakte, bleef hij bezoeken degenen, die hem door zijn jarenlange werkzaam heid als geestelijke onder hen tot vrien den waren geworden. Nu vijf jaren geleden, bij een pokken epidemie, had de weleerwaarde doctor zijn vrouw verloren; zij had hem maar één kind nagelaten om haar plaats in te nemen. De keurige netheid en geriefelijkheid van het huisje, waar zij hun intrek had den genomen, nadat zij de pastorie hadden moeten verlaten, getuigden van de goede zorgen van dat dochtertje. Sir Hugh hinderde het nog 't meest, dat zij zoo hard moest werken, om Mie huiselijke plichten waar te nemen- Een zoo jong en mooi meisje moest toch wat meer genieten van het leven, dan het Marjorie mogelijk was, die óók nog al tijd zoozeer ,in beslag genomen werd door de zieken, die zij bleef bezoeken. „Vanmiddag komt u toch op The To wers?" vroeg hij smeekend, en het stond bij hem vast, dat hij alles in het werk zou stellen om haar dit bezoek zoo aangenaam mogelijk te maken. „Zeker. Ik zal blij zijn, lady Ainslie eens weer te zien." „En mij toch ook Majorie?" vroeg hij, en sloot de handen, die nog zoo de pastei bewerkt hadden, in de zijne, ter wijl hij haar teeder in de blauwe oogen Opsluiten oi hokken van kooieenden. De Commissaris der Koningin in Zeeland maakt bekend, dat in het jaar 1934 de kooieenden door den kooiman moeten worden opgesloten of gehokt van 1 tot en met 30 April en van 16 Juni tot en met 31 Augustus. DE STRAATBELASTING. Een request aan den Raad van de Vereeniging van Huis eigenaren. De Vereeniging van Huiseigenaren heeft een request aan den Raad gericht waarin wordt gezegd dat zij met groot leedwezen kennis heeft genomen van 't voorstel van B. en W. om op de Straat belasting twintig opcenten te leggen; dat deze straatbelasting te Middel burg het blijkt uit de wijze van toe passing eigenlijk niets anders is dan een verkapte gemeentelijke grondbelas ting, bedragende gemiddeld 4^> pet. van de belastbare opbrengst van alle in de gemeente gelegen gebouwde eigendom men, met vrijstellingen, parrallel aan die van de Grondbelasting; dat er reeds op de Grondbelasting 80 opcenten ten behoeve van de gemeente gelegd worden en de Polder Walcheren 1.85 pet. dier belastbare opbrengst eischt, terwijl het abonnement op de gemeente-duinwaterleiding voorzoover komende ten laste van den verhuurder 8 pet. der belastbare opbrengst vor dert, zoodat, wordt het voorstel van B. en W. aangenomen, van de gebouwde eigendommen inclusief het abonnement op de gemeenteduinwaterleiding gemid deld 27.75 pet. der belastbare opbrengst aan publiekrechterlijke lichamen zal ten deel vallen, dat ter beoordeeling der netto uit komsten van de opbrengst uit huizenbe- zit ook rekening gehouden moet worden met de kosten van verzekeren tegen brandschade, glasruitenschade en storm schade zoomede met het risico van leegstaan en vernieling door huurders en anderen en het gewone onderhoud; dat het adressante daarom juist zoo onaangenaam heeft getroffen dat B. en W. deze heffing van 20 opcenten op de straatbelasting als b i 11 ij k kwalificee- ren, doch dat adressante hierin niets ziet dan eene steeds weer verder gaan de confiscatie van privé-bezit, dat aan de heffing van straatbelas ting te Middelburg eene groote progres sie is verbonden, die onbillijk werkt im mers er wordt geen onderscheid ge maakt inzake de wijze van gebruik der panden, zoodat iemand met een huis van 600 belastbare opbrengst bewoond door drie huurders 4 pet. meer be lasting betaald moet worden dan door een eigenaar van drie huurwoningen die ieder 200 opbrengen, dat de heffing naar draagkracht keek. „Zeker.... en ook", zei ze blo zende. Hij genoot van haar verlegenheid, waaruit hem immers duidelijk haar ont roering bleek. Met een zucht ging hij voort: „O, Marjorie, mocht ik toch hopen.." „Tut, tut, mistress! De pastei had al 'n half uur in den oven moeten staan!" verbrak de schrille stem van vrouw Lettington deze voorjaarsidylle. Ijlings trok Marjorie haar handen uit de zijne, nam den schotel en had de pastei al in den oven gezet, eer de oude vrouw, die reeds bij doctor Sta pleton 't huishouden had helpen doen, sinds Marjorie een maand oud was, nog goed en wel den drempel overschreden had. Sir Hugh, met een gevoel van een schooljongen, die op heeterdaad wordt betrapt, stond nu bij de aanrecht en maakte enkele meelafdrukken van zijn rijhandschoenen weg, terwijl hij vroeg, of doctor Stapleton ook thuis was. „Zeker", antwoordde de oude. ,,'t Komt zoowaar niet veel voor, dat men door de keuken naar de studeerkamer gaat!" Sir Hugh lachte: „Het open venster kwam mij zoo verleidelijk voor.'" (Wordt vervolgd

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1934 | | pagina 5