R*A#I« HONIG'S GROENTESOEP 6 borden voor 20 ets. D Oï R 'S lDE NG KRONIEK van den DAG. TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEÜWSCHE MIDDELBÜRGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN WOENSDAG 7 FEBRUARI 1934. No. 32. rg- »n lorgenavond staan over de nieuwe dit blad alle De bezitten @n r$;p. iedereen zal willen gewagen ca ieén zijn uiterst lagen pr.|s. Wacht dus totniorger^^. ENGLEBERT'S AUTOMOBIELHANDEL 'S-GRAVENHAGE Ar AMSTERDAM BARBARA, DE HEKS VAN WINSLEA PERSKRONIEK. KORTGENE, Nfe£>' NG tegen he Meubel- 39, Middel- i ADRES dellen kop en aarde- ne Winst", sson, Midd, ikrozen 10 ct. Rhodo- esters, alle en in soor- iKlerk. voor de uk. 45 cent rg Zoon, [S- EN PRIJS, g. 102 leu- de boeken eel aardig van Holt- 0, M'burg. ison, Midd. Neemt no il en lagen iwe regen, 60 ct. per anaiaiB XPRESSE. aterd. 1.45 .50. Maan- 2. Laat- afl; 2. str., Midd. SCHE te middag tot et luxe 6- r M'burg, oogstraat XPRESSE, uur naar Zoom, naar Rot- espr. bij tr., Midd. den Beer, Het daghet in het Zuid- Oosten. Een Balkan-ver drag tot stand gekomen. Waarom Bulgarije voorloopig niet mee kan doen. Zaterdag kwamen de ministers van buitenlandsche zaken van Roemenië, Zuid-Slavië, Griekenland en Turkije te Belgrado bijeen. Zij hebben tot Maandag Geconfereerd en toen een „Balkan-ver drag" geparafeerd, dat vermoedelijk aan het einde dezer week te Athene defini tief zal worden onderteekend. De in houd er van zou in groote trekken op het volgende neerkomen: ten aanzien van alle mogelijke kwesties, die de we- derzijdsche belangen raken, zal gemeen schappelijk overleg plaats vinden; /over eenkomsten met derden zullen niet wor den aangegaan dan nadat alle vier deel nemende staten daarin gekend zijn en hun toestemming hebben verleend; mee- ningsverschillen mogen niet met de wa penen worden beslecht, doch zullen door arbitrage uit den weg worden geruimd; indien een der verdrag-sluitende par tijen door derden mocht worden be laagd, zal zij door de anderen worden bijgestaan. Dit alles is van niet-gëring belang, niet alleen voor den Balkan, doch voor geheel Europa. In den loop der „nieuw ste geschiedenis" heeft ons werelddeel reeds heel wat met het groepje van eenigszins onstuimige staten op het Bal kan-schiereiland te stellen gehad. Waar bij onmiddellijk dient opgemerkt, dat de schuld voor rampspoedigheden lang niet altijd den „delinquenten" zelf in de schoenen geschoven mocht worden. De groote mogendheden hebben maar al te vaak naar hartelust de onderlinge onver draagzaamheid en het politieke gekon kel op den Balkan aangemoedigd ter behartiging van eigen vermeende belan gen. Zoo vond ook de uitbarsting van den wereld-oorlog hier haar krater, doch de oorzaken lagen elders. Na den jare 1918 werd het spelletje onverdroten voortgezet. Italië, dat opeens tot het be sef van nationale eigenwaarde kwam, meende op den Balkan een „invloed sfeer" te moeten vestigen, waarbij het zich niet ontzag Turkije en Griekenland eerst, Zuid-Slavië en Albanië daarna te gen elkaar op te zetten. Albanië ging zich op een gegeven oogenblik zelfs min of meer aan Mussolini verkoopen, tot groote woede van Frankrijk, dat met nadruk Zuid-Slavië in zijn anti-Italiaan- sche politiek meende te moeten steu nen. Meermalenscheen een nieuw ge wapend conflict uit dit alles te zullen voortkomen. Gelukkig zijn tenslotte de Balkan-staten zelf wijzer geworden. Al lengs groeide bij hen het inzicht, dat ze op eigen beenen dienden te staan, dat ze eigen belangen hebben, die alleen 1 door een onderling goede verstandhou-1 ding kunnen worden bevorderd. Zoo kwam men er toe, eens met elkaar te gaan praten; eerst nog wantrouwenc doch tenslotte „bezield met den geest' om tot overeenstemming te komen. Die geest kwam nadrukkelijk tot uiting op de conferentie, die in het najaar van '33 te Saloniki in Griekenland werd ge houden, tot groote verrassing van het buitenland, dat toen nog weinig ver wachtingen omtrent de mogelijkheid van een Balkan-akkoord koesterde. Toch werden daar de fundamenten van een toekomstig samengaan gelegd, een sa mengaan, dat thans zijn beslag gekre gen heeft in het Maandag te Belgrado geparafeerde verdrag. Echter er is toch nog een „maar' bij deze geschiedenis. Albanië en Bul garije doen niet mee. Wat Albanië be treft, dat staat nog te veel onder invloec van Italië om een zelfstandige politiek te kunnen voeren. De teekenen wijzen er evenwel op, dat Mussolini geen vol doende belang meer bij dit land heeft, om het nog langen tijd als vazal-staat te exploiteeren (een vrij dure onderne ming voor de Italiaansche schatkist) zoodat er op den duur wellicht met Al banië zal zijn te praten. Ernstiger is ech ter het ontbreken van Bulgarije. De Bul- gaarsche regeering zou vermoedelijk wel graag meedoen, doch zij zit met de beruchte „Macedonische kwestie". Een verdrag, dat de onschendbaarheid der grenzen waarborgt, gelijk het Balkan verdrag uit den aard der zaak doet, zou bij de Bulgaarsche Macedoniërs in slech te aarde vallen. Zij willen het stuk Ma cedonië, dat Zuid-Slavië na den wereld oorlog inpikte, weer bij Bulgarije heb ben. Een verloochening van de „broe ders" aan den Servischen kant van de grens, zou verscheidene Bulgaarsche re geerders vermoedelijk het leven kosten. De beruchte komitadji's argumenteeren nu eenmaal graag met revolvers. Zoo is er voorloopig dus geen kijk op, dat ook Bulgarije zijn naam zet onder het Bal kan-verdrag. In de toekomst kan er ech ter heel goed een oogenblik komen, da. dit wel mogelijk mag heeten. Door het bemiddelingswerk van den Roemeen- schen staatsman Titulescoe is er al een heel wat betere verstandhouding tus- schen Sofia en Belgrado ontstaan. On langs bezocht de Bulgaarsche koning Boris de Zuid-Slavische hoofdstad en hij werd er opvallend hartelijk ontvangen. Stof voor conflicten kan men dan ook niet direct in Bulgarije's afzijdigheid zien, al blijft ze betreurenswaardig. De groote mogendheden, en vooral Italië, zullen wel even aan de gedachte, dat er nu lang niet zooveel meer op den Balkan te halen valt, als vroeger, moe ten wennen. Maar daarover kan men hoogstens een beetje meesmuilen. and mk£afayeUe (Ingez. Med.) door MAY WYNNE. 2)- Maar het knappe, oude gelaat heider- derde ineens op van groote vreugde bij het zien van dien met slijk bespatten reiziger, terwijl ze met uitgestoken handen haar gast begroette. ,jSir Marmaduke Lalngdale, welkom thuis! Driewerf welkom!" Dit was een begroeting die het oor van een man uit Yorkshire aangenaam aandeed ook al was Langdale Hall dan ook drie jaar geleden tot op den grond verbrand en het volgend half uur verliep met vragen en antwoor den betreffende het welzijn van weder- zijdsche vrienden met hier en daar 'n enkel woord er tusschen van persoon lijke opvattingen, ofschoon de gast vrouw zeer goed begreep, dat enkele vragen beter dienden uitgesteld te worden, tot het drietal onder elkaar zou zijn en er geen kans meer zou zijn dat ze met opzet of bij toeval beluis terd zouden worden door een van de bedienden, die in het aangrenzend ver trek bezig waren, inderhaast een avond maal klaar te zetten. Een enkele wenk in den aanvang was sir Hugh genoeg geweest „Daar de tijd dringt", had zijn gast gezegd op zachten toon, maar toch DE STEUNVERLEENING. Onvoldoende controle. De „Nieuwe Rotterdamsche Courant" is van meening, dat er veel te weinig controle op de steunverleening wordt uitgeoefend. „Huisbezoek is noodig schrijft het blad „onderzoek naar de gezins- en familie-omstandigheden; dikwijls zijn ouders of broers en zusters zeer wel in staat om ovrr en weer elkander te hel pen; maar dat gebeurt dan niet of slechts schaars, omdat men heeft leeren leunen op den steun. Vadertje Staat is er goed voor. Zoo ondermijnt de steun de natuurlijke plichten, voortvloeiende uit het gezinsverband. Volwassen doch ters weigerden b.v. werk te zoeken, want vader had toch steun! Een derge lijke mentaliteit wordt gekweekt door te ruime gemakzuchtige steunverleening, gevolg van onvoldoende controle. Hoever het daarmee al gekomen is, leert het ontstellende feit, dat de kosten van den steun in de jaren 19311933 zijn verzesvoudigd; de werkloosheid in die periode daarentegen niet meer dan verdubbeld! Minister Slotemaker de Bruine erkende dan ook onomwonden in een dezer dagen gehouden interview dat er dus bij de uitvoering van den steun van allerlei moest zijn voorgekomen, waardoor deze exorbitante stijging ver oorzaakt is. Inderdaad. En wie tusschen de regels door kan lezen, begrijpt heel goed, dat dit „van allerlei" wel moet slaan op de gemeentebesturen, die on der het vorige slappe bewind rustig hun plicht verzaakten door onvoldoende nauwgezet den steun te verleenen en onvoldoende controle uit te oefenen. Het lek schuilt bij de gemeenten. Wij lezen immers verder, dat de Rijksdienst bezig is „in nauw contact" met de ge meentebesturen een „normale" werking van de steunregeling te bevorderen en „misstanden op te ruimen". Het werd hoog tijd! Als de gemeentelijke autono mie geen voldoende waarborgen biedt voor een richtige steunver eening, moet het Rijk wel ingrijpen. Desnoods door die gemeentelijke regelingen te vervangen door een Rijksregeling onder Rijkscon trole met verplichte meebetaling door de gemeenten. Wij zouden daarvoor niet terugschrikken als de gemeenten onvol doende medewerking blijven verleenen. Zeker, sommige gevailen van fraude, misbruik, ontduiking, of te ruimen steun worden wel achterhaald, maar hoeveel blijven er niet verborgen? Soms is alles op papier keurig in orde, maar werkt de steun niettemin verkeerd. Wat b.v.- te denken van het geval van een weduwe met eenige kinderen, die in goede rela tie staat met een collega-steuntrekker, maar die niet over een huwelijk denkt, omdat beiden dan hun steun zouden ver spelen, althans veel minder zouden krij gen dan zij thans samen hebben. Van concubinaat gesproken. Of men denke aan het geval van een steuntrekker, die vuurbang is voor werk omdat dan beslag gelegd zou worden op zijn loon wegens vroegere schulden en de steun beslagvrij blijft. Of aan een werklooze, die verhuist naar een duur dere woning, omdat dan geprofiteerd kan worden van een hoogere huurtoe- slag. Deze en dergelijKe gevallen zijn alleen behoorlijk te achterhalen en behoorlijk te regelen, wanneer door een scherpe controle de feitelijke omstandigheden voldoende worden bloot gelegd. Daar aan ontbreekt inderdaad nog veel met hel gevolg dat een deel van de steun gelden m verkeerde zakken terecht komt. Hierbij is in aanmerking te nemen dat de verleiding, waaraan de steuntrek kers bloot staan, groot is, en de moge lijkheden van ontduiking legio. De gansche steunregeling raakt daardoor in discrediet. Een intensiever controle is dus drin gend noodig. Abonnementen en Advertentiën vooi dit blad worden aangenomen door den Agent K, DE VOS GEMEENTE-BEGROOTING 1934 MIDDELBURG. Antwoord van B. en W. op het Sectie-rapport. Wij ontvingen het antwoord van B. en W. van Middelburg op het sectierap port der gemeentebegrooting. Het vol gende is daaraan ontleend. Algemeene beschouwingen. B. en W. deelen den wensch, dat men bij de openbare behandeling der begroo ting zich tot kortheid zal willen beper ken; beknoptheid zal na de thans ge volgde wijze van voorbereiding, ook naar hunne meening, een degelijke be handeling niet in den weg staan. Wij zijn erkentelijk voor de uitgespro ken waardeering van ons beleid. Inderdaad is in het ontwerp weinig of geen „speling". Crisiskorting salarissen en loonen. De minderheid van het College zou de 9000,willen dekken door de hef fing van meer opcenten op de hoofdsom der personeele belasting. Wanneer de progressieve kor ting zou worden toegepast van 3 pet, op de eerste 1000.en 4 pet. op de tweede 1000.dan zou op de be dragen boven 2000,een korting van ongeveer 24 pet. moeten worden toege past om de totaal-opbrengst voor de ge meente gelijk te doen zijn aan die van het voorstel van B. en W. tot korting van 5 pet. op alle wedden en loonen. Zonder meer kunnen B. en W. zeker niet toegeven, dat de voorgestelde kor ting veel lager zou zijn dan de loonda ling in het particuliere bedrijf. Ten aanzien der geopperde denkbeel den veroorloven B. en W. zich de op merking, dat thans, nu de begrooting eerst in Februari behandeld kan wor den, een keus zal moeten worden ge daan tusschen het meerder- of minder- heidsvoorstel van het College. De maatregel dient in te gaan te re kenen vanaf 1 Januari 1934. Bij het kiezen van een ander stelsel zou het opnieuw behandelen van deze materie in de C. v. G. O. noodzakelijk zijn. Ambtenarenreglement. Eene wijziging betreffende het ver bod om lid te zijn van verboden vereeni- gingen zal binnenkort in behandeling moeten worden genomen. Blijkens persberichten wenscht de Re geering de regeling van nog andere on derwerpen dan het hier genoemde. Bewaarschoolonderwijs. Er is eigenlijk slechts de keuze tus- (Ingez. Med.) met grooten nadruk, „en ik met grau wen van den dag al op weg moet zijn naar het Noorden, zou ik graag enke le van die andere goedie vrienden en buren die één van zin met ons voelen ontmoeten. Het lijkt mij, dat er het een en ander valt te doen voor onzen meester, hier, waar de schaduw van Pontefract zich afteekent tegen het blonde landschap." Deze wenk was voldoende en, terwij, sir Hugh het aan zijn moeder overliet, om de wetten der gastvrijheid na te ko men, besteeg hij zijn paard en ging, zich niet storend aan t late uur, oproepen degenen, wier geestdrift gloeide onder een masker van dienstbaarheid aan 't gehate gezag. De halldeur was wijd open gelaten mogelijk uit achteloosheid, misschien ook, omdat de zich haastende bedien den de atmosfeer wel wat drukkend vonden, daar lady Ainslie, kouwelijk als haar gevorderde leeftijd haar deed Z1jn, overal vuren had doen aanleggen, zoowel in de ontvangkamers als in haar engen slaapkamer- Daar buiten een heerlijke sterren- ïemel en het lied van den nachtegaal ie der opklinkend uit een groep hees ters: een avond van jonge liefde, die een koelen najaarswind niet telt; een avond voor droomige, grootsche ver langens, hetzij dan gewekt door een edel doel, of door de oogen van een schoone. Maar de stem, die door het nachtega- lenlied heenklonk, was vroolijk en wel luidend, werd ingezet met een diepe alt, ofschoon nu en dan een hooge toon met uitdragende roekeloosheid de avondstilte verbrak. „Hey, for Cavaliers! Ho for Cavaliers! Pray for Cavaliers. Rub-a-dub Rub-a-dub, Have at old Beelzebub, Oliver smokes for fear." Het lied bracht een ouden man, als butler gekleed, naar de open deur. Hij was geheel van streek van ver bazing en ernstiig klonk zijn iverma'nfng nog eer de zangster zelve in het gezicht kwam: „Mistress Barbara! Mistress Barbara! Wat is dat voor dwaasheid, die.... mij naar Barkleigh Towers brengt? In het geheel niet, John, maar de innige genegenheid van een liefheb bend nichtje! Vertel mij nu maar niet dat haar ladyschap in bed is, want dat geloof ik toch niet." Zij stond al op den drempel, terwijl zij zoo luchtig het bordes was opge wipt, dat Johii Fetherstone haar nog met den mond wijd open van verbazing aanstaarde, toen zij daar stond, een slanke gestalte in een donker bruin rood rijkleed, een hoed met breeden rand en overhangende veeren en een kanten kraag om, die vastgespeld wa met een diamanten broche- In de hand droeg zij een korte rijzweep, terwijl iedere lijn van de slanke .soepele ge stalte getuigde van bevalligheid, kracht en juistheid vaq lichaamsverhoudingen. Wat het gezichtje onder den breed ge- randen hoed betrof, dit zou men niet licht vergeten. Een gelaat, tintelend van een leven digheid tot in het roekeloozfé, terwijl de stralende schoonheid van kleur en uitdrukking nog verhoogd werd door het vroolijke schitteren van de licht bruine oogen, die eerder uitgingen naar een goede kameraadschap en een zin voor humor, dan naar de gevoelens van groote teederheid, die een vrouw ge woonlijk verlangt, „Mistress Barbara", zei de oude John berispend, „het is al laat en haar lady schap. zal mij vast en zeker ontvan gen. Waar kijk je toch zoo in de duis ternis naar uit, beste Jonathan? Naar mijn geleide?.... Ba! Een half dozijn bedienden misschien? Neen, neen, ik ben alleen door het park gereden, hoor! Het is een prachtige avond, om vroolijk en opgewekt te zijn. Ik kon niet tegen die dichte zitkamer, of het gedrukte van de studeerkamer. Maar ik heb wat te verhandelen met haar ladyschap en dus...." Ze was langs John gegleden en, ter wijl ze sierlijk de lange rokken in de eene hand hield en er zich telkens kuil tjes vertoonden in haar zachte wangen, schen het voorstel van B. en W. en de geopperde gedachte van opheffing van de gemeente-bewaarschool en stopzet ting van de subsidieering van de bijzon dere bewaarscholen. B. en W. meenen verder, dat be zwaarlijk tot hooger dan de voorgestel de verdubbeling van het schoolgeld kan worden gegaan. Subsidieering Handelson derwijs. Inderdaad is het B. en W.'s bedoeling dat het voor 1934 door het schoolbe stuur als gemeentelijk subsidie geraam de bedrag met 15 pet. zal worden ver laagd. Op deze wijze toch is het voor het bestuur alleen mogelijk om door invoe ring van bezuiniging tot een sluitende begrooting te komen. Ter inlichting diene voorts het volgen de overzicht: 1932/1933: Handelsdagschool 108 leer lingen, waarvan 53 van buiten Middel burg. Handelsavondschool 103 leerlingen, waarvan 12 van buiten Middelburg. Zoolang B. en W. niet gerugsteund worden door een wettelijk voorschrift, zullen pogingen tot het verkrijgen van bijdragen van buitengemeenten ,tot on vruchtbaarheid gedoemd zijn. Het Bestuur der Vereeniging voor Handelsonderwijs heeft betoogd, dat op de oorspronkelijk voor haar uitgetrok ken bedragen tot een totaal van 21.700 niet minder dan 3255.is geschrapt en het onmogelijk moet worden geacht met het tot 18445,verminderd sub sidie verder te werken. Een verminde ring tot 19300,50 zou volgens dit Be stuur, het minimum zijn voor een be hoorlijke exploitatie. Subsidies. B. en W. aanvaarden de gedachte om vereenigingen, die een gemeentelijk subsidie genieten, te verplichten, jaar lijks een staat van' inkomsten en uitga ven over te leggen. Straatbelasting. Het aantal aangeslagenen over het be lastingjaar 1933 bedroeg voor: perso neele belasting: 4260. Straatbelasting: 2827. Ook zelfs met de voorgestelde opcen ten, kan de bijdrage nog als billijk be schouwd worden. Vermakelijkheidsbeiast tag Bij de ontworpen wijziging is het als nog opnemen van enkele bepleite vrij stellingen niet in overweging genomen; B. en W. ontraden het instantelijk op nemen van vrijstellingen. Met eene algemeene heffing van 20 pet. achten zij de toelaatbare grens be reikt; Hondenbelasting. Eenige daling van het aantal honden, als gevolg van de voorgestelde verhoo ging, is inderdaad mogelijk, maar dit risi co achten B. en W. toch niet zóó groot. neuriede ze zoo even: „Cuckolds come dig, cuckolds come dig, Round about cuckolds, come dance to my jig." „Ik bid u, mistress Barbara", protes teerde de butler. „Haar ladyschap heeft een bezoeker en „Dan heeft zij er straks nog een bij." „Round about cuckolds, come...." Dit zeggende had zij, afgaande op 'n zacht gegons van stemmen de deur opengedaan en stond nu op den drem pel van het verlichte vertrek, waar lady Ainslie zoo juist haar gast had genood voor het souper. Sir Marmaduke Langdale keek nieuwsgierig naar de onverwachte in dringster, die zijn gastvrouw, niet zon der eenige terechtwijzing in den toon van haar stem, noemde: „Barbara! Barbara Carcroft, en op dit uur!" Met een zedige buiging antwoordde Barbara: „Neem mij niet kwalijk, waarde lady Ainslie, maar oom leed zoo geweldig aan rheumatiek, dat ik maar gauw zelf gekomen ben om u een fleschje te vra gen van het heerlijk pijnstillend mid del, dat u hem al ééns ter verzachting heeft geboden (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1934 | | pagina 5