GOESCHE COU£ANT£ DE DOCHTER VAN ALVA. KRONIEK van den DAG. BINNENLAND. WEER EN WIND. DELFTSCHE SLAOLIE DELFRITE 40 ct. 17'/2 ot. accijns p. kg. DELFIA 40 17-4 M A YO N N AIS E-in-potjes "j. NUMMER 3.DONDERDAG i 4 JANUARI 1934.177e JAARGANG, gg S iptouiwiate 11 3> c e vui^ch? 1 MIDDELBURGSCHE COURANT Voor Mirlrlplhnrtr f.nps An aoant. m Art^&ruirmi mik uYAmis Familieberichten en dankbetuigi dagblad Voor Middelburg, Goes en agent schap Vüssingen 2.30, elders 2.50 per kwartaal Week-abonn. in Middelburg en Goes 18 ct. p. w. Advertentiën 30 ct. per regei, Ingez. mededeelingen 60 ct. p. r. By rontv voor beide veel lager; tar. op aanvr; Uitgeefster: Naamlooze Vennootschap „De Middelburgsche Courant"; Bureaux: Lange Sint Pieterstraat te Middelburg. Telefoon: Redactie 269, Administratie- 139. Postrekening no. 43255 Kantoor te GOES: Turfkade, telefoon 17. Aangesloten by het Bureau voor PubUciteitswaar der Vereeniging de Nederiandsche Dagbladpers. Familieberichten en dankbetuigingen 1 regels 2.10, elke r. m. 30 ct. Rubriek „Kleine Advertentiën", ten hoogste 6 regels, a 75 ct. by vooruitbetaling Adv. met „Brieven" of „Bevragen bureau dezer cou rant" 10 ct. extra Bevysnommers 5 cent De IJzeren Garde in Roeme nië op het oorlogspad. Titulescu blijft maar liever in St. Moritz. Op 12 November van het vorig jaar •aderteekende de Roemeensche minis ter-president Duca een decreet, waar bij de IJzeren Garde, de sinds ongeveer twee jaar in Roemenië bestaande fas cistische of nationaal-socialistische par tij (geheel op Duitschen leest geschoeid) werd verboden. Verleden week Vrijdag bleek, dat hij daarmede zijn eigen dood vonnis had geschreven. Drie leden van de Garde schoten hem op den avond van dien dag uit wraak overhoop. Het gelukte aan de politie twee van de moordenaars, waaronder de hoofddader, Constantinescu, onmiddellijk te grijpen; de derde ontkwam in het gewoel, doch is Dinsdag ook ingerekend. De wandaad geeft te denken over de kuidige politieke situatie in Roemenië, die blijkbaar nog een beetje erger is dan men reeds geneigd was te onder stellen. Sinds koning Carol na zijn romantische neigingen wat uitgeleefd te hebben den troon beklom, is het land vrijwel constant aan bedenkelijke politieke verwikkelingen ten prooi ge weest. En zulks niet alleen als een ge volg van de economische depressie, hoe zeer die dan ook de Roemeensche staatsfinanciën ruïneerde. De politiek is in zichzelf te Boekarest allengs geheel verworden; men heeft er de laatste ja ren een oneindige reeks intriges beleefd, die gezamenlijk een weinig verheffend beeld oproepen. Als reactie tegen deze politieke verwording nu ontstond de IJzeren Garde, die in Duitschland een ideaal zag schemeren en in haar optre den vaak Hitleriaanscher dan Hitier was. Het verbod, dat zij in Novembèr tegen zich uitgevaardigd zag, zette zeer kwaad bloed bij de heethoofdige (groo- tendeels jeugdige) aanhangers; en de haat vond eindelijk een uiting in een misdadige wraakneming. Menschen, die Roemenië kennen, be weren, dat de beteekenis van de IJze ren Garde niet moet worden overschat. Zij zou maar weinig aanhangers tellen (voor een groot deel onder de studen ten) en heelemaal geen vat kunnen krij gen op de massa van het Roemeensche volk, bij name niet op de boeren. Won derlijk is het dan echter, dat de Roe meensche regeering na Vrijdagavond zulke drastische maatregelen heeft mee- nen te moeten nemen. Zij is n.l. overge gaan tot de afkondiging van den staat van beleg, en zooiets doet men nu eigen lijk niet als er niet veel bijzonders aan de hand is. Bovendien zijn er honderden arresta ties verricht van menschen, die een rol in de IJzeren Garde speelden, hetgeen wel eenigszins in tegenspraak schijnt met de zeer geringe omvang van die partij. En tenslotte heerscht er in re geringskringen een zeer zenuwachtige stemming, zich uitende in geruchten om trent het bedanken van deze of gene door ARCHIBALD CLAVERING GUNTEE. - „Gelukkiger dan ik nu ben, kan het met,' fluistert Chester, met verrukking de schoonheid beschouwend, die hij, naar hij hoopt, spoedig de zijne zal mo gen heeten. „Zeker kan dat wel. Je weet niet, wat ik je toegedacht heb. Ik vond niet, dat we je gisteravond naar behooren ontvangen hebben. Als de gravin de Parisa vandaag was gekomen, had ik er met haar over gesproken om rebecspe- lers uit Antwerpen te laten komen om op het water voor onze ramen muziek te maken. Dat zou zoo romantisch ge weest zijn als de troubadours in een Ve- netiaanschen nacht, niet waar, mijn Gui- do ,„Daar zorg ik een volgenden keer voor", prevelt de ganschelijk betoover- de Chester. „Maar ik heb intusschen gedaan wat ik kon. Later zullen mijn Moorsche meisjes voor je spelen en dansen, voor het oogenblik wil ik je zelve amuseeren. TJit je opmerking van gisteravond vrees de ik te moeten afleiden, dat je dacht, dat ik geen enkel talent had. Luister nu eens toe", en trots Guy's protest, dat minister; plus een evidente vrees voor meer aanslagen. De minister van buiten- landsche zaken Titulescu, die met va- cautie te St. Moritz in Zwitserland zat,' toen de premier werd vermoord, zit daar op 't oogenblik nog. Hij is zelfs weggebleven van de begrafenis van den vermoorde, die nog wel een persoonlijk vriend van hem is. Ook koning Carol is niet bij de uitvaart tegenwoordig ge weest. Den dag tevoren werd Z. M. plotseling verkouden. Er wordt echter ook gefluisterd, dat de IJzeren Garde het niet kan zetten, dat mevrouw Lu- pescu, waarmee de kroonprins Carol destijds een reisje deed, nog steeds in de omgeving van den koning vertoeft. Zoo wel Titulescu als mevrouw Lupescu moeten onder de eerste namen voorko men op een door de IJzeren Garde op gemaakte „zwarte lijst". Minister-presi dent Duca zou bovenaan gestaan heb ben Voorloopig is de minister van onder wijs uit het vorige kabinet, dr. Angeles cu met het premierschap belast. Ver wacht wordt echter, dat hij deze functie niet lang zal uitoefenen. Alen wil een „sterke man" aan het roer hebben, ster ker, dan Angelescu en liefst ook sterker dan de vermoorde Duca. Het schijnt al leen niet gemakkelijk zoo iemand te vinden. Bovendien blijven de beide groote partijen: de liberalen en de na- tionaal-tsaranisten ondanks het me- ne van Vrijdag mekaar onvrien delijk gezind, zeer ten nadeele van de mogelijkheid van een krachtig bewind. Misschien moeten er nog een paar na men op de zwarte lijst van de IJzeren Garde doorgehaald worden.... EEN DANKWOORD VAN DE .,PELÏKAAN"-BEMANNING. Wij ontvingen van het C. B. navol gende mededeeling: „De bemanning van de „Pelikaan met groote dankbaarheid vervuld, dat zij er in geslaagd is, de' haar opgedragen taak: de snelle heen- en terugvlucht naar Ned.-Indië met gunstig gevolg te volbrengen, is diep onder den indruk Deze aarde kan schoon zijn bij alle licht, maar niet voor alle oogen. van de grootsche hulde haar gebracht, zoowel in Nederlandsch-Indië als na te rugkeer in het vaderland. Zij betuigt hiervoor haar oprechte erkentelijkheid. Het is der bemanning tevens een be hoefte om met grooten dank te gewagen van de zooveel omvattende hulp vaak bij nacht en ontij van officieele perso nen, luchtvaartpersoneel en particulie ren, zoowel binnen de grenzen van Moederland en Koloniën, als van alle vreemde Rijken. De groote samenwer king met de Engelsche en Fransche luchtvaartmaatschappijen heeft mede bijgedragen om de moeilijkheden van den tocht te overwinnen. Voorts zij het haar vergunt met grooten lof te gewagen van de zoo in alle opzichten ontvangen steun en hulp vaardige medewerking van den Rijks radiodienst en van a.le particuliere ra- dio-omroepvereenigingen. gesteund en gedragen door de geheele pers en in de overtuiging dat zij met groote belang stelling door allen die Het wel meenen met onze Nederiandsche luchtvaart, werd gevolgd, heeft zij haar opdracht kunnen volbrengen. Het is haar een voorrecht en een behoefte hiervan openlijk te mogen getuigen." ONDERMIJNING VAN HET PLAATSELIJK GEZAG. Overheid zal streng optreden. Op vragen van het Tweedë Kamerlid den heer Wijnkoop in verband met de uitsluiting van een drietal werkloozen te Landsmeer heeft de minister van So ciale Zaken, prof. Slotemaker de Brui ne geantwoord: B. en W, der gemeente Landsmeer hebben op 10 Nov. 1933 drie werkloozen van plaatsing bij de werk verschaffing en van uitkeering in gevolge de gemeentelijke steunregeling uitgesloten, aangezien deze arbeiders bij herhaling onbehoorlijk tegenover het plaatselijk gezag zijn opgetreden in den vorm van het samenstellen, het verlee- nen van medewerking aan de samen stel.ing of het vqjspreiden van schrifte lijke mededeelingen, d.'e een voor ge- j meld gezag beleedigd karakter droegen en waarvan kennelijk de bedoeling was het plaatselijk gezag te ondermijnen. De minister acht de handelwijze van het gemeentebestuur, nadat hij kennis genomen heeft van den inhoud van ver schillende b aadjes, welke door het Werkloozen Strijdcomité te Landsmeer zijn verspreid, alleszins juist en hij heeft daarvan aan B. en W. van genoemde ge meente mededeeling gedaan. Tegen op treden van werk.oozen, als in Lands meer geconstateerd werd, zal de Over heid steeds streng handelen. DE V.AR.A. EN DE WETTIGE OVERHEID. Op de schriftelijke vragen van het Tweede Kamerlid Albarda, betreffende j het verbod van den reserve-eerste-lui- j tenant-vlieger A. Viruly, om mede te i werken aan een radio-uitzending van de V.A.R.A., heeft de minster van de fensie o.m. geantwoord: „Op grond van de beginselen, welke de Vara is toegedaan, moet ondergetee- kende twijfelen aan haar gezindheid ten aanzien van de wettige Overheid. Zoo lang de oorzaken van dien twijfel niet zijn weggenomen, eischt de krijgstucht, dat militaire ambtenaren zich onhou- den van medewerking aan de uitvoe ring van een Vara-programma." NEDERLANDSCH-INDIE EN DUITSCHLAND. Afzonderlijke handelsovereen komst te wachten, Het Hbld. schrijft; In het slotprotocol behoorende bij 't op 15 December j.l. te Den Haag geslo ten Nederlandsch-Duitsche verdrag over de regeling van het goederenvervoer treffen wij een bepaling aan, die wel even de bijzondere aandacht waard is. Wij hebben hier het oog-op paragraaf VII, waarin wij lezen, dat de beide re geeringen overeengekomen zijn zoo spoedig mogelijk na de voorloopige toepassing van het verdrag besprekin gen te openen met betrekking tot de bevordering van net goederenverkeer j tusschen Nederl.-Indië en Duitschland Middelburg, 3-I-'34. Woensdag: hoog- ste u c h t temperatuur 3.8 °C (39 °F); laagste °C (33 °F). Heden 9 h: 3.1 "C; i2 h: 4.5 °C. 1.2 mm regen. Hoog ste barometerstand te dezer stede, in het afgeloopen etmaal: 768 mm; laagste 764 mm. Hoogste barometerstand in het Euro- peesche waarnemingsgebied: 769.1 mm te Rochefort; laagste 722.1 mm te Sey- disfjord. Verwachting tot morgenavond Matige, tijdelijk wellicht toenemende, Z. tot Z.W. wind, betrokken tot zwaar bewolkt, later wellicht opklarend, waar schijnlijk eenige regen, lichte tot matige dooL -M Zon op: 8 h 11; onder 15 h 57. Licht op: 16 h 27. Maan op: 18 h 46; onder: 9 h 42. L.K.: 8 Januari. Hoog- en Laagwater te Ylissingesi Westkapelle is 28 min. en Domburg 23 min. vroeger; Veere 38 min. later. (S springtij.) Januari. Hoogwater. Laagwater. Do. 4 3.11 15.37 9.51 21.50 Vr. 5 3.44 16.12 10.25 22.22 Za. 6 4.22 16.47 11.03 23.01 Koog- en Laagwater t© Wemeldingt Januari, Hoogwater. Do. 4 5.10 17.28 Vr. 5 5.41 18.01 Za. 6 6.15 18.33 Laagwater 10.51 23.00 11.25 23.34 12.01 M. a. w. er blijkt een afzonderlijke regeling ten behoeve van Nederlandsch- Indië cp komst te zijn. Dit is iets nieuws. In onze delegatie, die met de Duit- schers de besprekingen gevoerd heeft, waaruit dit verdrag is voortgekomen, zat o.a. ook een vertegenwoordiger van het Departement van Koloniën. Toen echter in den loop der discussies iRIP 60 ct. en 35 ct. (1/1 en 1/2 potje) De prijsverlaging van de plantenvetten Delfrite en Delfia Natuurlijk blijft de superieure EXTRA 90 en 60 ct. (1/1 en 1/2 .flesch) i SUPRA 70 45 i, ,i I, ,i PRIMA 55 i, 35 (inclusief flesch) Onze artikelen worden thans zonder bons afgeleverd heeft eenvoudiger verpakking noodzakelijk gemaakt O L I F A B R I EKEN C A L V Calvé-kwaliteit onveranderd L F T (Ingez Med.) hem niets liever is dan haar zijn liefde te betuigen, neemt zijn beminde van een stoel haar nabijheid een mandoline waar mede zij blijkbaar tot zijn komst den tijd had gedood, gaat zitten en met haar oogen in de zijne, speelt zij een aardig, klein voorspel. Dan zingt zij met haar stem, die de Watergeus indertijd had vergeleken met de vox humana van het orgel in de Groote Kerk te Amsterdam, een Moorsche melodie, zoet en smach tend, met die gratie en lichtheid, welke men slechts in zonnig Italië en Spanje aantreft. De bekoorlijke, verliefde blik ken, welke zij daarbij naar hem werpt, brengt Guy buiten zichzelven, en het slot van het lied is een gilletje van verras sing, want de laatste noot, bestemd voor zijn oor, wordlt opgevangen in de lan ge blonde snor van haar aanstaande, en afgebroken op een wijze, die vreemd is aan de muziek, „Madre mia.!" roept het meisje la chend uit, „het lijkt wel alsof jij de com ponist van het lied waart. Je hebt me verhinderd mijn mooiste hooge noot te doen hooren." „Mag ik het lied dan voortzetten zegt een harde, ruwe stem achter hen. Ze springen beiden op en staan voor Hermoine's duenna, de gravin de Parisa, die ze verbaasd aanstaart en in een ver dediging van de met voeten getreden etiquette losbarst: „Ik was van plan geweest, donna de Alva, in den namiddag hier te zijn, doch was door boodschappen in de stad daar in verhinderd. Bij mijn terugkeer be merk ik, dat ik beter had gedaan, in het geheel niet weg te gaan. Ik sta er ver baasd over, dat iemand, die ik onder mijn toezicht heb, het gewaagd heeft een heer alleen te ontvangen." „Niet wanneer die heer is mijn aan staande echtgenoot, kolonel Guido Amati. U zult het u wel herinneren, dat u hem reeds vroeger ontmoet heeft, bij den koopman Bodé Volcker, uw. Maar met rollende oogen gilt haar duenna: „Guido Amati De gesneuvelde ko lonel O, hemel, een geest Heilige Maagd, red mij van het spooksel En zij zinkt ineen onder het prevelen van Latijnsche gebeden. Maar Hermoine begint te lachen. „Neen niet gesneuveld Het is geen spook, dat behoeft gebannen te worden Hij is van vleesch en bloed Laten zijn lippen het u bewijzen „Neen, neen fluistert Chester met een afwerend gebaar. „Jawel, kus haar de hand. Zij is ge voelig voor dergelijke eerbetuiging van heeren. Kus haar de hand Ik sta het je toe, ik beloof je niet jaloersch te zijn Guido mio". En op haar aandringen drukt Guy lachend een kus op de vlee- zige vingers, die ten gebede zijn opge heven. Dit schijnt een kalmeerende uitwer king op haar te hebben en nu inziende, dat èij geen geest is, staat de gravin de Parisa op, wordt weder duenna en zegt uit de hoogte: „Daar nu kolonel Guido Amati geen geest is, moet ik dien heer beleefd verzoeken zijn bezoeken te sta ken, tot ik den hertog van Alva heb verwittigd van zijn aanspraken op haar hand." „De heer zal zijn bezoeken aan mijn woning niet staken!" antwoordt Hermoine met een uitdagenden blik in haar oogen. „U vergeet, dat u spreekt tot duen na." „Denk er aan, dat ik donna de Alva ben!" „Zeer juist, en daarom wil ik dade lijk een brief aan uw vader richten." „U zal van dit alles aan mijn vader geen melding maken. Ik zal het hem mededeelen op de wijze en op het oogenblik, die ik er geschikt voor acht." „Zal ik niet?" vaart de duenna uit. „Zal ik niet? Meent u dan, dat ik den toorn van uw vader durf trotseeren?" „Maar vrees dan den mijnen!" roept het meisje, en op haar duenna afgaande zegt zij met bliksemende oogen: „Durf een woord over dit alles aan wie ook te zeggen vóó"r ik u daartoe order geef, en ik openbaar aan mijn vader, dat ge vier jaar geleden, toen u mij te jong achtte om belang te stellen in staatsza ken, voor twee duizend kronen contant in handen, den jongen Brederode waar schuwde, zoodat hij bijtijds uit Brussel kon ontvluchten, ontkwam aan de ge vangenis en het schavot." „Welke bewijzen heeft u daarvoor?" vraagt de gravin verbaasd. „Enkel den brief, waarin Brederode u bedankt voor uw waarschuwing e* daarbij voegt, dat hij u z.i. voldoende heeft betaald, u niets verders van hem te verwachten heeft. Ik heb den brief weggesloten. Onderstelt u dan waarlijk, dat ik u bij mij had laten blijven, als ik niet geweten had, dat ik u de baas af kon wezen, wanneer mij dit gelegen kwam?" vraagt Hermoine spottend. „Ik.... ik had het geld zoo noodig," stottert de gravin. „U denkt toch niet, dat dit u voor straf zal vrijwaren, ,ge weet welke straf mijn vader oplegt aan hen, die aan een ontvluchting medeplichtig zijn: eerst de pijnbank, daarna de brandstapel." Dit akelig vooruitzicht formuleert het meisje met de kilheid van een ijsberg; en een blik naar haar werpend, gevoelt Chester, dat zijn verloofde een ware dochter van Alva is. „Neen.... neen! Genade!" snikt de gravin. fWordt vervolg!

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1934 | | pagina 1