DE DOCHTER VAN ALVA.
KRONIEK van den DAG.
BINNENLAND.
ZEELAND.
KERKNIEUWS.
ONDERWIJS.
RECHTZAKEN.
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.T.) VAN DINSDAG 2 JANUARI 1934. No. 1.
MIDDELBURG.
WALCHEREN.
ZUID-BEVELAND.
ZEEUWSCH-VLAANDEREN W.D.
Een krasse wet in het Boel-
gaarsche parlement aangenomen
Dezer dagen bestonden wij het, hier
neer te schrijven, dat men den Balkan
wel eens de brandhaard van Europa
dorst te noemen. Sindsdien is er iets ge
beurd, hetwelk ons noopt niet alleen
deze meening te herzien, maar zelfs tot
een volkomen tegenovergesteld inzicht
te neigen. Ja, misschien zullen we, als
't doorwerkt, er wel toe moeten komen
om, gelijk eens van Alkmaar, nu van
den Balkan de victorie te laten begin
nen.
Waarop is daar dan de overwinning
behaald
Op de parlementaire breedsprakig
heid.
Want in Boelgarije heeft het parle
ment let wel, het parlement zélf
een wetsontwerp aangenomen, waar
door aan de Boelgaarsche veelpraterij
radikaal een eind gemaakt zal worden.
Dat wetsontwerp bepaalde namelijk, dat
in de volksvertegenwoordiging bij de
eerste lezing van wetsontwerpen de re
plieken gehéél worden afgeschaft, en
vervolgens dat de spreektijd voor
iederen afgevaardigde bij de tweede le
zing tot 20 minuten en bij de derde le
zing tot 10 minuten wordt beperkt.
Slechts bij debatten over de troonre
de, de begrooting en ministerieele de
creten mogen de afgevaardigden langer
spreken n.l. ieder een uur.
Van iedere fractie mag slechts een
lid het woord voeren. Heeft een fractie
minder dan drie leden, dan mag deze
zelfs heelemaal niet spreken.
Deze beperkende bepalingen gelden
niet voor ministers. Behalve dat aldus
een dam tegen den stroom der parle
mentaire welsprekendheid is opgewor
pen, is ook het absenteïsme aangetast,
want de wet in quaestie bepaalt boven
dien, dat afgevaardigden niet van zit
tingen mogen wegblijven, tenzij ze daar
toe verlof hebben gekregen.
Zij, die klagen over het vele gepraat
in vertegenwoordigde lichamen, zullen
misschien met verheugenis een ,,goed
zoo" uiten wanneer zij deze drastische
maatregelen lezen. Maar zou het nog
niet van een veel hoogere beschaving en
zelfbeheersching getuigen, wanneer de
afgevaardigden in het parlement of in
andere vertegenwoordigende lichamen
eigener beweging wisten, wanneer te
spreken, en wanneer te zwijgen
DE PELIKAAN BEHOUDEN WEER
THUIS.
Kranig einde van een kranige
vlucht. Alle vier leden der
bemanning geridderd.
In donkeren nacht en koude lucht
stonden tienduizenden om het Amster-
damsche vliegveld Schiphol, en
hoog in de lucht, zonder van de duis
tere aarde ook maar iets onder zich te
zien, zongen de drie motoren van den
Pelikaan hun zóemenden zang.
In de cockpit Smirnoff, den populai-
ren vlieger, Rus van geboorte, maar
par droit de conquête de nos coeurs
(en door naturalisatie) al jaren Neder
lander, als commandant, Soer als le
officier, mecano- en radioman in de ca
bine, een halve ton post voor Oude
jaar meezeulende uit den warmen Oost
naar het onder sneeuw en ijs liggende
moederland.
En heel Nederland, voor zoover niet
op Schiphol, aan de radio, luisterenc
naar de reportage.
Tot om half tien allen ontroering be
vangt als zij den zang der motoren, on
zichtbaar in de hoogte boven hen hoo-
door
ARCHIBALD CLAVERING GUNTEE.
80).
Na eerst de lamp tot den bodem te
hebben laten zakken; om zeker te zijn
dat er geen bedorven lucht is, dae hem
zou kunnen doen stikken, gaat Chester
de ladder af en komt op een geplaveide
gang, nauwelijks breed genoeg om twee
menschen naast elkaar door te laten;
een gemetseld gewelf vormt den boven
kant. Wel slaat zijn hart sneller als
hij verder gaat, maar zijn zenuwen blijit
hij meester. Na tweehonderd voet
voortgeschreden te zijn bereikt hij het
eerste stel ijzeren deuren. Zij zijn ont
zettend zwaar eni zouden slechts door
een ontploffing zijn te vernielen. Bij het
licht van zijn lantaarn gaat Guy nog)
eens de voorschriften voor. het gebruik
der verschillende sleutels na, al kent
hij ze van buiten, en daarna oli.et hij den
eersten sleutel met beste olijfolie om
hem vervolgens in het slot te steken.
De sloten verkeeren blijkbaar in vol
komen goeden staat en zijn beschermd
tegen vochtighe d en roesten. De sleu
tel draait glad om. Daarna wordt het
tweede geprobeerd, en weer werkt het
slot zonder bezwaar. Niet anders gaat
het met het derdz slot. Als hij den sleu
tel er uit haalt, moet Chester consta-
ren. De Pelikaan is ermaar het
zal nog een half uur duren voor zij aan
den grond is. Want Smirnoff en Soer
zijn wel vliegers men heeft ze wel
eens een paar luchtduivels genoemd
maar het zijn dan toch maar erg s e-
k u r e drommels.
Ze halen met hun kostelijke vracht,
hun kostbare machine en bun levens
geen bravour-stukjes uit; het deert hen
niet of ze al dan niet binnen eigen re
cord-tijd op den grond zullen staan
safety-first, dat is het principe.
Dus zoemen ze weer weg, om de Zuid,
totdat ze in den koers van het radio
baken zijn. En dan veilig en sekuur
koers vliegen; de hoogtemeter gecorri
geerd voor den barometerstand: haarfijn
navigeerende en rustig, zeker precies
komen waar je wezen moet. Dat is het
werk. Dat hebben Smirnoff en Soer, kra
nige kerels, gedaan.
Om tien uur en twaalf minuten heb
ben ze de Pelikaan veilig en wel aan
den grond gezet.
Toen was hun taak volbracht.
Toen brak de jubel los uit tiendui
zenden kelen.
Een kranig stukje Nederlandsche
luchtmanschap was hier gepresteerd.
Direct al zijn de vier luchthelden ge
huldigd. Drie onzer ministers waren op
Schiphol. Gelukkig: dat hoorde zoo.
Daar werd Nederlandsche historie ge
maakt. De burgemeester van Amster
dam was er. En ir. Damme van de P.
T. T. En nog veel meer hooge autori
teiten.
Ziehier wat onze minister van Wa
terstaat tot het viertal zeide:
Wij weten dat, hoezeer wij er ons
ook in verdiepen, wij niet kunnen be
vroeden wat bet wil zeggen, wat ge u
zelf hebt opgelegd, en van u hebt ge
vergd, en evenmin wat het wil zeggen,
lange nachtvluchten te doen op een rou
te, nog maar spaarzaam voorzien van
goede terreinen. Wel weten wij, dat
door u is geleverd een prestatie, die
eerbied afdwingt aan ons allen.
Wij vieren hier een triomf van tech
nische mogelijkheden; wij huldigen de
menschen, die dezen triomf behaalden,
met groote dankbaarheid, en wij ver
heugen ons over uw behouden thuis
komst, waarmede wij u van harte ge-
lukwenschen. Gij hebt uw maatschap
pij een grooten dienst bewezen, gij hebt
van nieuwe mogelijkheden het bewijs
geleverd, die een aanwijzing zullen zijn
in het zoeken van de oplossing van het
vraagstuk omtrent een veilig, snel en
regelmatig luchtverkeer, en dat Indië
en Nederland meer dan ooit één zullen
zijn.
Ge hebt niet alleen uw maatschappij
een dienst betoond, ge hebt een grooten
dienst bewezen aan het geheele land,
omdat gij hebt bevestigd, dat Neder
land staat aan de spits van het geheele
wereldverkeer in de lucht, en daarvoor
is Nederland u erkentelijk. Nederland
en zijn regeering danken u voor wat u
heeft gedaan, en het is mij een groot
voorrecht u mede te deelen, dat het
H.M. de Koningin behaagd heeft, u al
len te benoemen tot ridder in de orde
van Oranje Nassau. (Donderend hoe
ra!)
Mijne heeren, ik wensch u met deze
benoeming van harte geluk; ik doe dat
uit naam van de geheele regeering, in
zonderheid van den voorzitter van den
ministerraad. Die onderscheiding is niet
een aansporing, voort te gaan op den
door u gevolgden weg in plichtsbetrach
ting en toewijding; die aansporing be
hoeft ge niet, maar ik ben er van over
tuigd dat ge die onderscheiding zult dra
gen als herinnering.
Het jaar spoedt ten einde; een jaar
van zwaren druk op ons maatschappe
lijk leven, doch een jaar dat ik durf noe
men een zegenrijk jaar voor Nederland,
want dat jaar heeft gebracht een nieu
we opleving van het besef, dat alleen
in eendracht en saamhoorigheid de
moeilijke tijd dien wij beleven, kan wor
den doorstreden. Dit jaar heeft getoond,
dat de kern van onze natie begrijpt te
zijn en te moeten vormen een geheel,
wars van eiken invloed, die niet behoort
in het zuiver Nederlandsch karakter.
In dit jaar is gelegd het fundament,
waarop wij eendrachtig zullen moeten
optrekken het gebouw van de herstel
de welvaart in Nederland, en in dat
fundament vormt de sluitsteen de daad
van deze vier mannen, een daad die
heeft getuigd van groote energie, taaie
volharding en vooral van een ijzeren
wil, een daad die zal blijven voor ons
allen het lichtende voorbeeld om in
deze moeilijke tijden het einddoel te be
reiken, tot zegen van ons vaderland.
VOOR DE WERKLOOZEN.
De cursussen.
De commissie voor ontwikkeling en
ontspanning van werkloozen ontving
van Burg. en Weth. toestemming om de
cursussen in vakopleiding en algemeene
ontwikkeling tot 31 Januari voort te zet
ten. Men verwacht dat voor dien datum
de plannen van den Minister van Soci
ale Zaken, inzake de vakopleiding en
ontwikkeling van werkloozen bekend
zullen zijn.
De cursussen in: vakteekenen, moto
renkennis, autotechniek, Ned.-taal en
rekenen vangen aan Woensdag 3 Jan
De cursussen: Fransch, Duitsch, En'
gelsch, machineschrijven en stenografie
Dinsdag 9 Januari.
Ontvangsten Plaatselijk Crisis-Co
mité van 27 tot en met 30 December
1933.
Maandelijksche bijdragen: J. H, C
1, Zusters Gasthuis November en De
cember 10.. Wekelijksche collecte
79.50
Het gironummer van den Penning
meester is 188020.
Bij ons kantoor te Middelburg is ont
vangen: Maandelijksche bijdrage Perso
neel N.V. A. Kreymborg en Co. 3.50.
DOMBURG. Op Donderdag 28 De
cember sprak in de Winterclub alhier
mevrouw Van den Broecke-de Man
over „Komedianten trokken voorbij" en
de „Melodie der Verten" van Johan
Fabricius.
Na zijn debuut met eenige fleurige en
vlot-geschreven romans, waaronder
„Charlotte's Groote Reis", gaf de 34-
jarige schrijver deze werken, die op ver
rassende wijze getuigen van zijn rijke
visie en diep-menschelijke psychologie.
In Todi, een klein Italiaansch stadje,
in het begin der 18e eeuw speelt deze
tragedie van strijd, hartstocht en lijden,
te aangrijpender tegen den achtergrond
van futielheid, onoprechtheid en klein-
steedsche beklemming.
De gestalte van Marietta beheerscht
het eerste boek, haar groei van kind tot
vrouw zien we er uitgebeeld in vier
fazen: haar jeugd in de herberg, in het
klooster, haar verblijf bij Monsignore,
den Bisschop van Todi, eenzaam in het
dichtbevolkte huis, haar leven met An
tonio, dat afbreekt door haar terugkeer
naar Monsignore, het opvlammen van
hun beider liefde en haar vlucht.
Zeer boeiend wist de spreekster ons
deze figuur voor oogen te brengen, deels
door haar eigen woorden, deels door de
voordracht van de hoofdmomenten uit
Marietta's leven. Onder meer trof ons
teeren dat de inrichting toch bewon
derenswaardig is, want de beide groote
deuren draaien op hun hengsels, wan
neer een k.nd ze maar openduwt.
Paciotto heeft hem dus in zijn ster-
vensure tot zoover de waarheid gezegd.
Hij gaat dus met meer vertrouwen ver
der. Het tweede paar deuren is onder
de gracht aangebracht; hij concludeert
daartoe, wijl hij het water zacht boven
zijn hoofd hoort ruischen. Zij gaan even
gemakkelijk open als het eerste stel en
Chester ontdekt de inrichting waarover
verder gaan. Maar plotseling struikelt
hij, er r.nkelt iets en hij valt op zijn
knieën op den grond te midden van
zakken met gemunt geld. Hij houdt de
lantaarn omhoog en roept: „Bij den he
mel, wat een geldwolf!" en barst cn
lachen uit, doch zeer zacht, alsof hij
vreesde, dat de twintig voeten mass.ef
rotsgesteente en het groote bastion van
den hertog boven zijn hoofd van zijde
papier waren en zelfs elk zuchtje zou
den doorlaten.
Weder opfgestaan zijnde, stelt hij
bijzonder de weergave van het ontwa
ken van Marietta's kinderziel, dien dag
dat zij voor 't eerst bewust staat tegen
over het raadsel van geboorte en dood,
dat zij zoo hartstochtelijk verlangt naar
het Wonder, dat dit mysterie ontsluieren
zal en dit Wonder vindt, niet bij het,
door de kerkmuziek en wierook om
zweefde, praalbed van den gestorven
Bisschop, maar in den glimlach op het
doode gelaat der afgetobde moeder.
Om den eenvoud, het zuivere van haar
gevoelsleven, om de groote offervaar
digheid van haar liefde is Marietta ont
roerend, we hadden dit gevoeld, toen
we Fabricius' romans lazen; door de
voordracht van Mevrouw van den
Broecke is deze ontroering dieper en
meer reëel geworden.
Een geheel andere zijde van Fabri
cius' gave leeft in de fijne humor waar
mee hij het bezoek van Monsignore aan
het nonnenklooster teekent; hoe goed
was ook de weergave van dit gedeelte
door de spreekster!
Haar beschouwing over het tweede
deel van Fabricius' trilogie: de Melodie
der Verten, leidde mevrouw van den
Broecke in met de opmerking, dat dit
deel te beschouwen is als een schakel
tusschen het eerste en het derde deel
(de Dans om de Galg, waarvan de ver
schijning in de eerste maanden van 1934
te wachten is). Een zuivere beoordeeling
van dit tweede deel is dus eerst mogelijk,
in verband met de verdere ontwikke
ling van Benedetto, welke de trilogie
besluit.
Hoewel de spreekster beknopter was
in haar bespreking van het tweede deel
en slechts enkele momenten gaf uit het
leven van Benedetto, den zoon van Ma
rietta en Monsignore, gaf zij ons ook
hier een scherpen kijk op dit wonder
lijk karakter, onevenwichtig door zijn
aanleg en zijn levensomstandigheden,
niets ontziend, geniaal, met mogelijk
heden in zich tot groote afdwalingen,
doch ook met groote diepten, en met die
hunkering naar vrijheid en schoonheid,
die ook in zijn moeder leefde. En zij
deed ons weer genieten door haar weer
gave van dat prachtige fragment van
Benedetto's orgelspel in de Kathedraal.
Een hartelijk applaus beloonde de
spreekster voor haar boeiende voor
dracht.
De nieuwe Burgemeester.
SCHORE. Op 4 Jan. a.s. zal de nieuwe
burgemeester de heer H. D. Trimpe,
feestelijk worden ingehaald. Om 12 uur
wordt de optocht opgesteld op de grens
der gemeente nabij de kom van Bieze-
linge, alwaar dan de burgemeester zal
arriveeren. De raadsvergadering voor
de installatie begint om 2 uur.
WEMELDINGE. De politie heeft aan
gehouden en ter beschikking van de jus
titie te Middelburg gesteld, zekeren J. D.
wonende te Wemeldinge, als verdacht
van het plegen van niet nader te» noe
men handelingen met een minderjarige.
Brandstichting.
WEMELDINGE. De politie heeft aan
gehouden en ter beschikking van de ju
stitie te Middelburg gesteld zekeren M„
te Wemeldinge, die er van verdacht
wordt in den nacht van 26 op 27 Dec.
1.1. brand te hebben gesticht in zijn wo
ning.
AARDENBURG. Vrijdagavond heeft
de A, K. C. in de sociëteit opgevoerd
„Een, die niet geteld wordt", tooneel-
spel in 3 bedrijven van J. van Eekelen
en J. Grosfeld. Het stuk is uitstekend
gespeeld, zooals wij dat van A. K. C.
gewoon zijn. De zaal was stampvol.
de ingenieur had gesproken, en waar-haastig een vlucht g onderzoek in, dat
van hij de teekening in de hand houdt, echter voldoende is om uit te maken,
welke dient tot het tegenhouden van dat daar vier of vijf mJlioen voor het
het water, dat u„t de gracht zou stroo- grijpen ligt.
men, als Alva's standbeeld werd ver-Daarop keert hij terug en roept Cor-
nield. - j ker.
Zich houdend aan de aanwijzingen op „De deuren gaan zeker .niet open?"
iet papier koppelt hij ze af, waardoor vraagt de zeeman.
lij de verbinding met dé gracht ver-„Jawel, alles in orde, neem je man-
breekt en voor alle zekerheid beves- nen mede."
tigt hij de kleppen stevig op hun In hun bijzijn inspecteert hij de schat-
plaats. Daarop bereikt hij het derde ten wat nauwkeur.ger; voor zoover hij
stel deuren, d e hem toegang zal ver-kan nagaan, het kan zijn, dat hij een
eenen tot Alva's schatkamer. Zijn hart, paar niet medetelt liggen er 179 zak-
lat tot nog toe regelmatig heeft ge- ken goud, elk met Alva's wapen ver
dopt, begint nu ongeregeld te bonzen, zegeld en bevattendte 20000 kronen en
terwijl hij zorgvuldig' bijna aarzelend ongeveer 400000 Sjpaansche daalders,
alsof hij bevreesd ware voor wat hij tn 250 zakken geborigen. Bovendien
zal zien, de sleutels achtereenvolgens vindt Chester er een ijzeren geldkist-
in de sloten laat draalen. je, dat hij niet opent, doch dat waar-
Ten slotte zijn ze allen omgedraaid, schijnlijk juweelen, gouden kostbaarhe-
nj duwt de deuren open en de lan- djen enz. bevat. Hij laat Corker ter be-
taarn boven zijn hoofd houdend wil hij waking achter en beveelt, dat iedere
man zooveel zakken als hij kan maar
den kelder onder het huis zal brengen
en daarmede tot zijn terugkomst door
zal gaan. Intusschen zet hij vlier zwaar
gewapende mannen op post bij de deur
met bevel om het huis tegen eiken on-
verwachten aanval te verdedigen. Met
versnelden pas en opgewonden spelt hij
daarop naar het kantoor van Volcker
en stormt bij den koopman binnen. Daar
hij niet zoo bijzonder lang is weggeble
ven is het eerste woord van dezen:
Zeker niets van aan, een grap!"
„Jawel, een grap van vijf millioen!"
„Hel en duivel! Vijf millioen! God
zegene je, beste kerel. Laten wij het.
onmiddellijk weghalen
„Neen, niemand heeft er iets van ge
merkt," zegt Guu met tets spottends in
zijn toon, „en dus zou dat thans gevaar
lijk zijn."
Maar Volcker heeft nu evenveel ^ver
langen om Alva's schat te zien als hij;
tevoren bevreesd mas om in de buurt'
er van te komen en hij vergezelt Guy
naar het huis Van senora Sebastian.
„Laat ik u verder voor alles zorgen,"
oppert hij, „Ik zal het geld weg laten
halen. Elke daalder zal u verantwoord
worden. Daar sta ik met mijn koop
manseer voor u tn."
„De eer van een koopman is voor
mij voldoende waarborg", antwoordt
Chester. Maar zooals wij vrijbuiters ge
woon zijn, heb ik aan Corker opgedra
gen eiken zak te controleeren en al het
De aanslag op den Burgemeester.
EEDE. De dezer dagen door de mare
chaussee te Aardenburg aangehoudene
A. M„ leurder te Maldeghem (B.J, ver
dacht een tweetal schoten uit een alarm
pistool te hebben gelost op den burge
meester te Eede, en verdacht van be
dreiging, is naar het Huis van Bewaring
te Middelburg overgebracht.
Ned. Herv. Kerk.
Ds. B. S. Dijkstra te Ovezande en
Driewegen heeft het beroep naar
Nieuweerdingen (gem. Emmen) aange
nomen.
De vereeniging van oud-leerlingen'
der Chr. Kweekschool te Middel
burg hield Vrijdagavond in het gebouw
der C.J.M.V. haar 3de réunie.
Na de gebruikelijke opening hield de
heer P. van Ooijen, leeraar aan de Chr,
Kweekschool een causerie met lichtbeel
den over „Reizen en Trekken", waarin
hij de schoonheid en het karakteristieke
beeld van Elzas-Lotharingen aantoonde.
Verder was het een gezellig samen
zijn, waarin nog gesproken werd door
den heer dr. K. Huizenga, directeur der
Chr. Kweekschool en den heer R. van
der Welle, oud-leeraar.
Bij 't op 27 en 29 Dec. te Goes ge
houden examen voor betontechnicus
vanwege het Zeeuwsch Technisch Insti
tuut slaagden de heeren: J. v. Bers,
Kloetinge, J. N. Caro, Middelburg; J,
M. de Coninck, Goes; K. Dekker, West-
kapelle; G. J. v. Doorn, Middelburg; A.
A. v. d. Giezen, Middelburg; J. de Jon
ge, Goes; C. Huisman, 's-Gravendeel; J.
Klap, Wemeldinge; A, C. Krombeen, H.
M. Krombeen, beiden te Hansweert; L.
J. Lagendijk, Arnemuiden; A. Smit, 's-
Heerenhoek; J. C. Steketee, Driewegen;
A. A. Weyns, Wolphaartsdijk.
In vrijheid.
Op last van de Rechtbank zijn in vrij
heid gesteld S. te Eede, verdacht van
het plegen van een zedenmisdrijf, en A,
B. te Eecloo verdacht van frauduleuzen
invoer van sigarettenpapier te Hontenis-
se.
Kantongerecht te Middelburg.
De kantonrechter te Middelburg heeft
veroordeeld wegens:
met een rijwiel rijden zonder voor- of
achterlicht: F. H. G„ Vlissingen, 0.50
of 1 d. h„ W. K„ Middelburg, 5 of
5 d. h„ A. v. R„ Biggekerke, teruggave
van verdachte aan zijn ouders, J. V.,
Middelburg, 2 of 2 d. h.;
met een rijwiel de veiligheid van het
verkeer in gevaar brengen: W. J„ Big
gekerke, berisping;
met een motorrijtuig daarmede rijden
zonder verlicht nummer met letter: J.
v. L„ Kloetinge, 2 maal 1 of 2 maal
1 d. h„ M. B„ Veere, 1 of 1 d. h.;
niet op de eerste vordering nummer-
bewijs vertoonen: M, B„ Veere, 2 of
2 d. h.;
op den openbaren weg een trekdier
laten staan zonder de noodige voor
zorgsmaatregelen tegen het aanrichten
van schade te hebben genomen: J. v. P.
te Vlissingen, 5 of 5 d. h.;
openbare dronkenschap: H. H. A. E,
geld naar de „Esperanza" te brengen.
We zullen het te Vlissingen verdeelen.
Maar zorgt u voor het weghalen. Dat is
beter aan u dan aan mij toevertrouwd."
Werkelijk gaat Volcker ook geheel in
de zaak op, terwijl Cuy slechts met zijn
halve hart er bij is, het beste deel is te
Sandvliet, bij Alva's dochter.
Aldus is de zaak geregeld; de man
nen moeten in den loop van den nacht
al het goud naar den kelder transportee
ren. Daarop worden de deuren van het
gewelf alle weer gesloten en overdag
zal Volcker de schatten aan boord van
de „Esperanza" laten brengen onder
den schijn, dat het 't beddegoed van de
matrozen is. Als koopman kan hij zulks
doen zonder argwaan te wekken. Den
volgenden nacht zal een andere ploeg
mannen het zilver uit het gewelf wegha
len en in den kelder deponeeren om het
overdag op dezelfde wijze aan boord te
brengen tegelijk met de kist met juwee
len.
Als we eenmaal het goud aan boord
hebben, dan is het grootste deel van den
buit binnen", zegt Volcker. „Ondertus-
schen kan ik dan beginnen om de „Es
peranza" van een lading te voorzien,
zoodat er volkomen aannemelijke reden
zal zijn om het schip van Antwerpen te
Uten vertrekken".
(Wordt vervolgd.)