SAEA
OE DOCHTER VAN ALVA,
KRONIEK van den DAG.
ZEELAND.
°)!>an
den eersten
tot den laatsten droppel
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN DONDERDAG 21 DECEMBER 1933. No. 301
ARCHIBALD CLAVERING GUNTER.
?2).
Vo o r t aa n keet S i a o lie
ii1111 1 1
Zal ran der Labbe dan toch met
zijn nek boeten voor de brand
stichting in den Rijksdag
Op den laatsten dag dezer week za
de uitspraak vallen in het proces, dat
heel de wereld wekenlang met belang
stelling volgde.
Het spreekt vanzelf, dat men zeer be
nieuwd is, hoe die uitspraak zal luiden.
Zij, die de zaak van nabij volgden, kun
nen daarvan misschien iets al weten
meer en beter althans dan wij dat op
een afstand kunnen.
Daarom is de meening van onzen bij
zonderen H.-correspondent, die het pro
ces voor ons ter plaatse van nabij volg
de, hier wel van belang. Volgens hem is
de meest waarschijnlijke oplossing, dat
Marinus van der Lubbe in elk geva
ter dood veroordeeld word
en ook niet op gratie te reke
nen heeft, dat Torgler vrijgesproken
wordt wegens gebrek aan bewijs en on
middellijk weer wordt gearresteerd als
beklaagde in het proces wegens hoog
verraad, waarin o.a. de voorzitter van
de ontbonden Duitsche Communistische
Partij Thalmann betrokken is; dat
voorts het vonnis over de drie Bulga
ren zich aansluit bij den eisch van den
Procureur-Generaal, met het gevolg
dat Taneff en Popoff over de grens ge
zet wórden; terwijl het ons nog onzeker
voorkomt, wat het lot van Dimitroff za
zijn d.w.z. of men hem opnieuw een
proces wegens hoogverraad zal aan
doen, dan wel hem zal uitwisselen tegen
een Duitschen gevangene van beteeke
nis in het buitenland.
Torgler, daarvan zijn wij overtuigd
zal voorloopig nog geen vrij man zijn
ook al toonen de rechters, waaraan nau
welijks te twijfelen is, dat zij de meening
vae den aanklager niet deelen en 't met
den verdediger eens zijn. Ja, hij za
ook dan niet vrijkomen, als blijkt, dat de
rechters van zijn onschuld absoluut over
tuigd zijn. Hij is nu eenmaal, al wil hij
dat zelf thans niet meer weten, een der
hoofdmannen, een der raddraaiers van
het communisme in Duitschland ge
weest, en als zoodanig is hij wel dege
lijk betrokken geweest in politieke
voorbereidingen, die op een omverwer
pen van den Duitschen Staatsvorm en
de oprichting van een Sovjet-Duitsche
Republiek, een dictatuur van het prole
tariaat doelden.
Wij hebben, aldus onze bijzondere H.-
correspondent, van den eersten dag af
van dit proces van 56 dagen, in een
schuld van Torgler aan de brandstich
ting in den Rijksdag niet geloofd, maar
we konden op den duur menschelijk.
toch geen sympathie meer gevoelen
voor dezen huilerigen man; die er steeds
op uit was, braaf te wilfèïP^feen en een
tam in de politiek. Hij is zeker steeds
het tegendeel van een brieschenden
leeuw geweest, maar daarom toch geen
ongevaarlijk communist Zijn partij ge
bruikte hem als een soort trait d'union
met de burgerlijke partijen. Torgler was
meestal van een aal-gladde vriendelijk
heid, en had daardoor bijna sympa
thie en bij de meeste andere partijen
veroverd. Maar ware deze bureaucra
tisch aangelegde man een machtige in
een Sovjet-Duitsche Republiek gewor
den, dan zouden we toch liever met de
brieschende leeuwen, dan met dezen
aalgïadden politicus te doen gehad heb
ben.
Voor zijn rechters in Leipzig heeft
Torgler weinig formaat gehad. Naast
een communist als Dimitroff verbleekte
deze braaf doende Duitscher volkomen.
Dimitroff is allesbehalve sympathiek,
maar tenminste een karakter gebleken,
iemand, die zelfs in de gevaarlijkste si
tuaties moed toonde en voor zijn over
tuiging opkwam.
door
„Duinkerken? Dat neemt niet meer
dan drie of vier dagen in beslag."
„Duinkerken! Uitstekend", antwoordt
Chester. „Ik val met de „Esperanza",
aan u geconsigneerd, als kapitein An
dreas Blanco, de havep van Antwerpen
binnen en blijf er liggen tot ik me heb
kunnen meester maken van Alva's
schatten en Alva's dochter, of er het
leven bij heb gelaten. Weet men te Ant
werpen, dat u hierheen is gegaan?"
„Neen, ik ben daarbij uiterst behoed
zaam te werk gegaan", antwoordt
Volcker. „Men is overtuigd, dat ik naar
Frankrijk ben gegaan om Lyonsche zij
de te koopen. Ik kom dus met u uit
Duinkerken. Dat zal dus den indruk
geven, dat alles in den haak is
Lyonsche zijde uit een Fransche haven".
„En als het later ontdekt wordt,
loopt uw leven gevaar!"
„Dat kan me niet schelen", verklaart
de Vlaming. „Antwerpen's handel is
toch naar de haaien en ik ga de stad
verlaten met-al het geld, dat ik bijeen
kan grabbelen. Die zevenhonderdvijftig
duizend kronen helpen mij een goed
eind op weg!"
Aldus worden de noodige afspraken
gemaakt, tot de kleinste bijzonderheden
Hoevele malen is hij niet van de zit
tingen uitgesloten geweest. Heeft niet
minister-president Göring hem toege
roepen.' „Wacht maar, schurk, als je
hier vrij komt, dan zullen we je nog wel
krijgen En is Dimitroff voor zulke on
dubbelzinnige bedreigingen terugge
schrikt
Neen, een Dimitroff is Torgler niet
gebleken. Eerder de kleine man, die het
in de politiek tot iets gebracht had en
die in zijn hart misschien veel liever 'n
burgerlijk dan een communistisch afge
vaardigde zou geweest zijn.
Maar Torgler was evenmin als Di
mitroff, Popoff of Taneff medeplichtig
aan de brandstichting zelf.
Onze landgenoot Marinus v. d. Lubbe
heeft, toen men hem het laatste woord
gaf, geen mond meer open gedaan. Hij
heeft niemand verraden, kon misschien
ook niemand verraden. En bleef con
sequent bij zijn bekentenis. Slechts één
dag van deze 56 is hij wat spraakzaam
geweest. Alle andere dagen was nauwe
lijks meer uit hem te krijgen dan „ja",
„neen", „dat kan wel zijn", „dat kan ik
niet zeggen." Zijn verdediger, dien hij
niet wilde aanvaarden, heeft hem goed
verdedigd. Een Nederlandsch advocaat
had het niet beter kunnen doen. Alleen
blijft de gedachte, dat een landgenoot
als verdediger in stille uren in de cel
uit Marinus toch wellicht nog wat ge
kregen zou hebben, wat ons dichter bij
de waarheid bracht. Als we aannemen
willen, dat v. d. Lubbe de volle waar
heid niet gesproken heeft."
Maar Marinus wilde nu eenmaal abso
luut geen verdediger. Hij wilde zichzel:
verdedigen. Maar heeft dat ten slotte
niet gedaan, tenzij men zijn houding als
tactiek wil beschouwen. Hij heeft feite
lijk niets anders gedaan dan beschrij
ven, waar hij alzoo geweest was, hoe
hij de verschillende branden had aange
legd en hoe hij den Rijksdag heeft aan
gestoken. Men heeft hem op grond van
deskundige rapporten willen aantoonen,
dat hij helpers gehad heeft. Hij heeft dat
zeer stellig tegengesproken. Een spoor
van zulke helpers, een menschelijk
spoor, is ook nergens gevonden. De the
oretische mogelijkheid blijft, dat Mari
nus met zijn brandstichting sprookjes
achtig veel geluk gehad heeft en dus
toch alleen was. Maar het proces is ten
einde geloopen zonder dat medeplich
tigheid in welken vorm dan ook van links
noch van rechts gebleken is. En daar
mede is ook de voorbarigheid van op
hitsende beschuldigingen in „Bruinboe-
ken" en andere hoogst-onsympathieke
geschriften en andere acties aange
toond.
Dit proces is zoo bijna tergend-mini
tieus geweest, dat waarlijk geen twijfel
aan de objectiviteit van deze rechtbank
als-geheel meer overblijft. Hadden de
mannen van het „Bruinboek" en van de
schijnprocessen in Londen en Parijs wer
kelijk materiaal, dan hadden ze dit nog
vóór het einde kunnen indienen, in wel
ken vorm dan ook. Zij hebben het niet
gedaan. Men moet nu aannemen, omdat
ze er in geloopen zijn en geen deugde
lijk materiaal bezaten..
Dit groote proces blijft een raadsel,
ook als één schuldige, Van der Lubbe,
straks met zijn leven geboet heeft.
ONTVANGEN BOEKEN.
Evenals verleden jaar, heeft de uit
gever J. M. Meulenhoff te Amster
dam weder een kerstbrief uitgegeven.
Thans is het meer een Kerstboodschap,
een ernstig, doch opwekkend woord van
ds. W. Mackenzie, getiteld „Kerstblijd-
schap". Het uiterlijk is zoo ingericht,
dat er plaats is om te adresseeren.
wordt alles geregeld; zelfs wordt afge
sproken, dat Mina rustig te Delft zal
DÜjven, daar het arme kind het nergens
>eter kan hebben.
„Ze is onverschillig voor al wat met
ïaar gebeurt", zegt Volckers, en tande-
tnarsend laat hij daar op volgen: „Maar
ik zal me wreken op den man, die
ïaar in het Spinhuis wilde doen gee-
selen en mij, omdat ik haar vader ben,
van vijfhonderd duizend kronen beroof
de.
Des nachts nog brengt Guy een
jeurs met goud aan Jan Harifrig en
ïaar zijn kameraad ter hand stellend,
voegt hij er bij: „Hier heb je een be-
ooning voor het gevaar en de moeite,
die ik je bezorgd heb."
„Donder en bliksem!" roept de vis-
scher uit, „dat is meer geld dan ik ooit
)ij elkaar gezien heb. Maar ik neem
geen geld aan voor een goede daad." i
„Hoor eens, je hebt vrouw en kinde-j
ren, neem het dus voor hen aan en tot
betaling van je uitgaven voor je thuis-
reis. Bovendien heb ik nog een bood
schap daarheen."
Afgesproken wordt dat Haring di
rect naar Noordelijk Holland zal gaan
en aan Dalton zal zeggen, dat hij da
delijk met „Het Meisje van Dover"
naar Vlissingen zal zeilen en als hij
daar Guy en de „Esperanza" niet meer
aantreft door zal gaan naar de kust van
Zuid-B'eveland en ,in het Kromvliet{
ankeren. Groot gevaar is daaraan niet
verbonden, daar haast alle Spala.nsche
«<siaa—ama?a«aaa«(aBBaaMBwca
DE OMZETBELASTING.
Vergunningen en vrijstellingen
vóór 1 Januari a.s. aan te vra
gen.
Vanwege de inspectie der invoerrech
ten en Accijnzen te Vlissingen schrijft
men ons:
Het blijkt dat men in de kringen der
belanghebbenden nog niet ten volle be
kend is, met faciliteiten welke de wet
op de omzetbelasting toestaat, doch
waarvan men alleen op tijdige aanvra
gen en onder bepaalde voorwaarden ge
bruik kan maken. Het zal daarom zijn
nut hebben, nog eens de aandacht te
vestigen op die vergunningen.
De algemeene richtlijnen der wet wor
den hierbij als bekend verondersteld.
I De fabrikant (over de zeer ruime be
teekenis welke de Omzetbelastingwet
hieraan toekent) (zie aan het slot) kan
vrijstelling krijgen voor zijn grond- en
hulpstoffen, electrische energie, brand
stof en verpakkingsmiddelen. Het onge
zegeld verzoekschrift hiertoe is te rich
ten aan den Inspecteur der Accijnzen te
Vlissingen. Het formulier van aanvraag
ligt ter inzage bij de Ontvangers der Ac
cijnzen. De grond- en hulpstoffen, waar
voor men de vrijstelling vraagt, moeten
nauwkeurig hierin worden vermeld.
Deze vrijstelling kan ook worden aan
gevraagd door den handelaar voor zijn
koopwaren en verpakkingsmiddelen. De
ze handelaar wordt dan voor de Omzet
belastingwet verder als fabrikant aan
gemerkt.
II De Minister van Financiën kan toe
staan, dat op de factuur en op het dub
bel in plaats van een zegel een stempel
afdruk wordt aangebracht. Hiertoe moet
een ongezegeld verzoekschrift worden
gericht aan den Minister van Financiën
waarin wordt vermeld de naam en het
adres van den fabrikant en van den le
verancier van de stempelmachine. Het
schijnt niet in de bedoeling te liggen, dat
aan deze bepaling een zeer ruime toe
passing zal worden gegeven.
III. De mogelijkheid bestaat zelfs dat
de omzetbelasting wordt voldaan noch
door een zegel, noch door een stempel
afdruk, doch dat te dier zake aan den
fabrikant een aanslag zal worden opge
legd. Het ongezegeld verzoek hiertoe
moet worden gericht aan den Minister
van financiën. Echter moet direct hier
bij worden opgemerkt, dat het de be
doeling is een zoodanige vergunning te
verleenen aan fabrikanten, die geregeld
dagelijks een zoodanig groot aantal fac
turen hebben te zegelen, dat de daaraan
verbonden arbeid zeer omvangrijk is.
Daardoor blijft deze vergunning beperkt
tot de groote bedrijven.
IV. Ook in het volgende geval wordt
de belasting door middel van een aan
slag geheven. Het betreft hier een bij
zondere vergunning aan den fabrikant,
die tevens handelaar is. De fabrikant
dus, die een der schakels van de tus-
schenhandel overslaat. Hem kan wor
den vergund, dat de omzetbelasting
verschuldigd wordt bij het overbrengen
der goederen uit de fabrieksafdeeling
naar de handelsafdeeling in plaats van
bij de aflevering uit de handelsafdeeling
aan b.v. den particulier. Deze vergun
ning moet worden aangevraagd bij on
gezegeld verzoek aan den Inspecteur
der Accijnzen te Vlissingen. Voorwaar
de is dat er administratief een scheiding
bestaat tusschen de fabrieks- en han
delsafdeeling. Voorts moet de boekhou
ding aan redelijke eischen voldoen om
als grondslag voor den op te leggen aan
slag te dienen. Ook zal de fabrikant
handelaar zekerheid moeten stellen voor
de omzetbelasting, die verschuldigd kan
worden. Doch de voornaamste voor
waarde is wel, dat het aan den fabri
kant-handelaar vergund moet zijn, de
galeien naar Amsterdam zijn gediri
geerd om hulp te verleenen aan de
belegeraars van Haarlem.
Den volgenden morgen vertrekt Ha
ring naar het Noorden en Guy en Vol
cker varen naar Vlissingen, waar de
Esperanza" ligt, Guy heeft een tiental
matrozen op dat schip achtergelaten
en dat is een voldoende equipage om
iet naar Duinkerken te brengen, waar
het van Volckers agenten lading in
neemt en voldoende scheepspapieren
voor Antwerpen medekrijgt.
Van die haven naar Vlissingen te-
rugkeerend, treft Chester daar tot zijn
vreugde „Het Meisje van Dover" reeds
aan. Haring heeft met spoed gereisd en
Dalton heeft prompt zijn orders opge
volgd, zoodat het schip de van ijs be
vrijde haven van Enkhuizen ijlings heeft
kunnen verlaten en met gunstigen wind
naar Vlissingen is gezeild,
„God zij dank"! roept zijn eerste
officier als hij zijn kapitein in het oog
krijgt, „we hielden u reeds voor dood,'
verdronken bij dat vervloekte gevecht
op den Diemerdijk. Dat is kostelijk
niéuws.
„Maar ik heb nog wat beters voor u",
roept Guy lachend.
„Wat dan?"
„Geld om de bemanning te beta
len!" Waarop de zeerobben in een
luid gejuicr uitbarsten en zich zeer
opgevroolijkt gevoelen.
Na de geldzakken, van Volcker voor
den dag gehaald te hebben, !re)kent
een zuiver natuurproduct, dat is Saladine. Pure
arachideolie, geperst uit de fijnste noten die onze
eigen plantages opleveren. De prijs van zoo'n flesch
goudgele Saladine,zoo'n superieure kwaliteit,het aller
beste wat U koopen kunt, is slechts: Goudzegel 0.80
Groenzegel 0.65, Roodzegel 0.50
De flesch zelf t in cellophaneverpakkingt is een lust vooc t oog
UNILEVER VERKOOPCENTRALE N.V. - ROTTERDAM
SAL13A
(Ingez. Med.)
omzetbelasting per aannslag te betalen.
Dit is het geval, indien hij uitslui
tend aan particulieren levert. Levert
hij echter ook aan anderen dan
particulieren dan moet eerst aan den
Minister van Fin. vergunning worden ge
vraagd dèT belasting per aanslag te mo
gen betalen. En zooals onder III werd
uiteengezet, wordt dit alleen aan de
grootere ondernemingen toegestaan.
V. De fabrikant die goederen aflevert
aan anderen dan particulieren is gehou
den een factuur af te geven en een dub
bel te bewaren. Vergunning kan worden
verleend, om het bewaren van dit dub
bel te vervangen door het houden van
aanteekeningen van de afgegeven fac
tuur. Het verzoek hiertoe moet op onge
zegeld papier gericht worden aan den
Inspecteur der Accijnzen te Vlissingen.
De vergunning wordt slechts verleend:
a. indien de fabrikant de facturen af
geeft uit een register, waarin na afschei
ding van een factuur een strook over
blijft, die hetzelfde nummer en dezelfde
dagteekening draagt als de factuur, en
waarop voorts de gegevens worden ver
meld, welke ingevolge het eerste lid van
art. 10 der wet in de factuur zelf moe- j
ten zijn vermeld; j'
b. indien de fabrikant alle door hem
afgegeven facturgn naar tijdsorde in-
schrijft in één of meer verkoopboeken,
waarin de gegevens welke in de factuur
zelf moeten zijn vermeld, worden over
genomen. In de factuur moet dan naar
de boeking in een der verkoopboeken
zijn verwezen, onder vermelding van i
deel, folio en nummer.
Een en ander ter beoordeeling doer j
den Inspecteur.
Ten slotte nog deze .vergunning: I
De fabrikanten, groot- en kleinhande-
aren zijn verplicht de aan hen uitge
reikte facturen in te schrijven in een re
gister. De fabrikanten moeten daarnaast
nog de dubbele van de door hem uitge
reikte facturen inboeken in een dergelijk
register. Ook van deze verplichting kan
vrijstelling worden verleend. Ook daar
toe moeten een ongezegeid verzoek wor
den gericht aan den Inspecteur der Ac
cijnzen. Onverminderd andere te stellen
voorwaarden is steeds hier de eisch,
dat in de boekhouding van de in- en uit
gaande facturen zoodanig aanteekening
wordt gehouden, dat hieruit alle gege
vens zijn te putten, welke anders in de
hierbedoelde registers zijn vermeld: t.w.
dagteekening en No. van de fractuur;
naam van den kooper of den leverancier
met opgave van diens woonplaats, totaal
van de verkoopprijzen per factuur, af
zonderlijk voor de met 4 pet. en voor de
met 10 pet. belaste goederen; het be
drag der belasting per factuur op dezelf
de wijze gesplitst.
Thans nog een enkele opmerking over
de vraag, wie fabrikant is. Dit is een
ieder die in zijn bedrijf hier te lande
goederen teelt, voortbrengt, bereidt of
bewerkt, waarbij als „bewerken" is te4
beschouwen iedere behandeling waar
door de goederen naar hun aaard ver-
anderen^Al£^prbeeld worden genoemd:
leerlooilrs^oompenmakers, broodbak
kers, slagers, meubelmakers, schoenfa
brikanten, restauraturs, drogisten, voor
zoover zij verschillende stoffen vervaar
digen, ziekenhuizen, kostscholen, pen
sions.
Een opsomming, welke met tal van
voorbeelden is aan te vullen.
Een ieder zal dus goed doen na te
gaan óf hij voor de wet op de omzetbe
lasting als fabrikant is aan te merken.
En zoo ja, of 'n der hiervoor genoemde
vergunningen wellicht ook voor hem van
beteekenis kan zijn.
IJk en herijk.
Ged. State enhbben besloten, dat de
herijk der maten en gewichten in 1934
voor de hierna vetmelde gemeenten zal
plaats hebben op de volgende dagen en
nader door den ijker in overleg met het
gemeentebestuur vast te stellen uren.
Te Middelburg: voor Middel-
Chester met zijn bemanning af.
Den volgenden dag vertrekt Guy naar
Antwerpen. De meeste leden der equi
page, die vroeger met hem daarheen
zijn gegaan heeft hij weer om de „Es
peranza" geplaatst en „Het Meisje van
Dover" begeleidt hem tot Kromvliet, en
gaat onder de kust van Zuid-Beveland
ten anker. Guy passeert ongehinderd de
vrachtboot bij Lillo en zet koers naar
de dokken van Anwerpen, nog meer
naar Alva's schatten verlangend.
Hij weet, dat hij haast moet maken.
3ij al die gevechten van den laatsten,
tijd hebben vele Spaansche soldaten zijn
gezicht leeren kennen en hoewel de
meesten er van in Holland zijn geble
ven, zijn toch een aantal met zieken
verlof naar Antwerpen gezonden. Ge-
ukkig moeten de meesten hunner hun
bed of kamer houden, daar slechts de
ernstig gewonden van het front worden
weggezonden, Spanje toch heeft al zijn
soldaten noodig voor het beleg van
Haarlem, maar met een prijs van tien
duizend kronen op zijn hoofd, zit Ches
ter toch in een zeer gevaarlijk parlcet.
Hij laat dus geen tijd verloren gaan.
Zoo volledig mogelijk vermomd als ka
pitein Andrea Blanco begeeft hij zich
naar het huis van den koopman om het
noodige af te spreken omtrent het los
sen van zijn lading. Zij zijn spoedig
in een ernstig gesprek gewikkeld, waar
bij Guy aan Volcker die met hart en,
ziel gewonnen is voor het plan om Al
va's schatten te roovenj op te dragen
zich nauwkeurig op de hoogte te stel
len van alle bijzonderheden omtrent de
woning van de Spaansche vrouw, se-
nora Sebastian. Maar plotseling wordt
zijn hart door groote en onverwachte
vreugde vervuld.
Hij hoort de stem van de gravin de
Pariza in den winkel ^grenzende
het kleine :dfc|uitoor, waar hij met den
koopman zat te praten vroeg,er vond
hij die stem altijd schor onaangenaam
en1 weinig innemend, maar nu lijkt ze
hem een engelengeduld. Immers zij zegt:
„ik ben hier gekomen om Fransche
mousseliri&^&Sioopen voor donna de Al-
va. Veel heb ik echter niet noodig, daar
mejuffrouw Hermojne spoedig naar
Spanje vertrekt om in een klooster te
gaan." j
„Zal ik het goed in de citadel aan
uw adres gravin bezorgen?" vraagt de
bediende beleefd.
„Neen ik neem het maar mede. Het
weer is zoo mooi geworden dat donna
Hermoine en ik ivoor den zomer het
landhuis bij Sandvlijet hebben betrok
ken. Maak voort jongmensch, de sta
tie sloep ligt op me te wachten."
Deze woorden doeh Guy aljie ge
dachten1 aan Alva's schatten verlie
zen.
„U moet me nog meer bijzonderhe
den omtrent het huis van de Spaan
sche vrouw mededeelen," fluistert de
koopman.
(Wordt vervolgd)