DIAMANT OE DOCHTER VAN AIVA, KRONIEK van dn DAG. ONDERWIJS. KUNST ER WETENSCHAP. BAK- EN BRAADVET TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEDWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.a DE GOESCHE CRT.) VAN VRIJDAG 8 DECEMBER 1933. No. 290. "i Slechts één geest duldt Duitsch land; die van het nationaal-so- c'al'sme. De n'euwe Duitsche kerk van dr. Krause. Maar Litwinoff is we'kom, want za ken gaan voor. De revolutie :'n Duitschland is, ondanks nimmer te vergoelijken beestachtighe den, desa niettemin in hoofdzaak een omschakel'ng der geestesgesteldheid. Zij heeft zonder twijfel haar nadeelige zijden, zij heeft kanten die met name den vrij- heidlievenden en van uiterlijk vertoon misschien wel wat al te afkeerigen Ne derlander buitengewoon onplezierig aan doen zij blijft ook daarom een vernieu wing, die den Duitschen burger weer moed en zelfrespect gaf. Waarop hij evenveel recht heeft als de Nederlander, Fransoos of Brit. Deze in hoofdzaak zielsché oriëntatie van de revolutie verklaart ook het groote gewicht, dat er van den eersten dag af aan zielpche factoren gehecht wordt. Gleichschaltung uiterlijk dan eerst, maar zij sleept velen tóch mee, denkt Goebels terecht! propaganda, namen, titels, mooie pakjes.. Maar er is één ding waarmede men rekening zal moeten houden, de ver scheidenheid van den menschelijken geest, de verschillen in aanschouwings- wijze welke hiervan 't gevolg moe ten zijn. Geen dozijn Hitiers kunnen den Duitschen eenheidsgeest volledig scheppen. In tal van dingen kan het wel, vooral met een volk als de Duitschers, maar er i s een grens. Banbliksems van Zeus-Hitler in eigen persoon, noch van andere grootere of kle:nere goden, noch zelfs dwaze dwe perij met allerlei echt-Duitsche dikdoe nerij en sentimenteele oer-rassen-ver- eering kunnen het doorbreken van de zelfstandige geestesuitingen, kunnen de zelfbewustwording en de uiting naar buiten van dit proces, op den duur vol ledig verhinderen of onderdrukken. Het is,al begonnen. De „Völkische Beobachter" publiceert een beschikking van den chef van den staf, waarbij deze allen leden der S.A., S.S. en S.A.R., het lidmaatschap ver biedt van eenige club of vereeniging, welke zich na de nationaal-socialisti- sche revolutie thans op opvallende wij ze weer hebben gevormd, met het klaar blijkelijke streven oude politieke betrek kingen te hervatten en levendig te hou den. Het is, aldus Röhm, in strijd met den zin en den geest der volksgemeen schap zich af te zonderen in kleine aparte groepen, welke meest overeen komen met de oude standenafsluiting. De S.A.-man vormt de waarachtig» en onbaatzuchtige kameraadschap in zirn eenheid. Ook een behoefte aan poli tieke bedrijvigheid van dergelijke clubs moet worden ontkend. Voor deze taak bestaan uitsluitend de geledingen der N.S.D.A.P., welke thans meer dan ooit een bevruchting van particuliere zijde behoeven. Al deze aaneensluitingen wil len veelal slechts door persoonlijke betrekkingen" zonder moeite bereiken, wat de eerlijke strijder in de school der S.A. op harde wijze moet verwerven. Voor de leiders evenwel zijn derglijke lidmaatschappen in vele gevallen een rem bij de plichtmatige beslissingen. Hier wordt wel op een van de ern stigste bezwaren van het nationaal- socialisme de aandacht gevestigd: het recht van vereeniging, zelfs van t.o.v, het gezag volkomen loyale staatsbur gers, wordt volkomen ontkend. Als 'n streving, een bedenking in den geest opkomt, dan zegt de een of an dere chef van den staf: „Onzin. Er is geen behoefte aan wat gij denkt. Denk dus niet, of denk nazi", door ARCHIBALD CLAVERING GUNTEE, 61). Als de Spanjaarden de ladders op stormen, om zich te nestelen op het dek van het Hollandsche schip, beveelt 'Guy zijn mannen om hun aangevallen mak kers bij te springen, van de andere schepen der Geuzen komt mede hulp opdagen en het dek wordt nu het brand punt van den strijd. Maar door groote overmacht weten de Spanjaarden een oogenblik vasten voet te krijgen op de campagne van het Hollandsche schip, en zij heffen zege kreten aan, meenende, dat zij nu zeker zijn van de overwinning. Maar de dood en verderf verspreidende stukken op de voorplecht van het schip zelf en twee van den boeg van „Het Meisje van Do ver" doen die kreten spoedig verstom-J men, daar zij de juichende bende met kogels doorploegen. Met een aanval van de mannen der andere schepen wordt de campagne weer schoongeveegd, doch slechts gedeeltelijk, daar Alva's vete ranen strijden als waren zij niet te ver slaan, terwijl hun aanvoerder onkwets baar schijnt te zijn. Reeds tweemaal hebben Guy en hij de zwaarden ge kruist, maar zij zijn telkens weder van Dat is op het gebied der polit'eke be drijvigheid. Ziehier wat op een nog veel subtieler gebied het nieuwe Duitschland ons (dok) te overdenken geeft: dat van het geloof. Dr. Krause predikant te Berlijn sticht te een nieuwe geloofsbeweging der Duit sche christenen, genaamd ..Deutsche Vo kskirche". Ziehier enkele uitspraken van hun „grondslag": „Wij belijden de openbaring Gods, gelijk die aan den dag treedt 'n de :n bloed en bodem wortelende volksge meenschap. Onder afwijzing van al wa< vreemd is in geloof en zede staan wij op den bodem der blijde boodschap van den heldhaftigen Heiland en van de Duit sche vroomheid, gelijk die door de groo te Duitsche geestelijke leiders in woord en daad verkond'gd is en gelijk zi in ons voorvaderlijk geloof van de oertijden af voortleeft. Voor de kerk gelden zonder meer dezelfde levenswet ten als voor den staat: dienst aan ons volk is godsdienst. Het zou ons niets verwonderen, als dit op 'n nieuwe Duitsche godsdienst, ge grondvest op de Germaansche godenleer uitliep dat ware weer een waardige Duitsche tegenhanger van Aug. Comtes evenzeer a priori tot mislukking gedoem de „religion de l'humanité" destijds in Frankrijk! Het is voor een kroniekschrijver pret tig als hij gelijk krijgt op een of ander punt. Dat gelijk krijgen wij ditmaal van onverdachte zijde ten aanzien van wat we schreven over Fascisme of Nationaa'- socialisme en Communisme, privé en als staten. Want Alfred Rosenberg schrijft in de Völkische Beobachter over hetzelf" de onderwerp o.m. dit: „Wij begrijpen natuurlijk, dat de over winning op het communisme in Duitsch land te Moskou nog niet vergeten is en dat de dagbladen daar alles in het werk stellen om stemming tegen Duitschland te maken. Wij zien deze dingen kalm aan in het besef, dat Duitschland het communisme niet al leen uiterlijk, maar vooral innerlijk over wonnen heeft. Het zou echter volkomen onjuist zijn daaruit de conclusie te trek ken, dat het nationaal-socialisme nu deze verschillen in wereldopvatting zou willen overbrengen op de buitenlandsche politiek. Wij treden Litwinof, den ver tegenwoordiger van den Sovjetstaat even onbevangen tegemoet als den ver tegenwoordiger van een andere mogend heid, waarmede Duitschland volstrekt correcte betrekkingen wil onderhouden. Duitschland mengt zich niet in de bin- nenlandsche toestanden van Rusland, maar verwacht, dat andere staten ook Duitschland met rust laten, wanneer het zich zoo inricht als dit overeenkomt met zijn karakter en levenseischen. Wij ho pen, dat de heer Litwinof deze zakelijke atmosfeer te Berlijn op waarde zal we ten te schatten." Daar behoeven we niets meer aan toe te voegen, Mussolini, Hitler, Roosevelt en Lit winof zeggen: zaken zijn zaken, en daarmee uit! Benoemd tot tijdelijk onderwijzer bij de Bijzondere School op Ger. Grond slag te Aagtekerke, de heer A. J Wisse, alhier. Nederlanders aan de Universiteit te Gent. Te Gent werd een Nederlandsche Uni versitaire Club opgericht. Het doel is 'n band te vormen tusschen de Nederland sche studenten aan de door Koining Willem I gestichte Rijksuniversiteit, de Technische Hoogeschool, de Landbouw elkaar geraakt in het gewoel van den strijd, welke weder een algemeen hand gemeen is geworden, ten voordeele van de Spanjaarden. Het geschut van het bestormde vaartuig kan nu niets uit richten, en de kanonnen der andere schepen kunnen niet naar dezen kant van het gevecht gericht worden. Het ziet er dus bedenkelijk uit voor de Watergeuzen. Maar onder het vechten verliest Guy zijn bezinning niet, en plotseling naar zijn eigen schip terugkeerend roept hij. „Laadt twee veldslangen met een volle lading en breng ze naar de voorplecht!" Corker en een paar man haasten zich aan dit bevel te voldoen en Chester richt dit geschut niet op de Spanjaar den maar op het ijs, waarop hun storm ladders staan. Het eerste salvo doet vijftig man met hun ladders in het water tuimelen. „Ver drinken gaat gauwer dan doodschieten!" juichen de Engelsche zeelieden en met nog een paar salvo's hebben zij de zaak voor elkaar. Het ijs is onder de voeten der Spanjaarden verbrijzeld en ploeterend in het ijskoude water, ver drinken een honderdtal veteranen. De anderen geven het op. Deze citadel op het ijs is hun een te harde noot om te kraken. We! inziende, dat de zaak zoo'n keer heeft genomen, d-'. voortzetting van den -'ijd haar slechts nog meer kan be Hoogeschool en de Veeartsenijschool en tevens aan belangstellende Neder an ders inlichtingen te verstrekken omtrent de studie aan de universiteit en het stu dentenleven. Tot voorzitter dezer club werd geko zen de heer Ph. Arisse, techn. stud., en de heer U. C. Fagginger Auer, afkomstig uit Middelburg tot secretaris. ZIJ WERD EEN ANDER MENSCH en gal het ook aan haar kleine meid. ,,A les heb ik geprobeerd, omdat ik zoo benauwd werd door hoestbuien, dat k zelfs mijn bezigheden niet meer kon verrichten. Ik was kortademig en leed daarbij aan zware hoofdpijnen. Mijn man raadde mij aan Abdijsiroop te koopen. Taaie slijm kwam bij het gebruik los, waardoor de ademhaling gemakkelijker werd. Ik heb de behandeling een tijdje voortgezet en kan verklaren met de Abdijsiroop een geheel ander mensch te zijn geworden Ook voor mijn kleine meid gebruik ik het steeds met goed re sultaat." Zoo schrijft ons Mevr. J. v. K, te M., wier origineele brief voor ieder ter inzage ligt. Iedereen die van borst- benauwdheden te lijden heeft, zal ver standig doen redding te zoeken bij de vanouds beroemde Akker's Abdijsiroop. Moeders vooral zullen goed doen Abdij siroop aan hun kinderen te geven als zij hebben kou gevat en overdag of 's nachts beginnen te hoesten. Abdijsiroop heeft een zuiverende, verzachtende werking op de ademhalingsorganen, dank zij haar bijzondere samenstelling u t kruidenex tracten. Thans per flesch 1.1.50 en 2.75. Alom verkrijgbaar, Abdijsi roop-Bonbons .(„gestolde" Abdijsiroop) voor buitenshuis 0.35 en 0.60 per doos. (Ingez, Med.) ANNA VAN BOURGONDIë Mej. dr. D. A. Felix over: Een waardig vertegenwoordigster der Bourgondische politiek in Zeeland. In de Woensdagavond gehouden ge wone vergadering van het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen heeft mej. dr. D. A. Felix een lezing gehou den over „Een waardig vertegenwoor digster der Bourgondische politiek in Zeeland: Anna van Bourgondië, Vrouwe van Ravestein, ca. 14301508". Onder Bourgondische politiek, aldus ving de spr. aan, versta ik niet politiek in engeren zin, maar meer in het alge meen streven en gedragslijn, door de Bourgondische vorsten gevolgd bij hun pogen tot verwezenlijking van den zgn, Bourgondischen territorialen en struc- tureelen eenheidsstaat. Anna van Bourgondië werd om streeks 1430 geboren als dochter van hertog Filips de Goede en jonkvrouwe Anna van Steenbergen; zij werd opge voed aan het Bourgondische hof ver moedelijk tot aan haar huwelijk met Adriaan van Borselen, heer van Brig- damme, in 1458 of '59. Omstreeks 1460 zal Anna v. B. naar Souburg getrokken zijn. Spr. schetste haar leven aldaar; in 1468 stierf Adri aan v. Borselen, tijdens de huwelijks feesten van Karei den Stoute, te Brug ge; hij liet zijn gemalin kinderloos ach ter. Souburg ging o.a, op haar over. Kort hierop huwde Anna van Bour gondië Adolf van Kleef, heer van Ra vestein. Hiermede brak een glanspe riode voor haar aan; 't kasteel Souburgh werd geheel verbourgondiseerd, ver bouwd; 't gevolg uitgebreid etc. Het grondbezit werd door aankoop en bedij- derven, geeft de Spaansche bevelheb ber, oogenschijnlijk ongewond, bevel tot terugtrekken en de lichtgewonden met zich medevoerend, trekken zijn vetera nen langzaam af, in de richting van Am sterdam. Als hij ziet hoe vele zijner vijanden op het gladde ijs voortsukkelend komen te vallen, roept 't Hoen, die ze staat uit te lachen, plotseling uit: „Er mag geen man van hen ontsnappen! Op de schaat sen ze achterna! Allen op de schaats!" Dit denkbeeld slaat bij de Hollanders in, de Engelschen, die zich op schaat sen kunnen bewegen, voegen zich bij hen, en in nog geen vijf minuten heeft Guy op het gladde ijsvlak bij zijn sche pen een schare van^75 man equipage van „het Meisje van Dover", ieder gewa pend met haakbus en sabel of piek en strijdbijl, en ieder met schaatsen onder den voet. Zelfs Oliver, wien het moeite kost zich op de been te houden, vergezelt hen. De gezagvoerders der Geuzen ko men met talrijke groepen aanzetten, daar al hun mannen bedreven zijn in deze echt Hollandsche sport. Daar de Spanjaarden zelfs niet vermoeden, dat zij achtervolgd worden, keeren zij lang zaam naar de stad terug. Zij kijken niet om, want de aanblik van de aan hun zijde gevallenen, gesneuveld of verdron ken, en van hun gewonde makkers, die daar op het qs liggen te kermen terwijl king vergroot en groot was de invloed van deze geheel tot autochtone Zeeuw- scheiTedelen gewordenen. Deze macht- positie'van Van Ravestein kwam aan de Bourgondische vorsten zeer ten goede, zooals spr. met voorbeelden aantoonde. Toen Ravestein in 1492 stierf hij werd te Brussel begraven trok Anna zich terug op Souburg, zonder daar evenwel zoo teruggetrokken te leven als men wel meent. In alge me ene zaken oefende zij nog grooten invloed uit, wat spr. weer met enkele voorbeelden aan toonde, waaruit van dezen invloed bleek, al trad Veere langzamerhand meer op den voorgrond. Anna van Bourgondië Is in 1508 ge storven, haar bezittingen nalatende aan heur broer Philips. Na dezen kwamen ze in handen van nakomelingen van Anna's broer Boudewijn. Het directe doel van het huwelijk van Anna met Adriaan van Borselen, heer van Brigdamme, nl. het stichten van een Zeeuwsch-Bourgondische dynastie, is niet bereikt; trouwens dat is in Veere evenmin gelukt, doordat ook daar de Bourgondiërs, in 1558, met Maximiliaan uitstierven. Toch is, aldus spr., indirect en direct blijvende winst in tal van op zichten het gevolg geweest en bij een normale ontwikkeling zou Zeeland ze ker „een parel aan de kroon van Bour gondië geworden zijn." Dr. Felix besloot haar voordracht met enkele persoonlijke bijzonderheden over Anna van Bourgondië; zij was een gran de dame, welwillend, devoot, zorgzaam voor haar ondergeschikten en liefdadig. Bovenal was zij een toegewijd lid en aanhangster van haar geslacht, dat zij met inzet van haar geheele persoonlijk heid heeft gediend. Dat laatste geeft haar recht op onze bijzondere belang stelling, want wie Bourgondië zegt, zegt Nederland, immers Bourgondië legde het fundament van Nederlands nationa liteit zonder hetwelk ook een Oranje niet had kunnen bouwen, en het heeft Nederland bovendien voor totale ger- maniseering behoed. De voorzitter des Genootschaps, jhr. mr. J. W. Quarles van Ufford, heeft de spreekster den warmen dank der ver gadering gebracht voor haar met bij zondere belangstelling aangehoorde voordracht. Aanwinsten, vertoond in de verga dering van het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen op 6 Dec. 1933. Een roodaarden kan met zg. schelp vormige pootjes, omstreeks 1500, ge vonden te Cadzand, geschonken door den heer I. RisseeuwDe Hullu aldaar, door bemiddeling van dr. J. de Hullu; beenen schaatsen en scherven van Pfingsdorfer en zwart aardewerk, om streeks 10e eeuw, gevonden in de Schuitvlotstraat te Domburg, geschon ken door den Burgemeester dier ge meente; een boerenhoed, zg. tunoed, geschon ken door den heer W. Flipse te Westka- pelle. ESTHER DE BOER-VAN RIJK, Vocx 1'n ecMa ïKc&ktndbcJk Kuüwi! 45 cti p. pond - 22) cis p. half pond (Ingez, Med.) de koude hen pijnigt, is niet opwekkend. „Die toegetakelde kerels kunnen ons niet ontsnappen", roept Maarten Me- rens, een der Geuzenaanvoerders, „we kunnen ze straks op ons gemak afma ken. Nu moeten we eerst afrekenen met de ongewonden", en de Geuzen snellen voort als zwaluwen in hun vlucht. Plotseling hoort de Spaansche bevel hebber achter het krassende geluid van de schaatsen, die in het ijs snijden en achterom kijkend ziet hij, hoe als een vlucht vogels, vier honderd Hollanders en Engelschen op hen afkomen, niet meer dan de helft van hen, die hij naar Amsterdam terugbrengt. Hij laat zijn mannen rechtsomkeert maken en tracht ze in gevechtsformatie te scharen, maar het gaat niet snel ge noeg. Als een cavaleriecharge overval len de schaatsenrijders hen en het glad de ijs maakt het hun moeilijk op de been te blijven. In een oogwenk is het Spaansche detachement uit elkaar ge jaagd en het ijs wordt het tooneel van honderden tweegevechten, waarbij de Engelschen en Hollanders aan het lang ste eind trekken, daar zij aanvallen, wien hun lust, en terug trekken als het oogenblik hun daarvoor geschikt toe schijnt. Het is een zot schouwspel, hoewel er bloed vloeit als water, en de mannen sneuvelen met een lach op de lippen, schatergelach mengt zich tusschen ster In verband met de tournée onzer 80- jarige actrice, mevrouw De Boer-van Rijk, door Zeeland eerste opvoering van „Levensavond" Zondag a.s. te Oost burg is het wel aardig eens enkele momenten uit dit rijke tooneelleven te releveeren. Esther van Rijk werd 29 Juli 1853 geboren te Rotterdam. 1867: Eerste rol (als dilettante) in „De Jagershuzaar en „Het Oestermeisje". 1872: Verwerft verg. zilv. medaille v. d. Rederijkerskamer „Nut en Genoegen" te Gorinchem. 1873: Debuut als Laura in „Emma Berthold" van Cremer. Eerste ingenue- rol bij het gezelschap Le Gras, Van Zuy- len en Haspels. 1877: Verbonden aan het Gezelschap van Victor Driessens te Antwerpen. 1880: Optreden in het Imperial The atre en Dury Lane Theatre te Londen. 1881: Bij het nieuw gevormde gezel schap van Van Zuylen te Rotterdam, huwelijk met den musicus Henri de Boer, 1883: Vestiging te Amsterdam, enga gement bij het „Salon des Varieté's" Bamberg en Charlier, later Kreukniet en Poolman. 1893: De Nederlandsche Tooneelver- eeniging wordt opgericht (mede-opricht ster en societaire). 1895: Optreden te Berlijn in 't „Neues Schauspie'haus". 1898: 23 November, 25 j. tooneeljubi- leum als „Moeder Pierrot" in „De Ver loren Zoon", muziekdrama v. Wormser, 1898: 24 December. Première v. „Ghet to". 1900: 24 December. Première v. „Op Hoop van Zegen" (in de rol van Knier tje"). 1908: „Kniertje" in „Op Hoop v. Ze gen" in het „Hebbeltheater" te Berlijn, 1908: Première van „De Meid." 1909: 35 j. tooneeljubileum in „Op Hoop van Zegen", te Amsterdam, 1910: 29 Januari, de 590ste „Falk- land"-,,Nocturne", opgedragen aan Es- jther de Boer-v. Rijk. 1912: 15 November, 400ste maal „Kniertje". Ed. Frankfort schildert de speelster in deze rol. Plaatsing van het portret in het Rijksmuseum te Amster dam. 1916: 1 Maart 40 j. tooneeljubileum in den Holl. Schouwburg te Amsterdam. 1916: Najaar. Première van „Tropen- adel". 1917: 14 April, Première van „Eva Bonheur". 1918: 4 September. Première v. „Sui kerfreule". 1918: De eerste bioscoopfilm van „Op Hoop van Zegen". 1919: Toegetreden tot „Het Schouw- tooneel" Van der Horst en Musch, 1920: Opnieuw verb, a, d. „Tooneel- vereeniging". Directie Herman Heijer- mans. 1923: 18 September, behaalt (op 70 j leeftijd) het zwemdiploma). 9 Octo ber. 50 j. tooneeljubileum in den Stads schouwburg te Amsterdam. De ge meente Amsterdam schenkt de jubila- resse de zilveren medaille v. d. Stad Amsterdam. Eerste opvoering van „De Woekeraarster" v. A. Defresne. De Kon. Edelmetaalbedrijven slaan de Kniertjespenning. 1924: 24 Febr., Gezelschap „Esther de Boer" met „Op Hoop van Zegen" in „Maison de l'CEuvre" te Parijs. 1928: 10 October, Theo Mann-Bouw- meester huldigt voor de radio Esther de Boer v. Rijk. 1928: 11 Oct., 55 j. tooneeljubileum Eerste voorstelling in den Stadsschouw burg te Amsterdam. 1928: 24 Oct., Ridder in de Orde van Oranje-Nassau. 1929: 20 November, Ridder in de Kroonorde van België. 1932: Buitengewoon eerelid v. d. Bond venskreten. Guy moet zelfs lachen, ais hij een krijger velt en ziet hoe het hoof- delooze lijk een buiteling maakt op hét gladde ijs. Een Spanjaard, die vlucht voor een Geus op schaatsen, laat zich in wanhoop languit op het ijs vallen en de Hollander slaat over hem heen. Maar met zijn lenige beenen, geeft hij zijn tegenstander met de punt van zijn schaats een schop in het oog, en de Spanjaard blijft ontzield liggen voordat de ander weer op de been is. Na den eersten aanval, houdt Guy den bevel hebber der Spanjaarden in het oog en deze zoekt op zijn beurt Guy. Tot nog toe heeft de Spanjaard zwij gend en moorddadig gevochten. Hoewei hij niet gewend is op het ijs te staan, is hij zoo bedreven in de schermkunst, dat hij eenige Hollanders heeft gewond en een der Engelsche zeelui, dank zij de scherpte van zijn Toledoschen kling, zijn moeder nimmer terug zal zien. Maar nu roept de Spanjaard: „Kom op, ik ken je! Je bent de eerste der En gelschen. Kom op, en al heb je vleugels, zal ik 7° knotten!" Zoon is bij een EngelBch rid der niet aan een doovemans oor £- =;gd In de dagen der ridderschap was zo O jets zeer in trek, nog niet geheel ver dwenen in Engeland en Chester aan vaardde haar. 'Wordt vervolgd.1

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1933 | | pagina 5