ZEEUWSCH
ZONDAGSBLAD
BINNENLAND.
AN DE PROVINCIALE ZEEUVSCHE MIDDELBURGSCHE COURANTl
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN ZATERDAG 4 NOVEMBER 1933. No. 261.
fer,
;se.
DE NEDERLANDSCHE
PADVINDERS.
het initiatiefvoorstel-
ter laan inzake de
staatsloterij.
w m mmrmMm asnm —m vm. ca aa» mn. m m
'N HOOPJE BLAD.
ZEEUWSCHE KRONIEK.
I".
4 Nov- 1933 ill
jevallen
ït wegen.
FINANCIEEL ECONOMISCH
WEEKOVERZICHT.
Heit
alle
f-iing.
idel-
sali-
irraa
IVer-
Ivoor
Ivoor
Inten
fhee-
agels
lomt
|J. J.
frg.
(dstje
ande
bt
Men
ïuij-
|)urg.
in-
en
Te
ster-
!EN
bij
ïelb.
rdig
bok-
2ent
ter-
ond
ats-
;rk-
ND,
ing
gen
>uw
78,
zm-
eu-
181,
F.
door
C. RÜHL
Kapitein ter Zee
voorzitter der
Walcheren v
j b. d,
afdeeling
d. N. P. V.
De beweging van Lord Baden
Powell 50.000 jongens op de
i Wereld-Jamboree Door bui
tenleven, natuurstudie, kampee-j
ren en spelen tot zelivertrou-
wen, vindingrijkheid, wilskracht,
gezondheid en handigheid.
Ook al behaalt een jongen of meisje j
goede resultaten op school, zoodat met j
goede reden verwacht mag worden, dat
het gestelde doel van een geslaagd eind- j
examen, van een diploma e.d. bereikt j
Volkenbond op deze wijze op practische
wijze door de Padvindersbeweging be
vorderd. Immers zullen deze onderlinge
bezoeken van jongens, welke in een we
reldbroederschap door één gemeen
schappelijk ideaal vereenigd zijn niet
nalaten op den duur een gunstigen in
vloed uit te oefenen op het bereiken
van een duurzamen vrede tusschen de
verschillende volken. En ziehier een
uiting dezer beweging, op welke in niet
mindere mate de aandacht gevestigd
mag worden.
Doch vóór alles stelt de padvinders
beweging zich ten doel, om door het
verkennen het opmerkingsvermogen,
door goede daden het altruïsme, door
oefeningen de vaardigheid en door han
delen de bedrijvigheid te ontwikkelen
en deze eigenschappen op aantrekkelijke
wijze, door in het „spel van verkennen"
aan io nemen gewoonten, bii te brengen.
Weinig zin?
Blijkens het V. V. der Tweede Ka
mer over het voorstel van wet van de
heeren K. ter Laan c.s. tot wijziging van
art. 2 der wet van 23 Juli 1885 tot rege
ling der staatsloterij, verklaarden ver
scheidene leden, op principieele gron
den voorstanders van afschaffing der
staatsloterij, reeds op dien grond aan
uitbreiding dezer loterij hun medewer
king niet te kunnen verleenen.
Verscheidene andere leden, niet prin
cipieel gekant tegen het voortbestaan
der staatsloterij, meenden toch dat be
handeling van dit initiatiefvoorstel wei
nig zin heeft. Het vraagstuk der staats-
Pers*I
Ostermann Co s Handel Mij. KJ -V.,Amsterdam.
Fabrieken te Jutphaas bij Utrecht
i (in*. Med.)
F-l
Gedenk te sterven, maar
ook te leven.
Den tweeden November wordt
in de Roomsch-katholieke kerk
„Allerzielen" gehouden, In de
kerkdiensten wordt gedacht aan
de gestorvenen. Een gang naar het
kerkhof wordt gedaan. De graven
met bloemen gesierd. Niet gaarne
zouden we deze vriendelijke daad
willen rubriceeren als een reste
van ouden doodencultus en van
het doodenoffer. In de Protestant-
scbe kerken hier te lande wordt,
wat elders reeds sedert eeuwen
gebruikelijk was, één Zondag in
het najaar als Dooden Zondag ge
vierd. Dan worden de gedachten
ook bepaald bij die ons voorgingen
naar het land, van waar niemand
ooit terugkeert; bij dood en
eeuwigheid.
Het is goed, dat dit geschiedt.
Doorgaans toch, in het drukke le
ven van al den dag, tillen we te
licht den ernst des levens, dat
toch eenmaal uitloopt op het ein
de, dat hier onmogelijk het einde
kan wezen.
Najaar en sterven hooren naar
de vaste wet der natuur nu een
maal bij elkaar. Ze zijn één. Om
ons heen sterft af aan bloem en
plant, wat in lente en zomer en
vroege herfst ons zoo heeft ver
heugd en geboeid in de ontluiking
van de schoonheid; in de pracht
van den zomer. Het kwam alles om
heen te gaan, het leefde om te
sterven. Najaarsstormen en nacht
vorsten verkorten het proces. En
't is ons alles als een profetie
zoo gaat ook het eene menschen-
geslacht na het andere.
Ook dit is een vaste wet. „De
zwarte dood rooft weg wat sterfe
lijk is geboren". Die vorderden op
den levensweg, zien de gelederen
dunnen dergenen met wie ze het
leven introkken. We weten het,
We ervaren het iederen dag. We
voelen ons zelf ouder worden. We
kunnen den tijd overzien, die ons
nog rest van den leeftijd der zeer
sterken. „Alzoo gaat de mensch
naar zijn eeuwig thuis".
Heel dat najaar is vol van herin
neringen aan die spreuk der
ouden: Memento Mori; gedenk te
sterven.
Gedenk te sterven houdt in: ge
denk te leven.
Wij zijn in het leven gezet en
we moeten door het leven heen.
Dat gaat bij den een heel wat vlot
ter dan bij den ander. Er zijn kar
retjes, die langs een zandweg rij
den.... er zijn ook wagens, die
heel moeilijk tegen een helling op
gaan. Wat al verschillen in levens
vormen; levensdoel; levensinhoud;
levenshouding en levensleiding.
Goed beschouwd is het bij ieder
mensch weer anders. Zooals in
gansch de geschapen natuur niets
volkomen hetzelfde is: geen land,
geen stroom, geen boom, geen
blad, geen bloem, geen dier. Ieder
is weer anders. Zoo is ook ieder
mensch en ieder leven anders.
Maar alle menschen hebben dit
doch gemeen: ze moeten door het
leven heen.
Daarom klemt de eisch: Gedenk
te leven
Tenslotte houdt toch de gave
van het leven een taak in om van
dat leven te maken het beste wat
er van te maken is Ieder naar de
gaven en krachten, welke zijn deel
waren.
Het is vaak wel moeilijk omdat
te doen. Vooral in onzen tijd, nu
zoovelen onder zorgen gebukt
gaan en narigheid in velerlei vorm
hebben. De mooiste taak wordt
volbracht met de meeste moeite.
Het leven is nu eenmaal een
gunst en een kunst.
Een gunst, te mogen leven.
Een kunst, te kunnen leven.
Wel drukt en bukt de moeite en
de zorg en de teleurstelling, zoo
dat het leven haast te veel wordt:
het leven is niet maar een toeval
lig, stuurloos iets het heeft een
doel; het is beide: een gunst en
een kunst, daarom sta naast het:
Gedenk te sterven, dat zoo diep
ernstig is, ook het: Gedenk te le
ven, dat aanspoort om den levens
tijd zoo te besteden, dat we bij
hooger gunst levenskunstenaars
zijn,
J. Nagel.
Toch kunnen we daarmede maar
matig vrede hebben. Het leven
zelf toch is de kracht van ons le
ven. En aan die kracht klemmen
met het bezit van het leven valt
ten slotte alles wat we hebben en
zijn in het leven.
Zoo wordt een goed evenwicht
gevonden. Het denken aan den I
dood bewaart er ons voor om het j
leven te overschatten. Maar aan
den anderen kant worden we er
ook door bewaard om de betee-
kenis van het leven te onderschat
ten.
Gevallen blad
door wind bijeen gedreven,
ligt stil en plat
als zocht 't wat
bescherming voor den regen.
Vergane glans
vein juichend zomerleven,
haar laatste kans
benut ze thans
om ons 'n les te geven.
Gevallen blad
leer ons die te benutten,
op 's levens pad
elkander wat
verwarmen en beschutten.
G. Bndde.
4 November 1645.
Frederik Hendrik neemt Hulst
in.
Reeds vroeger was deze stac
meermalen op de Spanjaarden
veroverd, doch telkens wisten de
ze haar terug te nemen.
Na een beleg van een volle
maand wist Frederik Hendrik in
1645 de stad tot overgave te dwin
gen. Daar hij 't vorige jaar Sas van
Gent veroverd had, bleef nu de ge-
heele Oostelijke helft van- Staatsch
-Vlaanderen voor goed aan de Re
publiek.
De inname van Hulst was het
laatste belangrijke wapenfeit van
den Stedendwinger. Was 't naburi
ge Axel getuige van Maurits' eer
ste krijgsbedrijf, (16 Juli 1586)
Hulst was het alzoo van Frederik
Hendriks laatste.
5 November 1530.
Sint Felixvloed.
Deze vloed was een der groot
ste van de vele vloeden, die Zee
land in den loop der tijden ge
teisterd hebben. Bijna in geheel
Zeeland hadden toen overstroo
mingen plaats. De ergste was die
welke geheel Oostelijk Zuid-Beve
land deed onderloopen. Het ge
deelte bewesten Ierseke werd
spoedig beverscht (opnieuw inge
dijkt), doch wat beoosten Ierseke
lag (het tegenwoordige verdron
ken land van Zuid-Beveland) ging
met 17 dorpen voor goed verlo
ren. Alleen de stad Reimerswaal
bleef met een stuk land er om
heen als een eiland boven de gol
ven uitsteken, om een eeuw later
geheel van den aardbodem te ver
dwijnen. Het eiland Tholen was
op 17 plaatsen ingevloeid. In Hul
ster ambacht bezweken 36 polders,
thans het verdronken land van
Saaftinge, en in Kadzand 9 pol
ders.
Ook Borsele werd geteisterd
evenals Noord-Beveland.
6 November 1494.
Fiiips de Schoone wordt te Rei
merswaal als graaf van Zeeland
gehuldigd.
Filips de Schoone was de zoon
van Maximiliaan van Oostenrijk
en Maria van Bourgondië. Zijn
moeder overleed te Brugge 27
Maart 1482, waardoor Filips de
vele landen zijner moeder erfde.
Zijn vader nam de voogdij op zich
voor zijn minderjarigen zoon. Toen
Maximiliaan in 1494 keizer van
Duitschland werd en Filips toen
reeds 16 jaar was geworden, aan
vaardde deze zelf de regeering.
Voor Zeeland werd hij te Reimers
waal, een der oudste Zeeuwsche
steden, als graaf gehuldigd. Rei
merswaal was toen nog een wel
varende stad.
raarts in het
nader tot de
je wacht, die
:ij is de doch-
ilfluid uit en
kus, daar uit
Is valt af te
omst is.
met een kos
terend zegt:
(1, alsof ik je
oodschap, die
sprak van ge-
even.
.woord voor
schildwachts
oet vanavond
slburg te zijn,
zangen wordt,
sn het mede-
fem een pa
lezen staat:
ta Cruz", het
ijkt zij hem
Jk heb er half
niet te geven,
Ioe kwam het
ertje zoo zon-
n is gegaan?'
rzaak".
t nog wel dui
!k was op weg
aaii"Bezondigen, Tiooi-iw^m T op eenden te
fer brengen en wel tweemaal voor elk fluistert: „je hebt gezegd, „De dochter I moogt niet om mijnentwil je militaire I jaren, toen ik, Goddank/je uit de han
woord". .van den onderkoning, dat moet gestraft plichten verzaken. Denk er aan, mijn I den van de Watergeuzen heb kunnen
7 November 1452.
De steden Aardenburg en Oost
burg worden door de Gentenaars
verbrand. De Gentenaars, strij-
dende voor hun verkregen rechten
en vrijheden, waren in opstand ge
komen tegen den graaf Filips van
Bourgondië, Het werd een hevige
strijd tusschen beide partijen. Door
haar vele en groote gilden had
Gent veel macht. De meer noorde
lijk gelegen steden, zooals Hulst,
Axel, Biervliet, Aardenburg en
Oostburg, alle aan een open vaar
water gelegen, bloeiden ook door
den handel. In enkele dezer ste
den had Filips van Bourgondië
bezetting gelegd. De Gentenaars
bezochten vaak deze steden om ze
te plunderen. Het Bourgondische
leger roofde en moordde in deze
streken niet minder. Het volgende
jaar werden de Gentenaars door
Filips verslagen en tot den vrede
gedwongen.
8 November 1511.
De vorst valt in en het vriest 14
weken zonder ophouden.
In dezen ouderwetschen, dus
strengen winter, van 1511 op 1512
kon men over het ijs loopen van
Arnemuiden naar Borsele, Volgens
de kroniek van Reigersberg reed
men zelfs met wagens over het ijs
van Antwerpen tot Goes.
10 November 1870.
De bekende ds. H. J. Buddingh
overlijdt te Goes op ruim 60-jari-
gen leeftijd. Huibert Jacobus Bud
dingh was den 19 Januari 1810 te
Rhenen uit een welgestelde fami
lie geboren. Nog theologisch stu
dent zijnde, nam hij als vrijwilliger
deel aan den tiendaagschen veld
tocht (212 Aug. 1831). Hij werd
8 Aug. 1834 candidaat bij de Ned.
Herv. Kerk. Den 15 Sept, van 't
zelfde jaar nam hij het beroep aan
naar Biggekerke. Voornamelijk
ter wille van de gezangenkwestie
scheidde hij zich den 31sten Maart
1836 af van de Hervormde Kerk
en voegde hij zich bij de Christe
lijk Afgescheidenen. Daar hij zich
niet met hun kerkorde kon ver
eenigen, bleef hij sedert 1837 ge
heel zelfstandig werkzaam. Na
eerst predikant te Groningen te
zijn geweest, verbleef hij 3 jaar in
Amerika (18481851). In ons land
teruggekeerd stichtte hij in 1852 te
Goes, waar hij steeds een groot en
belangstellend gehoor had, een
eigen gemeente.
Naast de oude psalmberijming
van Datheen gebruikte hij later de
opwekkingsliedenen van Sankey
en gezangen van zich zelf.
Over ds. Buddingh zijn heel wat
verhalen in omloop, waarvan ech
ter vele naar het rijk der fabelen
moesten verbannen worden.
Na zijn overlijden (10 Nov. 1870)
sloot zijn gemeente te Goes zich
aan bij den bond der vrij evange
lische gemeenten..
Ds. H. J, Buddingh is nooit ge
huwd geweest.
R.
B. J, d. M,
(Nadruk verboden.)
samenwer-
verkregen
gelijkheden
ar zijn: op-
lappij, vol-
bedrijven,
iteitsschap,
;n stichting
mogen be-
.N.W.B. en
ibonden A.
per adres
aat mede-
is, dat het
ip de onaf-
n geduren-
jrijk hooger
>or alom in
beroering is
komt in een
n berichten
:n adviezen,
an de zijde
jreikt.
te kennen,
geheel kun-
ofdconclusie
fende Com-
dat onafge-
zoowel in
spoorwegen
Sens de eco-
deelen, die
dat zij niet
in wegen,
k is, dat de
Ie aandacht
verweg kun-
.n maatrege-
die kunnen
ui het veilig
'ijl zij even-
t de terzake
t betreft uit-
or die Com-
in het bij-
ie het o.m.
titen van het
een zooda-
an verre de
kan worden
/aar bestaat
ere lichten,
aerd, dat bij
n met lagen
toon de nadering van den trein zal wor
den aangekondigd.
Aan deze voorstellen aldus adres
santen is voor zooveel bekend, tot
dusverre geen gevolg gegeven. Zulks is
evenmin het geval met de aanbeveling
der commissie, om enkele onafgesloten
overwegen, waar het uitzicht meer be
perkt is, te doen beveiligen door auto
matische seinen, die de nadering van
den trein aankondigen, teneinde daar
aan later, wanneer die seinen blijken te
voldoen, ook op thans afgesloten over
wegen te zijner tijd uitbreiding te kun
nen geven.
Zij verzoeken de veiligheid op de on
afgesloten spoorwegovergangen zooveel
mogelijk te bevorderen, overeenkomstig
de voorstellen van de Commissie van
Onderzoek en met name het daarheen
te leiden, dat zoo spoedig mogelijk op
enkele van de thans niet afgesloten
overwegen, waar de meeste ongevallen
voorkomen, automatische seininstallaties
van zoo mogelijk beproefd model wor
den aangebracht.
Onze deskundige medewerker schrijft
ons uit Amsterdam:
Op onze markt heeft deze week een
weinig geanimeerde stemming bestaan.
Het is waar, dat op sommige dagen de
aandeelenmarkt hoogere koersen te
zien gaf, maar vermoedelijk werd deze
beweging veroorzaakt door een onder
grond van vrees, dat de goudpolitiek
van Amerika de positie der goudlanden
in gevaar zou brengen. Zeer zeker was
die vastere stemming niet gebaseerd op
betere vooruitzichten van den alge-
meenen toestand. Integendeel geeft men
zich er ten onzent wel degelijk reken
schap van, dat zoolang de verschillende
landen op monetair en economisch ge
bied een politiek blijven volgen, die ge
heel gericht is op de eigen nationale be
langen, en die niet in het minst re
kening houdt met de uitwerking van be
paalde maatregelen op het heele we
reldbestel, er geen aanleiding bestaat
om voor de naaste toekomst een keer
ten goede te verwachten.
Het wordt voor den belegger met den
dag moeilijker, om zijn weg te zoeken
in deze chaos. Het komt ons voor, dat
thans de beleggingsmarkt nog altijd de
grootste veiligheid biedt, en dat men
althans bij het koopen van aandeelen
de grootste voorzichtigheid in acht
redden en je daarmede buit maaket".
Plotseling wordt hij zich bewust, dat
alles op aarde zich er tegen verzet, dat
hij dit aanvallige wezen ooit als zijn
vrouw naar het altaar zal mogen gelei
den en met van droefheid verwrongen
gelaat neemt hij afscheid van haar als
of het voor eeuwig ware. Maar droef
heid is even aanstekelijk als liefde e»n
het jonge meisje begint te snikken bij
zijn afscheidsgroet, die vol hartstocht is,
al kan zij er de reden niet van bevroe
den. Maar Oliver laat den deurklink een
paar maal rammelen en roept: „De gra
vin de Parisa zit reeds in het rijtuig.
Gauw!"
Dan begrijpt Guy, dat de tijd dringt
en, al zou zijn beminde ook nog wel
langer bij hem willen blijven en zich
maar steeds aan hem vastklemt, helpt
hij haar haastig in het rijtuig.
Zich nog eens naar hem omwendend
heft zij haar wijsvinger in zijn richting
op en hij ziet daaraan het onderpand
van zijn liefde schitteren.
De postillons laten hun zweep klap
pen, het statierijtuig rolt door de poort
en al wat hem overblijft van het schoone
wezen dat zooeven in zijn armen gerust
heeft, is de herinnering aan haar kus
sen, de ring aan zijn vinger en een
flentertje papier, waarop het toover-
woord is geschreven, dat hem een vei
lige doortocht verzekert door de
schildwachten van haar vader aan de
poorten.
(Wordt vervolgd.!