ONDERWIJS. RECHTZAKEN. HANDEL EN NIJVERHEID. SPORT. VERKEERSWEZEN P. T. T. GEMENGD NIEUWS. BELEVENISSEN VAN PIENTERE PIETER. kundige wil 't voor minder geven. Nu krijgt men voor dezen grond, gezien de omstandigheden een goeden prijs. De raad vereenigde zich met dit voor^ stel z.h.st. 15. Rooiing van boomen. De heer HEEMSKERK juicht de voor stellen toe al is het jammer, dat zij noo- dig zijn. Spr. drong op spoedig weghalen na rooiing aan, met het oog op besmet tingsgevaar. De heer ONDERDIJK zegt dat het Staatsboschbeheer erkend heeft, dat men bijna nergens zoo mede werkt als te Middelburg. Voor alle te rooien boomen, zullen nieuwe komen. Het voorstel gaat z. h. st onder den hamer door. 16. Verkoop gemeente-eigendommen. De heer WONDERGEM neemt het voor de bewoonster van den winkel in de Korte Delft op. De heer ONDERDIJK zegt dat hel beste is, dat men allen tracht zooveel mogelijk van de huizen te krijgen, de huur blijft van kracht tot het einde van het contract. De heer JERONIMUS wil in geheime zitting wel eens hooren wat „aantrek kelijk" is. Het voorstel wordt z.h.s. aan genomen. 17. Beslissing ter zake electriciteiisle- vering aan Nieuwlandschen weg. De heer CORNELISSE ziet in het ant woord van B. en W. toch wel iets on billijks, het zijn toch ook inwoners van Middelburg en aan de andere zijde zijn er inwoners van Koudekerke en St. Lau rens, die wel van de stad electriciteit betrekken. De heer BOASSON voelde in eerste instantie voor de billijkheidsoverweging en dacht hij aan het verzoek zou kun nen voldoen, doch na verkregen inlich tingen over den toestand als men ook daar zijn uitbreidingsgebied zou hebben kwam de zaak in een heel ander daglicht te staan- De verbruikers zouden veel duurder uit zijn, dan nu bij de PZEM, dit is de reden, waarom niets onbillijks in het voorstel is. Het is niet te voorkomen uitzonderingen te maken. Het leveren van stroom aan inwoners van Koudeker ke en St. Laurens is toch ook een voor deel voor Middelburg. De raad ver- eenigt zich z.h.s. met het voorstel. 18. Beslissing op verzoeken teruggaai straatbelasting. Hierbij blijkt, dat inzake het verzoek van den heer M. P. Matthijsse om terug betaling van 22 over vorige jaren, nu hij inzake het laatste belastingjaar in hoogste instantie in het gelijk is gesteld, de commissie niet een stemming is. De meerderheid wil het verzoek niet inwil ligen, de minderheid wel. Dit blijkt de heer MES te zijn, die nu betoogt, dat het billijk is, dat geld terug te geven, men mag geen onbillijke be lasting heffen. De heer ONDERDIJK: Daar moet je nu net mede komen. De heer MES zegt, dat als men de 22 niet vrijwillig geeft, M. zich tot den kantonrechter kan vervoegen, dat is echter nog al duur. Als de gemeente het daar op aan laat komen, heeft zij kans niet 22 doch 42 te moeten betalen. De heer MONDEEL vreest, dat men een precedent zou scheppen, anders zou hij wel met den heer Mes kunnen mede gaan. De heer BYBAU zou ook gaarne zich bij den heer Mes aansluiten uit billijk heids overweging, maar hij kan niet an ders doen dan voor het voorstel der meerderheid stemmen, want een ander besluit zullen Ged. Staten toch niet goedkeuren en ook de regeering niet. De heer v. d. FELTZ sluit zich hier bij aan, men moet de procedure haar loop laten gaan. "Maar ook mag niet worden vergeten, dat ook de Hooge Raad wel eens van idee verandert. Ook de heer JERONIMUS zou uit bil lijkheidsoogpunt en op practische gron den met den heer Mes kunnen mede gaan. Ged. Staten zouden het echter toch niet goedkeuren. Anders houdt spr. wel van een proces ter zake. Het voorstel der meerderheid wordt aangenomen, alleen de heer Mes stemt tegen. Proceskosten. Naar aanleiding van de opmerking van den heer PORTHEINE bij het voorstel tot wijziging der begrooting deelt de VOORZITTER mede, dat de verhooging van den post kosten van rechtsgedingen met 332.32 een gevolg is van de pro cedure en dading inzake de woning Kin derdijk P 100. De heer PORTHEINE vindt dit zeer hoog. De betrokken stukken zullen voor de raadsleden ter inzage worden gelegd. Het verkeer in de Langedelft. De Y OORZITTER vraagt namens B. en W. een crediet van 250 voor aan schaffing van borden, in verband met het plan om de Korte en Lange Delft des Zaterdags van 4 tot 10 uur in een richting voor auto's, motorrijwielen en rijwielen te verbieden. De borden zullen zoo worden gemaakt, dat het verbod ook tot den Donderdag is uit te breiden. uil laatste op verzoek van de ver- keerscommissie die haar rapport nog niet heeft uitgebracht. De heer MONDEEL vraagt of het wel goed is zulk een rege'ing afzonderlijk te nemen? De VOORZITTER zegt, dat ten deze overleg is gepleegd met de verkeers- commissie en men later over het één richtingsverkeer in het algemeen zal kunnen oordeelen. Ten slotte is het af sluiten van straten aan Burg. en Weth. overgelaten, alleen moet de raad de uit gaven voor de borden goedkeuren. De heer CORNELISSE meent in te genstelling met den heer Mondeel, dat het meer dan tijd is, dat regelend wordt opgetreden, en juicht het voorstel dan ook zeer toe. De heer HARTHOORN meent, dat men lichtbakken aan de borden zal moe ten aanbrengen, want anders zijn die 's avonds niet te zien, evenmin als het bord op den Burg. De VOORZITTER meent, dat dit al leen moet als het hoog noodig is. De heer HEEMSKERK juicht de rege ling zeer toe, maar vraagt ook de bor den goed in het zicht te hangen. De heer JERONIMUS vraagt of men niet in strijd zal komen met het feit, dat naar hij meent, de Lange Delft ten deele ppn ic De VOORZITTER zegt, dat dit onder zocht zal worden, in dat geval hebben Ged. Staten er ook iets in te zeggen. Het ligt in de bedoeling de Lange Delft van af de zijde van de Korte Delft en de Korte Delft van af de zijde van de Lange Delft te verbieden. Men zal order geven de borden zicht baar aan te brengen. De heer BYBAU wil als het plan door gaat dan toch doorgang over den Wal mogelijk doen zijn. De VOORZITTER zal dit nader na gaan. De raad verleent z.h.s. het gevraagde crediet voor aanschaffing van de bor den. Mag een onderwijzeres te Mid delburg gehuwd zijn? Thans krijgt de heer DEN HOLLAN DER gelegenheid zijn vragen inzake het aanwezig zijn van een gehuwde onder wijzeres op een der lagere scholen, toe te lichten en zegt, dat het niet gaat om de knikkers, maar om het recht van het spel. Spr. zegt, dat het twijfelachtig is of ook het onderwijzend personeel onder het ambtenarenreglement valt. Volgens de ambtenarenwet zijn er rijks-ambtena ren en ook ambtenaren aangesteld door de gemeente. Onder deze laatste vallen de onderwijzers, Zij zijn dus ambtenaren en zouden on der 't ambtenarenreglement vallen. Men heeft daarvan bij de behandeling van het reglement het tegendeel niet gehoord. Doch dat er niet over gesproken is, is geen reden, dat zij er niet onder vallen, zooals de Bond van Onderwijzers heeft betoogd, ook gaat het niet op naar een oude regeling te verwijzen, die voor de L. O.-wet niet meer geldt. Het blijkt uit deze stukken dat de Bond ter zake ad vies heeft uitgebracht. De heer ONDERDIJK: Dat was een ongevraagd advies. De heer DEN HOLLANDER zegt, dat blijkt, dat de positie van de onderwij zers niet voldoende is geregeld. Burg. en Weth. hadden moeten zeggen, dat het reglement niet van toepassing is op de onderwijzers, tot welke conclusie spr. nu ook komt en hij vraagt of de raad dat gevoelen deelt. De VOORZITTER heeft niet gedacht, dat de interpellatie van den heer Den Hollander dezen kant zou opgaan. Hij bracht alleen zes concrete vragen in het geding. Zijn voorganger heeft tegen de betrokkenen gezegd, dat zij bij huwelijk ontslag moest nemen, en toen heeft de Bond geadresseerd aan Burg. en Weth. om aan te toonen, dat dit niet zoo was, dit was echter geen gevraagd advies. B. en W. zijn toen destijds tot de overtui ging gekomen, dat inzake de onderwij zeres, die huwt, hier niets geregeld was en art. 56 van het ambtenaren-reglement niet van toepassing was. De gemeente kan volgens de ambtenarenwet bepalin gen maken voor hen, waarvoor de wet geen regelingen inhoudt. De heer DEN HOLLANDER zegt, dat het blijkt, dat de vorige burgemeester er toch over gesproken heeft met den Bond en men had den raad moeten zeggen, dat zich dit geval heeft voorgedaan. Spr. herhaalt de vraag of de raad het er me de eens is, dat art. 56 niet op de onder wijzeressen van toepassing is. De heer ONDERDIJK wijst er op, dat de heer Den Hollander gezegd heeft, dat spr. als eenige overgeblevene van het vorige college van Burg. en Weth. kan zeggen wat hij wil. Als men spreker niet vertrouwt zal hij niet verder spreken. De heer DEN HOLLANDER heeft dit niet zoo bedoeld. De heer ONDERDIJK zegt dan, dat de vorige raadsvoorzitter niet anders dacht, dan dat de bepaling ook voor onderwij zeressen gold. Eerst na dit voorval heeft wijlen mr. De Veer op juridische gron den aangetoond, al wa§ hij zelf voor het ontslag van huwende onderwijzeressen, dat de Bond gelijk had. Als men daarin verandering wenschte had men met een voorstel moeten komen. De heer v. d. FELTZ meent, dat waar het reglement is gemaakt na de totstand koming der L. O.-wet, de bepaling moet beschouwd worden als een aanvulling op die der wet, dat de gemeente kan bepa len, dat onderwijzeressen jonger dan 45 jaren, die huwen, door Burg. en Weth. zullen worden ontslagen. Het was de plicht van Burg. en Weth. geweest den J raad in te lichten over het gebeurde. i De heer JERONIMUS vraagt of het ambtenaren-reglement een bepaling be vat, waaraan de onderwijzers plichten of rechten kunnen ontleenen. Zoo ja, dan is ook art. 56 op de onderwijzeressen van toepassing. hi, COPYRIGHT P I.B. BOX6. COPENHAGEN P, P. als Paedagoog. De heer ONDERDIJK meent van niet en mevrouw WEIJL zegt, dat o.a. de ziekteregeling anders luidt voor de on derwijzers dan voor de ambtenaren. De VOORZITTER stelt voor, dat de raad zich uitspreke, dat art. 56 van het ambtenaren-reglement niet van toepas sing is op de onderwijzeressen. Dit voorstel neemt de raad aan met 13 tegen 2 stemmen, die der heeren v. d. Feltz en Jeronimus. De heer DEN HOLLANDER stelt nu voor te bepalen, dat onderwijzeressen, die voor haar 45ste jaar huwen, zullen ontslagen worden. De VOORZITTER stelt voor dit ter lezing te leggen en in de volgende ver gadering te behandelen. Aldus besluit de raad. Rondvraag. De heer CORNELISSE wijst op de werken aan den Blauwendijk en in het bijzonder op het feit, dat de bewoners van huizen op het Vlissingsch Wagen plein op den muur zullen komen te kij ken, zij hebben daarover reeds geadres seerd. Spr. zegt, dat men uit de teeke- ningen dit niet zoo licht kon opmaken, maar nu blijkt het bij uitvoering. Is het niet mogelijk boven op in plaats van een muurtje een hek te zetten, dan krijgen de bewoners meer licht en zon, of wel het muurtje wat lager te maken. De heer ONDERDIJK geeft toe, dat reeds èen klacht is ingekomen, maar men meent, het muurtje te moeten zet ten, omdat anders ongelukken te vree zen zijn. Kinderen zullen een hek als speelplaats gaan gebruiken, met de kans op een ernstigen val. Hij zal het nog een nader met den directeur van gemeente werken bespreken. De heer MONDEEL ondersteunt de vraag van den heer Cornelisse met klem. Intusschen is het kwart over zes gewor den en besluit men verdere rondvraag, waarbij mevrouw WEIJL o.a. de kwes tie van den boom op de botermarkt ter sprake had willen brengen, tot de vol gende vergadering aan te houden, waar na de VOORZITTER de vergadering sluit. Op het te 's-Hertogenbosch gehou den examen behaalde de heer A. Devree van Sas van Gent het politiediplo- ma. De overbevolking der Universiteiten, Als gevolg van het in 1932 in Tsjecho- Slowakije gehouden congres van de In ternational Student Service, heeft het dagelijksch bestuur van 't Nederlandsch comité der I. S. S. aan prof. ir. W. Scher- merhorn, dr. Ph. J. Idenburg en den heer D. J. Cramer verzocht de voorbe reidingen op zich te nemen van een com missie, die het vraagstuk van de over bevolking der Nederlandsche universi teiten en Hoogescholen in zijn vollen omvang nader onder oog enzal moeten zien. Naar aanleiding hiervan heeft de heer Cramer contact gezocht met vele hoog leeraren, vakorganisaties van universi tair gediplomeerden, verschillende on- derwijsinstanties, studentenorganisaties en personen en instellingen die zich reeds met het bedoelde vraagstuk had den bezig gehouden of bereid waren zulks te doen. Het resultaat hiervan was, dat alle aangezochte standsorganisaties en vele hoogleeraren er in toèstemden hun me dewerking te verleenen en dat een com missie is gevormd, samengesteld uit een algemeene commissie en 13 speciale commissies voor de verschillende beroe pen. Staatsraad mr. J. Limburg heeft zich bereid verklaard het voorzitterschap der commissie op zich te nemen. De commissie zal allereerst trachten zich een beeld te vormen van de verhou ding van vraag en aanbod op de arbeids markt der intellectueelen. Daarnaast zal bekeken worden de vraag in hoeverre voor een bepaalde door 'n academisch gevormde bekleeden werkkring de genoten opleiding noodza kelijk was, terwijl daarenboven de meer of mindere volwaardigheid van den werkkring in rekening^-zal worden ge bracht. Eerst nadat de commissie de voor gaande onderzoekingen zal hebben ver richt, zal zij er toe overgaan conclusies te trekken over de wepschelijkheid eener eventueele beperking van het aan tal studeerenden of van een mogelijkheid tot het vergrooten van het aantal vaca tures. Zoo spoedig mogelijk zal de commis sie tevens een onderzoek instellen naar de momenteele werkloosheid onder de academisch gevormden en naar de ur gentie van tijdelijke maatregelen in de zen. Voor de uitvoering dezer plannen zijn de geldmiddelen door de medewerking van o rganisaties, studentencorporaties en particulieren bijeengebracht, terwijl het Kon. Instituut van ingenieurs een kamer voor het bureau der commissie in het gebouw Jan Evertstraat 5 te Den Haag ter beschikking heeft gesteld. De installatievergadering der commis sie zal worden gehouden op Zaterdag 28 October, in het departement van O. K. en W. te Den Haag. Smokkelaar rijdt douane-beambte aan. Voor de rechtbank te Roermond had zich te verantwoorden de 23-jarige J. v. d, H. uit Weert, die op 27 Juni met een door hem bestuurde auto, waarin een hoeveelheid boter, het douanekantoor te Udeseyck naderde, toen een daar ge- stationneerde Belgische douanier zich op den weg opstelde en door handgebaar sommeerde tot stoppen. Toen de be ambte bemerkte, dat de naderende auto zijn vaart niet minderde, haalde hij een eg, om deze op den weg te werpen ten einde tot stoppen te dwingen. De auto kwam echter van het rechterdeel van den weg naar het linker gedeelte. De douanier sprong op zij, doch kon niet voorkomen, dat hij aangereden werd, tengevolge waarvan hij gedurende zes weken zijn dienst niet heeft kunnen waarnemen. Het O, M. nam opzet van verd. aan en requireerde een gevangenisstraf van 5 jaar. Opdracht voor Chamottefabriek, De Chamottefabriek te Wezep heeft, naar de Prov. Over. en Zwolsche Crt. verneemt, van de firma Wilton te Feijen- oord namens het rijk de opdracht gekre gen tot de levering van alle vuurvaste materiaal voor den kruiser 1931, be stemd voor de Nederlandsche marine. De opdracht omvat een leverantie van 80.000 kg. Auto-dróme te Knocke. In sportkringen te Knocke Sur Mer bestaan plannen voor de stichting van een auto-dröme, zooals die te Nizza en Monte-Carlo bestaan. Naar verluidt, zou een bankconsortium bereid zijn deze stichting te financieren. Bij Kon. besluit zijn, met ingang van 16 Nov. a.s. o.a. benoemd tot refe rendaris 2de klasse der posterijen, tele grafie en telefonie: H. Hoekstra, W. Wolf, L. A, van Hoeve, T. Bos, PJ. Bisschop en A. van der Marei, thans adjunct-referendaris der posterijen, tele grafie en telefonie. Rijbewijzen voor Indische verlofgangers. De A.N.W.B., Toeristenbond voor Ne derland, vestigt op verzoek van den Minister van Waterstaat de aandacht op het feit, dat de regeling, volgens welke buitenlanders, tijdelijk in Neder land vertoevende en in het bezit van een internationaal rijbewijs, of interna tionaal bewijs voor het motorrijtuig, geen dergelijke Nederlandsche papieren noodig hebben, ook geldt voor in Ned.- Indië woonachtige personen. Het is herhaaldelijk voorgekomen, dat Indische verlofgangers van de politie hier te lande mededeeling ontvingen, dat die internationale bewijzen voor hen niet geldig waren. Deze opvatting is echter onjuist, zoodat het nuttig blijkt aan de bestaande regeling meer bekend heid te geven. Indische stoomvaartlijnen. Johan de Witt 25 v. Amst. n. Batavia. Chr. Huygens 25 v. Batavia n. Amst. Dempo (uitr.) 25 (1 v.m.) v. Suez. INBRAAK. Tijdens afwezigheid der bewoners heeft men zich Dinsdag via een leegstaand pand toegang ver schaft tot een huis aan de Parklaan te Rotterdam. Op de 3e étage daar van woont de concierge J. D. In diens woning heeft men alle kasten openge broken. Ontvreemd zijn een gouden ring 2 zilveren horloges, een zilveren medail le, een overhemd en sleutels. Vervolgens zijn de inbrekers naar de 2e étage ge gaan waar de kantoren der firma H. S. Daar wordt niets vermist en men ver moedt dan ook dat de inbrekers ge stoord zijn. KRANIG OPTREDEN. Maandag middag fietsten twee meisjes in de Rosestraat te Rotterdam, achter een grooten vracht-auto. Gelijk met de meisjes reed ook een stoomtram in de zelfde richting. Toen de vracht-auto plotseling stopte viel een der meisjes, de 17-jarige M. F. bij het remmen van haar fiets. Zij kwam op de rails van de stoomtram terecht tusschen twee wa gons en zou zeker zijn overreden als niet een onbekend gebleven burger haar snel bij de beenen had gegrepen en van de rails had weggetrokken. Wonder bo ven wonder had het meisje niet het minste letsel gekregen.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1933 | | pagina 9