WR1GLEY
RECHTZAKEN.
KAISERSWERTH.
SOES.
Mijle, bestuurslid der vereeniging, die na
dit bezoek aan zijn pluimveestapel, gast
heer van allen werd, want het gezel
schap is als slot van den zoo aangena-
men en leerzamen middag, genoodigd
in de woning van genoemd bestuurslid
en is allen daar een verversching aan
geboden.
De burgemeester vond hier ge
legenheid te verklaren, dat hij het be
zoek aan het eerste terrein wel wat vlug
is geweest met bedanken, omdat hij nu
eerst kan getuigen van zijn groote waar
deering voor het werk en de bereikte
resultaten. Spr. bracht het bestuur nog
maals dank voor de uitnoodiging en den
heer v. d. Mijle 'en- zijn zuster voor de
ontvangst in do woning.
De voorzitter bracht den burge
meester dank voor zijn woorden, hoopte
dat het bezoek bij het geheele college
een aangenamen indruk heeft gewekt en
dat dit tot uiting komt, als de vereeni-
ging waarschijnlijk binnenkort met de
gemeente moet onderhandelen. Dank
bracht spr. ook aan de leden der com
missie van toezicht voor hun aanwezig
heid en ten slotte aan den heer v. d
Mijle en zijn zuster voor de uitnoodi
ging in deze woning, het slot te doen
plaats hebben.
Men ging na 3 uur samenzijn uiteen
maar allen zullen met ons overtuigd zijn
geweest, dat men een middag had gehad
die gelegenheid gaf te genieten van de
natuur en de voortbrengselen, maar ook
de overtuiging te krijgen, dat een ver-
eeniging als Kweeklust een zeer be
langrijke taak verricht in het belang
van de leden en hunne gezinnen.
DE GONDELVAART VAN TRITON.
De prijsuitdeeling.
Zaterdagavond had in hotel de Nièu
we Doelen de prijsuitdeeling plaats
voor de deelnemers aan de gondelvaart
van Triton op Vrijdag j.l.
De voorzitter, de heer mr. P. C.
Adriaanse, wees erop, dat men in het
midden der week zeker niet had ge
dacht, dat de vaart zou kunnen door
gaan, maar Vrijdag was het bijzonder
mooi weer. De deelname is het bestuur
echter niet medegevallen, van de 30 le
den gaven er zich slechts 9 op en daar
buiten nog twee niet-leden, zoodat er
elf deelnemers waren- Aan de niet-le-
den brengt spr. hulde, dat zij mede
werkten en hoopt dat volgend jaar alle
leden medewerken. Het zal dan nog
mooier, nog feërieker zijn dan nu. Spr.
brengt dan dank aan allen, die hun me
dewerking verleenden. Aan mevr. Van
der Hoop, die jurylid was en die steeds
bereid is te helpen, als het sport betreft
aan de andere juryleden, de heeren de
Muijnck en Zandee, aan de gemeente,
die een vlot afstond, en de brugwach
ters order gaf ook na de gewone uren
te draaien,aan de politie, aan de muziek
wier fakkels reeds een verlichting op
zichzelf waren, aan d heeren Ouwerkerk
Sr, en Jr., aan de schippers, die een boot
1833—17 SEPTEMBER—1933.
door
H. A. C. Snethlage-
II.
Het diaconessenwerk is geboren uit
den nood: er was een vrouw, die een
asyl noodig had, het tuinhuisje van de
Kaiserswerther 'pastorie is het geïm
proviseerde asyl. Dit gebeurde in 1833.
In 1836 opent Fliedner 't zoogenaamde
„Moederhuis" en begint de systemati
sche opleiding van diakonessen tot ver
zorging van zieken, gevangenen, geval
lenen en kinderen.
Er is een eigenaardige methode van
bouwen in Kaiserswerth, misschien moe
ten wij zeggen: het is geen methode! In
Nederland is de methode: eerst moet
het geld er zijn, dan kan er gebouwd
worden. In Kaise,rSwerth heeft men
meer durf en moed: men begint vóór 't
geld er is. Zoó deed Fliedner al, zoo
gebeurt het nog.
Toen Fliedner met zijn eenvoudige
werk was begonnen begreep hij, dat er
een groot huis noodig was. Het groot
ste huis in Kaiserswerth komt te koop,
maar er is geen geld- Fliedner's vrouw,
die juist een kindje gekregen heeft, en
die haar leven lang Fliedner gesteund
heeft, met haar geloofsvertrouwen,
dringt hem, dwingt hem het huis te koo-
pen. Over drie maanden moet de koop
som van plm. 7000 gulden (toen een
geweldige som) betaald worden, maar
op het oogenblik is er nog geen gulden.
Men kan deze manier van doen ver
keerd vinden en gevaarlijk, in Kaisers
werth past zij in het geheele systeem
dat men zou kunnen noemen het sy
steem van het geloof. Als God een
werk opdraagt, dan zal Hij zorgen voor
de mogelijkheid, geestelijk en stoffelijk.
Het in 1836 geopende Huis heet het
„Moederhuis". Fliedner is de „geeste
lijke Vader", de directrice, Fliedner's
vrouw, de „Moeder."
Over deze gedachte van een „Moe
derhuis moet iets gezegd worden.
Voor Fliedner is de vraag: hoe maak
ik de vrouw tot een goede diakones?
Niet door van de vrouw een non te
maken, maar door haar te plaatsen in
een geestelijk milieu, dat een tehuis
zal zijn voor haar geheele leven.
Wij gaan hier niet redeneeren over
afstonden, aan den Rijkswaterstaat, aan
de reddingsbrigade, aan den secretaris,
den heer J. A. van Dixhoorn, aan den
heer en mevr. Vermeulen, wier woning
zoo langzamerhand het clublocaal is ge
worden. Spr. wees er op, dat mevrouw
Hollema, het volijverige bestuurslid,
helaas in het gasthuis is opgenomen,
maar gelukkig vernam spr. van haar
echtgenoot, wiens komst hij op hoogen
prijs stelt, dat het haar zeer goed gaat
Het bestuur heeft haar een bouquet ro
zen vergezeld van een voorgelezen ge
dicht doen toekomen en zij heeft daar
voor reeds schriftelijk haar groote er
kentelijkheid geuit.
Tot de deelnemers richt spr. woorden
van hulde en dankt hen voor het vele
werk, dat zij aan hun kano's hebben
verricht, er enkele nader noemende
Het is een succesvolle avond geworden
waarover zeker nog lang zal worden
gesproken.
Hierna reikte spr. met toepasselijke
woorden de behaalde prijzen uit als
volgt:
Electrisch verlichte kano's eerste
prijs de heer H. Bakker, tweede mej
A. van Dusseldorp, derde de heer M
Brouwer, vierde de heer W. de Vos.
Met lampions versierde kano's: eer
ste prijs mej. Beppie van den Boudt.
tweede den heer Jo. Julianus, derde
mej. Jetje van Randwijck.
Troostprijzen verwierven mej. Fietje
van Randwijck, na loting met haar zus
je, die evenveel punten had, en de hee
ren J. van Pagé, E. J. Franse en M.
Castenmiller.
Ook zij, die de prijswinners assis
teerden kregen een blijk van waardee
ring.
Spr. hoopte ten slotte, dat allen te
vreden zouden zijn en wekte op nieuwe
leden te winnen. Het bestuur overweegt
steeds nieuwe plannen.
CHR. BESTURENBONDEN IN
ZEELAND.
Zaterdagmiddag vergaderden alhier,
onder voorzitterschap van den heer H,
Amelink, secretaris van het Chr. Nat.
Vakverbond te Utrecht, en lid der
Tweede Kamer, de afgevaardigden van
alle in Zeeland bestaande Chr. Besturen
bonden. In totaal waren 14 Best. Bonden
vertegenwoordigd.
De heer Vermeulen, bestuurslid
van het C. N. V., leidde het onderwerp:
„De propaganda in de komende winter
maanden", in.
In elke plaats waar in Nederland een
Chr. Besturenbond is gevestigd, 187 in
getal, zal in November een propaganda-
vergadering worden gehouden. In elke
vergadering zullen twee sprekers uit den
kring der Chr. Vakbeweging het woord
voeren. Eén der onderwerpen zal gewijd
zijn aan het fascisme en nationaal-socia-
lisme. Daartegen moet de Chr. Vakbe
weging in het geweer worden geroepen,
Het tuinhuisje bij de pastorie van
Fliedner, waar het groote werk van
Kaiserswerth werd aangevangen.
teneinde te voorkomen, dat een stap
achterwaarts wordt gezet en de arbei
dersklasse weer terugzinkt op het peil
van 50 jaar geleden.
Behalve in de propagandavergaderin
gen, moet ook bij het huisbezoek het
Chr.-sociaal beginsel worden gesteld te
genover dat van het fascisme etc. Het
gaat om het behoud van onze constituti-
oneele rechten, om te voorkomen dat de
arbeidersbeweging wordt lam geslagen,
Verder zal door het C. N. V. een al-
gemeene propagandabrochure en een
voor de jeugd worden uitgegeven.
Bij de hierop gevolgde bespreking
werd van verschillende zijden gewezen
op het gevaar van het fascisme en het
nationaal socialisme en geprotesteerc
tegen de voorlichting die een bepaalc
christelijk dagblad in dezen geeft.
De heer Amelink wees er op, dat
de Chr, Vakbeweging steeds een natio
nale houding heeft aangenomen en te
gen het marxisme heeft gestreden toen
het fascisme nog niet eens bestond. Nog
vóór er sprake was van een corporatie
ven staat, ijverde het C, N. V. voor be
drijfsorganisatie.
Principieel ziet de Chr. Vakbeweging
in het fascisme even zoo goed een vijanc
als in liberalisme en socialisme.
Vervolgens werd een levendige be
spreking gevoerd over de vraag of het
moet komen tot een centrale organisa
tie van de besturenbonden in Zeeland,
Door enkele aanwezigen werd deze be
pleit, maar de heer Amelink achtte ze
niet noodig. Wel zou de aanstelling van
een algemeen propagandist voor Zeelanc
gewenscht zijn, zoodra dit mogelijk is.
Bij de rondvraag kwamen verschillen
de onderwerpen ter sprake.
De heer Amelink zegde toe met
den Minister van Sociale en Economi
sche Zaken te zullen bespreken de vraag
of het mogelijk is aan het verleenen van
steun aan den landbouw enkele voor
waarden te verbinden, waardoor de
werkloosheid in den landbouw kan wor
den verminderd. Van verschillende zij
den werd n.l. ernstig geklaagd over de
groote werkloosheid in den landbouw,
zelfs in den zomer. De steun kwam
zoo heette het meer aan den werk
gever dan aan het geheele bedrijf ten
goede.
Verder werd het gelaakt, dat de op
gaaf omtrent de loonen in sommige ge
meenten, teneinde daarnaar de loon-
klasse voor de werkloozenverzekering
te bepalen, ook niet aan de organisaties
werd gevraagd. Hiernaar zal een onder
zoek worden ingesteld. Ook werd het
sterk afgekeurd, dat men in sommige ge
meenten om in aanmerking te komen
voor crisissteun, eerst al wat men zelf
heeft moet opmaken en zelfs een hypo
theek op zijn huisje moet nemen. Dit
werd een straf op de spaarzaamheid ge
noemd. Ook dit zal te bevoegder plaatse
worden onderzocht.
Verder kwamen o.a. ter sprake de
smokkelarij op groote schaal met boter
"3C£S»R5=555$
de vraag of dit de juiste oplossing isj
vooral in ons land is er veel critiek ge
wéést tegen het systeem van het Moe
derhuis; bij dit Moederhuis hoorde de
„Inzegening", het afleggen van een be
lofte (niet voor het leven, maar wel
een belofte met ernstige consequen
tie); door den band met het Moeder-
ïuis werd iets „vastgelegd". Wie de
ilm „Madchen in Uniform" gezien heeft
is zeker wel onder den indruk gekomen
van 'n gevaar, dat er is in het opleggen
van een systeem aan levende menschen.
Ook in de Diakonessenhuizen is dit ge
vaar onder de oogen gezien, is misschien
wel eens geleden onder dit „systeem".
Maar zijn er niet nog grootere gevaren
in die inrichtingen, waar men zoo trotsch
is op de algeheele vrijheid?
Zeker is wel, dat het Duitsche karak
ter van het diakonessenwerk critiek
heeft opgewekt in ons vaderland. Maar
ondanks dat, kan het diakonessenwerk,
ook in ons land, rekenen op de sympa
thie van ontzaglijk velen, die in den ar
beid der diakonessen gezien en onder
vonden hebben, wat de waarde kan zijn
van toegewijden arbeid, van een arbeid
welke bezield wordt door het ideaal.
De „ouderwetsche" geloofsbelijdenis
der diakonessen ik weet er geen be
ter woord voor is aldus geformuleerd:
„Wat wil ik? Ik wil dienen,
Wien wil ik dienen! Den Heere Jezus
en Zijn ellendigen en armen.
En wat is mijn loon Ik dien noch om
loon, noch om dank, maar uit dank en
liefde: mijn loon is, dat ik dienen mag.
En wanneer ik daarbij omkom? Kom ik
om, dan kom ik om, sprak eenmaal
toningin Esther die toch hem niet
tende, uit liefde tot Wien ik zou willen,
maar die mij niet zal laten omkomen.
En wanneer ik daarbij oud word?
Dan zal mijn hart toch groenen als een
palmboom en de heer zal mij verzadi
gen met genade en erbarmen.
Ik ga met vrede en ben voor niets be
vreesd."
Hoe dikwijls zijn deze woorden be-
critiseerd, ook wel bespot! Hoe dik
wijls is de vraag gesteld, of zij een ge-
arekkig, zwak, onheilig mensch in den
mond gelegd mogen worden! Zijn ze te
verdedigen met het oog op de nuchter
heid, de werkelijkheid, de waarheid?
Hier wordt geen discussie gevoerd over
't diakonessen-vraagstuk, dat altijd was
en nog is, een „probleem.
In mijn gevoel zit er in deze woorden
iets klassieks, zij zijn „tale Kanaans
zij zijn anders als de leuzen van tegen
woordig en als die van Duitschland.
Maar zij hebben een eeuw lang de
macht gehad vrouwen te bezielen tot
een grootsche, ver boven haar krach
ten reikende taak. Zij doen een beroep
op de diepste geestelijke behoeften van
een vrouw. Zij zijn voor velen een hou
vast geweest in een zwaren strijd, van
het gaat „tegen vleesch en bloed in.'
In ieder geval: Wanneer wij Fliedner
en Kaiserswerth gedenken, mogen wij
deze woorden niet negeeren. En vóór
onze critiek, zoo echt Hollandsch
weer begint, wijden wij een eerbiedige,
dankbare gedachte aan de diakonessen
die haar leven gegeven hebben in den
dienst der barmhartigheid!
Chesterton, de bekende Engelsche
schrijver, die sterk anti-Duitsch is ge
oriënteerd, hoort het verwijt, dat het
Christendom de wereld somberder
maakt- Zijn antwoord is: „het christen
dom is de eenige omlijsting, waarin het
genot van het heidendom bewaard is.
Dan geeft hij dit treffende beeld: Wij
kunnen cms een aantal kinderen voor
stellen, spelend op den vlakken, dicht
met gras begroeienden top van een
hooggeleden rotseiland, midden in de
zee Zoolang er een muur op den rand
der klippen stond, konden zij zich veilig
aan de wildste spelen overgeven, en
de plaats de luidruchtigste van alle
speeltuinen maken- Maar de muren
werden afgebroken, en 't naakte figuur
in Z. Vlaanderen, de steun aan den aard
appelteelt, het gevaar dat door de steun
maatregelen de armoede in vele arbei
dersgezinnen zal stijgen, enz.
De heer Amelink deelde mede, dat
het C. N. V. overweegt te verzoeken
de bovenmaatsche aardappelen tegen la-
geren prijs beschikbaar te stellen voor
de werkloozen.
Hierna sloot de voorzitter de verga
dering.
Arr.-Rechtbank te Middelburg.
Zitting van Vrijdag 15 September.
De volgende zaken werden behan
deld:
C. de K„ 34 jaar, werkman te Mid
delburg, gedetineerd, werd verdacht
dat hij omstreeks de maanden Juli en
Augustus in de duinstreken van Vrou
wenpolder en Koudekerke, heeft weg
genomen uit kleedingsstukken por-
temonnaie's met geldbedragen, toebe-
hoorende aan H. Schout, J. C. J. Jan
sen, A. Schuurman en E. Bloenen.
Eisch: een maand met aftrek voor
arrest.
Mr. W. R. H. Dieleman, verdachte'
raadsman, kon zich met dezen eisch
vereenigen.
R. v. d. C„ 44 jaar, koopman te Sas
van Gent, die niet verschenen was
werd verdacht dat hij in de maanc
Augustus te Philipinne den ontvanger
van het grënskantoor Philippine U,
Rammeloo een bedrag van 1000 heeft
beloofd met het oogmerk om Ramnie
loo te bewegen in zijn bediening in
strijd met zijn plicht een of meerder
certificaten van uitvoer van boter af te
geven of te onderteekenen.
De verdachte zeide dat op de vracht
van 5000 kg boter 3000 winst zat en
ontvanger dan een derde deel zou krij
gen van de winst. De ontvanger ging
evenwel op het verstrekken van een
certificaat voor boteruitvoer van Ne
derland naar België bij nacht, niet in en
deed aangifte bij de politie wegens po
ging tot omkoopen van een ambtenaar
in functie.
De ontvanger als getuige gehoord gaf
een uiteenzetting van de feiten zooals
die hierboven zijn omschreven. Hij is op
het aanbod van verdachte niet ingegaan
De officier van justitie requisitoir ne
mende zegt, dat de invoer de boter
eerst naar België wordt uitgevoerd en
dan weer in Nederland wordt inge
voerd. Met deze frauduleuze handelin
gen zijn groote geldsbedragen te ver
dienen. Volgens den officier is verdach
te een groote smokkelaar en het is geen
wonder dat een certificaat hem 1000
waard was. Spr. noemt het een ernstig
feit en dergelijke feiten moeten streng
gestraft worden.
fRIGlEY
tUWGOM
DE MONO
IEKKER EN
C^EZONDI
der steile klippen werd bloot gelegd.
De kinderen vielen er niet over; maar
toen de ouders -hen kwamen zoeken,
vonden zij hen angstig bijeengehurkt in
het midden van het eiland, en hun ge
zang was verstomd.
Men zou het Moederhuis en zijn sy
steem de „omlijsting" kunnen noemen.
Ook dit systeem is, zooals alle werk van
Fliedner, niet gemaakt, maar als vanzelf
gegroeid. Het is mij, bij mij herhaalde
bezoeken aan Kaiserswerth, gegaan,
zooals zoovelen. Men komt er met al
lerlei opvattingen en ook reeds met
critiek; wanneer men weer thuis is, zijn
er allerlei vragen en bezwaren, maar
terwijl men in Kaiserswerth is, komt
men onder de bekoring van de sfeer.
Geen meegesleept worden door" groote
woorden en een massa-betooging, maar
iet zich opgenomen gevoelen in de zui
verheid van een eenvoudig-geestelijke
atmosfeer. Hier is gewijde luchte hier
is traditie, hier is de daad der barm
hartigheid. En het gaat ons als Allard
Pierson, den man, die moderner is dan
de meesten, maar die, wanneer hij bij de
Oudere Tijdgenooten", de mannen van
het Réveil, vertoeft, eerbiedig het Koofd
ontbloot.
Later is door de voorvechters der
vrouwen-emancipatie wel eens scher
pe critiek uitgeoefend op de diakones
senhuizen, als niet meegaande met den
tijd. Maar vergeten is ook wel eens, dat
het diakonessenhuis den weg voor de
emancipatie van de vrouw heeft geo
pend. Fliedner heeft de vrouwen mo
biel gemaakt, lang voor de moderne
vrouwenbeweging was er de mogelijk
heid voor de ongehuwde vrouw om in
het diakonessenhuis een levenstaak te
vinden. Florence Nightingale, die voor
de moderne vrouwenbeweging van zoo
enorme beteekenis werd, die een baan-
breekster was en wier werk geduren
de bijna een halve eeuw van de aller
grootste beteekenis was, heeft in Kai
serswerth haar inspiratie ontvangen.
„This was the critical event of her
live. The experience whicht she gai
ned as a nurse at Kaiserswerth formed
the foundation of all her future ac
tion"*), zegt Lytton Strachey, die dat
prachtige Essay over haar heeft geschre
ven.
Dit was de beslissende gebeurte
nis in haar leven. De ondervinding,
welke zij als verpleegster in Kaisers
werth ,opdeed, vormde den grondslag
van al haar toekomstige daden.
(Ingez. MedJ
De officier eischt 6 maanden gevan
genisstraf.
In den avond van 5 Augustus 1.1. was
er in het hotel „den Appel" te Ter-
neuzen een gezellige drukte, die echter
werd verstoord doordat de twee ge
broeders A. en D. R., die blijkbaar
onder drankinvloed verkeerden den
bezoekers lastig maakten. Ten slot
te moest een der aanwezigen het ont
gelden en kreeg deze eenige klappen
van A, R. Vervolgens wilde de caféhou
der de vechtersbazen uit zijn café ver
wijderen, bij welke handelingen de ca
féhouder en diens dochter door de
gebrs R. bloedend werden verwond.
Aangifte bij de politie geschiedde en
thans stond wegens mishandeling van
C. F. van Oudheusden en E. E. M. v. D.
terecht A. R„ 22 jaar, werkman te Ter-
neuzen, terwijl D. R„ 31 jaar, werkman
zich had te verantwoorden wegens mis
handeling van C. van Oudheusden en
P. van Damme.
De verdachte A. R. bracht tot zijn
verdediging in het midden, dat, als hij
iemand wilde spreken ze hem dit niet
moeten beletten, „dan verdedig" ik mij,
aldus verdachte.
Verdachte D. R. was niet verschenen
Verder werden een viertal getuigen ge
hoord die verklaringen aflegden om
trent het voorgevallene.
De officier van justitie aan het woord
komende, zegt dat er proces-verbaal is
opgemaakt tegen twee verdachten en
de mishandeling van beiden is bewe
zen.
De familie R. staat te Terneuzen zeer
ongunstig bekend. Verdachte A. R.
heeft volgens den officier een kwaad-
dig en valsch karakter, doch is meer
malen den dans ontsprongen. Spr. acht
een geldboete hier niet op zijn plaats
Over Kaiserwerth schrijven is voor
mij mij verdiepen in een werk, dat ik
liefheb en bewonder en dat ik eigen
lijk hoe langer hoe meer een oase be
schouw in een wereld van egoïsme en
onwaarachtigheid. Schweitzer, een der
meest populaire figuren van onzen tijd,
heeft, voorzoover ik weet, geen direct
contact met Kaiserswerth, maar hij
werkt van uit dezelfde sfeer. En het dia
konessenwerk èn Kaiserwerth moet en
zal bereid zijn zich te moderniseeren,
vonkens den smaak van de moderne
jeugd, die enthousiast is voor het waag
stuk van het zelfverloochenende leven.
Nederland kent het diakonessenwerk
vooral als ziekenverpleging. Fliedner
heeft baanbrekend werk verricht ook
op dit gebied. Hij is ontsteld over het
werk van „huurlingen", over de immo
raliteit en onbeschaafdheid der ver-
pleegters. Dat thans „ziekenverpleeg
ster" een werk is van toewijding en roe
ping, danken wij voor een groot deel
aan Fliedner. Hij heeft vrouwen van
beschaving, van toewijding, van gees
telijke kracht, opgeroepen en opge
leid tot dit werk. In plaats van de „zie
kenoppassers" zijn gekomen )de „lief
dezusters". Wat nu vanzelfsprekend is,
was toen, toen Fliedner begon, algehee
le hervorming op het gebied der zie
kenverpleging.
Laat ik dit artikel mogen eindigen
met een citaat uit Allard Pierson s „Ou
dere Tijdgenooten". Pierson vergelijkt
vroeger en nu. Hij is de man van het
ïeden en dat heden is anders als vroe
ger, er zijn andere opvattingen gegroeid.
Haar als hij aan die min of meer be
krompen mannen van zijn jeugd te
rug denkt, ziet hij hen als harten van
goud, als „Kinderen van het Vader
huis". Hij erkent hun gave, hun eigen
aardige kracht. „Hopen tegen hopen;
vasthouden van hetgeen aan zooveler
karakterloosheid glipt; kweeken van
lichtzinnigheid en gemakzucht verwaar-
oozen; opmerken en liefhebben van
ïetgeen teoo (veler lichtzinnighejd en
gemakzucht verwaarloozen; opmerken
en liefhebben van hetgeen zooveler
olindelings volgen van de openbare
meening als geheel verouderd prijs
geeft, ziedaar hun gave. Indien weten
schap en verlichting noodwendig strek
ten moesten om de waarde van deze
gave te doen miskennen, zij waren in
mijn oog te duur gekocht."
Met eerbied en bewondering geden
ken wij Theodor Fliedner en het werk
van Kaiserswerth!