ZEELAND.
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEElfWSCttE MIDDELBÜRGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN MAANDAG 18 SEPTEMBER 1933. No. 220.
HET NEDERLANDSCHE
FASCISME
VAN Ir. A. A. MUSSERT.
Staatsrechtelijke hervorming, -
De corporatieve staat.
KAPITEIN SAXON.
Oorspronkelijk verhaal door
G. P. BAKKER.
DRAI5|AvANVALmiBURG/5-;
(Ingez. Med
FEDERATIE ZEELAND VAN DEN
VRIJZINNIG DEMOCRATISCHEN
BOND.
DISSELBURG.
DE ABDIJUITVOERING.
Groote belangstelling, veel
succes.
DE VOLKSTUINEN VAN
KWEEKLUST.
Een bezoek van burgemeester
en Wethouders aan de tuinen.
IX.
Het eerste punt van de afdeeling,
waarin de staatsrechtelijke hervormin-
de N.S.B. wil „de karaktervolste en be-
„5, Bevordering van een krachtig, in
dienst van het algemeen staand Staats
gezag, onafhankelijk van geldmagnaten,
kerkelijke overheden en volksgunst".
Wanneer de toelichting verklaart, dat
de N.S.B. uit „de karaktervolste en be
kwaamste krachten brengen op de ver
antwoordelijke posten", en dat dit „be
hoort tot de moeilijkste, maar tevens
tot de belangrijkste plichten, welke het
nationaal-socialisme zich voor oogen
stelt", dan kan een ieder niet anders
dan wenschen, dat dit doel, al of niet
door de zwarthemden, eens zooveel mo
gelijk benaderd zal worden.
Fel trekt men daarna te keer tegen
het algemeen Kiesrecht; art.
6 eischt: „Herziening van het kiesrecht,
onder uitschakeling van den steeds on
zedelijke vormen aannemenden en
steeds onnutter wordenden kiesstrijd".
De toelichting spot: „met het algemeen
stemrecht zijn wij bijna op den bodem
van den kiezers-kweekput aangeland.
Desverlangd kan men nog verder gaan,
b.v.: schoolgaande kinderen tot 14 jaar,
zouden gerekend kunnen worden voor
een halve stem per stuk.
De opgroeiende jeugd van 1418
jaar, waarom zouden die niet zelf stem
men? Ieder bosje van 3: twee stemmen.
Beste opstelling dus in gelederen van
drie; de jongens aan de eene, de meis
jes aan de andere zijde.
Van 18 tot 21 jaar volledig stemrecht.
Wij nationaal-socialisten zien volstrekt
niet in, dat het verstand en het inzicht
van onze opgroeiende jeugd in politieke
en economische zaken minder is, dan
dat van de bewoners van de gestichten
voor ouden van dagen. Integendeel!
Men ziet: er is nog ruimte voor de
uitbreiding van het kiesrecht. Het lijkt
volstrekt niet uitgesloten, dat „de par
tij" er een zetel aan zou kunnen ver
dienen ten koste van „de vijandelijke
partijen"
„De geheele z.g. kiesstrijd is niets dan
een wassen neus. Waarom komen het
dozijn heeren, die er over te zeggen
hebben, dan niet overeen, om de ver
tooning om de 20 jaar te houden? Een
voudig om den schijn op te houden, als
of „koning kiezer" iets in te brengen
zou hebben.
Niettemin begrijpt de normale ver
standige arbeider den toestand heel wel
en begint zijn oordeel te vormen, dat
van het onze niet zal afwijken!
Het resultaat van dit stelsel is droe
vig. Het zou zeer schoon zijn, indien
vooruitgang verkregen zou kunnen wor
den door het voortdurend houden van
redevoeringen over zaken, waarvan
men geen verstand heeft. Maar, jam
mer genoeg voor de producenten van de
„handelingen", is dit niet het geval-
Wezenlijke vooruitgang is alleen te
bereiken, door in juiste banen geleiden
arbeid.
De domste partij-man van een partij
meent alle zaken het best te kunnen
beoordeelen; de knapste werker oor
deelt alleen over de enkele zaken, waar
van hij terdege op de hoogte is.
39.)
„Wij beiden danken u van harte voor
uw tusschenkomst en wij zouden graag
den grooten dienst vergelden. Als een
rustig leven eenige bekoring voor u
heeft, een kalm bestaan kunnen wij u
wel verzekeren".
„Ja zeker!" voegde Marion er aan
toe. „De groote schat.."
Saxon keek Marion verwonderd aan,
maar hij zweeg.
„Overste", antwoordde de vreemde
ling, „geld heb ik niet noodig- Als u
mij een gunst zoudt willen bewijzen, dan
zou het moeten zijn, dat ik later aan uw
zijde tegen de Pappenheimers zou mo
gen vechten."
„Als het zoover komt, graag", luid
de het antwoord van den overste.
„Maar is het onbescheiden te vragen,
wie onze vriend eigenlijk is?"
„Ik ben een heelmeester. Namen
doen weinig terzake. Ik heb u gezegd,
dat ik geen heksenmeester of duivels
kunstenaar ben, die zich aan satan
verkocht heeft en als kat rondloopt om
vee te dooden of menschen te benadee-
len en op den Bloksberg danst met
naakte heksen in den Saturnusnacht.
De bul van den paus over het vervolgen
van toovenaars en heksen, de bekente
nissen, op de pijnbank ontlokt aan
toovenaars en heksen zijn waanvoor
stellingen. Een gemakkelijk middel om
zich van een vijand te ontdoen. En de
protestantsche „geestelijken", zuchtte
hij, „zijn al even fel in het vervolgen
De nationaal-socialisten willen den
toekomstigen staat bouwen op het ste
vige fundament van den arbeid en niet
op de vooze steunpunten, gevormd door
redevoeringen van betweters. En daar
om zegt art. 6 van het programma: Die
toekomstige staat zal zijn de corpo
ratieve staat.
Het stemrecht dient beperkt te wor
den uitsluitend tot de leden van de
werkgemeenschap; dus tot hen, die een
werkzaam aandeel hebben in den op
bouw van de Maatschappij.
Het geheele arbeidende volk wordt
georganiseerd in corporatiën van arbei
ders in landbouw, industrie, handel,
verkeer en vrije beroepen (ingenieurs,
artsen, juristen, onderwijzers enz.), be
nevens in corporatiën van werkgevers
en doet daar zijn invloed tot zijn recht
komen-
Ieder, die in een bepaalde corporatie
is opgenomen, in welke hoedanigheid
dan ook, is op het gebied, dat deze cor
poratie bestrijkt, in meerdere of min
dere mate deskundig en ontleent daar
aan en aan het feit, dat hij actief deel
neemt aan de verzorging van de maat
schappij, het recht tot medespreken over
het onderdeel van de staathuishouding,
dat zijn corporatie betreft. Bij de voor
bereiding en meer nog bij de uitvoering
van wetten en besluiten, zijn het deze
corporatiën welke een zeer groote rol
spelen".
De critische of staatsrechtelijk-poli-
tiek niet ongeschoolde lezer zal, met
recht, bevroeden, dat hier een der car-
dinale punten ligt; de vraag, of de cor
poratieve staat in haar uitwerking, naar
Italiaansch model, zooveel beter zal
werken dan de parlementair-demo
cratisch geregeerde staat, zouden wij
niet direkt met ja durven beantwoorden.
Althans niet, wanneer niet tevens, of
eerst, de geestesgesteldheid van de
leden dier staatsgemeenschap ra d i-
k a a 1 veranderd was.
Maar dat willen wij ook! zullen
Mussert en zijn mannen uitroepen. Zal
u dat gelukken? vragen wij hier
Zondagmiddag hield de federatie Zee
land van den Vrijz. Dem. Bond eene al-
gemeene vergadering te Vlissingen, on
der voorzitterschap van den heer C.
Ouwehand.
De vergadering was voornamelijk ge
wijd aan huishoudelijke zaken, maar ter
sprake kwamen ook de maatregelen, die
minister Marchant heeft genomen, inza
ke de bezuiniging op het openbaar lager
onderwijs.
Verschillende geluiden werden verno
men. Daaruit bleek, dat men, gezien wat
tot nu toe door dezen bewindsman is
als de katholieke priesters. Ik heb mijn
geheele leven daartegen gestreden, en
zelfs een boek, een ernstig boek, daar
tegen geschreven misschien ben ik
daardoor te uitvoerig in mijn antwoord.
Het gevolg was dat ik voor den rech
ter gedaagd werd, maar ik vond het
veiliger niet te verschijnen".
Er heersche een oogenblik stilte.
Maar u weet toch blijkbaar meer dan
andere menschen".
„Misschien lijkt u dat zoo, maar dik
wijls zijn de verkklaringen van de
vreemdste verschijnselen zeer eenvou
dig."
„Kijk", zei hij en hij haalde uit zijn
zak met de linkerhand twee ijzeren
ringen, toonde hen in elke hand één.
„Hier zijn twee ringen". Hij liet zijn
rechter elleboog rusten op de leuning
van zijn stoel. „Nu smeed ik ze aan el
kander"; hij wierp Saxon de beide rin
gen toe. Ze waren ineengëklonken.
Saxon en Marion beschouwden de
ringen nauwkeurig van alle zijden,
maar zij konden ze niet uiteen krijgen.
Zij zaten vast aan elkander gesmeed
als schakels van een ketting.
„Mag ik ze nu even terug?" Met de
linkerhand nam hij de ringen van Ma
rion aan.
„En nu", vervolgde de vreemdeling,
„heb ik in elke hand weer één ring. Zij
zijn los, uiteen gevallen zonder vuur,
zonder smeedkunst!"
„Onmogelijk", zei Marion.
„En toch een heel eenvoudig spelletje
De verklaring? Ik zal u die geven. Ziet
u, ik heb drie ringen, één los en twee
aaneengeklonken. Heel eenvoudig een
klein beetje vlugheid met de vingers,
boerenbedrog. Zoo bestaat er heel
geschied, niet zonder meer kan goed
keuren, al meenden verschillende spre
kers, dat men verder moet afwachten,
wat de minister zal doen, ook ten op
zichte van het bijzonder onderwijs.
De vergadering besloot later bijeen te
komen voor de bespreking van den nog
niet verschenen beschrijvingsbrief voor
de algemeene vergadering van den Bond.
Ten slotte herkoos de vergadering den
periodiek aftredenden secretaris, den
heer dr. J. G. Ramaker te Breskens.
Het bezoek aan de laatste uitvoering
van het Middelburgsch Muziekkorps in
dit seizoen in de Abdij, was gisteren
zeer groot. In de laatste jaren herinne
ren wij ons geen uitvoering, waarvan
zooveel honderden hebben genoten.
Want genoten is er, dit is wel ge
bleken, uit de groote stilte, waarmede
nummer voor nummer is aangehoord
en uit de weinigen, die voor het
einde het plein verlieten, al was ons
het wegtrekken voor het slot koraal
weer een hinder in het oog.
Nadat Gezang 198 en Prière van
Deneufbourg een mooie introductie wa-
rengeweest, heeft het Middelburg's Man
nenkoor medegezongen in „Dans le
jardin d'un monastère" van Kétèlbey.
Toen bleek direct, dat de zang mooier
klonk dan bij vorige gelegenheden.
Toen zong men van af het verhoogd ge
deelte van de Abdij, doch thans bij het
muziekkorps onder de boomen, wat 'n
aanwinst van groote beteekenis is te
achten.
La voix des cloches" van Luigini
had als altijd welverdiend succes. Reeds
eerder bracht het Mannenkoor drie lie
deren uit Valerius' „Gedenkclanck"
met begeleiding van eenige koperinstru
menten bewerkt door den heer Joh. H.
Caro, directeur van beide gezelschap
pen, ten gehoore, maar ditmaal klon
ken ook deze drie liederen bijzonder
goed,, men kon tijdens den zang een
speld hooren vallen.
Na „Erotik" van Grieg als muzikaal
tusschenspel, is uitgevoerd de Baden-
sche legende „de Fremersberg" van
Koennemann. Dit stuk heeft altijd een
groote aantrekkingskracht en kwam nu
nog beter als anders tot zijn recht, nu
het mannenkoor de zangpassages van de
muzikanten overnam.
Een luid en dankbaar applaus was
vooral ook na dit nummer een bewijs
hoe de uitvoering op prijs werd gesteld
en hoe noode men deze uitvoeringen
zou missen. Daarom is blijvende steun
aan het korps zoo dringend gewenscht.
Die steun is gisteren door de aanwezigen
in ruime mate geschonken als wij het
oor goed te luisteren hebben gelegd,
maar de kas van het corps, die vele
veeren heeft moeten laten, kon het
zeer goed "gebruiken. Dat ook weer
eens alle programma's verkocht waren
en de banken flink bezet, zijn nog na
dere bewijzen van het groot aantal per
sonen, dat gisteren gedurende een uur
genoten heeft van muziek, zang en
heerlijke omgeving. Een bezoeker, die
geen Zeeuw van oorsprong is, zeide ons,
„Ik geloof niet, dat er een tweede plaats
in Nederland is, zoo geëigend voor een
uitvoering als deze". Laten wij onze
mededeelingen over de Abdijuitvoerin
gen in 1933 mogen besluiten met den
hartgrondigen wensch, dat zij nog vele
jaren mogen plaats kunnen hebben.
veel in de wereld dat onbegrijpelijk
schijnt en in wezen zeer eenvoudig is
en om zulke grappen zijn menschen
v rbrand. Ik zou u voorbeelden kunnen
aanhalen, waarvan u versteld zoudt
staan."
„Maar", meende Saxon. „Er zijn toch
menschen die in de toekomst kunnen
lezen".
„Inderdaad", hernam de heelmeester.
„Maar met toovernarij of de duivel heeft
dat niets te maken. Door alle eeuwen
heen heeft men daar een oplossing voor
gezocht, doch de wetenschap heeft er
nog geen gevonden, evenmin als men
de bereiding van goud weet, waarnaar
men ook nog eeuwen zal zoeken. Er
zijn menschen, die een gebeurtenis voor
uitzien, anderen, die op 'n ongelooflijk
verren afstand kunnen zien wat er ge
beurt, weer anderen, die een of ander
dramatische daad jaren later voor oogen
krijgen voor oogen krijgen, is mis
schien verkeerd uitgedrukt. Zij zien het
voor hun geest. Maar er is veel bedrog
bij".
„En u is zulk een ziener?" vroeg Ma
rion.
„Soms, prinses!" klonk het antwoord
van den heelmeester.
„Mag ik weten", hernam Saxon,
„waarom u mij telkens heeft geholpen?"
„Omdat u de prinses uit de handen
dier beulen heeft gered. Ik kwam he
laas te laat- Mijn eenige dochter is het
droevige slachtoffer geworden. Ik heb
wraak gezworen. Gisteren zijn er weer
tien gevallen. Eerst werkte ik alleen,
nu heb ik talrijke, trouwe vrienden ge
kregen, die aan mij verknocht zijn. Vóór
het jaar ten einde is, zullen er van de
beulen van Maagdenburg slechts weini-
Tegen Zaterdagmiddag had het be
stuur van de Vereeniging tot expploita-
tie van Volkstuinen voor land- en
tuinbouw Kweeklust te Middelburg het
college van burgemeester en wethou
ders uitgenoodigd voor een bezoek aan
de tuinen der vereeniging en met het
volledige college, w.o. ook de secreta
ris, het lid van de Commissie van toe
zicht, arts D. N. van Gelderen (het
tweede lid is de heer J. Onderdijk, die
ook als wethouder reeds tegenwoordig
was) kwam het volledig bestuur op het
Stadhuis bijeen en wij hebben gaarne
voldaan aan het verzoek om den tocht
langs de verschillende groepen van tui
nen mede te maken.
Met drie auto's reed het gezelschap
het eerst naar de terreinen aan 't begin
aan den Nieuwen Vlissingschen weg,
waar de vele mooie bloemen, die hier
langs en tusschen de tuintjes zijn aan
gebracht, evenveel bewijzen van goe
den zorg der leden zijn.
Zooals bekend staan op dit terrein
enkele prieeltjes, en voor het grootste
daarvan, dat van de familie Klaassen
had men een gezellig zitje gemaakt,
waar de bezoekers plaats namen en
waar de voorzitter der vereeniging, de
heer J. F. Vermeulen, het- woord
nam.
Spr. heette welkom den burgemees
ter, de beide wethouders, den gemeen
te-secretaris en den heer Van Gelde
ren. Zich tot den burgemeester wen
dende, zeide spr. dat als men op 5 April
niet op de receptie is geweest, dat dit
niet was om dat men minder verheugd
was over de komst van den heer Fern-
hout dan andere organisaties, maar om
dat het bestuur besloten had over en
kele maanden het thans plaats hebben
de bezoek te doen plaats hebben. Spr.
is de burgemeester en het geheele col
lege zeer dankbaar, dat het de uitnoo-
diging heeft willen aanvaarden. Spr.
deelt verder mede, dat de vereeniging
van de gemeente ongeveer 6% ha.
grond in pacht heeft, waarvoor zij jaar
lijks bijna 1200 in de gemeentekas
stort. Zij heeft ongeveer 200 leden en
begunstigers.
Het doel der vereeniging is het aan
moedigen van liefde voor de cultuur,
liefde voor de natuur en veredeling der
bloemen. Men vreesde destijds ellende,
kroegbezoek enz, van den vrijen Zater
dagmiddag, maar de leden van Volkstui
nen vinden gelegenheid om zich te ver
zetten in Gods heerlijke natuur. In 1911
is de vereeniging opgericht op initia-
van ir. D. Bloemsma, rijkstuinbouwcon-
sulent, en het geheele instituut is een
voortzetting van de „Jardins de guerre"
die in den tijd van groote voedsel-
schaarschte ontstonden. Ondanks de
200 leden, komt het bestuur ook in de
zen tijd geen cent aan contributie te
kort, De heeren Van Gelderen en On
derdijk hebben als lid der commissie
voor geschillen in de 15 jaar nooit werk
gehad.
Spr. hoopt, dat als de heeren de tui
nen gezien hebben, zij daarover tevre
den zullen zijn.
Van uit het aardige huisje „Nooit Ge
dacht" brachten welwillende dames nu
thee met toebehooren en het prach
tige weder, het kostelijke zitje in de zon,
deed haast vergeten, dat men nog meer
moest zien.
Toch moest men het gastvrije plekje
verlaten, maar daarvoor heeft de bur
gemeester, de heer M. Fernhout,
gen meer in leven zijn. De val van deze
stad zal geheel andere gevolgen hebben
dan Tilly en Von Pappenheim veronder
stellen".
„Dat is ook mijn meening", antwoord
de Saxon verwonderd.
„Maar", sprak Marion, „u, die zoo
veel weet, zoudt u ons ook kunnen in
lichten, hoe wij het veiligst het kamp
van den koning van Zweden kunnen be
reiken?"
„Vermomd als arme zwervers. Het zal
een lange weg zijn, maar een betrekke
lijk veilige. Zij, die niets bezitten, boe
zemen gewoonlijk weinig belangstelling
in. Zwervers langs de wegen zijn er
zooveel tegenwoordig. Wie gisteren on
metelijk rijk was, is heden misschien
arm en soms strekt armoede tot zegen".
„Ligt er een verborgen bedoeling in
die woorden?" vroeg Saxon.
„Verborgen bedoeling? Ik zei: armoe
de kan iemand tot zegen strekken. Of
schoon de prinses door Von Pappen
heim als onmetelijk rijk beschouwd
wordt, hetgeen zij inderdaad was, be
staat er een mogelijkheid, dat de veld
maarschalk zich vergist. Van het prach
tige paleis in Maagdenburg is niets over
gebleven- De schat waarover u zoo
even sprak is in vreemde handen ge
vallen; de boodschapper, die de prinses
heeft uitgezonden, is overrompeld".
„Maar mijn aanwijzing was toch alleen
te begrijpen door ingewijdenmeende
Saxon.
„Uw aanwijzing was volkomen onnoo-
dig" 'donk het kalme antwoord.
S on keek verbaasd en haalde de
schouders op.
„En jij zoudt den geheelen schat krij
gen", zei Marion, met een zucht.
hartelijk dank gebracht voor de uitnpo-
diging, die burg. en weth. en ook de
secretaris zeer op prijs hebben gesteld
en persoonlijk verzekerd, dat hij dit een
zeer aangenamen vorm vindt om kennis
te maken. Spr. ziet in de tuinen een
heerlijke afwisseling voor velen, die in
de stad leven, en dag in dag uit, week
in week uit werk verrichten, dat door
de eentoonigheid soms tot afstomping
zou kunnen leiden en dan brengt dit in
stituut ontzaggelijk voordeel tegen dat
euvel. Maar tevens geeft het werken in
de natuur groote vreugde, men raakt
met de natuur vertrouwd. Het aantal le
den is spr. medegevallen en hij vernam
nog van den voorzitter, dat het steeds
groeiende is. Dit zal ook het geval zijn
door de goede leiding, die moet voort
komen uit idealisme voor het mooie
werk. Spr. brengt dank aan de dames
en den heer Klaassen, die zoo goed zorg
den voor de ververschingen en hoopte
ten slotte, dat de vereeniging moge blij
ven bloeien en velen tot zegen zal mo
gen zijn.
Nadat het gezelschap door een foto
graaf was „genomen", heeft het zich op
beide terreinen, die hier aan elkaar gren
zen ,nog eenigen tijd verlustigd in de
mooie kleur der bloemen, het goed aan
gelegd zijn der tuintjes.
Het tweede deel van de pachtgronden
der vereeniging, dat nu een beurt kreeg,
waren de beide niet groote, doch over
het algemeen ook goed onderhouden ter
reinen aan den Segeerssingel. Hier trok
ken enkele fruitboomen en een schat van
bloemen speciaal de aandacht, het wa
ren die, welke verzorgd worden door
een bij uitstek deskundig lid van het
bestuur.
Van den Segeerssingel ging het naar
den Karelsgang. Hier slechts een klein
plekje, maar voor de omwonende leden
zeer geschikt. De oudste bewerker van
den grond, een 78-jarig lid, had daarvoor
een compliment van den burgemeester
in ontvangst te nemen. De heer Fern
hout had op de eerst bezochte terreinen
ook reeds enkele vriendelijke woorden
gericht tot een daar vertoevenden jon
gen, die het gebruik van zijn beenen
mist.
Na den Karelsgang, kwam het groot
ste terrein aan de beurt, namelijk dat
aan den Nadorst, naast het gemeentelijk
sportterrein.
Het doel van de Volkstuinen mag dan
zijn kweeken van voedsel voor eigen ge
zin, en dat moge dan op dit terrein zeer
krachtig worden toegepast, het zou toch
zeker voor het aanzien der omgeving,
voor de leden tijdens den arbeid in hun
tuintjes en voor het aankweeken van
liefde voor de kleuren der natuur, van
groote beteekenis zijn,' als men ook hier
het voorbeeld volgde van de leden, die
elders rond de stad. werken, en kinde
ren flora's kweekten, die ook in de wo
ningen vreugde en leven kunnen bren
gen en het gelukkig in de laatste jaren
steeds meer doen ook.
Men had overal geruimen tijd rond
gekeken en er restte nog een belangrijk
terrein, dus voort ging het weer met de
auto's nu naar de tuintjes achter de hui
zen op den Langevielesingel en grenzen
de aan de zgn. Burgerweide. Hier geluk
kig weer vele bloemen, tot groote zon
nebloemen toe, en bijna uitsluitend goed
aangelegde en onderhouden groenten-
perken, al bleek ook hier weer verschil
tusschen leden, die, hoe ijverig ook, geen
kijk op het werk hebben, en hen die
over lust en voldoende kennis beschik
ken.
De wandeling bracht ons allen van
plant en bloem naar diertjes, wij den
ken aan het keurige kippen- en konij-
nenverblijf van den heer A. van der
Saxon gaf geen antwoord.
De vreemdeling vervolgde: „Als u
van hier naar Leuchtenberg gaat, zult
u bemerken, dat het trotsche kasteel
van den aardbodem verdwenen is".
„Is u een ongeluksprofeet?" vroeg
Saxon,
„Wie weet wat geluk, wat ongeluk
is? Een gebeurtenis, die op het eerste
oogenblik een geluk schijnt, brengt
soms slechts zorgen en leed; een schijn
baar groote ramp blijkt later dikwijls
een geluk".
„Dus ik zou arm zijn?" vroeg Marion.
„Arm? U heeft toch andere bezittin
gen in Hongarije. Wie heeft in deze oor
logen geen groote verliezen geleden.
Hoevelen, die rijk waren, zwerven nu
zonder voedsel, zonder dak langs de
wegen".
„Maar hoe weet u dat alles?" vroeg
Saxon weer,
„Ik vertelde u reeds, dat ik veel
vrienden heb".
„Het spijt mij voor jou, Saxon; de ge
heele verborgen schat zou jou eigendom
geworden zijn, indien je mij veilig in het
Zweedsche kamp bracht".
„Aangezien ik geen goud of zilver van
je zou hebben aangenomen, maakt het
voor mij geen verschil", merkte de
avonturier lachend op. „En, daar jij het
mij alles wilde schenken, voor jou even
min".
„De ongelukken, die u ons heeft me
degedeeld", oordeelde Marion, „zijn te
dragen- Ik kan nu tenminste de rol van
arme zwerveling beter vervullen",
(Wordt vervolgd)