BINNENLAND. ZEELAND. TWEEDE BUD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE M 1DDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN MAANDAG 7 AUGUSTUS 1933 No 184 KAPITEIN SAX0N. MIDDELBURG. ONBESCHEIDEN OPMERKINGEN. VLISSINGEN. k- DE BEGROOTING VOOR 1934. Het evenwicht is verzekerd, in dien de voor te stellen maat regelen worden aangenomen. Naar wij vernemen, heeft 't ontwerp rijksbegrooting voor 1934 het derparte ment van financiën verlaten. In verband hiehmede wordt ons van bevoegde zijde medegedeeld, dat h e herstel van het budgetai evenwicht is verzekerc wanneer verschillende door de Regee ring gelijktijdig met de begrooting in te dienen maatregelen door de Staten-Ge neraal zullen zijn aangenomen. MET STRENGE HAND. Naar wij vernemen, is met stelligheic te verwachten, dat in verband met mo lestatie en ongeregeldheden, welke zich den laatsten tijd op werkverschaffingen hebben voorgedaan, met de meeste ge strengheid zal worden opgetreden. Ele menten, die ongeschikt blijken te zijn en den geest bederven, zullen onverwijlc worden verwijderd. Het spreekt van zelf dat werkloozen, die om een dergelijke reden uit de werkverschaffing moeten worden verwijderd, ook geen aanspraak kunnen maken op uitkeering ingevolge de steunregeling. ONZE HANDEL MET RUSLAND. Ruilhandel vleesch en haring tegen hout en rogge Naar „Visscherijnieuws" vernam, maakt een hooge Sovjet-autoriteit, die te Scheveningen vertoeft, van deze gele genheid gebruik, om onderhandelingen met particuliere handelaars en ook met onze regeering aan te knoopen over de levering ven verschillende waren. Onze regeering stelt zich op het stand punt, dat van credietverleening, om deze aankoopen te financieren, geen sprake kan zijn, doch dat een wederzijdsche le vering van waren en verrekening met gesloten beurzen wellicht mogelijk zou zijn. De Russen zouden dan vooral hout en rogge kunnen leveren, terwijl onzer zijds vooral vleesch en pekelharing voor levering in aanmerking zou komen. Een zaak met Rusland is inderdaad tot stand gekomen volgens de N. R. Ct., en wel tegen gereed geld. Het betreft den verkoop door de Varkenscentrale van 300.000 kg varkens en 350.000 kg spek, waarbij de firma W. de Kroes, te Overschie, haar bemiddeling heeft ver' leend; dit zou echter tegen contant geld zijn. ONBEWAAKTE OVERWEGEN. Een roode doodskop! „De Avondpost" heeft, naar aanlei ding van het ongeluk van de familie Ti chelman, een onderhoud gehad met den burgemeester van Barneveld, over den beruchten spooroverweg aldaar, die in korten tijd vijf maal een slachtoffer eischte. Aan den vorigen burgemeester was over de opheffing van de bewaking ad vies gevraagd, dat a f w ij z e n d had ge luid. Echter, men dacht er ten departemen- te van waterstaat anders over, misschien als gevolg van tegengestelde meeningen van touristenvereenigingen. Hoe het zij, er werd een onderzoek ingesteld; en op een mooien, zonnigen Septemberdag, kwam men dat onderzoek in loco hou den. Om te constateeren, dat op dien mooien dag met goed zicht, zonder wind Oorspronkelijk verhaal door G. P. BAKKER. „ïn elk geval wa,s je leven de inzet; je wordt gezocht. Ik kan je niet redden. De stad is geheel in Tilly's macht". Er klonk een schot. „De laatste schermutselingen. De troepen zijn allen binnengetrokken. Rijke burgers zijn gevangen genomen, maar zullen tegen een hoog losgeld la ter weer in vrijheid worden gesteld. De plundering is begonnen. Het consigne van den opperbevelhebber luidt: „De soldaat moet voor zijn gevaren en moeite iets hebben". „Tilly's standpunt. De middeleeuw- sche opvatting. Zijn voorganger Wallen- stein vroeger ons beider meester wist het beter. Naast den soldaat moe ten boer en burger leven. Iets te drin ken?" De ruiter reikte hem een veldflesch. Saxon gaf die half geledigd terug. „Zie zoo!" zei hij. „Nu kunnen de poppen weer dansen". „Of hangen", zei de ander droog. „Je wordt gezocht, dolende ridder. Je leven hangt aan een „Welke weg is de beste?" „Daarheen'Hij wees in de richting, vanwaar hij kwam. „Houdt de onaan zienlijke en nauwe straten". „Strateeg!" „Zie je ergens te verbergen. Misschien krijg je een kans", „Als jij mij gevangen nam?" en behoorlijk licht, het gevaar niet groot scheen. Er waren toch immers ook bor den? De beslissing viel ten gunste van het onbewaakt laten van den overweg. Toen de ongelukken kwamen, heeft 't gemeentebestuur van Barneveld gepro testeerd en weer geprotesteerd. Het heeft niet mogen baten. Of al werd be toogd, dat de trein dezen overgang pas seert met een snelheid van 90 km per uur en dus zelfs het uitstappen en doen verkennen van den spoorweg door een persoon, die eerst daarna het voertuig doet doorrijden, in bepaalde gevallen weinig kan helpen, het baatte niet. In Barneveld zullen nu zelf maatrege len worden getroffen. Bij den overweg zullen groote witte borden worden ge plaatst, voorzien van een rood doods hoofd. Des avonds door reflectoren ver licht, zoodat ze ten allen tijde als waar schuwend en afschrikwekkend middel kunnen dienen om tot voorzichtigheid aan te sporen, TEGEN „VOLKSVERWILDERING." Onder voorzitterschap van mr. M- de Kort, r.k.-raadslid te Bussum, heeft zich een „r.k. Gooische actiegroep te gen volksverwildering" gevormd. Deze groep, heeft zich met een ardes gewend tot den burgemeester van Hilversum om maatregelen tegen het zich in bad' pak of pyama-pantalon vertoonen op den openbaren weg en met een adres tot B. en W. van Laren om onverwijlde maatregelen tegen het StraperlospeJ, waartoe de butrgemeester dier gemeen te (die r.k. is, evenals de heer Lambooy van Hilversum) verlof heeft gegeven. Ter aardebestelling van Mevrouw E. Blum-de Niet. Op de Algemeene begraafplaats ie den Haag heeft Zaterdagmiddag onder groote belangstelling de teraardebestel ling plaats gehad van Mevrouw E. Blum- de Niet, de bekende persoonlijkheid op het gebied der Christelijke liefdadig- reid in den lande, vooral op Walcheren, waar zij jaren lang woonde. Op den doodenakker waren o.m. aan wezig jhr. P. J. Röell, geneesheer-direc teur van de inrichting „Zonnegloren" te Amersfoort, F. van de Velde, secretaris van het Ziekenhuis Bethesda te Vlis- singen, met de directrice van die in richting zuster C. A. Müller, notaris Braun uit Scheveningen, mr. H. W. W. Tichelman uit Scheveningen en vele in woners uit dat dorp alwaar Mevrouw 31um vroeger ook woonachtig was. Met den stoet kwamen nog mede, de waarnemend voorzitter van Bethesda, Js. H. A. Wiersinga, Gereformeerd Pre dikant te Vlissingen, de heer G. van de 3utte, lid van Ged. Staten van Zeeland, bestuurslid van Bethesda, Ds. de Kluis, Nfed. Herv. Pred. te Vlissingen, Ds. oeff, emeritus predikant te 's Graven- ïage, Ds. D. J. Vossers, uit Vlissingen, Js. J. W. Noteboom uit Aagtekerke, met den burgemeester dier Gemeente den heer Bosselaar, Ds. Swaan, vroeger te Domburg en Ds. M. van Empel, pre dikant te Middelburg namens de Ned, iüerv. Diaconessen-inrichting. Ten huize van een broer van de over- edene Dr. G. de Niet te Scheveningen was te voren door Ds. J. Hoogenraad uit Uithuizen, die mede in den stoet aanwezig was, een rouwdienst gehou den. Aan de groeve heeft Ds. Loeff, aller eerst eenige verzen uit Gez. 52 voorge lezen, naar aanleiding waarvan hij een stichtelijk woord sprak en namens de oude vrienden een woord van diepen weemoed uitte. De volgende spreker was Ds. J. W. Noteboom uit Aagtekerke, die herdacht hetgeen de Gemeente aan Mievrouw Blum verloren heeft. Spr. bracht haar naar voren als lidmate, die in haar een voudigheid steeds met de Gemeente meeleefde. Zij voelde zich nimmer te hoog om met de meest eenvoudige men' schen om te gaan en haar leven lang heeft zij voor de Gemeente gezorgd. Zij was een voorbeeld van een Christin door haar kinderlijken eenvoud en voor de Gemeente was zij een zegen. Voorts bracht spr. den oprechten dank over namens de Vereeniging voor Christe lijke Wijkverpleging, waarvan Mevrouw Blum eerelid was en ten slotte namens allen die haar gediend hebben in haar leven. Voorts sprak Ds. H. A. Wiersinga uit Vlissingen het volgende'. De geschiede nis der Christelijke liefdadigheid in Ne derland, is een zeer schoone geschie- nis. In de lange rij van namen van hen, die zich zelf en van het hunne gegeven hebben, gedrongen door de liefde tot Christus en tot ellendigen en lijdenden staan ook die van den heer en Mevrouw Blum en deze namen zullen nog vele jaren in de herinnering van het thans in Zeeland levend geslacht blijven be staan. Hun geven was daarom zoo heer lijk, omdat het altoos was geven zon der gerucht en zonder ophef. Omdat zij niet allereerst gaven hun geld, maar hun hart. Eerst daarna schonken zij ook hun gave. Als een bijzonder teeken van Christelijke barmhartigheidszin staat daar te Vlissingen het Ziekenhuis Bethesda. Zonder de familie Blum, was er in Zeeland geen Protestantsch- Christelijke Ziekenverpleging gekomen. Na het verscheiden van den heer Blum heeft zijn vrouw met heel haar hart fibt werk voortgezet dat hen samen als een hunner levensidealen bezielde: de Chris telijke Ziekenverpleging in Zeeland. Al sprak Mevrouw Blum daar niet veel over, zij heeft dat werk voor Bethesda altijd gezien als een werk in Gods Koninkrijk. Zoo ook willen wij God danken, die haar gebruikte als een mid del, als een door Christus bezield in strument aan Vlissingen en Christelijk Zeeland geschonken. De laatste spreker was Ds, Vossers, die namens het bestuur van de Ver eeniging „Kinderzorg" te Middelburg dank uitsprak jegens de ontslapene voor al hetgeen zij voor die vereeniging is ge weest. Haar hart klopte altijd voor de vereenzaamden. De vereeniging verliest in haar een trouw helpster. -Nadat Ds. Loeff het onze Vader had uitgesproken heeft de broeder van de overledene Dr. G. de Niet voor de be toonde belangstelling bedankt. Er waren veel bloemstukken o.m. van het bestuur van Bethesda en een palmtak van de directrice en het ver plegend personeel. DE KERMIS. Een warme laatste dag. Zaterdagmiddag was het haast te warm om kermis te houden, doch Zater dagavond was het wel iets afgekoeld en de laatste vier uren der kermis, dus van 8 tot 12 uur hebben dan ook groote drukte op Markt en omgeving gebracht en bij enkele clubjes zat de echte ker mispret er goed in. Sommige der ker- misinrichtingen en ook de café's op en jij de Markt maakten als wij het goed zagen goede zaken. Toen dan ook het klokje van gehoor- „Dank je, ik wil geen beulsknecht f» zijn „Te gevaarlijk? Wallenstein zou eens wraak kunnen nemen". „Kapitein!" sprak de ruiter. „Dat weet je beter, dat hadt je niet mogen zeggen". Er klonk een gevoelige toon in zijn stem. Saxon legde de hand op zijn schouder: „Vergeef mij, Von Hebei". „Pak aan", zei deze ha,rd, reikte hem een pistool, kruit en kogels. „Dit kan je te pas komen. Dien kant uit en.... tot weerziens". Hij drukte den vluchteling stevig de land, sprong in den zadel en rende weg. Zijn arm als laatste groet omhoog hef- 'end. „Wie ein braver Reitersman", neurie de de achterblijver, bekeek het handige, moderne steenslotpistool goedkeurend en sloop verder, steeds zooveel moge- 'ijk dekking zoekend. Hij liep in een achterstraat pun tige keien; in het midden een goot angstvallig dé donkere schaduwzijde ïoudend. Weer klonken naderende paarde- hoeven. Zijn oogen zochten overal. Aan den overkant, in een hoogen, langen muur van kloostermoppen, ontdekte hij een oud poortje met gothischen boog,, waar boven een verweerd stuk beeldhouw werk uitstak. Hij snelde er heen, drukte zijn schou der tegen de dikke eiken deur. Ze week. Hij trad binnen, schoof den roestigen grendel haastig dicht en stond in een grooten tuin in vollen voorjaarsfeestdos. Vol verwondering keek hij rond, hoorde nauwelijks het geklinkklank der voorbijhollende paarden, getroffen na het inferno van bruut wapengeweld door dezen vredigen, zonnigen bloemen hof. Op het groote, groene grasveld ston den bloeiende vruchtboomen. Kersen, appels pruimen, die als reusachtige bloemruikers in zachtrood, lichtgeel, paars en groen afstaken tegen den hel deren, blauwen Meihemel. Bloemen hin gen van de hooge muren in zachtkleu- rige voorjaarstinten en het groen had nog de teere schakeeringen van de jon ge lente. Te midden van heesters, witte en paarse seringen, heerlijk riekende jasmijnen en deutzia's met volle, witte bloemtuilen, stond een gebeeldhouwde steenen bank. Aan het einde van het park verhief zich een oude, romaansche toren naast een groot, breed gebouw een hooge trapgevel met spitsboogvensters van glas in lood. Het onderste gedeelte van den ronden toren scheen geheel be groeid met paarse clematis. De breede gevel van het huis was in witte bloem- wolken gehuld, die als bruidsluiers neer hingen. Bij den toren stond in de scha duw van een ouden, hoogen gouden regen, die in den zonneschijn geleek op een waterval van glanzend goud, een fontein van antiek smeedwerk, sierlijk gebouwd op een voetstuk van blauw arduin. Saxon verdiepte zich in de romanti sche bekoring, die uitging van dit sprookjespark. Rusten even maar op die gebeeldhouwde bank. Hij keek rond een heerlijke tuin met kleurrijke bloemperken, waarboven zaamheid sloeg, was het nog zeer druk, maar dan kon niet voorkomen, dat toen het 12 uur geslagen had, de politie de sluiting van de kermis inrichtingen ge lastte, nadat even te voren de muziek was stop gezet, en een eigenaardige stilte na de mooiere en minder mooie muziek uit de verschillende tenten in trad. Te kwart over twaalf kon de kermis als gesloten worden beschouwd, al wa ren er nog enkele hardleersch en bleven clandistien verkoopen. Dit gold vooral ogk de verschillende palingverkoopers, die zich op particuliere stoepen hadden opgesteld en het is hier wel de plaats er hen, die toestemming daartoe ver- leenen," er eens op te wijzen, dat zij daardoor medewerken aan het op goed- koope wijze beconcurreeren van de houders van palingkraampjes, die reeds in Februari voor vrij groote bedragen inschrijven voor een plaats op de Markt Als wij ons oor goed te luisteren heb ben gelegd, is in het ontwerp-nieuwe politieverordening rekening gehouden met het nemen van maatregelen, dat zulk een concurrentie van hoogerhand kan worden tegengegaan. Precies te half een is begonnen met het sluiten der café's en ook dit ging vlug en zonder stoornis van eenig be lang. Trouwens tijdens de kermis heeft de politie slechts enkele malen kleine schermutesingen moeten beëindigen. In een café en ook in een particuliere wo ning, hebben enkele glasruiten het moe ten bekoopen. Slechts één persoon is wegens dron kenschap in arrest gesteld. De brandweer had heel de week een (brandwacht op het stadhuis geplaatst die in den hal een slangenwagen tot zijn beschikking ha,d, doch gelukkig heeft de brandweer geen diensten be hoeven te verrichten. Natuurlijk zag de Markt en omgeving er Zaterdagavond nu niet zoo heel schoon uit, maar de gemeente reiniging heeft Zondagmorgen van 6 tot 8 met heel het personeel de binnenstad van papieren en ander kermisvuil gezuiverd en de stad wat dat betreft weer eer behoorlijk aanzien gegeven. In verschillende inrichtingen, ging men na sluiting onmiddellijk tot afbre ken over en gisteren waren enkele reeds geheel verdwenen of althans zoo goed als geheel. Nog een paar dagen en de kermis 1933 behoort tot het verleden. ECHTELIJKE ONEENIGHEID. Vrijdagnacht te ongeveer 3 uur, is de hulp der politie ingeroepen voor een aewoner van de Winterstraat, die na een huiselijken twist zijn vrouw met een groot mes bedreigde, waarop zij de vlucht nam eerst naar den zolder en toen over het dak naar dat van de bu ren. De politie nam den man, die bij haar komst trachtte zich zelf van het leven te berooven, mede naar het bu reau. Na opgemaakt proces-verbaal is hij weder op vrije voeten gesteld. Ringrijderij. Bij de Zaterdag gehouden jaarlijk- sche Ringrijderij op den Veerschen Weg waarbij 24 banen gereden zijn behaal den de heer P, Vader den zilveren be ker met een lampenkap, terwijl G. Ce- vaal nog een koperen beker behaalde. De le prijs behaalde D- de Visser met 8 ringen; de 2e' pr, P. Vader met 7 rin gen; de 3e pr. P. Hubrechtse 7 ringen; 4e pr. J, Cevaal 5 ringen; 5e pr. J. de Visser 5 ringen; de 6e pr, G. Cevaal 5 ringen; de 7e pr. A. Joosse 4 ringen; de 8e pr. J. Klompen 4 ringen; de 9e pr. G. de Pagter 4 ringen; de 10e pr. J. Wis se 4 ringen; lie pr. J. Hubrechtse 3 rim vroolijk vlinders fladderden, in de verte een pergola, omlijst door roode wilde roosjes daarachter waarschijnlijk de moestuin. Vol bewondering zat hij in het zonne licht. Zijn blik dwaalde van de eene zij de naar de andere. Een groote, gele brem trok zijn aan dachtDe panache van Willem den VeroveraarNormandië.Fran krijk.... Zijn gedachten dwaalden a|. Vaag herinnerde de tuin hem aan zijn jeugd, aan zijn ouderlijk huis, dat hij had ver laten zoo lang, zoo heel lang geleden, daar ginds in Nederland. Hij mijmerde verder; zijn overpeinzin gen werden verwarder en waziger en een lichte sluimering maakte zich mees ter van den vermoeiden strijder. Een betooverde tuin een betoo- verd slot Doornroosje.... Hij vermoedde niet, dat droombeel den somtijds verband houden met na derende gebeurtenissen, HOOFDSTUK III. Een schrille, doordringende gil klonk door de lucht en deed den sluimeraar opschrikken. Verrast staarde hij even om zich heen, snelde dan in de richting van den ouden toren, waar hij meende, dat de noodkreet klonk. Hij zag niemand, liep langs den mooien gouden regen naar de deur, die tot zijn bevreemding openstond. Zooals hij verwachtte, diende de to ren als ingang en trap van het hoofd gebouw. Hij trad binnen, trok zijn zwa re ruiterlaarzen uit, waarvan de linker, een lange, scherpe spoor droeg. Een flauwe glimlach verscheen even Ik heb van een heel bijzondere ge beurtenis vernomen. Misschien lijkt ze slechts klein en onbelangrijk, ik vind ze groot en veelzeggend. Luister, Dit is het sprookje: In Rotterdam was een meneer. (Neen dit is het sprookje niet; het gaat nog verder). In Rotterdam was een meneer en die was abonné van de gemeentelijke radio-distributie en die meneer wilde op een bepaalden middag gaarne de uitzending uit Parijs van de Davis- Cup-tenniswedstrijden hooren. Dat was zéér sportief van dien meneer. Maar de directeur van de Rotterdamsche ge meentelijke radio-distributie was nóg sportiever. Want toen de meneer den directeur opbelde om te weten te ko men wat er dien middag uitgezonden zou.worden, vroeg deze waarnaar hij graag zou willen luisteren, zeide de me neer „naar Parijs" en toen zei de direc teur: „meneer dan zullen wij vanmid dag Parijs uitzenden." Dit is het sprookje. Of liever: dit is het verhaal, want het is echt gebeurd. En wat ik nu wilde zeggen, is dit: Wat zou het héérlijk zijn, als alle di recteuren van alle gemeentediensten in alle gemeenten dezes lands zoo welwil lend waren en hun cliëntèle zóó veel „service" gaven als de directeur van de Rotterdamsche radiodistributie Stel u eens voor dat ge den directeur van het trambedrijf opbelt en hem zegt: „Ik zou graag vanmiddag naar Brussel willen" en dat er dan om kwart over twee een tram voor uw huisdeur komt en de conducteur belt aan, tikt aan zijn pet en zegt: „de tram voor Brussel staat voor, mijn vorst." Of dat ge den leider van het electrisch bedrijf belt en 'm zegt: „mijn tante Cato is heden jarig; tachtig jaar moet u we ten en ze houdt zoo van blauw. Zou u misschien haar huis een beetje blauw willen illumineeren 't Hoeft geen neon te zijn. Gewone lampjes is voldoende:" Wat zou uw tante Cato blij zijn, als die directeur net zoo'n opvatting van zijn taak had als zijn Rotterdamsche ra dio-collega Zoo kon ik nóg veel meer aardige din gen in dien goeden geest bedenken: de commissaris van politie, die een hoofd agent stuurt om op uw baby te passen als u naar de bioscoop bent; de gas- grootmogol, die de toevoer uwer buren afsnijdt als ze wéér bot in slechte olie gaan bakken.... ik bedoel maar: is dat Davis Cup geval in Rotterdam een op zich zelf staande gebeurtenis of mag ik er een symptoom in zien dat de gemeen schap van heur hoogste dienaren de diensten mag gaan verwachten, die een schoonere en roziger samenleving waar borgen, dan de een beetje groezelige van tot-nu-toe Frater Modestus. gen; 12e pr. J. Kasse 3 ringen; de 13e pr. F. Onderdijk 3 ringen; de 14e pr. J. Jobse 2 ringen; de 15e pr. L. Coppoolse 2 ringen. De pollepel werd gewonnen door u* de Visser. Onze haven. Men meldt uit Zeeland aan de N. R, Crt Nadat een wet van 12 Januari )J de stichting van een N.V. Haven van Vlis- op zijn gelaat, toen hij er aan dacht dat hij, zoo doende, spoedig geen enkel kleedingstuk meer aan zou hebben en. dat hij zijn vervolgers een al te duide lijk en tastbaar spoor achterliet. Voorzichtig beklom hij de trap. hr zweefde iets geheimzinnigs om hem heen, iets dat hem een eigenaardige 0e- waarwording gaf. Hij haastte zich met meer; het Krijgs leven had hem veel geleerd. Van de zerken trap betrad hij voor zichtig de eerste verdieping, maar al les bleef angstwekkend stil alsof de dood zijn intrede hier reeds had ge daan. De stilte versterkte zijn wantrou wen. .1,1 Zou men hem gezien hebben en in een valstrik willen lokken? Hij bevond zich in een ruim voorpor taal met vensters van glas in lood, m diepe nissen en van gedempte Paars" roode kleuren. Hij opende bedaard een breede deur. Voor hem lag een lang gang. Het licht was hier zó'ó schemerig, dat hij nauwelijks het einde zag. Dan, in de verte, bespeurde hij eens klaps een gestalte, die hem scheen op te wachten - een forsche ridder in zwart-stalen wapenrusting, den helm over het hoofd getrokken, de ijzeren hand steunend op een lang slagzwaard. Hij keek Saxon strak aan met een ironisch gelaat. j „Om mijn haveloos uiterlijk meende Hij hoorde een krassend geluid als van een uil, greep echter zonder angst zijn dolk en trad behoedzaam nader, e linkerhand aan de kolf van zijn steen slotpistool onder het gescheurde wam- huis. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1933 | | pagina 6