WRIGLEY
ZEELAND.
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE COURANT) VAN MAANDAG 19 JUNI 1933. No. 142.
NOORD- EN ZUID-
NEDERLANDSCHE VERBROEDE
RINGSDAG TE SLUIS.
DOLORES DE MENMZJL
(Ingez. Med.)
STUKKEN PROVINCIALE STATEN,
Weg onder Hontenisse.
VOOR DEN GEMEENTERAAD.
Verschillende voorgerechten.
GRAFSTEEN ONTHULD.
WALCHEREN.
RAAD VAN OVEZAND.
Schutten te Terneuzen.
(Ingez, Med.)
ae
Nadat verleden jaar een verbroede
ringsdag tusschen Noord- en Zuid Vla
mingen te Cadzandhaven succes had
gehad, heeft het inrichtingscomité een
tweeden dag voorbereid en deze heeft
nu gisteren plaats gehad te S 1 u i s.
Het was er dan ook des morgens n
druk geloop van de honderden Vlamin
gen, die de grens waren overgekomen
om te getuigen van de groote liefde bij
den strijd van hun volk.
Nadat de zangvereeniging St. Caeci-
lia uit Brugge het Wilhelmus had doen
hooren, heeft de heer E. P. van der
Werff uit Oostburg de bijeenkomst ge
opend en zijn vreugde uitgesproken
over de flinke opkomst. In den succes
vollen dag van verleden jaaar te Cad-
zand-haven, vond men aanleiding tot
herhaling. Men wil voortgaan de idiëen
van de Groot-Nederlanders ook aan de
Zeeuwsch Vlamingen bekend te maken.
Vooral voor Noord-Nederlanders is het
noodig daarmede beter bekend te wor
den, want men vergeet onder hen wat
te veel, dat men stamverwanten is en er
heerscht ten deze nog veel misverstand.
Spr. heette in het bijzonder, onder
applaus welkom de sprekers n.l. dr.
Borms, die uit Antwerpen was overge
komen, mr. Moller, die niet behoeft te
verwachten, dat hem iets zal overkomen
als verleden week te Mechelen, mr. Leu-
ridan, uit Yperen en Th. Peters, voor
zitter van het Dietsch studentenverbond
te Nijmegen. Spr. bracht dank aan allen
die ook financieel het comité steunden.
De heer Peters meende als jonge
man te mogen spreken, omdat hij weet
dat het doel der ouderen is hun meening
aan jongeren over te dragen. De Diet-
sche beweging staat voor de Nederland-
sche gemeenschap gelijk met te zijn of
niet te zijn. Spr. wees er op. dat men
nauwelijks meer van een Nederlandsch
volk kan spreken, gezien hetgeen
machten van buiten er van gemaakt heb
ben. Zij trokken een grillige lijn dwars
door Limburg, Brabant en Vlaanderen
heen. De machthebbers maakten het
Vlaamsche volk tot geestelijke proleta
riërs, tot kanonnenvleesch voor een
vreemd land. Men maakt van alles een
chaos, het individualisme viert hoog tij
en dan noemt men dat crisis. Het indi
vidualisme voert tot kapitalisme, prole
tariaat en klassenstrijd.
Democratie voert tot waanzin.
Als men er zich over beklaagt, dat de
jeugd zich tegen over het gezag stelt,
dan is dit een gevolg van den toestand,
dien men met de Fransche revolutie
heeft binnengehaald. Men moet komen
tot waardeering van ieder die zijn taak
voelt als een groote verantwoordelijk
heid en voorbeeld nemen aan mannen
als Willem van Nassau, Rodenbach, e.a.
Men moet niet er naar streven zich zelf
te bevoordeelen, doch anderen te die
nen. Het Nederlandsche volk moet vrij
komen van vreemde machten. Als al
len hun plicht doen, zal er Nederland
sche eenheid zijn zonder taalstrijd en
dergelijke. Dan zal men allen samen
jaarlijks optrekken aan den IJzer, waar
vele jonge mannen liggen, dan zal men
naar Delft gaan, waar de eerste groot-
Nederlander rust.
De tweede spreker, mr. L e u r i d a n,
volksvertegenwoordiger in België,
kwam ook terug op hetgeen Zondag j.l,
te Mechelen is voorgevallen en zulks
gezien van het standpunt van gezonde
reden. In Luik liet men dien dag een
Een geschiedenis uit het oude Madrid
door F. MARION CRAWFORD.
67.) -
Adonis was al weg en bewoog zich,
alsof hij op rolletjes stond, met zijn
zwaaiende armen in het halfduister
voort, meer gelijkend op een reusachti
ge vleermuis dan op iets menschelijks,
en met een snelheid, die nooit iemand
zou gedacht hebben dat hij met zijn mis
maakte beenen kon ontwikkelen.
„Zoolang er nog geen priester hier is,
mag niemand in of uit de kamer", zei hij.
„Maar dan mag de heele wereld komen,
en de koning, het hof en de duivel met
al zijn engelen. Iedereen zal me welkom
zijn", zei hij lachend en opgewonden.
Je vertelt me niets", begon Dolo
res, maar ook haar oogen lachten.
„Dat hoeft ook niet, want je begrijpt
me best", antwoordde hij. „Zoodra ge
daan is, wat alleen een priester in een
wip kan doen, dan behoort ons de heele
wereld toe, en dan kunnen alle mannen
en vrouwen en koningen naar de maan
loopen
„De wereld behoort ons nu al toe,"
riep Dolores blij uit. „Maar is 't wel ver
standig wat je doet Handel je niet te
haastig
„Wou je dan dat ik langzaam te werk
ging, terwijl jij en je naam en mijn eer
op het spel staan en afhankelijk zijn van
een vluggen zet Kunnen we bij zoo'ii
spel met het lot wel vlug genoeg zijn
We zullen nauwelijks den tijd hebben,
en niet meer, want zoodra het nieuws
bekend is dat ik leef, zal 't zich als een
Franschman met steun der regeering
zeer weinig nationale politiek verkon
digen, maar drie gevierde Noord-Neder-
landsche stamverwanten zijn door de po
litie per auto over de grens gebracht.
Dat waren zonen van ons eigen bloed,
van ons eigen ras, aldus spr. Zoowel de
overheden als de inrichters van dezen
dag in Noord-Nederland, gedragen zich
anders tegenover deze beweging, die ook
in Noord-Nederland steeds grootet
wordt. Spr. vraagt zijn geestverwanten
de aangedane bejegening niet kwalijk te
nemen. De gedachte van een groot Ne-
derland zal het moeten winnen, al hangt i
men in Vlaanderen ook papieren met
mooie driekleurige randen op om jon
gens te ronselen om op te treden tegen
de nationalistische Vlamingen als het
noodig blijkt.
Nadat „St, Caecilia" nog een lied van
Noord en Zuid ten gehoore had gebracht,
was 't woord aan mr. Moller, die zei
dat het verleden week storm en onweer
was en nu zonnig (het had juist in de
natuur gegoten), spr. uitte zijn vreug
de er over, dat zoovelen gekomen zijn
om te getuigen van de Dietsche gedach
te, die zij zullen omzetten in een daad
voor hun volk. Spr. vraagt of hij nog
moet uitleggen, wat te verstaan is onder
één volk. Het zijn menschen van dezelf
de gedachten, van dezelfde cultureele ei
genschappen. Moet spr. dit nog te Sluis
zeggen, dat eens de voorhaven van Brug
ge was, terwijl juist de afgesneden zui
delijke helft de bakermat is van de Ne
derlandsche cultuur. De menschen zelf
moeten medewerken aan het vestigen
van een cultureele eenheid, Als de wil
er is, dan is er ook de weg om te streven
naar één natie. Ieder hier wil zijn plicht
doen tegenover het Nederlandsche Volk.
Verschillende opvattingen en verschil
lend levensbeginsel behoeft geen belet
sel te zijn voor de bewuste en grootsche
eenheid van het geheele volk. Partijen
erkent spr. alleen als groepen van een
bepaald levensbeginsel, Ieder moet zon
der het eigenbelang voor oogen te heb
ben, zijn plicht, als 't moet in stilte, ver
richten in dienst van het geheele Neder
landsche Volk. Men kan een groote roe
ping vervullen en een bolwerk volgen
voor beschaving, en daarbij denkt spr.
aan de woorden van het „Wilhelmus":
„standvastig is gebleven mijn hart m te
genspoed".
Vervolgens verkreeg dr. Borms het
woord en noemde het een heerlijke ge
dachte dagen als deze in te richten, zij
zijn gegroeid uit de tijden, toen men
over de grens trok om de Vlamingen te
begroeten, die huis en erf verlaten had
den om beginselvastheid en die in Ne
derland een gastvrij verblijf vonden, uit
Gent trokken velen naar ben en namen
een zakje aarde van den Vlaamschen bo
dem mede. Verleden jaar was spr. ziek
en kon den eersten verbroederingsdag
niet mede maken, maar nu de voorzie
nigheid hem nog gespaard heeft, had
niets hem kunnen weerhouden naar
Sluis te gaan. Tot de Noord Nederland
sche volksgenooten zeide spr., dat men
veel gedaan heeft om degenen, die bij
elkaar behooren, te scheiden. Maar in
1302 en 1340 reeds kwamen de Slui-
zenaars met kracht te hulp tegen Fran
sche overmacht. Toen is beider bloed
samen gevloeid voor de zaak der vrij
heid en steeds heeft men samen gestaan
tegenover de veroveringszucht van uit
het Zuiden. Spr, herinnerde er aan, dat
het 18 Juni was dus de verjaardag van
den slag bij Waterloo, dat ging tegen
denzelfden vijand.
Men voelt zich Vlamingen, omdat God
dit zoo opdraagt.
De Vlamingen van tegenwoordig zou
den niet na 15 jaar weer hebben toege
loopend vuurtje verspreiden. Het ver
baast me zelfs dat er nog niemand is ge
komen."
Zij luisterden scherp, maar hoorden
niemand komen. Want behalve Dolores
en Inez waren de dwerg en de prinses
van Eboli de eenigen, die wisten dat
Don Jan niet dood was. Den dwerg was
door de prinses het zwijgen opgelegd,
en zelf had zij geen haast het nieuws te
verspreiden, voordat zij had besloten
wien zij het 't eerst zou vertellen en hoe
daardoor haar eigen belangen het best
te behartigen.
Inmiddels zwaaide Adonis door de
half duistere gang, holde wenteltrappen
op en af, tot hij belandde bij den kleinen,
verschrompelden priester, die eenzaam
in den westelijken toren woonde en
wiens taak het was eiken morgen voor
den een of ander, die daar toevallig
werd opgesloten, een mis te lezen. Was
er geen gevangene, dan las hij de mis
voor zich zelf in de kleine kapel, die
door een zwaar ijzeren traliewerk van
de gevangenis was gescheiden. Van tijd
tot tijd kwam de nar hem in zijn een
zaam verblijf bezoeken, om hem nu eens
i te ergeren, dan weer te amuseeren met
verhalen over de verdorvenheid van het
hof en met onschuldige grappen, die
hem deden lachen, zoodat er in zijn uit
gedroogde wangen nog meer rimpeltjes
kwamen. Hij koesterde altijd nog de
hoop der armen nar tot een godvruchtig
leven te bekeer en. Zoo waren zij lang
zamerhand vrienden geworden.
Toen de oude priester vernam dat
Don Jan van Oostenrijk plotseling in zijn
kamer op sterven lag en er niemand was
om hem de biecht af te nemen trilde
laten te scheiden wat na den slag bij
Waterloo vereenigd was, nu is men
volkomen bereid den strijd voort te zet
ten. Wat het zeggen wil de stamver
wantheid, heeft spr. gemerkt, toen hij
na uit den kerker te zijn ontslagen in
Zeeuwsch Vlaanderen op vergaderingen
zoo zeer gehuldigd is. Spr. roept op hen
te herdenken, die thans voor het begin
sel in den kerker zitten. Zij zullen wel
kennis dragen van dezen dag en hun ge
dachten zullen naar Sluis uitgaan. Spr.
wijst ook op hetgeen te Mechelen voor
viel door het toedoen van een wereld-
sche macht, maar de Vlamingen leggen
de toekomst in handen van de voorzie
nigheid. Helpt U zelf, zoo helpt U God.
Als nog eens een annexatie poging
wordt gedaan, dan zullen de Vlamingen
een borstwering vormen om dit pogen
tegen te gaan, en te voorkomen, dat
weer een deel onder vreemde macht
hebbers komt.
De heer mr, A. S a m ij n uit Brugge
sprak onder een hevigen regenbui een
gloedvol slotwoord en herinnerde aan
het overlijden van een jeugdig geestver
want, die hielp aan de voorbereiding,
maar reeds overleden is, waarna allen
met den Vlaamschen leeuw de bijeen
komst besloten.
WRIGLEY'S, v>,,
KAUWGOM ^*«11®»^
IN DE MONO
js IEKKER EN VIER STUKS
G4E Z O N 01 PER PAKJE
Het gemeentebestuur van Hontenisse
verzocht aan de Prov. Staten om een
renteloos voorschot van 72.700 voor
verbetering van den weg, loopende van
dén Provincialen weg Walzoorden
Hulst, bij de kom van Kloosterzande,
westwaarts naar en vervolgens noord
waarts door Groenendijk en daarna oost
waarts terug naar den voornoemden
Provincialen weg bij het gehucht Kruis
weg, zijnde de Molenstraat bij Klooster
zande, no. 22 en een gedeelte van den
Groenendijk no. 21, van den ligger der
wegen en voetpaden in Hontenisse.
De hoofdingenieur van den Provincia
len waterstaat adviseerde gunstig en
ziet ook in de aflossing in 25 jaar geen
bezwaar, omdat de klinkers gefundeerd
zullen zijn.
Zooals uit het adres blijkt, is de weg
thans in onderhoud bij het Kroondomein,
en zal na zijn verbetering vermoedelijk
in onderhoud naar de gemeente over
gaan.
hij van zijn hoofd tot zijn voeten, en de
knoopen van zijn toog werden in zijn
zwakke vingers druppels kwikzilver, die
overal heen wilden behalve in de
knoopsgaten, zoodat de dwerg in razen
de haast zijn tcog dichtknoopte, zijn
stola te voorschijn haalde, zijn hoed op
zijn hoofd drukte en met zijn eigen zij
den zakdoek de tranen van opwinding
van zijn wangen veegde.
Daarna liep hij met den ouden man,
hem bijna dragend, naar Don Jan's deur
en duwde hem de kamer binnen. Maar
toen de priester den man, dien hij
meende dat op sterven lag, daar recht
op vóór hem zag staan, een zeer mooi
jong meisje bij haar hand houdend, deed
hij een stap achteruit, omdat hij be
merkte, dat men hem voor den gek had
gehouden, en vreesde dat hem verzocht
zou worden een handeling te verrich
ten, waartoe hij niet gerechtigd was.
Maar de lange armen van den dwerg be
letten hem te ontsnappen,
„Dit is de priester van den weste
lijken toren, uwe hoogheid", zei Adonis,
„Hij is een goede priester, maar nu een
beetje geschrokken".
behoeft voor niets te vreezen", ze!
Don Jan vriendelijk. „Ik ben Don Jan
van Oostenrijk en deze dame Dona Ma
ria Dolores de Mendoza. Verbind ons
zonder uitstel in het huwelijk. Wij ver
klaren echtgenooten te willen worden".
„M'aar" de kleine priester aarzel
de „maar, uwe hoogheid de huwe
lijksafkondiging of de vergunning van
den bisschop
„Noch het een, noch het ander is voor
mij noodig; daar sta ik boven, mijn
waarde priester", antwoordde Don Jan,
Ged. Staten vereenigen zich met de
beschouwingen en stellen voor om aan
de gemeente Hontenisse voor genoem
den weg een voorschot te geven van ten
hoogste 72.700.
Zooals gewoonlijk liggen stukken van
verschillenden aard als ingekomen voor
de a.s. raadsvergadering ter lezing.
Zoo troffen wij aan een mededeeling
van Ged. Staten, dat de pensioengrond
slag voor den heer M. Fernhout als bur
gemeester is bepaald op 7000.,
Een afschrift van een overeenkomst
voor levering van electrischen stroom
aan de Wasscherij Zeeland, met 5.2 voor
voor de eerste 10.000 kw en 3.7 daar
boven.
Verder het jaarverslag van de Open
bare Leeszaal en Bibliotheek, het be
kende adres van Poortvliet inzake
werkverruiming ten platelande en een
adres van de Commissie van Verweer
tegen terreur en vervolgingen in
Duitschland met verzoek te trachten de
behoeften der gemeente buiten Duitsch
land om te dekken.
Nog troffen wij aan de rekening 1932
en de begrooting 1933 van den Middel
burgVeerschen rijweg. De rekening
wijst een goed slot aan van 3122,71,
wat de commissie aanleiding gaf 3 obli
gaties Nederland 1931 ad 1000 aan te
koopen. De begrooting geeft een eindcij
fer van 1376.
De directie van het Grand Hotel zond
plannen voor herbouw in, waaraan B
en W. hun goedkeuring reeds aan ver
leenden, en die zij nu ter keninsmaking
overleggen.
Ten slotte is er een mededeeling, dat
na een jaar nog geen wijziging in de L.
O. wet die verleden jaar reeds ver
wacht was, is aangebracht en dat daar
om de gemeente nog geen recht heeft
naar eigen goeddunken de schoolgeld
heffing vast te stellen en dus aan de toe-
zeggmg ten deze verleden jaar gedaan,
nog geen gevolg kan worden gegeven.
Zaterdagmiddag heeft op de begraaf
plaats aan de familie de overdracht
plaats gehad van den grafsteen, welken
vrienden van wijlen ds. J. de Visser op
het graf hebben opgericht. Velen had
den zich ter bijwoning van deze plechtig
heid rondom het graf verzameld.
Namens de vroegere vrienden van wij
len ds. De Visser sprak mr. R. M. van
Dusseldorp, die allereerst de familie
dankte, dat die had toegestaan dit blijk
van liefde voor hunnen vroegeren pre
dikant en vriend op te richten. Spr.
schetste hetgeen de gemeente, den
vriendenkring en verschillende vereeni-
gingen in ds. De Visser hadden verloren.
Hij wees er op, dat zij dankbaar moch
ten zijn, zulk een man in hun leven te
hebben ontmoet, doch dat bovenal dank
gebracht moest worden aan God, dat Hij
hun leeraar en vriend met zulke groote
gaven van hoofd en hart had gesierd.
Hij wees erop, dat volbracht was een
leven, dat gewijd was aan kerk en zorg
voor anderen, welke hij bemoediging en
geloofsverzekerdheid schonk, dat vol
bracht was 'n leven, waarin in 't bijzonder
aan tallooze jonge menschen leiding is ge
geven, ook wanneer zij buiten Middelburg
vertoefden. Tenslotte wees spreker op
den troost, welke neergelegd is in het
Gezang 249, vers 6, dat ds. De Visser
zoo vaak liet zingen en welks inhoud hij
zoo vaak zijne vrienden voorhield. Hij
eindigde met te zeggen dat met hetgeen
„en mocht er iets aan de formaliteiten
ontbreken, dan zal ik zorgen dat daar
aan morgen wordt voldaan, U bent vol
komen gedekt; heb dus geen vrees, maar
haast u, want ik kan niet wachten. Be
gin dus".
„En de getuigen?" stamelde de oude
man, ziende dat hij wel moest zwichten,
maar nog steeds twijfelend,
„Deze dame is Dona Inez de Mlendo-
za", antwoordde Don Jan, „en dit is
Miguel de Antona, de hofnar. Dat is
voldoende".
Zoo geviel het dat de getuigen van
Don Jan's geheime huwelijk een blind
meisje en 's konings nar waren.
De oude priester schraapte zijn keel
en begon Latijnsche woorden te spre
ken, terwijl Don Jan en Dolores hun in
een gestrengelde handen vóór hem
hielden en elkaar in de oogen keken,
waarin zij de gansche wereld, die be-
teekenis voor hen had, zagen. Al zei de
priester dingen, die zij maar half begre
pen, toch beseften zij dat deze voor hen
een mijlpaal op den levensweg beduid
den.
De plechtigheid was spoedig afgeloo-
pen. De priester hief zijn bevende han
den op om hem te zegenen. Hij sprak de
beteekenisvolle woorden heel zacht en
duidelijk en zonder te hakkelen. De
dwerg lag op zijn knieën en hield zijn
ruw behouwen, roode hoofd diep en eer
biedig gebogen, terwijl Inez met gevou
wen handen knielde en haar blinde
oogen gewend hield naar het gezicht van
haar zuster, biddend dat alle zegenin
gen des levens en alle vreugde het deel
zou worden van het paar, dat zij zoo
i innig lief had.
in genoemd vers is neergelegd, als bede
in het hart, de grafsteen werd overge
dragen aan de familie.
De zoon van den overledene, mr. J.
de Visser dankte, mede namens zijne
moeder en zijne zuster. Hij zeide, dat het
zoo juist gezien was, dat bij de voorbe
reiding en bij deze plechtigheid geheel
in den geest van zijn overleden vader
was gehandeld, n.l. dat de grafzerk uit
sluitend een gedenksteen was van de
naaste vrienden uit de gemeenten, waar
hij zijn gelukkige jaren doorbracht. Met
groote dankbaarheid aanvaardde hij,
namens de familie dit blijk van liefde
voor zijn vader en dankte degenen die
zich hadden vereenigd voor de uiting
van deze sympathieke gedachte,
Ontvangsten Plaatselijk Crisis-co
mité van 12 tot en met 17 Juni 1933:
Behalve de reeds in dit blad verant
woorde giften: wekelijksche bijdrage
Gymnasium/ 1.85, wekelijksche collecte
104.45 maandelijksche bijdrage per
soneel N.V. „De Duif" 13.30.
Bij ons kantoor te Middelburg is ont
vangen: wekelijksche bijdrage personeel
Fa. Schulte Thieme 1.86.
ARNEMUIDEN. De Commissaris der
Koningin heeft aan den heer N. Kievit,
op eigen verzoek, met ingang van 1 Oc
tober 1933 eervol ontslag verleend als
veldwachter in deze gemeente.
Zt29D'3EVEUi»D.
OVEZAND. Vrijdag vergaderde de ge
meenteraad.. Aan het bekende adres van
de gemeente Poortvliet werd adhaesie
betuigd. Op de door het Chr.Schoolbe-
stuur ingediende aanvrage voor nieuwe
schoolbanken werd goedgunstig beschikt,
In verband met het verzoek van de
Commissie, inzake vermindering bijdra
ge lokaalspoor, werd besloten het voor
stel van de N.V. Spoorweg Mij. Zuid-
Beveland te aanvaarden, nl. genoegen
te nemen met een reductie van 30 pet.
Vastgesteld werd de rekening van het
Burgerlijk Armbestuur over 1932, met 'n
bedrag van 8979 in ontvang en 8771
in uitgaaf.
ZEEUWSCH-VLAANDEREN O.D.
TERNEUZEN. Aan den Hoofdin-
nieur-Directeur van den Rijkswaterstaat
Directie Zeeland werd verzonden het
volgend schrijven:
Op de laatste Algemeene Vergade
ring der Schippersvereeniging „Schutte-
vaer" kwam o.m. in bespreking een
voorstel van de afdeeling Rotterdam van
genoemde vereeniging om te verzoeken
toe te staan, dat de schepen, te Veere
en te Neuzen afschuttende, in de buiten
haven zouden mogen overnachten.
Nadat door enkele afgevaardigden van
andere afdeelingen dan de voorstellen
de gewezen was op de moeilijkheden, die
inwilliging van het verzoek in den weg
zouden staan, werd als middel om al
thans te Neuzen verbetering voor de
scheepvaart tè verkrijgen, aanbevolen
de grens van 90 m lengte voor verlof tot
schutten door de Westsluis te verminde
ren en te stellen op 70 m.
In opdracht der vergadering voornoemd
IS VOORfwrcH,'T ALLERFIJNSTE WAT ER IS. ÜlQl
Toen de woorden van den priester in
de stille kamer waren weggestorven,
werd op het terras het geluid van vele
voetstappen en stemmen hoorbaar, die
snel dichter bij de deur kwamen. Angstig
keek de priester om zich heen, niet we
tend wat er nu weer ging gebeuren, en
van ganscher harte wenschend dat hij
weer hoog en droog in zijn torenkamer
buiten alle gevaar was. Maar Don Jan,
die nog steeds Dolores' hand in de zijne
hield, glimlachte en de dwerg ging vlug
met den priester naar de aangrenzende
karner, waar Dolores zoo lang was ge
weest en sloot de deur achter zich.
Nauwelijks was dit gebeurd, of de
buitendeur werd wijd geopend en de
heldere stem van een kamerheer riep op
plechtigen toon: „Zijn majesteit de ko
ning!"
Dolores verbleekte eenigszins en liet
Don Jan's hand los, maar bleef naast
hem staan. Zijn gezicht bleef kalm, ter
wijl hij met een hooghartïgen glimlach
naar den koning liep, die hem met uit
gestrekte armen tegemoet trad en hem
plechtstatig omhelsde, om zijn vreugde
aan den dag te leggen over zulk een
onverwacht herstel. Achter hem aan
kwamen toortsdragers, mannen van de
lijfgarde en velen van de hofhouding,
met Mendoza, Ruy Gomez en de prinses
van Eboli in de voorste rij, waarachter
de voornaamste Grandes van Spanje. De
ruime slaapkamer was geheel gevuld
met kleurrijk gekleede mannen en vrou
wen, wier juweelen met afwisselende
kleuren schitterden.
(Slot volgt).