DOLORES DE MENDOZA. ZEELAND. TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE COURANT) VAN WOENSDAG 31 «EI 1933. No. 127. HET STOPZETTEN VAN HÉT PERSONENVERVOER DOOR DE SPOORWEG-MAATSCHAPPIJ ZUID-BEVELAND. ÏJD -EN, of [ijke lar- ïgte M 2IÜD-BEVELAND. ra ld (>p kat- it". Ue- idd. en la's, Icht de fsa- jer- bip- L. 100. ad- ge- óók een lei- Itsec 3ek- rafti ri, dans W of tot. 9>-— Men schrijft ons: De circulaire, die de daartoe ingestel de commissie aan de gemeente- en pol derbesturen heeft toegezonden, zal bin nenkort in de verschillende vergaderin gen van gemeenteraden en polders be handeld worden. Een nadere bespreking daarvan lijkt daarom gewenscht. Daar bij moet in de eerste plaats worden te ruggegaan naar het jaar 1920, toen de oprichting van de Spoorweg-Maatschap pij werd voorbereid. Gedeputeerde Sta ten van Zeeland hebben zich toen tot de belanghebbenden gewend met een circulaire, waarin de grondslagen wer den uiteengezet, waarop de voor den bouw van den spoorweg benoodigde gel den zouden kunnen worden bijeenge bracht. De voornaamste punten dezer circu laire, die thans van belang zijn en die aanleiding tot verschil van opvatting hebben gegeven, zijn de volgende; lo. De door de belanghebbenden te betalen annuïteiten zijn berekend tegen een rentevoet van 6% pet. De destijds fungeerende directeur der Spoorweg- Mij. Zuid-Beveland, wijlen dr. J. W. Jenny Weyerman, heeft toegezegd, dat indien tegen een lager bedrag geleend zou kunnen worden, het daaruit voort spruitende voordeel aan de belangheb benden ten goede zou komen. 2o. De bijdragen waren berekend te gen een bedrag aan totale aanlegkosten van 6.420.000. Indien dit bedrag zou worden overgeschreven, zouden ook de belanghebbenden uit de streek in deze overschrijving bijdragen. De beide in 1920 veronderstelde ge vallen hebben zich inderdaad voorge daan: de Spoorweg Mij. Zuid-Beveland heeft in 1925 geleend voor 5 pet. in plaats van voor 6 K pct„ terwijl de bouwkos ten van den spoorweg overschreden werden met 'n bedrag van 284.377.19, waarvan het aandeel van de streek be draagt f, 54.979.59. Het is merkwaardig, dat in tal van besluiten, die door gemeenten, polders en waterschappen ten dezen genomen werden, van geen van deze beide be langrijke punten werd gerept. En nog merkwaardiger is, dat tot voor kort het overgroote meerendeel der belangheb benden zonder eenig bezwaar de op den hoogeren rentevoet gebaseerde bijdra gen hebben betaald, terwijl daartegen over van de zijde der Spoorweg Maat schappij geen hoogere bijdrage werd gevorderd op grond van de overschrij ding der bouwkosten. Toen echter in het begin van 1932 be kend werd, dat de Nederlandsche Spoor wegen voornemens waren het personen vervoer stop te zetten of beduidend te beperken en daarbij de vraag rees tegen welke reductie de streek bereid zou zijn daarin toe te stemmen, bleek, dat men in Zuid-Beveland speciaal de sub 1 ge noemde toezegging niet vergeten was. Men voelde het als een onrecht, dat gedurende de 12 reeds verloopen jaren een te hoog bedrag betaald was en men eischte herstel van dit onrecht, alvo rens onderhandeld zou kunnen worden over eventueele stópzetting van het per sonenvervoer. Thans blijkt uit de circulaire der in gestelde commissie, dat in deze moei lijke materie tal van voetangels en Een geschiedenis uit het oude Madrid door F. MARION CRAWFORD. 62.) Mendoza knarsetandde alsof hij licha melijk gepijnigd werd. Hij fronste zijn wenkbrauwen, en toen Perez opkeek, zag de oude man hem met een blik zoo vol haat en toorn aan, dat de secretaris zijn oogen neersloeg. De koning was in Mendoza's oogen een heilig en half god delijk wezen, dat het recht had elke door hem gewenschte vraag te stellèn en j 1 theoretisch niet verkeerd kon handelen; maar hij vond het ondraaglijk dat deze liefdoende, zwarte vos het recht zou hebben aan te hooren dat Don Diego de Mendoza zijn dochter's schan- de bekende, Antonio Perez was geen avonturier van lage geboorte, zooals velen ongemotiveerd aannamen, want zijn vader bekleedde vóór hem een eer vollen post aan het hof, maar hij was volstrekt niet de gelijke van Miendoza, die, hoewel onbemiddeld, een *van de edelste namen van Spanje droeg. „Laat uwe majesteit Don Antonio Perez de kamer doen verlaten", zei hij vrijmoedig, „dan zal ik alles vertellen wat ik weet". Perez glimlachte, terwijl hij over zijn notities gebogen zat, want hij wist hoe het antwoord op zoo'n verzoek zou luiden. Bits antwoordde Philips: „Een man, die schuldig is verklaard wegens moord, heeft niet het recht zijn toehoorders te kiezen. Antwoord op mijn vraag, of zwijg. Bekent u te weten dat uw doch klemmen schuilen. Wlant de destijds door den heer Jenny Weyerman gegeven toe zegging blijkt gedaan te zijn zonder eenigé voorkennis van de Spoorweg- Maatschappij. Dientengevolge meent de maatschappij niet tot reductie verplicht te zijn op grond van den lageren rente voet der eerst in 1925 gesloten obliga tie-leening. Dit standpunt moge formeel en juri disch juist zijn, toch kan niet ontkend worden, dat door den heer Weyerman zeer gegronde verwachtingen bij de be langhebbenden zijn opgewekt. Indien daaraan niet zou worden voldaan zou het van de belanghebbenden in Zuid- Beveland volkomen begrijpelijk zijn, in dien zij tegenover handhaving van een dergelijk formalistisch standpunt tot geenerlei medewerking aan den wensch der Spoorweg-Maatschappij bereid zou den zijn. Blijkbaar heeft de commissie bij de ge voerde onderhandelingen dan ook het standpunt ingenomen, dat aan de ge gronde verlangens van de streek in dit opzicht voldaan behoorde ie worden, maar dat anderzijds eveneens moest worden aanvaard de grondslag der bo vengenoemde circulaire van Gedepu teerde Staten van 19 Miaart 1920t, n.l. dat de streek haar aandeel in de meer-- dere bouwkosten zal moeten dragen. Langs dezen weg is de commissie tot een voorstel gekomen, dat evenwel door de Spoorweg-Maatschappij nog niet aan vaard werd. Door de toepassing van de sub 1 en 2 bedoelde 'grondslagen zal de totale bij drage van de streek teruggebracht wor den van 70.326,61 op 61.597,86. Bovendien zal de Spoorweg-Maat schappij het gedurende de reeds ver loopen jaren te veel ontvangene moe ten terugbetalen, waardoor de toekom stige bijdrage een verdere reductie on dergaat tot ƒ55.388.14. Op deze verlaagde bijdrage heeft de commissie ten slotte een reductie van 15 pet. verlangd ingeval van het stop zetten van het personenvervoer. De totale reductie op de aanvankelijke bij drage zou hierdoor 33,05 pet. bedragen, waarin echter door de Spoorweg Maat schappij niet is toegestemd, daar zij slechts een reductie van 30 pet. wil toe staan. De vraag rijst, welke houding de be langhebbenden ten aanzien van het voorstel der commissie zullen moeten innemen. Bij de beantwoording daarvan moet men zich terdege afvragen wat er gebeuren zal, indien met dit voorstel niet accoord gegaan wordt. Het is bekend, dat er polders zijn, die hun bijdrage over het vorige jaar niet betaald hebben, en die door de Spoor weg-Maatschappij, hangende de gevoer de onderhandelingen nog niet tot beta ling zijn aangesproken. Daardoor heeft natuurlijk volkomen ten onrechte de meening postgevat, dat men door weigering van betaling zich aan de voor de streek zoo bezwarende bijdrage zou kunnen onttrekken. Een dergelijke hou ding is echter noch moreel noch juri disch verdedigbaar, omdat zij beteeke- nen zou het zich onttrekken aan van nu eenmaal aanvaarde contractueele ver plichtingen. Het spreekt van zelf, dat als met de Spoorweg-Maatschappij geen overeen stemming verkregen wordt, tot invor dering van de volle bijdrage zal worden overgegaan. Men zou dan de juistheid van het gevorderde bedrag op grond van de toezegging van den heer Weyer man kunnen betwisten, en de betaling daarvan kunnen weigeren, maar in ieder geval zal dan toch betaald moeten wor den", de bijdrage zónder de voornoemde reductie van 15 pet. Bovendien moet op grond van het vorenstaande de uitkomst eener eventueele procedure omtrent de grootte der bijdrage in hooge mate twij felachtig geacht worden, •Daarnaast rijst de vraag of de Neder landsche Spoorwegen tot stopzetten van het personenvervoer zullen kun nen overgaan zonder de medewerking der belanghebbenden. Dit moet in hooge mate betwijfeld worden, daar de daar toe bevoegde autoriteiten de vereischte toestemming tegen den wensch der be langhebbenden in wel niet zullen ge ven. Toch spreekt het van zelf, dat het stopzetten van het personenvervoer in het algemeen belang be reikt moet worden- Noch de Nederland sche Spoorwegen, noch de door de land bouwcrisis geteisterde streek kunnen zich de luxe veroorloven de groote verliezen te blijven dragen, die het zeer beperkte personenvervoer oplevert. Er moet een oplossing gevonden worden en zonder twijfel heeft de commissie, die de belangen van de streek te be hartigen had, een voorstel uitgewerkt dat door ale belanghebbenden kan wor den aanvaard. Het gerucht gaat, dat er gemeenten zijn, die niet tot aanvaarding van het voorstel der commissie bereid zouden zijn, omdat de „zak van Zuid-Beveland" wederom zou terugkeeren tot het isole ment, waaruit de spoorweg redding zou hebben gebracht. Het zou in hooge mate te betreuren zijn als op grond van een dergelijk onjuist argument de thans voorgestelde regeling niet tot stand zou komen. De spoorweg is voor het perso nenvervoer van zeer geringe beteeke- nis geweest en kan op uitstekende wijze vervangen worden door goede autobus diensten. Nu hiervoor geen tegenwer king der Spoorwegen meer te verwach ten is, mag men vertrouwen dat Gede puteerde Staten, waarvan twee leden in de commissie zitting hadden, zullen bevorderen dat doelmatige autobus diensten op betere wijze dan de spoor weg zullen voorzien in de behoefte aan personenvervoer. Het is dan ook te hopen, dat de streek ten dezen eenstemmig zich zal plaatsen achter het voorstel der commissie op dat èn voor de streek èn voor het Rijk een besparing zal kunnen verkregen worden, die met het oog op de huidige moeilijke omstandigheden in geen ge val verloren mag gaan. Uit dit oogpunt moet dit vraagstuk bezien worden, niet uit een oogpunt van enghartig, plaat selijk belang. ter zijn hoogheid vanavond heeft ont moet)?" Er kwam geen geluid over Mendoza's op elkaar geklemde lippen. Hij volgde 's konings bevel letterlijk op. „Wel, wat hebt u daarop te antwoor den?" „Niets, Sire, daar u mij hebt vergund te zwijgen". „Het doet er ook niet toe", zei Phi lips onverschillig. „Noteer dat hij op deze vraag weigert te antwoorden, Pe rez. Noteer er bij dat dit gelijk staat met het feit te bekennen; anders zou hij 't wel ontkend hebben. Zijn zwijgen is echter een reden om de zaak door een rechtbank op de gewone wijze te doen onderzoeken op de gewone wijze", zei hij, sterk den nadruk leggende op de laatste woorden en Mendoza scherp aan kijkende. „Aangezien ik de daad niet ontken, bid ik uw majesteit er spoedig voor te boeten. God weet dat ik gereed ben om te sterven. Laat het morgenochtend of vanavond gebeuren. Uwe majesteit heeft slechts de volmacht om mij ter dood te brengen te onderteek enen; dat stuk zal Don Antonio Perez ongetwij feld reeds in gereedheid hebben ge bracht". „Volstrekt niet, volstrekt niet", ant woordde de koning met ijzige kalmte. >Jk ben van plan u een eerlijk en open lijk onderzoek te doen ondergaan, en u alle mogelijke gelegenheid te geven u te rechtvaardigen. Er mag niets geheim blijven. Zulk een vreeselijke misdaad moet op zoo openbaar mogelijke wijze worden behandeld. Hoewel het me zeer pijnlijk is er op terug te komen, zult gij u herinneren, dat, nadat het God in zijn RAAD VAN KRUININGEN. Gemeenschappelijke rege ling gacvoorziening. Vast stelling grondprijs (uitbrei dingsplan. KRUININGEN. Maandagavond ver gaderde de raad voltallig. Burgemeester B. C. de Mul deelde mede dat door den oud-Kruininger de heer A. A. A. Ver- braeck is aangeboden het boek „Het Westland", het proefschrift waarop hij promoveerde tot doctor in de letteren en wijsbegeerte. Op voorstel van den voorzitter wordt dit werk in dank aanvaard. Een motie van B. en W. van Poort vliet inzake met de hand snijden en dorschen van graan met rijkssubsidie, eindelooze rechtvaardigheid had be haagd mij van mijn ongelukkigen zoon Don Carlos, den troonopvolger, te be- rooven, het niet ontbroken heeft aan kwaadgezinde en slechte menschen, die zoo waar zeiden dat ik door allerlei on- menschelijke wreedheden zijn leven had bekort. Neen, neen! er kan niet genoeg publiciteit aan de zaak worden gegeven. Bedenk hoe vreeselijk het zou zijn, in dien iemand zou durven onderstellen dat mijn eigen broeder met mijn toe stemming izou zijn v/ermoord! U hebt een te groote liefde voor uw vaderla,nd om zoo iets niet verschrikkelijk te vin den, want al hebt u ook mijn broeder in koelen bloede v'ermoord, ben ik toch ie rechtvaardig om te vergeten dat u uw vaderlandsliefde gedurende een lange en tot nu toe eervolle loopbaan hebt ge toond. Het is mijn plicht toe te zien dat de redenen van uwe gruwelijke daad aan mijn onderdanen volkomen duidelijk zijn, zoodat er zelfs bij de meest bevoor- oordeelden geen twijfel meer bestaat. Begrijpt u? Ik herhaal dat, indien ik mij I heb verwaardigd zelf u te ondervragen, ik dit slechts deed om een oud soldaat het leed en de grievende vernedering te besparen,, verbonden aan het vooron derzoek door de rechtbank, die over u zal oordeelen. Begrijp dat goed". „Ik begrijp het en nog Oen heelen boel meer", antwoordde Mendoza woe dend. „Het is onnoodig dat u meer begrijpt of meent te begrijpen dan wat ik zeg", gaf de koning koel ten antwoord. „Te gen welken tijd bent u vanavond na,ar de vertrekken van zijn hoogheid ge gaan?" „Uwe majesteit weet dat zelf". wordt na eenige bespreking voor ken- nisgeving aangenomen, daar zulke mo ties weinig nut hebben en meer op den weg liggen der Ver. v. Ned. Gemeen ten en Landbouworganisaties, afgezien van de vraag of vooral het dorschen praktisch nog mogelijk is- Naar aanleiding van een klacht van den heer de Bat geuit in de vorige ver gadering over een onbillijke regeling der pachtverlaging van het Burg, Arm bestuur las de Voorzitter het rap port voor van dit college, waardoor de heer de Bat niet is voldaan, ook de hee- ren Witte en Burkunk meenen dat de persoon van den heer De Bat hier getroffen wordt. De Voorzitter meende, *lat de heer de Bat naar geen ander moet zien als hij overtuigd is van zijn plicht om te betalen. Alsnu is aan de orde de gemeen schappelijke regeling betreffende de voorziening van gas aan de gemeenten Krabbendijke, Kruiningen, Rilland-Bath, Schore en Waarde door het gasbedrijf der gemeente Goes. De Voorzitter zegt dat de heer Hijdelaar, de deskundige bemiddelaar van „Oosteinde" op deze vergadering van advies zou dienen, doch verhinderd is. Hij meent evenwel te moeten advi- seeren deze regeling aan te nemen na mens B. en W. De heer Burkunk geeft 'n histo risch overzicht van de onderhandelin gen, die reeds van 25 Nov. 1929 af da teeren, waarin hij een zoo werkzaam en gewaardeerd aandeel heeft gehad en waarin ook wijlen burgemeester Elen- baas met eere wordt genoemd. Spreker heeft steeds op de bres gestaan voor deze zaak en meent dat deze regeling thans aanneembaar is voor de gemeen te. Ook de Voorzitter is hiervan overtuigd. Hierna wordt de regeling artikelsge- wijze behandeld. Uit de verschillende vragen, die hierbij naar voren komen en door den voorzitter en den heer Bur kunk worden toegelicht, blijkt, dat de heer Witte wantrouwend tegenover deze regeling staat. De regeling wordt daarna met 10 te gen 1 stem aangenomen (die van den heer Witte). Vastgesteld (wordt de rekenig van den keuringsdienst van vee en vleesch Kring Kruiningen over 1932 met een in komst van 6443 en uitgaaf van 6170. Vastgesteld wordt de pensioensgrond slag van den secretaris door periodieke verhooging van 3100 op 3300. N.a-v. het voorstel om het perceel bouwgrond in Welhoek te verkoopen aan den hoogsten bieder M. 'J; le Clercq voor 802 zegt de Voorzitter dat het advies van den hoofd-inspecteur der Volksgezondheid luidt, dat nu par ticulieren hier eenvoudige woningen bouwen, dit niet door Woningbouwver- eenigingen moet geschieden, zulks op een vraag van den heer Witte, die meent, dat van gemeentewege daarin moet worden voorzien, en dat deze grondprijs te laag is, gezien de prijzen in het uitbreidingsplan. Met 9 tegen 2 stemmen wordt tot ver koop besloten. Besloten wordt tot uitbreiding van het buizennet der waterleiding in het bouwplan. Eveneens tot het leggen van een laag- spanningskabel, waarbij de heer Bur kunk opmerkt, dat de kosten van huisaansluitingen in dezen kabel niet in rekening mogen gebracht worden. De Voorzitter zal alsnog dit be spreken. De heeren de Groof en Witte Telefoon 26600. Eenigst hotel in Neder land met eigen garage (voor 40 auto's) in het hotel. Kamer met ontbijt vanaf 4. (Ingez. Med.). „Daar weet ik niets van", zei de ko ning met de grootste kalmte. „Na het souper hadt u dienst; daarna begeleide u mij naar mijn vertrekken. Ik had Pe rez al laten roepen, die dadelijk kwam, en toen hebben wij het hier heel druk gehad met de bespreking van allerlei zaken, totdat ik naar de troonzaal te rugkeerde, ongeveer vijf minuten voor dat u kwam om den moord te bekennen. Was 't zoo niet, Perez?" „Ongetwijfeld, Sire", antwoordde de secretaris ernstig. „Uwe majesteit moet minstens een uur met mij aan het werk zijn geweest, alvorens naar de troonzaal te zijn teruggekeerd." „En is uwe majesteit dus niet met mij via de geheime trap naar de kamer van Don Jan gegaan?" vroeg Mendoza, als door den bliksem getroffen door die enorme leugen. „Met u?" riep de koning met prach tig voorgewende verbazing uit. „Wat is dat voor een krankzinnigheid? Ik ge loof waarachtig dat de man niet meer weet wat hij zegt!" Mendoza kreunde overluid, want hij zag dat hij schandelijk werd bedrogen. In zijn grootmoedigheid had hij de schuld van de misdaad op zich geladen, zich bereid verklarende om er spoedig voor te sterven om den koning van blaam te zuiveren en om aan zijn eigen ellendig bestaan een einde te maken. Maar hij had den dood spoedig, binnen enkele uren verwacht. Had hij Philips' plan doorzien, om in het openbaar te recht te staan voor een moord, dien hij niet had begaan, en dagen, misschien weken lang bloot te staan aan den pu- blieken haat en smaad, terwijl een lang zaam te werk gaande rechtbank het meenen, dat O. HansweertEindje van de Ronde en Oostdijk ook een kabel dienen te krijgen als hier nu. De Voorzitter zegt dat met O. Hansweert wordt onderhandeld, dat op Eindje in de Ronde blijkt, dat slechts drie willen aansluiten. De heer de Bat zegt dat op Oost- dijk ook zonder garantiestelling ge poogd wordt electrisch te krijgen. De Voorzitter zegt, dat als men toezegging doet tot aansluiting, de P. Z.E.M. genegen is tot aanleg. Besloten wordt tot demping en rio- leering der sloot langs den Rijksweg, waarbij de heer v. 'H o o t e g e m in formeert tot waar deze gedempt wordt. De Voorzitter zegt alleen bij 't gemeente eigendom en zoodra er ge bouwd wordt. De heer Minnaar geeft in overwe ging deze straat niet te breed te ne men, daar deze alleen uitweg geeft aan de bewoners. Vastgesteld wordt de grondprijs van het uitbreidingsplan. De heer Minnaar had in de toe lichting liever alle kosten gezien. De heer van Hootegem meent, dat particulieren - ook kunnen profitee- ren van de straten door bebouwing op hun grond. De Voorzitter zegt, dat dit door straatbelasting moet voorkomen worden. De heer Witte wil ook in erfpacht geven. De heer Minnaar is tegen erf pacht; het heeft bezwaren ook voor hy potheek. De heer Witte wil het bouwen van een café in het bouwplan verbieden, niet omdat hij tegen café's is, doch om de vergunning van 'n café waar de raad indertijd zoo voor geijverd heeft, niet meer in het gedrang te doen komen. De Voorzitter zegt, dat dit par ticuliere zaken zijn. Het voorstel wordt niet ondersteund. Met 10 tegen 1 stem (de heer Witte) wordt de grondprijs vastgesteld op 3.50 langs den Rijksweg, 3 langs de hoofd straat MarktRijksweg en 2 langs de dwarsstraten, terwijl voor de 2 hoek huizen Rijksweg 4 en de 5 hoekhuizen op het plein 3-50 wordt bepaald. Alles per m2. Na geheime zitting wordt besloten B. en W. te machtigen het huis van een wanbetaler te verkoopen. Rondvraag- De heer v, Hootegem vestigt de aandacht op de isolatie in de toekomst van Hansweert als het station Vlake wordt opgeheven. B, en W. zullen hun volle aandacht hieraan schenken. RAAD VAN SCHORE, Handhaving verzocht station Vlake. Gasvoorziening. SCHORE. Maandagavond vergaderde de raad voltallig. Het bekende adres van den raad van Poortvliet inzake steunverleening aan den landbouw en bestrijding werkloosheid wordt op voor stel van B. en W. voor kennisgeving aangenimen. Medegedeeld wordt dat de steun- proces eindeloos rekte dan zou noch zijn loyaliteit, noch zijn verlangen naar den dood in staat zijn geweest hem zoo'n groot offer te doen brengen. En thans merkte hij dat hij in de bank schroef was vastgekneld, en dat er geen beschuldiging was, die hij tegen den koning kon uitbrengen en die hem kon redden, zelfs al zou hij tot dien maat regel willen overgaan en op die wijze zijn woorden herroepen. Immers Don Jan was dood en de eerlooze Perez zou bereid zijn te zweren, dat Philips de kamer, waarin zij beiden alleen waren geweest, niet had verlaten. Er was geen levend wezen, dat zou kunnen getuigen dat Mendoza niet alleen naar Don Jan's vertrekken was gegaan met het voor opgezette plan hem te dooden. Wel was lij op zoek geweest naar den sleutel, zeggende dat de koning er op wachtte; maar men zou slechts zeggen dat hij namens Philips er om gevraagd had, en dat hij dien sleutel zelf wilde hebben, wetende dat zijn dochter in de afgeslo ten kamer was. Hij was zoo dwaas ge weest om te denken dat de koning hem zou hebben laten roepen en hem, voor dat hij zou sterven, zou hebben opge zocht, om hem alleen te spreken; dat zijn souverein hem dank zou hebben be tuigd voor het offer, dat hem zijn leven zou kosten, hem zou omhelzen en hem den dood zou doen ingaan voor het wel zijn van Spanje en in het belang van het goddelijk recht der monarchie. Inder daad, hij was wel op de meest schande lijke wijze bedrogen. (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1933 | | pagina 5