Hoe werkt ASPIRIN?
ASPIRIN
BINNENLAND.
D0LORES DE MEIDDIA.
ZEELAND.
I WEEDS BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEÜWSCHE MIDDELBÜRGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE COURANT) VAN WOENSDAG 17 MEI 1933. No. 116
idd,
)ah-
t»rti-
in
ian-
it al
itjee
ïak-
lak-
:ctr.
,lelb,
de
ge
ren,
lor-
lage
De
hge-
DE RIJNSCHEEPVAART.
Naar overeenstemming?
REGISTRATIE VAN DUITSCHE
JOODSCHE VLUCHTELINGEN.
PERSKRONIEK.
DUBBELE INKOMENS.
NOG JUIST OP TIJD.
BEWIJSSTUKKEN INZAKE
JACHTRECHT.
DE VERVALDATUM VAN HET
RIJBEWIJS.
eenig op
do wereld
MIDDELBURG.
Vereeniging voor Ziekenhuisverpleging.
De brandweer wederom gealarmeerd.
SGHOUWEEI-DUIVELAND,
ind"
>IE.
Ir.
-kt.
Vid-
uni,
|ene
irens
'dig
lend
lave
rige
in-
/or-
aan
idd.
aer-
loor
ia a
lan-
t, is
ïci-
Op 15 Mei zijn in Duisburg onder
voorzitterschap van den Ministerialdi-
rektor dr. Klausener door het rijksmi
nisterie van verkeer de op 11 April
aangevangen onderhandelingen van de
bij de Rijnscheepvaart belang hebben
den in tegenwoordigheid van regeerings-
vertegenwoordigers der Rijnoeverstaten
en België voortgezet.
Nadat de tot dusverre opgestelde
plannen voor de aanpassing van de
scheepsruimte aan het verminderde
vrachtaanbod in verband met te groote
moeilijkheden waren verworpen, ver
klaarden de aanwezige vertegenwoor
digers van reederijen van alle staten
zich met algemeene stemmen bereid, 't
vroegere plan weer op te nemen en
door een „afwijking" in evenredigheid
tot de verminderde hoeveelheid goe
deren, d.w.z. door een beperkt gebruik
van de scheepsruimte, de Rijnvloot weer
voïjedig ir, de vaart te brengen.
Dit voorstel heeft ook het voordeel
van een zoo gering mogelijk benadee
ling van de in z.g. Mannheimer Akte i
gewaarborgde vrijheid der Rijnscheep
vaart.
Al hebben ook tegen deze gedachte
de vertegenwoordigers der particuliere
schippers groote bezwaren naar voren
gebracht, toch kan de toestand door de
onderhandelingen als in zooverre opge
helderd worden beschouwd, dat de
rijksregeering zich een oordeel kan
vormen en den betrokkenen dafinitieve
voorstellen kan doen.
De minister van binnenlandsche za
ken heeft den burgemeesters een brief
gezonden, waarin hij hun aandacht ves
tigt op de in het Algemeen Politieblad
geplaatste aanschrijving van den minis
ter van justitie, waarin deze verzoekt
om teneinde een overzicht te verkrijgen
omtrent het aantal van de uit Duitsch-
land naar ons land gekomen Joodsche
vluchtelingen en mede ter controle, aan
de hoofden van plaatselijke politie, aan
den inspecteur der koninklijke mare
chaussee, bureau grensbewaking en
vreemdelingendienst, Binnenhof 20, Den
Haag, een nauwkeurige opgave te ver
strekken van de in hun gemeente aan
wezige, en ook verder van de nog na
der aankomende Joodsche vluchtelin
gen. Men zal opgave moeten doen van
beroep, terwijl voorts vermeld dient te
worden van welke papieren de vluch
teling is voorzien en wat zijn middelen
van bestaan zijn. De minister roept de
medewerking van alle betrokkenen in
om aan deze aanschrijving gevolg te
geven.
Aan de „Avondpost werd bericht:
In Amsterdam is de vorige week
tot gemeente-secretaris benoemd mr.
Van Lier, op een (aanvankelijk) sala
ris van 8000. De echtgenoote van
den secretaris, mevr. Van Lie»
Schippers, bekleedt aan het stad
huis een hooge functie. Zij is referen
daris, chef van de afdeeling volks
huisvesting en geniet een inkomen
van ruim 6000. Is dat nu niet een
hemeltergend schandaal? De toestand
wordt nog gekker, wanneer men be
denkt, dat ambtelijk mevrouw Van
Lier onder haar man staat: hij is
haar chef! Zoudt u op dat schandaal
nu niet eens de aandacht willen vesti
gen?"
Het Haagsche blad teekende hierbij
m:
Wij hebben in Amsterdam naar de
juistheid van het bovenstaande geïn
formeerd. Het werd ons bevestigd,
alleen met deze rectificatie, dat mr.
Van Lier belangrijk méér verdient dan
8000. Zoo genieten deze echtelie
den samen per jaar een klein kapitaal
uit de gemeente-kas.
En duizenden intellectueelen loo-
pen te snakken naar werk.
Amsterdam heeft zoo werd ons
hedenmorgen medegedeeld 1681
gehuwde vrouwen in gemeente-dienst
(schoonmaaksters inbegrepen). In 33
van die gevallen heeft ook de man 'n
gemeente-functie. Er zijn 423 gehuw
de onderwijzeressen onder: in 162
van deze huwelijken is ook de man in
gemeente-dienst.
Wij hebben voor dit alles maar één
woord: onrecht. Al die dubbele in
komens, al die bevoorrechte gezin
nen, beteekenen onrecht tegenover
andere mannen en (ongehuwde) vrou
wen, die in hun carrière belemmerd
en geschaad worden.
En welk een verhouding: de ge
meente-secretaris met een hoog inko
men heeft zijn vrouw, ook met een
hoog inkomen, in zijn dagelijkschen
dienst.
Trouwens, ook hier aan de depar
tementen vindt men soortgelijke ge
vallen: man en vrouw, die elk een
zeer hooge rijksbetrekking bekleeden,
elk met een hoog inkomen. Toen één
van die dames destijds een baby ver
wachtte, mocht zij van den betrokken
minister voortaan haar werk thuis
doen .En als men dan inlichtingen
wenschte van deze rijksambtenares-
se, moest men haar huis opbellen.
Alles: onrecht.
Peter Langzaam was eigenaar van een
eenmaal bloeiende winkelzaak, overge
nomen van zijn vader. De winkel was
reeds bijna een eeuw in het bezit van
de firma Langzaam. Peter trof het niet
bijzonder dat hij de zaak overkreeg in
een tijd dat andere methoden dienden te
worden toegepast om de zaak op poo-
ten te houden, dan tijdens het beheer
van zijn vader en grootvader, en daar
Peter bij zijn vader de zaak had ge
leerd en nergens elders zijn licht had op
gestoken, sprak het welhaast vanzelf dat
hij de zaak bleef drijven op den zelfden
voet als zijn voorzaten. Het ging echter
steeds bergafwaarts en hij klaagde zijn
nood aan een vriend, die hem den raad
gaf eens wat te adverteeren, zijn etala
ges beter te verzorgen. „De klanten
die in jouw winkel koopen" zei de vriend
„sterven uit en geen nieuwe treden in
hun plaats, als je geen reclame maakt
en laat zien dat je ook nog meetelt." Pe
ter wilde hiervan niets weten, reclame
was geld weggooien vond hij en hij had
niet te veel meer om er op een dusda
nige wijze mee om te springen. Toen
nam zijn vriend een list te baat en vroeg
langs zijn neus weg: „Zeg, Peter, rook
je ook sigaren?" „Wel, ik rook steeds
en hij noemde den naam van een
merk waarvoor veel reclame wordt ige-
maakt. „Maar waarom dan juist dat
merk", vroeg de vriend. „Nou, dat zie
je toch overal" luidde het antwoord, niet
Een geschiedenis uit het oude Madrid
door F. MARION CRAWFORD.
41.)
„Indien het uwe majesteit behaagt
F*--- Jan van Oostenrijk gevangen te
zetten, hebt u daartoe de macht- Wat
mij betreft, ik zal er mij niet tegen ver
zetten.
„Wie dan wel?" vroeg de koning
boos. „Verwacht u misschien een alge-
meenen opstand onder het volk, om u
in vrijheid te stellen, of dat er een pa
leisrevolutie, op touw gezet door uw
partij, zal uitbreken, met het doel mij
te dwingen u om redenen van staat de
vrijheid te hergeven? Voor het eene
zoudt u in Parijs moeten zijn, en het an
dere zou slechts in Constantinopel mo
gelijk kunnen zijn. We zijn echter in
Spanje, waar ik heer en meester ben,
en waar mijn wil zal geschieden, waar
tegen niemand zich zal verzetten. Ik
ben te goed, te vriendelijk voor u! Voor
de helft van hetgeen u hebt gezegd en
gedaan zou Elisabeth van Engeland u
morgen om het leven hebben doen
brengen. Maar ik zal u nog een kans
laten, omdat er nog eenige twijfel bij mij
bestaat en het recht niet verkracht mag
worden en niet mag worden misbruikt
als werktuig om wraak te nemen. Ja
ik ben welwillend, ik ben goedertieren.
Wij zullen zien of gij u weet te redden
en zullen u een kans geven."
„Waarin bestaat die kans?" vroeg
Don Jan, die het gevaar meer en meer
zag naderen.
„U zal de gelegenheid worden gege
ven te bewijzen dat een onderdaan zijn
souverein mag beleedigen en dat de
koning niet de vrijheid heeft een onder
daan de waarheid te zeggen. Kunt u
dat bewijzen?"
„Neen."
„Dan kunt u schuldig worden ver
klaard wegens hoogverraad", antwoord
de Philips, terwijl er een plooi van
kwaadaardigheid om zijn leelijken mond
kwam. „Er zijn verschillende wijzen om
een beschuldigde te ondervragen; ik ben
overtuigd dat u daarvan wel eens hebt
gehoord".
„Denkt u mij vrees aan te jagen door
te zinspelen op de pijnbank?" vroeg Don
Jan met een glimlach.
„Getuigen worden ook ondervraagd",
antwoordde de koning op een toon, die
bewees dat hij reeds bij voorbaat genoot
van het effect dat hij zou teweeg bren
gen bij den man, die niet bang voor hem
was. „De methoden, die op hen worden
toegepast, doen dikwijls veel meer pijn,
en getuigen kunnen zoowel mannen als
vrouwen zijn; dat weet u, mijn waarde
broeder hij sprak het woord met een
spotlach uit f>,en onder de vele dames,
die u kent
„Het zijn er maar heel weinigen".
„Dan zal het des te gemakkelijker zijn
de twee of drie, of misschien de eenige,
te vinden, die ondervraagd moet worden
hoogstwaarschijnlijk in uw tegen
woordigheid en op de pijnbank".
„Ik had toch wel gelijk, toen ik u een
lafaard noemde", zei Don Jan, steeds
bleeker wordende, totdat hij bijna zoo
wit was als het witte satijn en de witte
zijde van zijn kleeding.
„Wilt u mijlden brief geven, die u las,
toen ik hier kwam?"
„Neen."
„Zelfs niet om u te redden uit de han
den van den beul?"
„Neen".
bevroedende dat hij daarmede aan de
Reclame de grootst mogelijke pluim gaf.
Peter zag het in en kwam nog te juis
ter tijd tot inkeer en staat thans als een
gelukkig en opgewekt man aan het hoofd
van een bloeiende zaak.
De Rijksarchivaris in Zeeland schrijft
ons:
Nu de liquidatie van het jachtrecht in
Zeeland haar einde nadert, zal menig
voormalig bezitter van dat recht zich
afvragen wat nu verder met zijne bewijs
stukken te doen. Voor hemzelf hebben
zij als zoodanig geene waarde meer zoo
dra de wettelijke schadeloosstelling de
finitief is vastgesteld. Men zal dus licht
geneigd zijn de bescheiden te vernieti
gen. Toch zou het jammer zijn indien dit
geschiedde. Want er schuilen talrijke
documenten onder, die uit een histo
risch oogpunt beschouwd wel degelijk
nog nut kunnen stichten. Daarom zal het
bijzonder worden op prijs gesteld als de
eigenaars hunne bewijsstukken, na die
gebruikt te hebben om de schadeloos
stelling toegekend te krijgen, als schen
king willen zenden aan het Rijksarchief
in Zeeland te Middelburg en tevens den
Rijksarchivaris machtigen ermede naar
bevind van zaken te handelen. Na nauw
keurige schifting wordt dan het waarde-
looze vernietigd, waarna het geschied
kundig belangrijke eene blijvende plaats
krijgt in de aan het Rijksarchief verbon
den bibliotheek van handschriften. Het
bewaarde zal dan, vooral als aanvulling
van andere bronnen, bij menig his
torisch onderzoek goede diensten kun
nen bewijzen.
Zooals vanzelf spreekt, behouden de
schenkers steeds toegang tot dat be
waarde gedeelte der door hen afgestane
bescheiden. Raadpleging door anderen
van stukken, die jonger zijn dan vijftilg
jaar, geschiedt niet dan na verkregen
machtiging van den Minister van Onder
wijs, Kunsten en Wetenschappen. Tot
het geven van eventueel gewenschte na
dere inlichtingen is de Rijksarchivaris
steeds gaarne bereid.
Men schrijft ons:
Het komt nog herhaaldelijk voor, dat
bestuurders van motorrijtuigen bekeurd
worden, wijl zij bij aanhouding niet in
het bezit van een geldig rijbewijs blijken
te zijn. De oorzaak daarvan moet voor
namelijk gezocht worden in de omstan
digheid, dat nog te weinig aandacht aan
den vervaldatum van het rijbewijs wordt
besteed. Men zij er zich goed van be
wust, dat afgegeven rijbewijzen slechts
gedurende twee achtereenvolgende ja
ren geldig zijn en het dus zaak is tegen
het einde van dien termijn een nieuw
rijbewijs aan te vragen.
Aangeraden wordt daarmede niet tot
het laatste oogenblik te wachten. Het is
volstrekt noodzakelijk, dat tusschen de
indiening van de aanvraag en het tijd
stip, waarop het rijbewijs vervalt, eenige
tijdruimte b.v. 3 of beter nog 4 weken
wordt gelaten. Mocht het vroeger al
eens voorgekomen zijn, dat ter Provin
ciale Griffie bij persoonlijke aanmelding
op de afgifte van een rijbewijs kon wor
den gewacht, met nadruk zij thans ver
meld, dat dit tot de onmogelijkheden is
gaan behooren.
„Zelfs niet ter redding van
Philips wachtte even, terwijl hij met een
vreeselijken blik vol haat zijn broeder
aankeek. „Wilt u mij dien brief geven
om Dolores de Mendo'za te redden van
aan stukken te worden gescheurd?"
„Lafaard!"
Instinctmatig greep Don Jan ditmaal
naar het gevest van zijn nog opgestoken
degen, terwijl hij het woord woedend uit
schreeuwde en vooruit sprong. Maar nog
zou hij zich de afgelegde belofte hebben
herinnerd en zijn hand niet opgeheven
hebben; zijn eerste beweging was ech
ter al voldoende om Philips, die voor
zijn leven vreesde, bliksemsnel zijn de
gen te doen trekken. Zonder te wachten
op een a.anval, deed hij een woedenden
uitval naar zijn broeder. Don Jan deed
met zijn nog steeds opgestoken degen
een wanhopige poging den stoot af te
weren, maar het wapen raakte verward
in den koppel, waaraan het was beves
tigd, en Philips' uitval was krachtig en
bliksemsnel geweest.
Met ean kreet van woede viel Don
Jan languit achterover; zijn voeten
schenen op den gladden, marmeren vloer
te zijn uitgegleden, terwijl door de af
werende beweging van zijn arm het op
gestoken wapen met koppel en al een
eind in de lucht vloog en een heel eind
verder weer op den vloer neerviel. Hij
lag in zijn volle lengte met één arm uit
gestrekt, terwijl de hand zich een oogen
blik snel en krampachtig bewoog. Toen
was het volkomen stil.
Aan zijn voeten stond Philips met den
getrokken degen, aan welks scherpe punt
zich bloed bevond, in de hand. Zijn oogen
leken geel in het kaarslicht en met
eenigszins geopenden mond keek hij
strak naar het onbeweeglijke, bleeke
gezicht.
In de gewrichten worden dikwijls schadelijke stoffen afgezet,
wanneer de regelmatige doorstrooming met bloed, ook van de
kleinste vaten, door koude, vocht of plotselinge sterke af
koeling gestoord wordt. Hevige pijn bij elke beweging
aangezien ook de zenuwen aangedaan zijn is het gevolg
en als .rheuma' bekend.
Aspirin-tabletten oefenen een regelenden invloed uit op de
bloedsomloop en zorgen voor een krachtige doorstrooming
met bloed, zoodat de vergiften worden weggespoeld en uit
gescheiden. Aspirin-tabletten stillen bovendien de pijnen.
Alleen van een volkomen zuiver, onschadelijk middel moogt
Gij een ideate werking verwachten. Vraagt daarom steeds
uitdrukkelijk Aspirin-tabletten, gemerkt met het Bayerkruis.
(Ingez. Med.)
Uitsluitend verkrijgbaar in de oranje-bandbuisjes van
20 labl. 70 ds. en oranjezakjes van 2 tab), 4 to ets.
Het verdient overigens waarschijnlijk
aanbeveling hier dan nog eens in her
innering te brengen, dat aanvragen om
vernieuwing van een rijbewijs ongeveer
één maand vóór den vervaldatum van
het oude rijbewijs behooren te worden
ingediend. Dit is de eenige zekere ma
nier om steeds van een geldig rijbewijs
voorzien te zijn. Degenen, die nalaten
dit te doen, loopen altijd de kans in
moeilijkheden te geraken, wijl hun mis
schien niet meer op tijd een nieuw rij
bewijs kan worden uitgereikt.
Voor personen, die met het indienen
der aanvragen plegen te wachten tot
op het allerlaatste oogenblik, daar zij
vreezen anders reeds in het bezit van
eep nieuw rijbewijs te worden gesteld
geruimen tijd vóór dat het oude bewijs
is verloopen,' zij hier vermeld, dat ter
Provinciale Griffie met de afgifte wordt
gewacht tot hoogstens een week vóór
den vervaldatum van het oude rijbewijs,
zoodat de geldigheidstermijnen der bei
de bewijzen zich zoo nauw mogelijk aan
elkander aansluiten en geene inkorting
van beteekenis geschiedt.
Met betrekking tot de bij de aan
vraag over te leggen bescheiden kan
worden volstaan met de mededeeling,
dat inlichtingen dienaangaande verstrekt
worden op de gemeentesecretarie, al
waar de aanvragen als regel behooren
te worden ingeleverd.
Gisterenavond vergaderde de afdee
ling Middelburg van Vereeniging Zie
kenhuisverpleging op Walcheren. We
gens verhindering van den voorzitter,
den heer H. J. van Geuns, leidde de
secretaris, de heer L. Onderdijk, de ver
gadering, die hoofdzakelijk belegd was,
om de agenda voor de algemeene ver
gadering op Zaterdag a.s. te bespreken.
Alvorens men daartoe overging, be
noemde de vergadering tot afgevaardig
den de heeren J. J. van Aartsen, G. W.
Graafhuis, J. C. Peeman, J. C. van Poel
jen en J. P. Ph. Doorenbos.
Het reeds gepubliceerde jaarverslag
der vereeniging gaf geen aanleiding tot
opmerkingen. De vergadering besloot
voor de drie bestuursplaatsen de candi-
aaturen te steunen van de eerste candi-
daten der aanbeveling, de heeren H. J.
van Geuns te Middelburg; M. Reijn-
houdt jr. te Domburg en dr. P. de Haas
te Arnemuiden.
De heer Onderdijk lichtte de ver
schillende voorstellen uitvoerig toe en
kon de vergadering zich vereenigen met
dat om te bepalen, dat als een lid één
jaar, gerekend van den aanvang der op
name, onafgebroken in een ziekenhuis
is opgenomen geweest, aan dit lid nog
éénmaal een halven uitkeeringsduur
vergoed wordt bij het intreden van het
tweede jaar.
Alleen zal de afdeeling voorstellen
dit zoo te verduidelijken, dat ook in het
tweede jaar de patient opgenomen moet
blijven en dat dan hoogstens een
halve uitkeeringsduur wordt betaald.
Met het tweede voorstel van het be
stuur om sanctie te verleenen aan zijn
besluit om voorloopig voor een jaar in
alle ziekenhuizen de kosten voor ver
band en geneesmiddelen voor rekening
der vereeniging te nemen, voor de hoo-
gere klassen ook gerekend volgens het
tarief der derde klasse, vereenigde de
vergadering zich en juichte zij deze uit
breiding ten zeerste toe.
Het derde voorstel, n.l. om een rechts
positie te doen ontwerpen voor den se
cretaris-penningmeester, besprak men
niet, in afwachting van de toelichting op
de algemeene vergadering en hebben
dus de afgevaardigden ten deze vrij
mandaat.
Gistermiddag omstreeks 3 uur is de
brandweer wederom gealarmeerd, doch
het is niet tot uitrukken gekomen.
In de koffiebranderij van de firma K.
Meertens jr. in de poort in de Korte
Delft tusschen het magazijn De Drie
Spuiten en de apotheek van mevrouw
de weduwe Van der Harst draaide de
electrische koffiemolen. Van den ketel,
waarin de koffieboonen zich bevonden
is het deksel afgesprongen en is een deel
der boonen in het vuur gevallen, waar
door zij in brand geraakten en een he
vige rookmassa zich ontwikkelde.
Een in de omgeving zijnde brandmees
ter, die van den heer Meertens vernam,
dat de toestand dreigend was, belde de
kazerne op en hier werd onmiddellijk
alarm gemaakt. Reeds was een spuit be
mand en gereed om uit te rukken, toen
bericht kwam, dat men het vuur met
eigen krachten meester was geworden.
BRUINISSE. In de gehouden verga
dering van den raad werd, nadat de
notulen onveranderd waren goedge
keurd, de secretaris door den heer van
Vessem dank gebracht, voor de uitge
breidheid en de juiste weergave van het
Hij had vanaf het oogenblik, waarop
hij in de kamer van zijn broeder was ge
komen, naar dit oogenblik verlangd, hoe
wel hij zich niet bewust was, dat het
hem om het leven van zijn broeder was
te doen. Het was doodstil in de kamer,
terwijl hij keek naar wat hij had gedaan,
en enkele druppels bloed een voor een,
heel langzaam, op het marmer vielen.
Op het witte buis van Don Jan vertoon
de zich een kleine, roode vlek, en ter
wijl hij daarnaar keek, werd zij grooter
en helderder rood.
Aan de andere zijde van de deur was
Dolores met haar handen tegen haar
slapen gedrukt, door een afschuwelijken
angst gedreven, op haar knieën geval
len, toen zij naar de laatst gewisselde
woorden luisterde, en hoewel zij dapper
was, had de bedreiging, die de koning
had geuit, baar een gevoel veroorzaakt,
alsof haar bloed tot ijs stolde. Zij had
Don Jan wel willen toeschreeuwen haa,r
brief of den anderen, welken de koning
ook maar wilde hebben, af te staan
trots alle vrees had zij bijna haar stem
verheven. Maar toen hoorde zij Don Jan
dat ééne woord van verachting uitspre
ken, toen vernam zij de vlugge voet
stappen, het trekken van een degen uit
de scheede, het handgemeen, dat geen
vijf seconden had geduurd, en toen den
doffen slag, die er duidde dat er één was
gewond.
Dat kon niet anders dan de koning
zijn, wat al ontzettend genoeg zou zijn
geweest m'aar dan 'zou Don Jan het
volgende oogenblik naar haar deur zijn
gesneld. In de kamer was alles stil, maar
de angst deed haar allerlei geluiden
hooren. Al zouden de twee mannen nu
hebben gesproken, zij zou het toch niet
hebben gehoord, evenmin als het ope
nen van een deur of eenig ander geluid.
Het was nu niet meer de vrees van ge
hoord te zullen worden, die haar deed
zwijgen. Haa.r keel was verdroogd en
haar tong verlamd. Plotseling herinner
de zij zich dat Don Jan ongewapend was
en hij Philips er op had gewezen, dat
zijn degen op de tafel lag. Plet was dus
de koning, die zijn wapen had getrok
ken en zijn ongewapenden broeder had
gedood. Het was haar alsof men haar
met iets zwaars op het hoofd sloeg, haar
gedachten werden brokstukken van
woorden, en lichtflitsen dansten voor
haar oogen. Met haar handen trachtte
zi) gevoel en rede en stilte weer in haar
hersens, die maar niet tot bedaren wil
den komen, terug te drukken. De zeker
heid vatte bij1 haar post dat Don Jan
was gedood en haar wanhoop groeide
bij eiken ademtocht.
Zij kreeg een gevoel alsof zij door een
onverdraaglijke pijn stierf, die veel
vreeseüjker was dan de folteringen,
waarmee Philips had bedreigd en de
dood zou thans als een genade tot haar
zijn gekomen, want geen uur langer zou
zij in dezen doodsangst kunnen door
brengen; dan zou er eer iets in haar zijn
gebroken. Zij stierf hier op haar knieën
voor de deur, aan welker andere zijde
de man, dien zij lief had, dood lag
Nu zou het sterven haar gemakkelijk
vallen. Een oogenblik later zou zij im
mers voor eeuwig bij hem zijn. Men zou
haar dood vinden, en misschien was men
wel genadig haar naast hem te begraven.
In haar eerste droefheid, die haar ge
slagen, verpletterd en verdoofd had,
kwamen er geen tranen, maar er was
iets in haar keel, dat leek op een ver
stikkend vuur, en haar oogen brandden
als gloeiend ijzer.
(Wordt vervolgd)»