ZEEUWSCH ZONDAGSBLAD KAN DE PDOVINCIALE ZEEUVSCHE MIDDELBUQGSCHE COUDANTI Ma»™®! KLEUR- EN KNIPPLAATJE. Nu 't voorjaar is zullen we dit plaatje eens opzetten. Aan het voorbeeld hoef je niets te doen. Dat dient alleen maar om naar te kijken, hoe 't worden moet. Eerst de plaatjes en driehoekjes overtrekken. Dan op dun karton plakken. Daarna de plaatjes kleuren, (zelf mag je de kleuren kiezen). Vervolgens plaatjes en driehoek jes uitknippen. Zwart stond nu alleen op stal; Bruin was mee naar stad genomen, En toen nooit weer bij zijn vriend Jn den stal teruggekomen. Wat of dit beduiden mocht? Had de baas hem soms verkocht? Zwartje miste hem heel erg, Liet den kop zoo treurig hangen, Stil op voetjes van fluweel Kwam Minet een muisje vangen, Sprong voorzichtig in de ruif, Schrikte niet van Zwarts gesnuif. Zwart vond dit bezoek wat 'fijn! Wou Minet zijn poesje wezen? Ja, ze was veel teer en klein, Maar had niets van hem te vree zen! Kom gerust maar op mijn rug! Zei hij: poesje deed dit vlug. Toen zij moe werd, zocht Minet Zich eenwarm, behaaglijk plekje In Zwarts manen; ja, 't is waar! En zij greep speelsch met haar bekje En haar klauwtjes in zijn haar. Zwart, die goeierd, liet haar maar. Nu was Zwart niet meer alleen, Had een vroolijk kameraadje Zwartje's baas zei menigmaal: Poes staat wèl in een goed blaadje! 'k Ben wat blij! 't Was niets ge daan Meer met Zwart, 't Stond mij niet aan. RAADSELHOEKJE. 1. Harzburg, Zuur, rag zaag, buur, haag. Kom ik nu vroeg in den stal, Vroolijk hinnikt hij mij tegen, Snuift en stampt en heeft weer schik; 't Voeder smaakt hem ook ter degen Ja, ons Zwartje is gered Door die kleine Poes Minet! X 6e rij een rivier in Italië X 7e rij een viervoetig dier. X X x X X X X X X X x X X Een mensch kan in zijn leven soms zoo ontzaglijk verlangen naar rust. De zakenman, die door aller lei tegenslag, door den feilen con currentiestrijd zoo vermoeid is., de moeder van het groote gezin, die al.een voor haar taak staat, 'n laak, welke zooveel arbeid en toe wijding; zorg en offer vraagt.... ieder mensch, die met zijn gansche persoonlijkheid meeleeft het ge beuren in deze verwrongen en wag gelende wereld.... over de heele linie en in al de gelederen van ons inenschenwereldje verlangt men met onuitsprekelijk begeeren naar rust. 't Heeft wel heel veel van rust ua den storm. Zooals we die ken nen van de zee, van de natuur. De zuidwester stormen hebben de golven op elkander gestapeld voortgejaagd, te pletter geslagen op het strand en tegen den dijk. Ei was in dat water matelooze on rust. Het was wel grootsch dat on gebreidelde voortzwoegende wa tervlak. Onrust in de hoogste markt. Maar als de wind zich ge legd had en de golven waren weer gladgestreken, dan ging er rusl uit van het rhythmisch gebeweef van 't oneindig watervlak, de rusl nietvan den dood, maar van het le ven,dat is inharmonie. Zou dit niel de vloek van den tijd wezen, dal het rythme werd verbroken en d' harmonie verstoord. En nu worder we moe, omdat we niet anders be leven dan de verbroken harmonie, die de tegenstelling is van rust Daarom gaat het verlangen uit naar rust. Heme'sche rust, zegt mer wel, omdat in den hemel de zui verste harmonie wezen moet. Eenigen tijd geleden verscheer een boek: Storm over Azië; iede- ren dag, dien we in dezen tijd be leven wordt een nieuwe bladzijde geschreven in het boek van der storm, die boven Europa woedt Het is volop stormgetij. De atten- tieseinen kunnen nooit en nergens neergehaald worden. Alles is in hevige beroering en niemand weet wat die stormen zu1len uitwerken noch wanneer ze zullen eindigen In vroeger tijden verdeelde men de menschen gaarne in standen. Ze werden zelfs genummerd Men leer( in de geschiedenis van de opkomst van den derden en den vierden s^nd. Daar lag zoo iets rustigs in Wie staat is niet in beweging maar: plaats rust. Nu is het de tijd van de scharen, van de menigten Daar is de woeling in; de bewe ging; het rustelooze, het onbere kenbare. En nu zien we. dat ineen stort wat vele jaren duurde, dat wegvalt wat eeuwen trotseerde Zoóals in den storm heel oude hoornen door den sterken storm worden geveld. Wij weten niet wat komen gaat. De mensch word' onrustig. In de onrust gaat mate loos het verlangen uit naar rust. iüooals de onvermoeide mensch aan iel einde van zijn taak feitelijk naar één verlangen heeft. Niet jten of drinken of ontspanning doch alleen maar rust, zoodat hij .ot zich zelf kan komen; zichzelf zijn kan. Let even op die beide goed-Ne- lerlandsche zooveel zeggende uit- irukkingen: tot zichzelf komen; bchzelf zijn. Wie tot zichzelf moet 'tomen is, om zoo te zeggen buiten dgen huis; buiten zichzelf. Dat is n de onrust. Wie zichzelf is, die is niet op weg; die wordt niet; die jroeit niet, waarin immers de be- veging, de onrust is. Neen, die „is" en „zijn" drukt immers een vasten oestand uit, waarin ook weder de 'edachte aan rust ligt verankerd. Wie tot zichzelf kwam, wie zich zelf is, die heeft de rust gegrepen. Wat is dus in deze onrustige tij den noodig om tot rust te komen? Dat een menschenkind tot zichzelf komt. Een diepe denker uit de grij- e oudheid heeft eens gezegd: de vijze heeft genoeg in zichzelf. Dat 's dus al wat daarbuiten is, dat heeft hij tenslotte niet noodig, al begeert hij het; al gebruikt hij het Tn zichzelf vindt hij, wat van de lagen van des menschenscheppint* f in hem werd gelegd,oorsprong en 'oei beide in één. Wie dat zoekt ->n vindt, die heeft ook in dezen 'ijd wat hij begeert: de rust. Men weet wel, de wijze, dat is vet de man, die in het oog der rereld veel kan of veel weet, maar lat is hij, die weet, hoe hoog hi-' taat als mensch, als beelddrager -an den Allerhoogste en dus door ,rat om hem heen geschiedt, zich liet. naar beneden laat halen. ZEEUWSCHE KRONIEK. Het nieuwe kanaal door de oude vrne van Arnemuiden naar de ha- -en van Middelburg geopend. De afdamming van het Sloe in '871 en de daaropvolgende aanleg •'an den spoorweg in Walcheren 'mdden tot gevolg, dat in de haven "an Arnemuiden ('t zoogenaamde ^rnemuidsche gat) naar het Sloe, -p verschillende plaatsen dammen "erden gemaakt. Nu konden de visschersschuiten niet meer tot \rnemuiden komen, maar legden -•an bii den dam ten oosten der ~tad. Om de afgebroken gemeen schap met de zee te herstellen werd voor rekening van het rijk -en kanaal gegraven door de oude Mme (Midde'burgsch eerste ha ven) naar de haven van Middel- burtf. Dit kanaal werd op 1 April 1873 voor het eerst in gebruik ge nomen. Opening van het kanaal van Gent naar Sas van Gent. De Middelburger Jacob Rogge veen ontdekt bij zijn reis om de R. 't Vo1gende was reeds ge schreven voor Jan Vermeer in de Middelburgsche Courant van Woensdag een artikel schreef over: Aardbevingen in Zeeland. 1 April j 1933 EEN VASTENAVOND Vrij naar het Zuiden Lean, fct'et litziclit op de verruK.. e.ijke, w glinsterende sneeu oergen, staat egen den boschrand een groot, cht gebouw, met verandah's en terrassen. Op de ijsbaan vóór het ais dwarrelt een bontgekleede menschenmassa dooreen; op de errassen liggen grijze en zwarte akken van öont, waaruit nu en 'an een menschelijk hoofd omhoog aeekt. Direct naast het groote ge- ouw ligt een klein, donkerbruin ebeitst chalet met ruim overhan- ,end dak. Daarin woont de genees- .ieer-d;recteur van hei sanatori- ïm bij wien ik op bezoek ben. Ik en reeds enkele gemarkeerde ge- dalten onder de patiënten, want i wij eten in de groote eetzaal iet elkaar Daar, b.v heb je Fier, lie aardige jonge, Weenschè VI- ocaat, die er uitziet als het l nde leven zelve; daar is Ellei ihenson, die ras-echte schild ares, iet het fier omhoog g?' den \oofd, als had zij zelf - aar ziektelot uitverkoren; dan is er de -.ngelsche tooneelspeelster, miss ïaud, zoo bros ais een uitflakke- end kaarslichtje, maar zeer e e- ant, haar mooie, blauwe cogen ;taan onwezenlijk groot in het malle gezicht, onder het zilver- blond geverfde kapsel. Zij komt.i aiet vaak aan tafel, omdat zij te- :wak is. Alle drie zijn ernstige ge tallen. Vandaag heerscht er een onge- vone drukte bij het g. schap, lat voor het middagmaa m :s "ekomen, waaronder zie' veel'.Ie- ens hongerige jeugd bevindt. Van et eene tafe tje naar het andere >i ;aan fluister-gesprekken en bij' te •onlen afstand, wiselt men tée-^ kenen van verstandhouding uit. De enees' eer-directeur observeert- 3 hem toevertrouwden door zijnj| Jrilleglazen. „Opgewekte stemming vandaag", ■eg ik. „Ik zal blij zijn als al die rom- nel afgeloopen is", bromt de cons- •ieuntieuse dokter. „Een dozijn iploopende temperatuur-eürven X al er wel het gevolg van zijnX, lit Het is de dag van het vasten- -vondfeest. Bal kunnen we het ig liet noemen, want het geëngaeer- 'e drietal musici speelt de dansen Heen maar bij wijze van concert- 'ummers en het gezelschap zal 'auw genoeg krijgen van het toe- uisteren. Maar er is een souper in f ostuum en daarna een schoon- j bcidswedstrijd. Champagne wordt ij groote uitzondering toegestaan, In den namiddag verschijnt "er met een s'ede een meneer, waar achter een jongmensch met aller hande doozen en étuis aansjouwt, et is de coiffe"r en nrm'kenma- ker, met zijn bediende. Leveran- ers en naaistertjes met cartonnen 'oozen komen over de sneeuw aan- estapt. De dokter is boos, dat de elefoon voortdurend in gebruik En ten slote de driehoekjes op de stippellijnen omvouwen, de reepjes met lijm of gluton bestrij ken en ze tegen de plaatjes plak ken. OPLOSSINGEN DER RAADSELS UIT 'T VORIGE NUMMER. VOOR GROOTEREN. 2. R Rusland, mug Assen Rusland baars ons d 3. Valk, en, burg; Valkenburg. 4. De Roer. VOOR KLEINEREN. 1. Vlag, slag, plag. 2. Ik kan wel blijven staan, maar u staat daar gevaarlijk! (Rus) In de vacantie rijden wij dik wijls ezeltje. (Ier.) Je kunt over mij beschikken: bel gerust op! (Belg en Rus). Ik wou dat je het geziien had, Jaap! Er stonden zooveel jongens na te kijken. (Pers). 3. Tong (lichaamsdeel en visch). L E K E D E K E I OM OP TE LOSSEN. VOOR GROOTEREN, 1. Mijn eerste is een lichaamsdeel, mijn tweede het tegenover- geste.de van elegant en mijn geheel iets afschuwelijks. 2. Op de zigzag-kruisjeslijn komt, van boven naar beneden ge lezen, de naam van een plaats in Zuid-Holland. X Ie rij een weekdier. X 2e rij een ander woord X voor vochtig. X 3e rij iets, wat dikwijls X bij een huis behoort. X 4e rij een lichaamsdeel. X 5e rij een ander woord X regel. 8e rij een getal. 9e rij een ander woord voor nadeel. 10e rij een lichaamsdeel van een dier. 3. Verborgen plaatsen in het bui tenland. Het is toch bar: in één week driemaal te laat op school te kofnenl Laat Co morgen na vieren het boek komen halen. Hebben Jan en Piet hun som men al af? Zij zal To na de les eens flink de waarheid zeggen. 4. Mijn geheel wordt met 6 letters geschreven en noemt een kleur. 5, 3, 4 is een jongensnaam. 2, 3, 4, 5, 3 is een drank. Een 1, 1, 2, is een lichaamsdeel Een 2, 1, 6 is een stok. VOOR KLEINEREN. 1. Welke jongen wordt een el groo- ter, als hij in een spel veran dert? 2, Kruisraadsel. Op de beide kruisjeslijnen komt de naam van een rivier in ons land. lo rij een medeklinker. 2o een scherp voorwerp. 3o een zangvogel. 4o 't gevraagde woord. 5o een roofvogel. 6o een meisjesnaam. 7o een klinker. 3, Met h ben ik een woning, met b een rond voorwerp, met m een viervoetig diertje en ,met gr iets fijns, 4. Vul de rijmwoorden in: Hoor je wel de vogels fluiten? Kom, nu allen vlug naar Luister toch naar 't vogellied! Mooier is er stellig Bloemen prijken er op 't land, Daarom gaan wij hand aan En wij plukken 'n veldbouquet, Dat Moes in 'n vaas straks X «r P - 'ff ff I N TT I U (U I I r is -JfK Rust. J. Nagel. 1 April 1873. 4 April 1862. 5 April 1722. -ereld het Paasch-eiland, thans Waikoe geheeten in de Zuidzee. Jacob Roggeveen, geboren in 1659, had een avontuurlijken aard. Hij deed in de jaren 1721 en 1722 voor rekening van de West-Indi sche Compagnie een ontdekkings tocht en had vele wederwaardig heden. De beschrijving Van dezen tocht om de wereld is door het Zeeuwsch Genootschap der We- enschappen in 1838 in druk uitge geven. De zeevaarder Jacob Roggeveen woonde in de Noordstraat, naast het vroegere woonhuis van Jacob Bats. Hij overleed in 1729. 6 April 1572. Ylissingen kiest uit zich zelf de üjde van Oranje. Algemeen bekenc is het rijmpje: „Op den eersten April verloor \lva zijn bril" (Brielle). Het vervolg dient echter ook ge weten te worden, n.l.: „En op April zes verloor hij zijr lesch." (Vlissingen) De bevolking van Vlissingen reeds verstoord over den aanbouw ran een kasteel, weigerde inkwar 'lering van nieuwe troepen en be- 'ette ook het binnenkomen var lenige Spaansche oorlogsschepen lie op de reede lagen. Tot deze ontevredenheid van 'I 'olk had medegewerkt de ser- noen, die de pastoor op Paasch- norgen (denze fden dag) in df cerk had gehouden. Naar aanlei- ling van de verlossing van Israë rit Egypte had hij van den kanse .gedonderd" tegen de verdrukking Ier Spanjaarden. Door den Geuzenkapitein Simor de Rijk, die met het belangrijke be -icht uit Brielle kwam, werd hel volk nog meer tot verzet aange roerd. De vroedschap werd ge noodzaakt zich voor den Prins tc verklaren. D,eze overgang van Vlissinger had tengevolge, dat ook spoedig ^eere het Spaansche juk afschud de en in Holand dit Zeeuwsche voorbeeld werd gevolgd. 6 April 1580. Aardbeving in Zeeland. Over het algemeen zijn aardbe vingen in ons land zeldzaam. Toch wordt er wel eens een trilling var len aardbodem waargenomen, 't 'aatst in Zeeland op 23 Maart 'ongstleden. De seismografen van het Meteorologisch Instituut wezer toen ook een zwakke storing aan Oude kroniekschrijvers in Zee- 1and melden verscheidene aardbe vingen, die in den loop der tijden 'n ons gewest hebben plaats gehad Die van 6 April 1580 was een der meest groote, daar toen uit ver schillende kerken en torens stee- nen losraakten. Verdere schade wordt niet gemeld. B. J. d. M.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1933 | | pagina 11