LANDBOUW.
REORTZAXEN.
'O EERST
VOLLE MMN
(0 LAATSTE KV&RTIER
W NIEUWE MMN
DE STERRENHEMEL 8—15 MAART 1933 20 h MT
ZUID
DE TREK DER SALZBURGER EMIGRANTEN
NAAR STAATS-VLAANDEREN
9 MAART 1733.
noodig ook de klieren die reeds zijn
aangedaan.
De lantaarnplaatjes vertoonden in
derdaad bijna wonderdadige genezingen,
vooral in de gevallen van directe be
handeling.
Kanker is niet besmettelijk. Verpleeg
sters en artsen, die kankerleiders be
handelen, krijgen dientengevolge de
ziekte niet. Ook het bestaan van kan
kerhuizen en -straten is fantasie.
Naar alle waarschijnlijkheid ontstaat
kanker door langdurige, her
haalde, sterke prikkeling van or
ganen. Dit kan geschieden door ziekten
als lupus en syphilis, door langdurige in
werking van Röntgenstralen (meisjes,
die lichtende voorwerpen maken door
besmeren met radiumzouten, hebben in
wendige kankerverschijnselen vertoond,
tengevolge van het likken aan de vin
gers), kou (bevroren ooren, oorkanker
is zeer pijnlijk!) sterke werking van,zon
licht, rooken (rookers, die een pijnlijke
tong krijgen en witte vlekken op de
slijmvliezen, doen verstandig het rooken
na te laten), drankgebruik (bij mannen
van het drank v a k komt in Amster
dam keelkanker 1 op 9 voor, ter
wijl de verhouding in het algemeen 1
op 5 is), een slecht gebit met scherpe
tanden (dit geeft dikwijls tongkanker
bij vrouwen op hoogen leeftijd).
De uitwerking van dergelijke prikkels
doet zich dikwijls eerst na 10, 20 en 30
jaren voor.
Baarmoederkanker komt vooral voor
bij vrouwen, die veel kinderen hebben
gehad. Kanker van dikke darm en en
deldarm kan het gevolg zijn van lang
durige slechte ontlasting.
Meestal komt kanker voor bij perso
nen op hoogeren leeftijd. Boven de 40
jaar is van de sterfgevallen gevolg
van kanker.
Tengevolge van betere statistiek en
toename van de gemiddelde leeftijds-
frens loopt de sterftekromme van de
anker naar boven, terwijl die van tu
berculose dalend is. Verontrustend be
hoeft dit niet te zijn. De borstklierkan
ker bij de vrouw neemt boven een ze
keren leeftijd weer af.
Er zijn gevallen van zeer snelle ver
breiding bij verwondingen. Misschien
bestaat er bij sommige personen een
voorbeschiktheid en deze kan erfelijk
zijn. De ziekte zelf is het niet.
Een belangrijk middel om kanker te
voorkomen is vooral wat in
wendige organen betreft een regel
matig geneeskundig onderzoek.
De lichtbeelden vertoonden gevallen
van huidkanker die meestal gevolg wa
ren van sterke zonlichtbestraling,
rooken en drankgebruik.
Moge deze lezing er toe bijdragen,
dat de leeken meewerken in den zin
door sprek'er aangegeven, dan zal ze
veel nut hebben gesticht. Een welver
diende toejuiching vertolkte den dank
der aanwezigen.
Wij willen hier nog verklappen, dat
spreker geen honorarium verlangde
maar een schenking verzocht voor het
kankerinstituut.
De Officier van Justitie te Middel
burg heeft hooger beroep aangeteekend
tegen het vonnis der Rechtbank van 24
Februari j.l., waarbij J. M. B., 24 j.,
bloemist te Goe s, wegens meineed is
veroordeeld tot een maand gevangenis
straf.
Axrond.-Rechtbank te Middelburgj.
In de zitting van 6 Maart deed de
rechtbank uitspraak in de zaak tegen
P. R., 29 jaar, werkman, wonende te
Boschkapelle, gedetineerd in het huis
van bewaring te Middelburg, verdacht
geweest van zware mishandeling van
Cerillus Benedictus Mol te Boschkapel-
le op 15 Januari 1933.
De rechtbank sprak den verdachte
vrij en gelastte zijn invrijheidstelling.
De zaak Eschauzier,
Naar 't C. B. verneemt, is de aanvan
kelijk op Donde.rdaig 9 Maart bepaalde
voortzetting van de behandeling in hoo
ger beroep van de moordzaak Eschau
zier, thans voor onbepaalden tijd uitge
steld, aangezien de advocaat-generaal
mr. J. A. de Visser nog steeds wegens
ziekte niet in staat is aan de verdere
behandeling deel te nemen.
(Reeds gemeld in een deel der oplaag
van ons vorig nummer).
C. V., 29 jaar, werkman te G r a a u w,
heeft hooger beroep aangeteekend te
gen het vonnis van den Politierechter
van 21 Februari j.l., waarbij hij wegens
verduistering is veroordeeld tot 14 da
gen gevangenisstraf.
Vereeniging v. Oudleerlingen van Land-
bouwcursussen in Zeeuwsch Vlaanderen.
Crisiszuivelwet.
OOSTBURG. De Vereeniging van Oud
leerlingen aan Landbouwcursussen in W.
Z. Vlaanderen had het initiatief genomen
tot een gecombineerde vergadering van
de 4 landbouworganisaties in W. Z. VI.
welke vergadering j.l. Zaterdag te O o st-
b u r g in het Hotel de Commerce plaats
had.
Circa 250 personen woonden deze ver
gadering onder de leiding van den heer
Joh, le Clercq, bij.
Deze wees er op, dat deze vergadering
geheel zou staan in het teeken van de
crisiswetten, hoewel hij betreurde, dat
het noodzakelijk geweest is deze wetten
in 't leven te roepen. Spr. gaf daarop het
woord aan den heer Zwagerman, die ver
klaarde gaarne de uitnoodiging hier de
crisis-zuivelwet te komen bespreken,
had aangenomen. Al is gelukkig voor de
Zeeuwen de rundveeteelt slechts een on
derdeel van het bedrijf, toch is die van
beteekenis. De ongeveer 6000 Zeeuw-
sche boeren telen heel wat rundvee,
dat een groot quantum melk, zoo voor
consumptie als voor de boterfabrieken
oplevert. Door den slechten gang van
zaken is het al heel moeilijk een en an
der tot waarde te brengen. De prijs der
consumptiemelk was in 1930 nog 11J4
cent per liter. Kwam in 1931 op 10 J4 en
in 1932 op 8J4 cent, de industrie melk
was resp. geprijst op 7J4, 51/2 en 4V2; de
boter gemiddeld 1.76, 1,45 en 1.21.
De Zeeuwsche melk bracht in 1932 ge
middeld 1.000.000,minder op dan in
1931. Door de crisiszuivelwet is de zoo
gen. veepot ontstaan, waaruit aan de
veehouders zooveel mogelijk voor het te
weinig ontvangen wordt vergoed. Door
de slechte prijzen is enorm minder ont
vangen, uit een en ander blijkt, dat de
veeteelt toch van groot belang is voor
onze provincie. Spr. noemde, daarop eeni-
ge cijfers betreffende de in ons land ge
produceerde melk, boter en rundvleesch
van al hetwelk een groot deel in eigen
land wordt geconsumeerd, maar dat voor
een belangrijk deel voor uitvoer is be
stemd, hetgeen voor de zuivelproducten
de aangewezen weg is; de crisis in Ame
rika en de val van het pond hebben de
gelegenheid tot uitvoer hoe langer hoe
slechter gemaakt, zoodat het langzamer
hand tot contingenteering gekomen is.
Toen alles al meer in prijs daalde was het
gevolg de invoering van de crisiszuivel
wet, die 10 Juli '32 in werking is getre
den. De gedachte zat voor, dat 50 mil-
ïïoen kg melk in 't binnenland werd ge
bruikt, waarvan de opbrengst moest
verhoogd door belasting van den consu
ment, doch spoedig bleek, dat men min
der boter ging gebruiken en meer mar
garine waarop ook margarine, spijsvet-
ten en oliën werden belast; een belang
rijk deel daarvan kwam in den crisis-
zuivelpot; die belastting beliep 60 a 70
millioen per jaar. Het publiek is door
een en ander niet zoo erg gedupeerd,
want het krijgt de waar toch nog tegen
productiekosten. Overvoering van de
markt moest voorkomen worden; de
prijs voor het binnenland bedroeg f 1,55
terwijl die in het buitenland op nauwe
lijks 60 ct. komt, allerlei maatregelen
zijn genomen o.a. recht op margarine.
De crisiszuivelcentrale heeft veel te re
gelen; nog ongeveer 3400 Zeeuwsche
boeren produceeren boter, een bond van
boterproducenten is opgericht, waarvan
spreker voorzitter is. Van de crisiszuivel-
pot wordt voortdurend gebruik gemaakt,
van 10 Juli tot nu is 114 tot 2 cent per
liter melk subsidie verstrekt, gemiddeld
ruim l1/» cent, dit loopt over 3600 mill,
kg melk en 54 mill, kg Boter. Met de fa
briek is dit gemakkelijer dan met de
boeren. Immers het gaat niet om met
3400 boeren een rekening-courant aan te
gaan; aan dezen wordt het verschil tus-
schen zegel en steun gegeven; spr. wijst
er nadrukkelijk op, dat de wet als steun
is bedoeld, was de wet er niet, dan was
de prijs der boter nauwelijks 60 cent
door de wet krijgt de boer f 1.05. Door
de crisiszuivelwet is zeer zeker de nood
verzacht; er is altijd nog veel verzet te
gen de zegeltjes, er wordt nog steeds
ontdoken, maar dit is verkeerd, het is
zeer in 't belang der boeren de wet te
handhaven. De veestapel is veel te groot
doordat er geen afzet is en te veel voe
der, ook de graaninvoer en die van vee
koeken is veel te groot. De voorman
nen vergaderen schier dagelijks om uit te
vinden om nog zooveel mogelijk te red
den, zoo wordt reeds overwogen om een
groot aantal melkkoeien op te ruimen.
Deze kunnen echter niet zoo op de markt
gebracht worden, maar daar is dan de
crisisvarkenswet. De veeproductie kan
ook ingesteld worden op basis: meer uit
eigen bedrijf voeren, dan is minder in
voer noodig en dan de export, maar de
prijzen zijn veel te laag, zoo, dus de
overtuiging wint hoe langer zoo meer
veld, dat de producten zullen moeten
worden ingesteld op voorziening van 't
binnenland. Aan de tarwewet hangt de
melk vast, maar als de melk in het
brood gaat komt de tarwewet weer in
het gedrang, dit zou weer diverse moei
lijkheden hebben, spr. wil slechts een
denkbeeld geven van de moeilijkheden,
waarvoor de landbouwvoormannen en
de regeering komen te staan. In 't ko
mende voorjaar en zomer moet een bui
tengewoon lage prijs van melk en zui
vel worden verwacht. Spr. wil de ge-
Weifelijk ingesch reven.
Bureau Industrieefen
Eigendom ond«>
64222
VENUS©
MARS
JUPITER®
SATTJRNUS©
Sterretijd 7 h 4 min.
De volle maan van den 8en vindt men'
in de Kreeft; den llen 's avonds om
acht uur staat Mars links boven, Jupiter
rechts onder de maan. (Op 't kaartje
is 't andersom, zie de verklaring op het
eerste kaartje in deze maand.)
dachte weg werken, die bij velen slui
mert om de wetten te boycotten, 't Zon
digen moet de wereld uit; die hierin
smokkelt besteelt zijn eigen stand. De
boterproducenten hebben dit reeds
voor, dat ze zelf onbelaste boter mogen
gebruiken.
De heer L a k o vraagt hoe het zou
moeten gaan met de steunregeling der
gemeenten als al dat vee, die 2.000.000
koeien, straks als vleesch aan de markt
komt; bij de gemeente zullen zoo zoet
jes aan de duiten voor de werkloozen
opgeruimd geraken, men zal daar aardig
in 't gedrang gaan komen. Zouden de
gemeenten, misschien is spr. er te vroeg
mede, er eens over kunnen denken van
die groote voorraden vleesch te distri-
bueeren?
De heer Zwagerman zegt, dat dit
idee reeds 114 jaar geleden in de bedoel
de kringen is rondgegaan en gelooft ook
wel, dat op die wijze geconserveerd
vleesch is weg te werken, maar dan gaat
de spekafname weer verminderen. Spr.
noemt, meenen wij 20 pCt. als melk be
stemd voor menschelijke consuptie,
maar waarschuwt de boeren tegen on
derlinge concurrentie op dit gebied,
daar dit elkander dood maken is.
De kwestie van melk in het brood te
verwerken, is ook af te raden, immers
het maalpercentage maakt al reeds 't
brood duurder, vermenging der melk in
het brood zal het nog duurder maken.
De heer Be c u vraagt of nog verder
gaan met zelfvoorziening onze positie
op de wereldmarkt niet in gevaar zou
brengen.
De heer Zwagerman meent, dat
dan verlaging van het levenspeil noodig
wordt, De Duitschers willen onze boter
en eieren niet meer hebben, zelfs niet
de boter tegen 60 cent; 't zit niet in con-
Kleinere kerkgemeenschappen, die te
genwoordig ontstaan temidden van an
dersdenkenden, hebben in deze dagen
van godsdienstvrijheid en tolerantie vaak
een economischen achtergrond; vroeger
daartegen waren ze veelal resultaten van
conflicten op kerkelijk en door de ster
ke banden tusschen kerk en staat, op
politiek gebied. Waarbij, dan andere fac
toren niet uitgesloten waren, nationale
en economische. Zoo is het ook gegaan
met het ontstaan der kleine Luthersche
gemeente te Groede, die dezer dagen
haar tweehonderd jarig bestaan kan her
denken.
In de Oostenrijksche Alpenlanden was
door de contrareformatie het voortdu
rend naar het Zuiden voortdringend
Germaansche element teruggedrongen
en vervangen door Italianen, Zuid-Tirool
is in dien tijd geïtalianiseerd. De hoogere
geestelijkheid en de adel hadden ster
ke „Welsche" sympathiën, er was
dus strijd om het bestaan en om
handhaving van den nationalen eigen
aard. Daarbij kwam de drang naar
gewetensvrijheid, grooter dan de
Roomsch-Katholieke Kerk toestond.
Men wilde in het algemeen Duitsche
prediking, den Duitschen Bijbel, Duit
sche stichtelijke lectuur en als crite
rium gold: het avondmaal onder beide
gedaanten, dus ook de beker aan de lee
ken. Hoewel er besliste Protestanten
waren, „Evangelischen", meende de
groote meerderheid toch met deze denk
beelden in de Katholieke Kerk te kun
nen blijven. Een groot conflict brak uit
in 1731, toen de aartsbisschop van Saltz-
burg, Firmian een einde aan de open
lijke en stille ketterij in zijn gebied wilde
maken, een geloofsonderzoek liet
stellen en den 31en October 1731
in
een
„Emigratieakte" uitvaardigde, waarbij
meer dan twintigduizend zijner onder
danen uit het land gewezen werden.
Onder medeleven van geheel Protes-
tantsch Europa had deze emigratie
plaats in de jaren 17321733; veel
moeilijkheden hebben de verdrevenen
daarbij gehad en veel leed is er bij door
staan. Het grootste gedeelte dier bal
lingen is door den Pruisischen koning
Frederik Wilhelm I geplaatst als land
bouwers in Oost-Pruisen, verder zijn er
in Beieren en Wurtemberg gebleven,
zijn er terecht gekomen in Hannover en
in Noord Amerika, in den staat Geor
gië. Ook de Hollandsche Republiek heeft
haar aandeel hierin genomen, de Sta
ten van Zeeland zonden de Luthersche
predikanten te Middelburg naar Zuid-
Duitschland om vierhonderd emigran
ten; ze brachten er echter maar negen
en vijftig mede, die als arbeiders bij de
boeren op Walcheren geplaatst wer
den. De menschen wilden elkaar niet
verlaten, bleven liever als dorpsgemeen
schap samen. Beter gelukte een aan
vraag van 't „College 's lands van den
Vrije" om Salzburgers, teneinde het „ge-
depeupleerde" Westelijk Staats-Vlaan-
deren, waar veel hofsteden onbewoond
en veel landerijen „vage" lagen, van
arbeidskrachten te voorzien. Toep de
Souverein van genoemd College, de
Staten Generaal het verzoek aan zijn
gezant Gallieris bij den Rijksdag te Re
gensburg overbracht, kon deze in on
derhandeling treden met de afgevaar
digden van het dorpje Dürnberg bij de
zoutstad Hallein, waarvan de inwoners
juist aan den aartsbisschop bericht had
den, dat zij „Evangelisch" waren en dus
verzochten heen te mogen gaan. Zij wa
ren mijnwerkers en staafijzermakers,
arbeidden in de Zoutmijn Dürnberg en
woonden in het gelijknamige dorp en in
het naburige Berchtes-gaden. Gallieris
leidde de onderhandelingen tot een goed
einde; de emigranten zouden geplaatst
worden in het Vrije van Sluis, drie, vier
of vijf maanden vrije huisvesting hebben
en levensonderhoud tot zij hun brood
konden verdienen, vrijen overtocht en
in jhet land van Cadzand godsdienst'
oefening en onderwijs krijgen in eigen
taal. Nu was het wachten nog maar op
den dag van vertrek, door den bisschop
vast te stellen. Deze werd bepaald op
20 November 1732; eerst drie dagen te
voren hadden zij have en goed mogen
verkoopen, zoodat velen berooid moes
ten heengaan. De reis ging eerst per
schip tot Passau, waar zij door den bis
schop dier stad menschlievend ontvan
gen werden en evenzoo te water tot
Vilshoven aan den Donau. Daar kon
den zij niet verder door hetdrijfijs, en
waren genoodzaakt in wagens verder
te trekken tot Regensburg, waar zij den
13en December aankwamen. De gezant
Gallieris ontving hen hier, stelde hun
aantal vast op ongeveer acht honderd
'personen, .waaronder een dertigtal
Berchtesgaders. Als geleider gaf hij hun
een regeeringscommissaris Koets
(Kutsch) mede en voor de geestelijke
verzorging een theol. candidaat Johann
Gottlob Fischer, die later in Groede
hun eerste predikant was. Rijkelijk
vloeiden giften en gaven van de Pro
testanten onderweg, wier plaatsen
men bij voorkeur aandeed, omdat de
ontvangst in katholieke steden niet al
tijd even vriendelijk was; de godsdien
stige gevoeligheden waren nu eenmaal
door de Salzburgsche emigratie in ge
heel West Europa sterk opgewekt. Den
9en Januari 1733 vertrok men van Re
gensburg, onder het zingen der „exulan-
tenliederen, wat zeer stichtelijk was om
aan te hooren." Het eerste couplet van
een dier liederen luidt:
„Ich bin ein armer Exulant,
A so thu i mi schreiba,
Ma thuet mi aus dem Vatterland
Um Gottes Wort vertreiba."
De /reis ging verder door Beieren
naar Neurenberg, vandaar naar Bai-
reuth, over Würzburg en Hanau naar
Frankfort, dat den 31en Januari 1733
verlaten werd. Den Rijn afvarende en
zooveel mogelijk Protestantsche plaatsen
aandoend, kwam men den 21 en Febru
ari te Nijmegen aan. De tocht was een
ware lijdensweg geweest, midden in den
winter op een door drijfijs moeilijk te
bevaren rivier, op schepen, waarop niet
gestookt kon worden, met veel zieken
door ontberingen en verandering van
lucht en voedsel. De doodenlijsten, die
bijna iederen dag vermelden: „Hier
stierven twee oude lieden", „Hier stierf
een kind" en diergelijke, spreken in
haa rsobere taal voldoende. En al die
geboorten onderweg! Met recht kon als
text voor de emigranten gegeven wor
den: „Bittet aber, das eure Flucht nicht
geschehe im Winter oder am Sabbath."
In de Republiek was voor de emi
granten 500.000 gulden verzameld, en
onderweg werd er nog veel bij gecollec
teerd. Van Nijmegen ging het naar
Dordrecht, vandaar naar Rotterdam en
toen weer over Dordrecht terug naar
Rammekens. Daar brachten den 9en
Maart 1733 achttien schepen de ballin
gen over naar Nieuwerhaven, ten Oos
ten van Breskens. Zij werden er ontvan
gen door de heeren van 't Vrije, burge
meester Jacob Bogaert, die een toe
spraak hield, mr. Iman Cornells de Jon
ge en mr. Jacob Hendrik Peckieus, pen
sionaris. En in de kerk van Breskens
hield men een „dank-vast-en bededag",
met een collecte, die 300 gulden op
bracht. Zeven honderd negen en tachtig
stapten er aan wal, waaronder 75 Khai-
mels (Keimei), 20 Eigels; 21 Lerghners,
20 Wimmesfelders (Wemelsfelder), 20
Cranzbühler enz. Ze werden geplaatst
curreeren, het buitenland wil ons op
hun markten buitensluiten, het wil zelf
voorziening.
De Voorzitter onderstreept nog
eens de waarschuwingen van den heer
Zwagerman en dankte deze voor zijne
inleiding.
Ir. Dorst sprak hierna over: De ar-
beidsleer in (den ilandbouw, ingevolge
in de onlangs door de vereeniging van
oud-leerlingen gehouden vergadering ge
dane toezegging.
Spr. zegt, dat dit onderwerp eigenlijk
iets is van den laatsten tijd; hij kan geen
positieve mededeelingen daarover doen,
maar steeds is men in de weer met
crisis-zaken en -wetten, zoodat gevaar
bestaat dat langzamerhand de techni
sche vraagstukken in het gedrang gaan
komen. In de laatste 50 jaren is de land
bouw veel verbeterd, het technische is
wel wat op den achtergrond gekomen,
al is de productie veel verbeterd. We
moeten altijd nog concurreeren, zoodat
de productie goedkooper moet worden,
met de minste kosten moeten de hoog
ste resultaten; bereikt worden, 't Is met
de veevoedergeisqhiedjenis precies het
zelfde. Men verbouwt gewassen, die de
beste resultaten geven. Met bewerking,
bemesting enz, zijn reeds betere resul
taten verkregen; stond onze landbouw
niet op zoo'n hoog peil, dan waren we
er nog veel slechter aan toe. De arbeids-
loonen vormen de grootste uitgaven. De
Nederlandsche land- en tuinbouw staat
vooraan.
Het onderwerp is in Duitschland
reeds een jaar of 10 in werking; men
heeft te zorgen voor doelmatige verdee
ling van werkzaamheden, het is nog niet
systematisch. Men heeft te zorgen, dat
er den eenen tijd geen opeenhooping van
werk en een andermaal niets of te wei
door bijna geheel Westelijk Zeeuwsch
Vlaanderen, met Groede als middel
punt. 's Zondags preekte ds. Fischer
voor hen, voorloopig in de Hervormde
Kerk, tusschen morgen en middag gods
dienstoefening in, later in een eigen ge
bouw, het tegenwoordig Luthersch kerk
je te Groede. En vier schoolmeesters
zorgden vcor het onderwijs aan de kin
deren.
Groote moeilijkheden zijn er daarna
ontstaan tusschen de oude ingezetenen
van 'l land van Cadzand en de nieuw
ingekomen Salzburgers. Men beschul
digde hen van luiheid, kwaadwilligheid
enz., wilde hen niet meer kosteloos ver-
zorgen. Een groot aantal der emigran-
ten trok terug naar Duitschland, en ook
de Zeeuwsche koortsen maakten onder
hen vele slachtoffers. De oorzaken der
moeilijkheden zullen wel aan beide zij
den gelegen hebben en de omstandighe
den waren ook zeer bezwarend. De bal
lingen waren den veldarbeid niet ge
woon, waren onderweg verwend door
de vele weldoeners, konden niet tegen
't klimaat, waren verstrooid onder een
bevolking, die hen niet verstond en
werden opgehitst door de 's zomers ko
mende Vlamingen en Luikerwalen, die
in hen natuurlijk arbeidsconcurrenten
zagen. En ook de boeren traden niet al
tijd met de noo.dige barmhartigheid en
begrijpen tegen hen op. Maar ook aan
deze lijdensgeschiedenis kwam een ein
de en in 1740 kon ds. Fischer berichten,
dat alles geschikt was, dat hij een kerk,
een school en een weeshuis had, maar
dat zijn gemeente geslonken was tot
172 zielen.
Het Luthersche gemeentetje te Groe
de is nu nog aanmerkelijk kleiner, maar
kan er trotsch op zijn, af te stammen,
van een dorpsgemeenschap, die veel
ontbering en veel lijden op zich geno
men heeft, om God naar de inspraak
van 't eigen geweten te dienen. En dat
is een nobele traditie dragen, maar
ook een verplichting. P.