DE ROODE VULPENHOUDER
fWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN WOENSDAG 22 FEBRUARI 1933. No. 45.
OPROEP AAN DE KIEZERS.
DE ECONOMISCHE WERKZAAM
HEDEN VAN DE VEREENIGING
VOOR VOLKENBOND EN VREDE
MIDDEL8URG.
Rieten dak door ratten vernield
Het Hoofdbestuur van de Liberale
Staatspartij „De Vrijheidsbond" richt
zich tot de- kiezers van Nederland met
ihet volgende manifest:
Op 15 Februari is het besluit tot
ontbinding der Tweede Kamer gevallen.
26 April reeds zullen de kiezers naar
de stembus worden geroepen.
Was de ontbinding gerechtvaardigd?
Met volle overtuiging antwoorden wij
daarop: Neen!
Daarvoor was het conflict tusschen de
regeering en de Kamer van te geringe
beteekenis.
Van onwil om te bezuinigen en tot
een sluitende begrooting te komen was
bij de meerderheid geen sprake.
Immers de motie-Boon, die aanleiding
werd tot het conflict, stelde juist voor
op, dat de bezuiniging op de rechtsple
ging noodzakelijk en mogelijk was.
De regeering sprak van een integree
rend deel van haar bezuinigingsplan,
maar nimmer heeft zij een afgerond be
zuinigingsplan aan de Kamer voorgelegd
en zij deed slechts hier en daar een wil
lekeurige greep.
De Regeering, die bij vorige gelegen
heden veel aanzienlijker bedragen liet
val.en, toen het verzet kwam van den
heer Colijn en van den heer Korten-
horst, hield plotseling met onbegrijpe
lijke hardnekkigheid vast aan haar voor
stel.
De liberale Kamerfractie heeft de Re
geering, die zich aan haar wenschen
(winkelsluiting, radio-politiek, bezuini
ging door concentratie van sociale wet
geving) in geen enkel opzicht stoorde,
loyaal gesteund. Zij is in deze afgeioo-
pen jaren vele malen over bezwaren,
die bij haar tegen Regeeringsmaatrege-
len bestonden, heengestapt en zij heeft
eenige malen de Regeering het leven ge
red.
Daartoe was ditmaal geen aanleiding,
omdat de belangen, die door het Re-
geeringsvoorstel werden geschaad, niet
in verhouding stonden tot de te berei
ken bezuiniging.
Hoe dwaas de ontbinding ook is, zij
heeft het voordeel, dat wij eerder kun
nen komen tot een krachtig parlemen
tair Kabinet, dat op nationale basis be
rust en dat energiek opbouwenden ar
beid kan verrichten.
Want de toestand op financieel en
economisch gebied is zóó zorgelijk, de
nood in alle takken van bedrijf zóó ernstig,
dat thans meer dan ooit gelet moet wor
den op wat vereenigt en niet op wat ver
deelt.
Het gebeurde op „De Zeven Provin
ciën" heeft doen zien, hoe ernstig het
gezag is ondermijnd.
Landbouw, industrie, handel en scheep
vaart moeten door de moeilijke tijde'n
worden heengeholpen.
De strijd tegen de gruwelijke werk
loosheid moet met kracht worden ge
voerd.
Internationaal moet Nederland alles
doen om gezondere economische be
grippen zonder welke de welvaart niet
kan terugkeeren te doen zegevieren.
De nationale nood eischt nationale
eenheid van allen, die nationaal voelen.
De Liberale Staatspartij „De Vrij
heidsbond" streeft naar samenwerking
van allen, die voor deze tijden voorop
stellen:
Een hecht en sterk gezag, dat ook be
trouwbare instrumenten heeft om dat ge
zag te handhaven, zoowel hier te lande
als in de overzeesche gebiedsdeelen.
Een sluitende begrooting.
Handhaving van onze takken van
volksbestaan en het brengen van offers
daarvoor.
Bevorderen van elke gelegenheid tot
loonenden arbeid.
Internationale economische samenwer-
king. 1
door A. W. v. E.v. R.
51.
Hij wist zelf niet, hoe waar het was,
wat hij zei.
Juist waren zij den weg, die naar Les
lie's hoeve voerde, voorbij, toen een
kleine tweezits auto uit een zijweg
rechts van hen kwam en hen met groote
snsjhieid voorbijreed, den weg naar
Whitbury op.
Hij werd door Gregg bestuurd,, en
naast hem zat de man, die de verf van
Fayre's jas had afgewasschen in de gara
ge. Toen hij Cynthia zag, bracht Gregg
de hand aan zijn hoied, maar zijn oogen
waren op ray re gevestigd, en het
scheen dezen toe, dat die blik zoowel
een uitdaging als wantrouwen uitdrukte.
Hij keerde zich om en keek de auto
na, en slaakte een kreet bij het gezicht
van den bagagedrager achterop. Die was
beladen met een valies en een grooten
handkoffer.
„Goede God, dat had ik kunnen ra
den! Wat een ezel ben ik geweest!"
sprak hij hevig verschrikt.
„Wat scheelt er aan?" vroeg Cynthia,
verbaasd over de toon van zijn stem,
„Hij neemt de vlucht! Idioot, die ik
was, dat niet te hebben voorzien!"
„Dokter Gregg? Verdenkt u hiem dus
Op de kiezers rust ditmaal een zware
verantwoordelijkheid. Zij behooren zich
rekenschap te geven van den ernst der
tijden en van de gevaren, die dreigen.
Naar een nationaal herstel streeft de
Liberale Staatspartij met alle kracht en
haar program bevat alle daarvoor ge-
wenschte maatregelen. De kiezers kun
nen de nationale eenheid versterken,
niet door afscheiding en versnippering,
maar door hun stem uit te brengen op
de Candidaten der
Liberale Staatspartij „De Vrijheidsbond",
die steeds op de bres staat voor de na
tionale eenheid.
ii.
De „Vereeniging voor Volkenbond en
Vrede", die zich tot taak stelt de be
kendheid met en den arbeid van den
Volkenbond in ons land te popularisee-
ren, beschikt o.a. over de medewerking
eener Economische Commissie,
Deze staat onder leiding van het oud
lid der Tweede Kamer, thans Commis
saris der Koningin in Noord-Brabant,
mr. A. van Rijckevorsel. Zij telt als le
den bekende economen als mej, mr. van
Dorp en de heeren Everwijn, oud-direc
teur der Nederlandsche Handelmaat
schappij, dr. L. G. Kortenhorst, secretaris
van de R.K. Werkgeversvereeniging, P.
J. S. Serrarens, secretaris van de Inter
nationale der Christelijke Werklieden,
Ch. I. J. M. Weiter, oud-vice president
van den Raad van Indië, dr. F, M. Wi-
baut en anderen.
Reeds in 1927, toen de Economische
Conferentie van den 'Volkenbond, die
zoo groote verwachtingen (opwekte,
doch niet volbracht, doordat de leden
van den Volkenbond zich aan hare uit
spraken niet stoorden, bijeenkwam,
stelde deze Vereeniging eene commis
sie samen onder leiding van wijlen
Prof. Treub, welker voornaamste doel
was een geschriftje te ontwerpen en te
verspreiden, dat den gemiddelden leek
zou in staat stellen niet slechts de taak
van deze Conferentie te begrijpen, doch
ook de .moeilijkheden, waarvoor zij
was geplaatst. Ook thans ligt zoodanig
streven in het voornemen. En vooral
thans is daartoe alle aanleiding. De
economische toestand is uitermate
moeilijk en verward, dat weet een
ieder. Die moeilijkheden hangen nauw
samen met bijv. het vraagstuk van her
stel- en oorlogsschulden, dat wel op
den weg naar oplossing is, doch slechts
ten halve. Die moeilijkheden zijn mede
ontstaan door de steeds hooger gewor
den tolmuren, die ons destijds, in 1930
ter Volkenbondstentoonstelling te 's-
Gravenhage, op zeer ingenieuze wijze
zijn uitgebeeld. Maar hoe die moeilijk
heden in elkander grijpen, en wat er
gedaan moet worden om ze op te los
sen, v/elke leek weet het, ook al praten
velen erover met een gezag ,dat anders
zou doen veronderstellen?
Het is heel gemakkelijk om de schou
ders op te halen voor het onvermogen
van den Volkenbond. Daarmede Rech
ter komt geen mensch en geen volk
verder. Slechts door de internationale
samenwerking, die in hoogste instantie
in den Volkenbond is belichaamd, te
versterken, geraakt men tot de oplos
singen, die wellicht in staat zijn over
de geweldige moeilijkheden van het
oogenblik heen te komen.
werkelijk?"
„Dat niet alleen, maar hij weet het!
Cynthia, ik heb de beele boel in de war
gestuurd! Het eenige, wat wij nu doen
kunnen, is zoo gauw mogelijk naar Sta-
veley te gaan. Ik moet Grey opbellen
en hem waarschuwen."
Cynthia verloor geen tijd met vragen
stellen. Zij cleed haar best en Fayre be
loofde zichzelf plechtig nooit meer wan
neer zij aan het stuur zat er zelfs maar
op te zinspelen dat hij haast had. Om
hem riecht te doen dient vermeld te
worden, dat zij drie keer ternauwernood
aan den dood ontsnapte, zonder een kik
te geven, maar hij dankte zijn goed ge
sternte, toen hij de trap opvloog en het
kamertje inliep, waar de telefoon hing.
Verbazend gauw had hij aansluiting
met Grey en vertelde hem, wat er was
gebeurd.
„Ik vrees, dat het .mijn schuld is. Als
hem niets had laten merken zou hij niet
bang zijn geworden. Kunt u daarginds
iets doen?"
„Ik zal het probeeren, als hij naar
Londen komt. Ik kan hier een man op
het station posteeren. Hoe is hij gekleed,
hebt u dat opgemerkt?"
„Ik heb er niet het minste idee van.
Ik beek alleen maar naar zijn gezicht.
Maar daarop kan uw man niet afgaan.
Als ik dien trein maar kon halen!"
„Als u dat deed, zoudt u het nog er-
VOLKSONDERWIJS.
Een goede vergadering,
Gisterenavond hield de afdeeling
Middelburg van Volksonderwijs op de
bovenzaal van de Eendracht eene al-
gemeene vergadering, onder voorzitter
schap van den heer W. S p i n n a a ij
die na verwelkoming der aanwezigen,
mededeelde, dat de afdeelingsvoorzit-
ter, de heer mr. J. W. Zijlstra, door ziek
te niet aanwezig kon zijn en die zijn
beste wenschen uitsprak voor een
spoedig herstel, opdat de heer Zijlstra
zijn ambtsbezigheden weer als van
ouds kan vervullen en ook zijn krach
ten weer kan geven voor het werk van
V olksonderwijs.
De secretaris, de heer F. A. Rosen-
d a a 1, bracht zijn jaarverslag uit, waar
uit bleek, dat het ledental, dat bij het
begin van 1932 207 was, aan het einde
210 bedroeg. De secretaris memoreert
het heengaan van de heeren C. Hack en
A. Dekker als secretaris en pennig-
meester en wijdt woorden van grooten
dank aan hen, voor alles wat zij voor
Volksonderwijs hebben gedaan.
De penningmeester, de heer'C. Roe-
la n d s, kon door werkzaamheden aan
de heden in het Schoolmuseum te ope
nen tentoonstelling, geen rekening en
verantwoording doen en zullen twee
daarvoor aangewezen leden, boeken
en kas bij hem aan huis gaan controlee
ren. Wel kon medegedeeld worden, dat
er een goed slot is van ruim f 60.
Aan de orde was nu de bestuursver
kiezing, Ten eerste in de periodieke
vacature van den heer P, W. Menalda
van Schouwenburg, die zich niet her
kiesbaar stelde en wien schriftelijk
dank zal worden gebracht voor alles,
wat hij, vooral enkele jaren geleden
voor de afdeeling heeft verricht.
Tevens kon nu gevolg worden gege
ven aan een verleden jaar genomen be
sluit om het bestuur van 5 op 7 perso
nen te brengen en moest de vergade
ring dus 3 bestuursleden kiezen.
Bij de eerste stemming bleken geko
zen te zijn mej. C. Nijdam en de heer
J. Bliek, die beide deze benoeming aan
nemen, en na een tweede vrije stem
ming en een herstemming de heer C. J.
Geldhof, die eveneens verklaarde de
benoeming aan te nemen.
De voorzitter bracht allen dank
voor hun bereidwilligheid en uitte,
vooral zijn vreugde, dat thans ook een
dame in het bestuur is opgenomen.
Hierna stelde de voorzitter aan
de orde de bespireking van den a.s.
Maandagavond in de sociëteit St. Joris
te houden filmavond en bracht naar vo
ren, dat de bedoeling is, dat de leden
voor zich en hun huisgenooten en ken
nissen kaarten afhalen Woensdag (van
3 tot 4) of Donderdag (van 6 tot 7 uur)
bij den heer F. A. Rosendaal, Molen
water M 264. Mochten dan nog kaarten
over zijn, dan zullen niet-leden ook
daartoe in de gelegenheid worden ge
steld.
De heer Rosendaal bracht ver
volgens verslag uit van de algemeene
vergadering van Volksonderwijs, die
hij voor het eerst medemaakte, hij hoop
te dat het niet de laatste keer zou zijn.
In het Comité voor de Vacantie-
school koos de vergadering naast den
heer Rosendaal, den heer J, Bliek.
Thans kwam de wensch uit de ver
gadering, gaarne gesteund door het be
stuur, naar voren, om de propaganda
aan een afzonderlijke commissie op te
dragen en verklaarden zich bereid daar
in zitting te nemen de heer Bliek als
leider en mej. Nijdam en de heeren J.
Start, G. Faro en W. Klopmeijer.
Deze commissie zal plannen ontwer
pen en daarna aan het bestuur voorleg
gen.
Op voorstel van den voorzitter be
sloot de vergadering dit jaar wel een
ger maken. Ik wou, dat wij een foto
hadden. We moeten op het kaartje af
gaan. ik zal mijn mannetje op het hart
drukken, hem goed in het oog te hou
den, als het eenigszins mogelijk is. Ge
lukkig staat hij op goeden voet met het
stationspersoneel. Maar 't zal een strop
zijn, als Grie naar het noorden gaat!"
„Het is zelfs niet zeker, dat hij met
den trein gaat! Hij was op weg naar het.
station, maar dat zegt niets. Hij had zijn
bediende bij zich, dat wijst er op, dat hij
de auto van het station weer naar huis
terug wilde sturen. Lie man is ook zoo
wat tuinman, dus kan hij hem moeilijk
meenemen, als hij ver gaat."
„Dat zou een treinreis beteekenen,
dus is het geluk misschien nog met ons.
Beschrijf h)em mij zoo goed u kunt!"
„Lengte ongeveer vijf voet zes. Haar
en snor bruin, de laatste vrij slordig.
Kleur: roodachtig. Heel stevig gebouwd
op het zware af; hij ziet er uit, alsof
hij op later leeftijd zwaarlijvig zal wor
den. Bruine oogen, geloof ik. Hij daagt
gewoonlijk ruwe tweeds, maar ik heb er
geen idee van wat hij vandaag aan had.
Er stonden een valies en een groote
bruine handkoffer op den bagagedrager.
Tien tegen één, dat hij den koffer zelf
zal dragen. Beter kan ik hem niet be
schrijven."
„Beter iets dan niets. Luistert u eens,
bent u vrij, om op ieder oogenblik over
bloempjesdag of collecte te houden,
zoo mogelijk op Zaterdag in Mei en na
men in de commissie daarvoor zitting
mej. Nijdam en de heeren Klopmeijer
en Start.
De muiterij op „De Zeven Provinciën".
In de bovenzaal der Sociëteit de Ver
genoeging, sprak gisteravond vanwege
den plaatselijken raad uit M. B. B. en
S. D. A. P. het lid der Tweede Kamer,
de heer W. Drop, in verband met het
gebeurde met „De Zeven Provinciën"
over Recht of Gezag of de houding der j
regeering in Nederland en in Indië.
De spreker werd ingeleid door den
Voorzitter, de heer Paul, die de aanwe
zigen verzocht, uit pieëteit voor de ge
vallenen een oogenblik op te staan.
De heer Drop zeide, dat men eener-
zijds een groep ziet, die de gebeurtenis
sen zoo ziet, dat men van wereldrevo
lutie kan spreken; anderzijds een groep
van allerlei kleur en schakeering, die
liet gebeurde in Indië op rekening tracht
te schuiven van de moderne arbeiders
beweging. Hieronder hoort ook de bur
gerlijke pers.
Ook de Middelburgsche Crt. is niet
achtergebleven, waar zij schrijft: Aan
hen, die de pestkiemen hebben uitge
zaaid; de nationalisten-communisten,
die ons gezag in Indië ondermijnden en
de roode vakvereenigingsmannen in Ne
derland en Indië.
Doch vooral verzocht spreker goed
vast te houden de zinsnede in het hoofd
artikel van de M. Crt, waar genoemd
blad als een feit stelt, dat het Recht in
geen enkel opzicht aan den kant der
muitelingen was.
In verband daarmede wil spr. daarte
genover feiten nagaan.
Nog altijd is de arbeidersbeweging
in de minderheid, aldus spr., doch een
minderheid die niet meer gebroken
kan worden. En de allervoornaamste
vrucht is wel niet de verruiming van le
venspositie, doch het groeiend bewust
zijn in de arbeidende klasse van een
sterk en nuchter gevoel in staat nati
onale en internationale gebeurtenissen
naar hun waarde te onderscheiden.
Bovendien is in haar gerijpt een ster
ker gevoel van eigenwaarde, en een
sterker gevoel van gerechtigheid.
Spr. wijst er op, dat de Westersche
kapitalistische ontwikkeling, toegepast
op de O. beschaving een veel vernieti
gender invloed heeft gehad dan op de
Westersche, die toch niet gering is ge
weest. Spr, wijst op de plicht der s.d.
nog wat van die oude beschaving te
redden.
Toen het recht van organisatie ver
overd was voor het marinepersoneel
voor verbetering der levensvoorwaar
den, heeft de Nederlandsche regeering
te Makassar een opleidingsschool ge
sticht voor marinepersoneel, om zoo
doende de vloot in Indië te bemannen
met inlandsch personeel. Doch zij ver
gat dat zij juist door die stichting aan
het Indonesische volk nieuwe levens
waarden gaf, in staat tot onderscheiden
Ook „De Zeven Provinciën" was be
mand met personeel uit de school te
Makassar.
Komende op de eigenlijke muiterij
wijst spr. er op, dat de minister wel de
protestantsche en R. K. bond en den
bond van technici ontving, doch het
Cambo werd door den secretaris-gene
raal een verhoor afgenomen.
In 's ministers regeeringsverklaring
zag hij over het hoofd, dat de regeering
de eerste plicht had alle schijn van on
rechtvaardig optreden had moeten ver
mijden. 't Gaat niet zoozeer om de loon-
korting zelve: 't gaat er om of in 't on
voldoend beleid, los van de bedragen,
aanwijzingen genoeg liggen voor min
achting van de rechten van het perso
neel.
Spr. wijst in verband hiermee op de
10 pCt. salariskorting van 1 Jan. 1932,
op de verklaring van den minister,, op
Het rieten dak van een boerderij in de buurt van
Alkmaar vertoonde aan de binnenzijde groote gaten,
die door ratten werden veroorzaakt. Ten einde raad
nam de eigenaar een proef met Rodent, met het ge
volg dat hij 's morgens tal van doode ratlen vond en
nadien geen rat meer heeft gehoord of gezien. Eén
doosje Rodent heeft hem voor honderden guldens
reparatiekosten gevrijwaard. Laat Uw eigendommen
niet door dit schadelijke ongedierte vernielen. Maakj
voor goed een eind aan de rattenp'aag door aanwen
ding van RodenL Het trekt ratten en muizen on
weerstaanbaar aan. Koop nog heden een enkele doo*
50 et of een dubbele doos a 90 cL en morgen zultj
U van rat en muis bevrijd zijn. O. a. bij alle dro-|
gisten. Imp.: Fa. B. Meindersma - Den Haag. B 471
flngez. Med.)
te kunnen komen?"
„Ja. Vanavond, als u wilt,
„Er is geen groote haast bij, maar u
zoudt in den loop van de volgende twee
dagen over kunnen komen. U kunt daar
toch niet veel meer doen en het is zoo
wat tijd, weer eens met iglkander te
overleggen. Misschien weet ik iets^oor
u, tegen den tijd, dat u hier bent."
Fayre maakte even een berekening.
„Ik vertrek morgén met den nacht
trein en ben er dan Zondagmorgen. Ik
kan u dan Maandag komen opzoeken."
„Goed, Of nog beter, luncht u Zondag
met mij in Troc?"
„Uitstekend; ik zal zorgen, dat ik er
om één uur ben. Tusschen twee haak
jes, als Greeg met den nachttrein is ge
gaan, komt hij ongeveer twintig minu
ten over zessen aan. Zeg uw mannetje,
dat hij voorzichtig moet zijn. Denk er
cm, dat hij geen dwaas is!"
„Dank u. Ik zie u dus Zondag,"
Toen Fayre den hoorn ophing, maakte
een stem achter hem hem aan 't schrik
ken.
„Wat is dat? Is die ondeugende dok
ter er vandoor gegaan? Nu, dat ziet er
leelijk uit!"
Bil! Staveley was ongemerkt binnen
gekomen en had Fayre's laatsten zin ge
hoord. i
„Hij is weg," antwoordde Fayre. „Ik
ontmoette hem zoo juist, toen hij op weg
zijn Indische reis, dat met de belangen
van het personeel rekening zal worden
gehouden.
Vast staat dat men verwachten mocht
dat de meerdere korting niet zou ko
men, totdat, zonder eenig nader over
leg het K. B. van 21 Jan. kwam, die
toch een korting bracht van 4 pCt. voor
het Europeesch personeel.
Vast staat dat de commandant van
„De Zeven Provinciën" getoond heeft
niet de minste notie te hebben geno
men van den geest op zijn schip, dat
hij evenwel was gewaarschuwd, en na
de muiterij 5 korporaals de beschikking
over een vliegtuig hadden gevraagd om
„De Zeven Provinciën" weer onder com
mando te brengen.
En dan de manier, waarop voor de
overgave de bom is gegooid, terwijl de
militaire rechtsregel is, dat aan een
daad van geweld een waarschuwing
vooraf gaat. Dat raak is geschoten,
blijkt nu, na de verklaringen in den
Vo ksraad van den commandant der zee
macht, in strijd met het plan van ac
tie, doch spr. had van den deskundige
in de vlootcommissie vernomen, dat de
marinevliegtuigen voorzien zijn van
voortreffelijk werkende richtingsmidde
len.
Aan welke zijde is nu het recht?
Aan het marinepersoneel, dat ge
voeld heeft, dat men voor dit personeel
minachting heeft gehad.
En de muiterij zelve!
Spr. keurt die op zich zelf af. Alleen
een actie langs wettigen weg is geoor
loofd en met eerbiediging van den krijgs
tucht. Als middel van klassenstrijd is
dit dus niet geoorloofd.
Doch daarmee is dan ook alles hier
over gezegd. Want waar ligt de oor
zaak? Inbreuk op de krijgstucht mag
niet, doch geen krijgstucht mag wor
den gehandhaafd, als die gepaard gaat
met woordbreuk.
De regeering heeft het er naar ge
maakt, dat dit voorviel. Bij haar is de
schuld. De heele beweging was slechts
als protest bedoeld, doch nu weigert
de burgerlijke pers voor te stellen, dat
de muiters hebben willen protesteeren.
Naar spr.'s oordeel is het aantal dooden
niet alleen onnoodig, doch zij zijn ge
vallen in een episode in de wereldge
schiedenis van den opmarsch naar een
nieuwe wereldorde.
Is 't geen schande voor de Nederland
sche regeering, dat op hetzelfde oogen
blik, dat dit gebeurde, de minister van
buitenlandsche zaken te Genève het
Fransche plan mede verdedigdge tot ver
bod van een luchtbombardement. Daar
om trok Vliegen zich uit Genève terug.
Twee vragen doen zich nu voor, Hoe
zullen deze gebeurtenissen worden ge
liquideerd. Zullen wij slagen, dat recht
wordt gesproken? Daarop moet nu onze
actie gevestigd zijn. Onze beweging zal
zorgen voor de verdediging der mui
ters.
En dan welke gevolgen zullen deze
gebeurtenissen en die in ons eigen land
hebben in de verhouding tusschen Neder
land en Ned. Indië.
Niemand weet hoe 't gaan zal. We
leven in een tijd van gisting en beroe
ring.. Doch wij kunnen in de komende
verkiezingsdagen een oordeel geven van
was naar het station met bagage en al.
Het lijkt, alsof hij zijn biezen heeft ge
pakt."
Staveley keek op zijn horloge.
„Zelfs al was je nu pas terug, dan had
hij nog ruim tijd, om den trein van vijf
uur veertig te halen. Waarom denk je,
dat hij naar Londen is gegaan?"
„Nergens om. Misschien is hij heele-
maal niet met den trein gegaan,"
Als antwoord duwde Staveley hem
zacht op zijde, nam den hoorn op en gaf
een nummer op,
„Station Whitbury? Ben jij daar, Mil
lar? Hier lord Staveley. Is/de London-
trein al weg? Vervloekt, dan ben ik te
laat. Ik had dr. Gregg over iets willen
spreken. Hij zat immers in dien trein,
niet waar? Weet je misschien of hij re
gelrecht naar Londen gaat? Als hij in
Carlisle uitstapt, kan ik hem daar op
bellen. Dank je, ik zal wachten."
Er was een korte pauze, terwijl hij
met den hoorn aan het oor wachtte.
„Hallo! Ja. Ging hij door? Ja, dat
klopt. Dank je wel."
Hij hing den hoorn weer op en wend
de zich tot Fayre.
„Hij nam een kaartje naar Londen en
had zijn bagage rechtstreeks daarheen
geadresseerd. Wil je het je man laten
weten?"
(Wordt vervolgd.)