DE ROODE VULPENHOUDER
BINNENLAND.
ZEELAND.
fWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN VRIJDAG 17 FEBRUARI 1933.
No. 41.
DE KERKELIJKE STRIJD TE
BIEZELINGE.
m.
SPROKKELS VAN FEBRUARI.
MIDDELBURG.
Men schrijft ons van deskundige zijde:
Gelijk 't steeds gaat in ons vrijge
vochten vaderland, hadden velen aller
lei bezwaren tegen deze nieuwigheid.
„De Synode was daartoe niet gerech
tigd omdat ze ingreep in het beheer;
't had van de kerkvoogden moeten uit
gaan."
Maar die deden 't niet, ook al omdat
er geen eenheid was; 't algemeen college
had niets te zeggen over gemeenten met
vrij beheer. Vooral gold als bezwaar
dat de fondsen alleen mochten besteed
worden voor de plaatselijke ge
meente, maar men vergat dat de aan
slagen voor verreweg het grootste deel
door de verhoogingen aan den plaat-
s e 1 ij k e n predikant ten goede kwam.
Er werd een bond van „Protesteerende
kerkvoogdijen" opgericht die weigerde
de aanslagen te betalen en zelfs een
proces bij den burgerlijken rechter op
touw -zette, maar in hooger beroep
werd uitgemaakt dat de Synode Wel de
gelijk rechtsbevoegd was om zulk een
tractementsregeling in het leven te roe
pen.
De groote meerderheid der gemeen
ten schikte zich allengs in den nieuwen
toestand, waardoor de tractementen
verbeterd werden.
In Zeeland weigerden slechts vijf ge
meenten, sommigen echter uit onmacht,
slechts enkele uit onwil.
Tot deze laatste behoort ook B i e
z e 1 i n g e.
De kerkvoogden hebben zelf ver
klaard, dat het predicantstractement van
de laatste predikanten hooger was
dan het minimum plus den aan
slag.. Men schreef deze weigering toe
aan verkeerde voorlichting en daarom
trachtte het Classicaal bestuur aanvan
kelijk door overreding de gemeente tot
andere gedachten te brengen.
Maar blijkbaar onder den invloed van
booze machten bleef het verzet be
staan; men ging er zelfs toe over een ge
heel onbevoegd persoon voor de ge
meente te laten optreden en dezen de
pastorie te laten bewonen.
Minder aangename ervaringen heb
ben daaraan een einde gemaakt.
Van meening zijnde, dat gemeenten
met „vrij beheer" op den duur vaster
stonden in hun verzet, besloten kerk
voogden en notabelen nu de gemeente
leden op te roepen om bij stemming te
beslissen of Biezelinge al dan niet nog
onder toezicht zou blijven, niettegen
staande door den rechter alreeds was
uitgemaakt, dat een gemeente, die een
maal tot de organisatie was toegetre
den niet bevoegd was, dien band een
zijdig te verbreken, ook niet door een
besluit van de stembevoegde lidmaten.
Het Provinciaal College van toezicht
achtte zich nu geroepen om in te grijpen
en schorste kerkvoogden en notabelen
in de uitvoering van hun bediening.
Deze schorsing werd echter al spoe
dig opgeheven, toen kerkvoogden en no
tabelen hun spijt betuigden, dat hun han
delingen aanleiding hadden gegeven tot
een conflict met het Provinciaal College
en de verzekering hadden gegeven dat
zij als zoodanig niet meer zouden mede
werken om den band tusschen het Prov.
Kerkbestuur en hun gemeente te helpen
verbreken en zij zich' daarnevens be
reid verklaard hadden tot het betalen
van het aandeel in den aanslag der classi
cal kosten ook over vorige jaren.
door A. W. v, E.v. R.
47.
,J>an moet Page van den 23en tot den
2óen in Carlisle zijn geweest. Waar zou
hij daarna heen zijn gegaan? Waarschijn
lijk naar het zuiden, naar Londen. Het
kan zijn, dat hij het er niet op durfde
wagen het spatbord in Carlisle te laten
repareeren, in welk geval wij een kleine
kans hebben, hem op den weg naar
Londen te kunnen volgen. En, zooals je
zei, zal hij last hebben gekregen met dafj
nummer."
„Wat dat betreft, kon hij tijdelijk een
ander nummerbord nemen, maar dat zou
meer opvallen dan een gewoon bord."
„Ik zal Grey vanavond een regeltje
schrijven en vragen of hij daar iets kan
beginnen. Hij weet beter, hoe hij dat
moet aanleggen dan ik. Eerlijk gezegd,
ik geloof nog steeds, dat die Page heele-
maal niets met de zaak te maken heeft
gehad, om zich sdhuil te houden. Er zijn
de laatste weken in het noorden ver
scheidene auto's gestolen. Het is om zoo
te zeggen een broodwinning geworden,
en hij kan best met een gestolen auto
op *e2 naar Londen zijn gegaan. Wij
hebben niet veel bewijzen tegen hem."
Daar hij besloten had Cynthia niet in
zijn vertrouwen te nemen over het on
derwerp: Gregg's medeplichtigheid, kon
hf haar de ware reden niet zeggen
waarom hij Page's schuld betwijfelde.
noe hij ook redeneerde^ hij kon den
Februari. En al een enkele zonnige
dag, een „zomersche" dag, een vroege
lentedag in elk geval. Sprokkelmaand.
En al enkele sprokkels van het voor
jaar, een zonneflits, een roep, een klank,
een lentegeluid, een groenende wei, wat
bengelende katjes, eerste klanken van 't
vol accoord, eerste teekens van het
herontwakend leven.
'k Heb hier voor mij in een gember
pot op het schrijfbureau wat takjes ga
gel staan, geplukt op een heerlijken ijs
dag van vrijuit zwieren langs vaartenen
over plassen in het laatst van Januari,
geplukt aan den rand van kooibosch en
meer.
En zij zijn mij, die geurige gagelstruik
jes vol pittig aroom, een groet van het
wijde, wilde land van veen en wei en
water, zij zijn me een herinnering aan
't spaarzaam genoten, maar op die en
kele uren dan toch voluit en dankbaar
aanvaarde ijsvermaak, maar zij worden
mij nu bij het goudgeel opengaan en 't
lentelijk verstuiven van de eerst nog
stijve katjes een teeken van de nade
rende lente, die nu op stille, zonnige
Februaridagen al het praeludium, het
aarzelende maar al sterker aanzwellen
de praeludium zingt daarginds, ver van
hier helaas, in het land van veenplas en
kooibosschage, maar gelukkig niet daar
ginds alleen: ook hier langs den land
weg en in het park, langs den dijk strak
en in de stormluchten over de zee, in de
weiden en de tuinen, over de akkers
en in de wateren, overal immers, over
al.
Februari kan een maand zijn vol kille
mistdagen, waarin de wereld klein is en
triest en somber. Februari kan ook vol
gure vlagen zijn, vol scherpen Oosten
wind als op den Elfstedendag van vier
jaar geleden, vol bittere koude nog en
vol boeiend ijsplezier. (Maar Februari
is ook de maand van de eerste lente-
teekenen, van 't stilaan voorbereiden
van de feestmaanden van het jaar.
Februari is de maand van de febru-
atio, van de reiniging. Voor de oude
Romeinen, van wie wij de namen van
de maanden overnamen, was Maart de
eerste maand van het jaar en in de
laatste dagen van den afgesloten jaar
kring, in onze Februaridagen dus, brach
ten zij hun offers, zooals dr. F. W. Drij
ver in zijn Mozaïek vertelt, ter verzoe
ning der schuld van de nog levenden
en ter bevordering van de zielsrust der
dooden. Naar aanleiding van dit gebruik
gaf Numa Pompilus, een der oudste Ro-
meinsche koningen, aan de tweede der
door hem toegevoegde maanden den
naam Mensis Februarius, reinigings-,
maand.
"Is het' ons niet of ook in anderen zin
en ook voor ons deze naam recht be
houdt? Tuinen worden gereinigd of
opgeruimd voor het voorjaar, het snoei
mes gaat langs boomen en heesters in
deze dagen, voorjaarsstormen reinigen
boom en bosch van het dorre hout, ver
jongd, verruimd, verreind, verfrischt
gaat de natuur de volle lente wachten.
En sprokkelmaand? Hiermee is het-
hetzelfde als met Louwmaand, waarover
ik eenige weken geleden schreef: een
heele reeks van verklaringen wordt ons
gegeven. Ten Kate meent, dat sprok
kelmaand zooveel als jachtmaand be-
teekent, omdat men dan het wild „op
spoort" in de koude. Anderen denken
aan sporkelle of sprong met het oog op
de vergrooting van de maand met één
dag in een schrikkeljaar. Naast verschil
len andere verklaringen is er ook
deze, waaraan wij ons maar houden
zullen, dat bij deze naam te denken
is aan het inzamelen van de sprokkels,
de afgebroken takjes.
En dus keer ik tot mijn wiotersprok-
kels, ijssouvenirs, maar lenteboden te
vens, mijn gageltakjes terug, die, als ik
er tegen tik, hun stuifmeel, hun lente
goud over het witte blad papier laten
dwarrelen. En ik verheug mij over het
lentegoud, het zonnegoud van Februari,
dat de hemel in gloed zet en de aarde
koestert en uit kou en nevel en duister
uitbreekt, het leven wakker roept en
het aanschijn der wereld verjongt! Weest
blij begroet, lentesprokkels van Febru
aril A. L. B,
dokter niet met de vreede auto in ver
band brengen en als die den 23sten van
zeven tot negen uutl op de boerderij van
Hammond was geweest, kon hij onmo
gelijk om half negen in Carlisle zijn.
Cynthia staarde ,hem verbaasd aan.
„Maar oom Fayre, de auto werd ge
zien even nadat de moord gepleegd was,
van de boerderij komende, en u weet,
dat die laan niet verder doorloopt. Ze
moet van die boerderij zijn gekomen en
er kunnen moeilijk twee auto's zijn ge
weest met Y 07 op het ntimmebord, en
een vernield spatbord. U kunt die auto
maar niifet heelemaal uitschakelen!"
„Het kan best zijn, dat de landlooper
gelogen heeft. Bedenk, dat hij nog niet
vrijgelaten is!"
„De voerman is in elk geval eferlijki
en wat hij zei, stemde geheel overeen
met wat de landloopler vertelde. Tenslot
te kwam de heele beschrijving van de
auto van hem. En u hebt altijd gezegd,
dat u geloohJe-, dat mrs. Draycott naar
John's boerderij was gereden."
„Dat denk ik nog, maar wij moeten
niet over het hoofd zien, dat het wel
meer glebeurt, dat een auto een dood
loopenden weg inslaat en haastig terug
rijdt, als de vergissing bemerkt wordt,
en dat kan hier ook gebeurd zijn. Ik ben
er sterk voor dien Page na te gaan, als
wie dat kunnen, maar het zou mij niet
verwonderen van hem te hooren dat er
al een abito bij het hek van de boerde
rij stond, toen hij er kwam, en dat hij
alleen maar omkeerde en denzelfden
weg terugreed. Ik probeer alleen maar
DE RIJKSMIDDELEN IN JAN. 1933
De opbrengst van de Rijksmiddelen
(hoofdsom en opcenten) over de maand
Jan. 1933 bedroeg 30.752.842, tegen
31.433.723 over de maand Jan. 1932.
Het één twaalfde gedeelte der ra
ming over het geheele jaar bedraagt
31.849.200.
We laten hieronder volgen de op
brengst over de maand Januari 1933,
vergeleken met die over de maand
Januari 1932.
Grondbel.
Pers. bel.
Ink. bel.
Verm. bel.
Div. en T.
Inv. recht
Opc. invoerr.
Stat. recht
Zout
Geslacht
Wijn
Gedistilleerd
Bier
Opc. acc. bier
Suiker
Opc. acc. suik.
Tabak
Goud, zilv.
Zegelrecht
Reg. recht
Succ. recht
Domeinen
Staatsloterij
Loodsgelden
1933.
536.200
- 5.906.037
963.245
415-333
- 4.585.861
- 1.149.470
158.242
229.587
567.146
31.472
- 2.243.941
- 1.346.636
2.228
- 4.710.616
102.233
- 2.163.839
51.647
- 1.472.018
- 1.041.164
- 2.579.911
171.319
16.907
307.779
1932
481.631
14.419
7.098.498
1.116.679
760.308
3.936.092
177.137
200.413
533.613
51.421
2.669.311
804.984
4.266J09
2.502! 159
63.342
1.565.777
925.341
3.750.765
175.167
16.955
323.591
30.752.842 31.433.723
De opcenten ten bate van het Lee-
ningsfonds gaven over Januari 1933 een
opbrengst van 4.697.646 tegen een be
drag van 4.664.653 over Januari 1932.
De inkomsten ten bate van het „We
genfonds" gaven over Januari 1933 een
opbrengst van 712.068, Rijwielbelas
ting 10.920.
DE A.S. KAMERVERKIEZINGEN.
Naar de Maasbode verneemt, zal voor
de candidaatstelling voor de a.s. Twee
de Kamerverkiezingen, welke op 15
Maart zal worden gehouden, nog de
oude kiezerslijst moeten worden ge
bruikt, terwijl de stemming op 26 April
zal geschieden volgens de nieuwe k'e-
zerslijst, welke op 1 April van kracht
wordt.
NEDERLANDSCH-DUITSCHE
BESPREKINGEN.
Geen basis voor overleg.
tusschen de Nederlandsche en Duitsche
onderhanelaars zijn naar de Maasb. ver
neemt., mislukt. De concessies, waartoe
de Duitschers bereid waren, konden naar
het oordeel der Nederlandsche afgevaar
digden ter conferentie geen basis vor
men voor verdere besprekingen.
Door het niet tot stand komen van een
overeenkomst met Duitschland ziet de
toestand voor onze tuinbouw er zeer
slecht uit. Met 1 Maart a.s. zal nu ook de
je een mogelijke teleurstelling te bespa
ren, beste meid."
„In dat geval zouden we nog leven
ver zijn, als we eerst waren!" zuchtte
iet meisje, dat haar hoop wreed den
sodem zag ingeslagen.
Fayre besefte plotseling, dat (hij bij
zijn besluit zich niet van zijn vervolging
van Grey te laten afleiden, er toe was
gekomen Cynthia te kwetsen en te ont
moedigen. Ook wist hij, dat zijn zaak
tegen den dokter heel zwak stond en
dat alleen zijn ingeboren stijfhoofdig-
ïeid hem belette dat te erkennen.
„Kom, beste meid, wat een onzin!"
riep hij verwijtend uit. „Zie jta niet in,
van hoe groote waarde het is in aan
raking te komen met den e enigen per
soon, die op het tijdstip van den moord
aanwiezig was, al pleegde hij dien niet
zelf? Let wel. ik zeg niet, dat hij hem
niet begaan heeft, maar naar alles, wat
wij weten, kan hij den moord hebben
zien bedrijven, en is het in elk geval bij
na onmogelijk, dat hij het schot niet
heeft gehoord. Als we hem krijgen, is
dat jou werk. En dat is van onschatbare
waarde!"
Cynthia keek hem strak aan.
„Ik geloof dat u 't werkelijk meent,"
zei ze, „en dat u het niet alleen maar
zegt om mij gerust te stellen."
De auto hield stil voor de breedie
trap, die naar de groote, eikenhouten
deuren van Stavelay leidde, en Cynthia
maakte zich gereed er uit te springen
„Maar ik zou dolgraag willen weten,"
voegde zij er over haar schouder aan
DAMES ZIJN DUUR.
Als er 10 dames waren, die huis aan
huis konden laten zien, hoe gemak
kelijk en schitterend men alles kan was
schen met het zelfwerkend waschmid-
del „1, 2, 3", dan zou ook U zeker over
tuigd worden.
Maar elk pakje zou dan 5 cent meer
kosten als nu. Is het dan niet beter, dat
U slechts 17 y cent betaalt voor een pak
„1, 2, 3" en zelf de prachtige resultaten
ziet? Het overtuigt U waarschijnlijk be
ter en het bespaart U 5 cent op een pak
élke week weer.
Probeert het toch zelfstandig en zegt
zelf of U ooit een zoo uitstekend wasch
middel hebt gehad.
„1, 2, 3", is werkelijk bijzonder goed
het is bovendien NEDERLANDSCH FA
BRIKAAT en kost maar 17 y2 cent per
pak.
(Ingez. Med.)
overeenkomst afloopen, volgens welke
voor sommige onzer tuinbouwproducten
nog 'n lager invoerrecht werd geheven.
Met ingang van dien datum zullen ook
deze producten door het hoogere Duit
sche invoerrecht getroffen werden, waar
door het practisch onmogelijk zal zijn
om bijv. nog eenige koolsoort naar
Duitschland in te voeren.
Bij informatie kon het blad geen of-
ficieele bevestiging of ontkenning van dit
bericht bekomen, ofschoon wel moest
worden toegegeven, dat dat de zaken er
niet gunstig voorstaan.
TIENJARIG BESTAAN VAN
ACHILLES.
Toen wij Zaterdag j.l. gewag maak
ten van het 10-jarig bestaan van de gym
nastiekvereniging Achilles waren wij
wat vlug. Dit jubileum viel niet op 11,
doch op 15 Februari.
De viering van dit tweede lustrum is
gisteren ingezet met een druk bezochte
receptie van het bestuur der jubilee-
rende vereeniging op de bovenzaal van
de sociëteit De Vergenoeging.
De zaal had een zeer feestelijk aan
zien, mede tengevolge van het groot aan
tal bloemstukken, waaronder wij er op
merkten van mevrouw E. Hoegen van
Hoogelande, de beschermvrouwe der
vereeniging; van den Zeeuwsch-Bra-
bantschen Turnkring; van de Commis
sie voor het gemeentelijk sportterrein;
van de Vereeniging voor Vreemdelingen
verkeer; van Uit het VolkVoor het
Volk; van Handelsbelang; van het Comi
té voor Wandelconcerten; van den
Zeeuwschen Athletiekbond en van de
athletiekvereenigingen E.M.M. te Mid
delburg en Marathon te Vlissingen; van
de voetbalvereeniging Middelburg; van
de gymnastiekvereenigingen Mediobur-
gum, Ons Huis en Wilheimina te Mid
delburg; Lichaamsontwikkeling en Vlis-
singschen Turn vereeniging te Vlissingen,
Volharding te Souburg en Volharding te
Goes en ten slotte van de voor het ju
bileum gevormde feestcommissie.
Schriftelijke gelukwenschen met be
richt van verhindering waren ingekomen
van den Commissaris der Koningin, die
reeds aan den directeur, den heer J. A.
Bal, een medaille met zijn stempel had
overhandigd; van het gemeentebestuur;
van Vreemdelingenverkeer te Biervliet;
van het muziekgezelschap Crescendo en
toe, „wat u achter uw grappige oude
mouw hebt."
Daarop vloog zij de trappen op en
verdween in het huis. Fayre als een
seeld van verslagenheid achterdatend.
„Die drommelsche vrouwen!" riep hij
uit, haar volgend.
Hij begaf zich naar dfe bibliotheek en
verschanste zich achter de „Times",
maar het gelukte hem niet lang zich te
verbergen. In minder dan vijf minuten
later hoorde hij Cynthias stem in de
hall, en daarna haar vlugge, lichte stap,
toen zij de kamer binnenkwam. Hij be-
vroef zijn neus nog dieper in het hoofd
artikel. Zijn stoel kraakte verontwaar
digd, toen Cynthia op haar gemak op
de leuning ging zitten en leen smal, blank
handje tusschen zijn oogen en de krant
hield.
„Ik heb mijn rol goed gespeeld, is 't
niet, oom Fayre?" murmelde zij zacht.
„Ik heb nooit iets gevraagd. Vindt u
niet, dat ik een klontje verdien?"
„Wat moet je nu weer?" vroeg hij,
tevergeefs trachtend barsch te spreken.
Als Cynthia begon te vleien, was zij
dubbel gevaarlijk.
„Wat zou u er van zeggen, als wij
weer in de auto wipten en naar het
dorpsziekenhuis reden, wij saampjes?
Als wij dadelijk gaan zijn we rtuim op
tijd voor de thee terug."
„En mag ik vragen, wat je je voor
stelt daar te doen?"
„In de auto blijven zitten, terwijl u
naar binnen gaat en den landlooper op
zoekt. Och toe, oom Fayre! Als u het
van den heer F. G. Lemmers, penning
meester van den Zebra.
Teegrafisch wenschten geluk de
Kon. Nederl. Athletiek Unie en Zelandia
te Hansweert.
Achtereenvolgens kwamen hun opwach
ting maken vertegenwoordigers van Li
chaamsontwikkeling te Vlissingen; de
bode der vereeniging, de heer de Hamer;
vertegenwoordigers van de voetbalver
eeniging Middelburg, van de Athletiek-
vereeniging E. M. M., van de Feestcom
missie voor welke de heer Kerkmeijer
sprak en zeide op de uitvoering op 22
dezer nog wel meer te zullen zeggen; van
Uit het VolkVoor het Volk; van de
Zwemvereeniging Luctor et Emergo; van
het K. N. G. V., namens welke algemee-
ne turnorganisatie de heer W. de Graaf
als bestuurs id voor het Zuiden, Achil
les huldigde voor alles wat zij in het be
lang der turnzaak doet.
Verder van Ons Huis; van V. T. V.
te Vlissingen, van Volharding te Sou
burg; van den Zebra, van den Z.-Ath.
Bond; van de gemeentelijke Sportcom-
missie, van Marathon te Vlissingen, van
Medioburgum.
Vervolgens kwamen gelukwenschen
de beschermvrouwe, mevr. Hoegen
van Hoogelande; een groep oud-leden,
die bij monde van mej. N. Roth een me-
daillekast aanbood; Handelsbelang,
Vreemdelingenverkeer en het Comité
voor Wandelconcerten. Al deze perso
nen gewaagden van symphatie voor
Achilles.
Verschillende afgevaardigden brach
ten dank aan Achilles voor den steun
hun vereenigingen bij feesten en derge
lijke verleend.
De presidente, mevr. v. d. W o e s t ij n e
V a n R o o, die iederen spreker met wel
gekozen woorden dank bracht, heeft die
medewerking ook in de toekomst gaar
ne toegezegd.
Na dit officieel deel van de receptie,
bleef het bestuur met de feestcommissie
en de dames, die zich belast hebben met
het vervaardigen van kleeren voor de
nog komende feestavonden en uitvoerin
gen, en die wij in bovengenoemde op
gave van bezoekers vergaten te ver
melden, nog geruimen tijd bijeen. Zoo
wel het bestuur alleen, als met de feest
commissie, en ook deze met de dames
van den naaikrans, zijn toen op de ge
voelige plaat 'vereeuwigd en daarna
hadden nog enkele huldigingen plaats.
De presidente, richtte zich tot
den directeur en secretaris, den heer
Bal en schetste wat deze van af de op
richting, die spr. met hem voorbereidde,
voor de vereeniging heeft gedaan. Sinds
de oprichting is er veel gepasseerd,
maar de heer Bal bleef de ziel van al
les. Uit erkentelijkheid biedt spr. onder
luid applaus namens Achilles een mak
kelijke stoel aan om uit te rusten na de
lessen. Spr. vraagt ten slotte in allen
ernst wat er van Achilles moet komen
zonder Jan Bal, en sluit met woorden
van groote waardeering ook aan mevr.
Bal, die zoo geheel met het werk van
haar man medeleeft.
De heer B a 1 heeft dank gebracht voor
de woorden van waardeering en het ge
schenk, maar daarbij er opgewezen, dat
hij zijn werk ten deele kan overdragen
aan geoefende leidsters, maar dat hij
nog tal van jaren voor de vereeniging
hoopt te kunnen blijven werken, zoo
noodlg alleen in een administratieve
functie.
De heer Den Hamer, bode der
vereeniging bracht dank aan de opvol
gende penningmeesteressen en den di
recteur voor hun steun en sprak de hoop
uit steeds het aantal donateurs te kun
nen verhoogen.
De vice-voorzitster, mej. De K e ij-
«ae r, richtte zich tot de voorzitster,
bracht haar dank voor alles wat zij ge
durende 10 jaar voor de vereeniging
doet, Beloof ik u, u niet te zullen pla
gen, en u iets te laten vertellen, wat u
voor u wilt [houden."
„Wat moet ik tegen den landlooper
zeggen, als ik bij hem kom? Hij heeft
ons alles verteld, wat hij wist!"
„Dat geloof ik niet. Ik heb bedacht,
dat hij, als hij daar. werkelijk al; dien
tijd gelegen heeft, iemand anders, die die-
laan opkwam, ook moet gezien hebben,
en als u werkelijk denkt, dat die Page er
niets te maken had, moet iemand an
ders naar de boerderij zijn gerle-den, ter
wijl de landlooper daar lag. Hoe kwam
mrs. Draycott er, als de auto van Page
er haar niet bracht?"
„Als je die vraag kunt beantwoorden,
beste meid, heb je het heele geheim
opgelost!" zuchtte Fayre.
„Nu maar als de landlooper- het niet
weet wie weet het dan wel?" vroeg
Cynthia* „U zei, dat hij bang was en
achterdochtig, en op zijn hoede voor die
politie. Waarom kan hij dan niet iets
hebben achtergehouden? Ik heb zoo'n
idee dat, als u hem menschlievend be
handelt en hem er toe krijgt, u niet als
vijand te beschouwen als de rest, u iets
te weten zult komen. In elk geval is het
de moeite waard het te probeeren. Om
mij pleizier te doen oom Fayre! Zijn
been word al beter, en als hij eenmaal
uit het ziekenhuis ontslagen is en in
handen van de politie krijgt u geen
kans meer hem te spreken te krijgen!"
(Wordt vervolgd.)