EXPOSITIE NA DE OVERGAVE. BEKENDMAKING Bij Pijn ®I" IEDERS OORDEEL: DUKOL BRENGT VOORDEELI WEER EN WIND. NUMMER 36. DRIE BLADEN ZATERDAG 11 FEBRUARI 1933. EERSTE BLAD. 176e JAARGANG. collectie is hei ten voile waard om haar te komen bezichtigen, zonder verplichting tot koopen. Verwachting tot Morgenavond: Hoog- en Laagwater te Wemeldinge. Mijnhardt's Poeders $r<wncis*U MIDDELBURGSCHE COURANT Dagblad Voor Middelburg, Goes en agent schap Vlissingen 2.30, elders f 2.50 per kwartaal Week-abonn. in Middelburg en Goes 18 ct. p. w. Advertentiën 30 ct. per regel, Ingez. mededeelingen 60 ct. p. r. 5y contr. voor beide veel lager; tar. op aanvr. GOISCHE COURANT^ Uitgeefster: Naamlooze Vennootschap „De Middelburgsche Courant"; Bureaux: Lange Sint Pieterstraat te Middelburg. Telefoon: Redactie 269, Administratie 139. Postrekening no. 43255 Kantoor te GOES: Turfkade, telefoon 17. Aangesloten by het Bureau voor Publiciteitswaarde der Vereeniging de Nederlandsche Dagbladpers. Familieberichten en dankbetuigingen 11 regels 2.10, elke r. m. 30 ct. Rubriek „Kleine Advertentiën", ten hoogste 6 regels, a 75 ct. bij vooruitbetaling Adv. mei „Brieven" of „Bevragen bureau dezer cou rant" 10 ct. extra Bewijsnommers 5 cent. m Mededeelingen van den com mandant van de Zeemacht in Ned. Indië in den Volksraad, Aan de mededeelingen, die door den commandant van de zeemacht in de zit ting van den Volksraad van gister zijn gedaan, is nog het volgende te ontlee- nen als samenvatting van de gebeurte nissen aan boord van- „De Zeven Pro vinciën". Op Zaterdag 4 Februari j.l. te onge veer tien uur des avofids is de muiterij aan boord van Hr. Ms. „De Zeven Pro vinciën" uitgebroken. Het schip lag toen geankerd op de reede van Oleh Leh. De commandant en een deel van de officieren, onderofficie ren en de bemanning waren aan land toen de schepelingen, die aan boord wa ren achtergebleven, bezit namen van de geweren, zich voorzagen van munitie en de officieren en onderofficieren over weldigden nadat zij de lichten hadden uitgedraaid. De eerste berichten maakten er alleen melding van, dat de Inlandsche schepe lingen in muiterij waren gekomen, maar later kwam aan het licht, dat ook de Europeesche schepelingen aan de mui terij deelnamen. Het schip moet de reede van Oleh Leh om ongeveer twee uur in den Zon dagmorgen verlaten hebben en werd an derhalf uur later gevolgd door den gou- vernementsstoomer „Aldebaran", aan boord waarvan zich de commandant van „De Zeven Provinciën", de kapitein-lui tenant ter zee P. Eikenboom, bevond met verscheidene officieren en schepe lingen, gewapend met karabijnen. On middellijk daarna kwam de „Aldebaran" dicht genoeg bij „De Zeven Provinciën", dat verbinding door middel van vlagsig- nalen mogelijk was. De commandant van „De Zeven Provinciën" trachtte in ver binding te komen met zijn schip, dat echter absoluut weigerde, welke weige ring begeleid werd door bedreigingen. Hierop heeft de „Alebaran" den afstand met „De Zeven Provinciën" vergroot en zij vervolgde het schip langs de West kust van Sumatra, gedurende al dien tijd de autoriteiten op de hoogte stel lende van de positie. Daarop werd melding gemaakt van de waarschuwingen aan de civiele autori teiten op Sumatra's O. en W. kust, en de aflossing door de „Eridanus", in ver band met de brandstoffenschaarschte a. b. van de „Aldebaran". Laat in de avonduren van 9 Februari werd de „Eridanus" afgelost door de Orion", die uit Tandjong Priok was gekomen. Natuurlijk was het noodzakelijk een einde te maken aan de reis van het mui- terschip en wel zoo spoedig mogelijk. Verschillende moeilijkheden deden zich voor en een daarvan was het feit, dat de meest nabije marinekrachten on geveer 1500 mijlen weg waren, terwijl het eskader zich te Boutham op een af stand van 2000 mijlen bevond. Daarom kwam een snelle actie, gewapend met bommen, 't eerst in aanmerking. Brand stofvoorziening van deze vliegtuigen was noodzakelijk en daarvoor zijn on middellijk maatregelen getroffen. Ben zine en olie zijn altijd in voorraad te Tandjong Priok en in Padang. Voor de zwaar geladen vliegtuigen was extra brandstofvoorziening tusschen Tandjong Priok en Emmahaven noodzakelijk en daarom werd brandstof en olie gezonden naar Oosthaven (Zuid-Sumatra) uit Tandjong Priok en naar Veeckersbaai op het Zuider Pagai-eiland uit Padang. Men oordeelde een bommenaanval zonder meer niet aan te raden. Ofschoon „De Zeven Provinciën" niet modern is, heeft het schip een zware bewapening. Een mislukte of slechts half geslaagde aanval moest voorkomen worden. Padang in staat van verdediging Toch was het voor de verdediging van Padang noodig daarheen vliegboo- ten te zenden uit Soerabaja. De mijnen- legger „Gouden Leeuw", die onlangs te Tandjong Priok was aangekomen uit Holland, was ter beschikking van de ma rineautoriteiten, maar het schip was te licht bewapend om bij eventueele som matie kracht bij te zetten. Toch werd dit schip 6 Februari naar de Westkust van Sumatra gezonden voor eventueele as sistentie. Voorzorgen en maatregelen voor Padang waren inderdaad noodza kelijk, aangezien, indien de „Zeven Pro vinciën" haar oorspronkelijke ronde had vervolgd, een actie tegen deze had zou kunnen plaats vinden. De eerste groep Dornier-Wallvlieg- booten vertrok uit Soerabaja in den mor gen van 6 Februari, volkomen uitgerust en arriveerde te Tandjong Priok in den namiddag van denzelfdën dag. Vandaar vertrokken ze op 7 Februari via Oost haven naar Veeckersbaai en naar Pa dang. Intusschen voer de „Zeven Provinciën" bewesten de eilanden. Indien het mui- terschip Padang genaderd zou hebben, zou een bomaanval hebben plaats ge had na de sommatie: „Wijzig uw koers". Toen het oorlogschip Padang voorbij was gevaren, werden de vliegtuigen te ruggeroepen naar Oosthaven, zoodra 't gevaar beschouwd werd als te zijn ge weken. De „Gouden Leeuw" verliet Em mahaven op 8 Februari 's morgens en voegde zich bij de „Eridanus" op den avond van denzelfden dag. Verdere concentratie van marine eenheden had van dat oogenblik gere geld plaats. Op 8 Februari arriveerde de tweede groep Dornier Wallvliegbooten te Tandjong Priok, op 9 Februari, ge volgd door een derde groep bommen werpers. De cencentratie van luchtstrijdmidde- len, die beschouwd werd als een noodza kelijke vóóractie was voltooid op 9 Fe bruari te Oosthaven. De onderzeeboo ten, K VII en K XI met oorlogstorpedo's verlieten Soerabaja op 6 Februari en ar riveerden op 8 Februari te Tandjong Priok. Vandaar gingen zij naar straat Soenda op denzelfden avond. Het eska der, bestaande uit de kruiser „Java", de torpedobootjagers „Evertsen" en „Piet Hein" arriveerde 7 Februari te Soera baja, teneinde het inlandsch deel der bemanning voor een deel vervangen door Europeanen. Dit deel werd beschouwd als on betrouwbaar. Tezelfder tijd werd de brandstofvoorraad aangevuld. Het eska der kon denzelfden dag naar Priok ver trekken en ankerde in den avond van 8 Februari op de reede van Priok. Na een bespreking tusschen vlootvoogd en es kadercommandant verlieten de schepen de reede in den morgen van 9 Februari naar straat Soenda. Gistermorgen 10 uur had daarop de eerste sommatie plaats. Wat toen geschiedde meldden we gis ter uitvoerig. De „Gouden Leeuw", de „Orion" en de particuliere sleepboot „Kraus", welk laatste schip op eigen gelegenheid en initiatief naar Straat Soenda was geko men en assisteerde, waren in de nabij heid. De „Kraus" redde vier personen ,die over boord waren gesprongen, uit het water en gaf ze over aan de „Java" De gevangenneming der muitelingen. De muitelingen zullen opgesloten wor den op het eiland „Onrust" en zullen daar onder voortdurende bewaking staan. Het onderzoek zal zoo spoedig mogelijk beginnen. Nadere bijzonderheden over de overgave. Een Aneta correspondent, die op de torpedoboot „Piet Hein" terugkeerde met 10 zwaar gewonden aan boord, geeft een relaas van het gebeurde van gister, waaraan wijl ontleenen: Om 8 h 45 zien wij een geweldige rookmassa op het midden van de „De Zeven Provinciën" waarbij de beide schoorsteenen voor ons onzichtbaar wor den. Weldra kunnen wij alleen de hoe ken van het slagschip zien. Allen nemen de kijkers op, weten ech ter echter reeds, dat hier een voltreffer is gemaakt. Wij aanschouwen een vuur kolom, waaruit ieder concludeert, dat „De Zeven Provinciën in brand geraakt. Dan breekt het groote moment van spanning aan, spoedig verminderend wanneer de vlammen weldra verdwijnen. Ieder weet wat heeft plaats gehad. De radio-man komt ademloos aangesneld om den eskadercommandant mee te dee- len, dat het schip zich overgeeft. Tusschen het vallen van de bom en de overgave blijken slechts 12 minuten te zijn verloopen. Op het moment van het vallen van de bom, was de kruiser „Java" ruim 9000 meter van de „De Zeven Provinciën" verwijderd, op gelijke hoogte liggend. Een sleépboot, welke even voor het vallen van de bom plotseling te midden der strijdkrachten verscheen, wat zeer hinderlijk werd gevonden is thans de eerste om te hulp te snellen, terwijl overal het strijken van sloepen wordt waargenomen. Van de „De Zeven Provinciën" sprin gen een aantal matrozen in zee. Zij worden door de sleepboot opgepikt. Aan boord van de „De Zeven Provin ciën" blijken sommigen reeds over den eersten schrik te zijn heengekomen, hetgeen afgeleid kan worden uit hun houding, die zij aannemen tegenover de officieren, die met revolvers in de hand rondgaan, „handen omhoog" bevelen en iedereen fouilleeren, waardoor een groot aantal messen weldra op een hoopje bij eenliggen. Dit laatste bewijst, dat de voorafgaan de sommatie om de wapens neer te gooien niet algemeen ten volle was op gevolgd. Een nieuw vlaggesein van den eska dercommandant instrueert den comman deerenden officier van de „De Zeven Provinciën" om de Europeesche belha mels uit te zoeken en naar de „Evert sen" over te brengen, terwijl de Inheem- sche belhamels naar den kruiser „Ja va" moeten worden gebracht. De doktoren leggen zoo snel mogelijk noodverbanden, terwijl ander personeel de zwaarst gewonden op brancards legt, in zeildoeken innaait, terwijl ook eenige gewonden, die nog loopen kunnen, mee gaan. Er wordt een kort onderzoek gehou den, waaruit de voorloopige indruk ver kregen wordt, dat zoowel de Europee sche als de Inlandsche leden van de be manning aan de muiterij hebben meege daan. Dit wordt aan den eskadercomman dant bericht. De sloep met gewonden vaart naar de „Piet Hein". Intusschen zwalken de sloepen met gevangenen, waarin offi cieren, die met de revolver dreigen, hebben plaatsgenomen, op zee in af wachting van het moment van hun in scheping op de voor hen bestemde sche pen. 22 dooden. Op de „Piet Hein" was in zeven uren tijd de doodenlijst aangegroeid met vier, en intusschen verergerde de toestand van den marinier Visser, terwijl ook de toestand van de vier andere zwaarge wonden geen wijziging ten goede ver toonde. Het kwam ons voor dat de zes lichtge wonden het goed maakten. Onder hen bevond zich ook een Euro- peesch matroos, die na het vallen van de bom hard naar de radio was gesneld om de overgave van de muiters bekend te maken. De commandant van de „Piet Hein" de luitenant ter zee der eerste klasse De Meester, bracht de „Piet Hein" in re cordtijd terug naar T andjong-Pri ok' Hierdoor was het mogelijk den droeven last zoo snel als maar eenigszins kon in gereed staande ambulance auto's te ver voeren. Belevenissen tijdens de muiterij. Onder de licht gewonden bevond zich, zooals wij weten, de luit. ter zee baron De Vos van Steenwijk. Deze heeft den Aneta-correspondent het een en ander verteld over de gebeurtenissen aan boord van de „Zeven Provinciën". Toen Baron de Vos van ,Steenwijk Zaterdagavond den avondloop deed tijdens de wacht, werd door hem opge merkt, dat de Europeesche machinist Boschart met een aantal inheemsche matrozen bezig was de statietrap in te halen. De heer De Vos van Steenwijk legde de hand op zijn heup en stelde deze mannen de vraag wat dit beteekende. Hietiop staakten zij onmiddellijk het inhalen van de statietrap. De Firma GEBR. EVRENIAN, Grossiers en Importeurs van handgeknoopte PERZISCHE TAPIJTEN. Leidschestraat 6 te Amsterdam en Roggestraat 15 te Arnhem, welke reeds meermalen geëxposeerd heeft in Middelburg, houdt wederom een in het Grandhotel te Middelburg, vanaf Dinsdag 14 tot en met Zaterdag 18 Februari a.s., van een bijzonder mooie collectie. (Ingez, Med.) Verder gebéurde er niets. „Er was aldus vervolgde de heer Vos van Steenwijk zijn verhaal nu eenmaal veel ontsteming, doch op dit oogenblik niet merkbaar meer dan ge woonlijk." Maar toen luitenant ter zee De Vos van Steenwijk reeds in zijn kooi lag, werd hij daaruit gehaald en voorgeleid tegenover een troep Inheemsche sche pelingen, die duidelijk den indruk maakten dat zij geen geweld in den zin hadden, mits de officieren beloofden dat zij dezelfde houding zouden aanne men. De muiters zetten aan dit verzoek kracht bij door het feit te releveeren dat zij reeds twee jonge officieren, de luitenants ter zee Kooi en Stegjeman van hun bedden hadden gelicht, zoome de eenige Europeesche onderofficieren die onmiddellijk gedood zouden worden zoodra een schot mocht worden gelost. De heer De Vos van Steenwijk ver klaarde, dat hij dien avond alles had geprobeerd. Hij was verder vrij in zijn doen en laten, doch hij moest het aanzien dat 't schip vertrok. Bij dit alles bleven in het officiers kwartier zestien officieren, waarvan de hoogste een luitenant ter zee tweede klasse was, doch de meesten waren luit. ter zee 3e kl. Zij konden voortle ven zooals gewoonilijk, slechts op twee punten was er eenige afwijking van den gewonen gang van zaken, n.l door de feiten, dat de Europeesche onderof ficieren en hunne Inlandsche collega's zich allen bij hen voegden (de bediening door de hlutjongens, de kok, etc, ging voort alsof er niets gebeurd was) en ten tweede natuurlijk de ellendige omstan digheid dat het schip reeds onderweg was, zoodat de officieren zich overge leverd voelden aan de muiters. Luitenant De Vos van Steenwijk heeft even de gelegenheid gehad om de radio te bedienen. Hij heeft toen den Com mandant der Marine te Soerabaja opge roepen en het radiostation Scheveningen maar beide stations waren bezet. De officier werd toen door den Euro- peeschen machinist Boschart van de ra dio verwijderd. Toen hij dit vertelde zei- de heer De Vos van Steenwijk: „Nu zal men de vraag stellen: waarom hebben jullie niet een flinke bloedplas gemaakt? Maar alle omstandigheden waren tegen. Wij hadden op het critieke moment geen leiding, we hadden geen contact, we trachtten ieder op eigen gelegenheid iets te beginnen. Wij hebben ook eenmaal een kleine verzetsactie gevoerd, maar toen is er onmiddellijk door de muiters op ons geschoten, maar bij die gelegen heid werd niemand nog geraakt. We be seften toen wederom, dat twee collega's hierdoor een zekeren dood zouden vin den, en dat de Europeesche onderoffi cieren eveneens zouden worden ver moord, een consequentie, welke wij niet voor onze rekening hebben genomen. Geen gewapend verzet. Er was nog een ander beletsel: een on zer had zich in conferentie met de mui ters begeven en bij die gelegenheid on der den indruk vaü doodsbedreiging aan de gijzelaars het eerewoord gepasseerd namens de officieren dat zij geen gewa pend verzet zouden plegen. Wij waren in omstandigheden die men zich onmoge lijk kan indenken, omstandigheden, die men beleefd moet hebben om ze te kun nen begrijpen LEVENSMIDDELEI Middelburg, ll-II-'33: hoogste lucht temperatuur 10.8 °C; (52 °F); laagste 2.9 °C (37 °F), Heden 9 h: 3,6 °C; 12 h: 5,1 °C. 0.5 mm regen of neerslag. Hoogste baroeterstand 773 mm; laagste 765 mm. Hoogste barometerstand 780.4 mm te Blacksord; laagste 745.7 mm te Vardoe. Matige N.O, tot N, wind, licht be" wolkt, droog weer, lichte vorst des nachts, cverdag om het vriespunt. Zon op: 7 h 26; onder 17 h 03. Licht op: 17 h 33. Maan op: 18 h 28; onder 7 h 50. Zondag 12 Februari. Zon op: 7 h 24; on der 17 h 05. Licht op: 17 h 35. Maan op: 19 h 50; onder 8 h 01. L.K. 17 Februari. Hoog- en Laagwater te Vlissingen. Westkapelle is 28 min. en Domburg 23 min. vroeger; Veere 38 min. later. (S springtij), Februari. Hoogwater. Laagwater, Za. 11 1.54 14.20 8.35 20.41 Zo. 12 2.27 14.53 9.12 21.11 Ma. 13 S 3.01 15,25 9.47 21.45 Februari, Hoogwater. Laagwater. 11 3.52 16.13 9.30 21.45 12 4.27 16.48 10.04 22.16 13 5.01 17.19 10.40 22.53 Za. Zo. Ma. in hoofd en ledematen, alsook t/ij Kies pijn en gevatte Koude, Rheuiriatische pijnen, Griep, Influenza en vastzittende Hoest, zullen '- U spoedig helpen. Prijs per poeder; 8 ct. Doos 45 ct. Verkrijgbaar bij Uw drogist. (Ingez. Méd.) (Ingez. Med.) Behoorlijk behandeld. „Wij hebben aldus vervolgde luitenant De Vos van Steenwijk zijn ver haal steeds elk oogenblik verwacht het eskader te ontmoeten. Wij hebben natuurlijk steeds daarnaar uitgezien. Wij werden behoorlijk behandeld en kre gen den indruk dat de demonstratie van de bemanning naar buiten was bedoeld en stellig niet tegen ons, zoodat wij geen onheil verwachten. Aan het betreurens waardige wegvaren was al niets meer te doen. Dit wegvaren is ook niet onze schuld. Die ligt aan den geheelen toe stand. Eindelijk kwam dan hedenmorgen het eskader in zicht. Wij begrepen niet wat het wilde, doch toen wij de vliegtuigen zagen komen, verwachtten wij dat er een waarschuwingsbom zou worden ge gooid. Zulk een bom werd echter niet ver wacht door de muiters, die door hetj op zettelijk door een hunner van de waar borg van zich van actie te onthouden voorziene aanvulling van het eskader persbericht, blijkbaar in de meening ver keerde dat er rustig zou kunnen worden onderhandeld. De naderende strijdkrachten wekten daardoor eerder spot dan angst. De muiters verkeerden in de meening, dat thans het moment tot het stellen van hun eischen eerst recht gekomen wafc Op dit moment viel de bom.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1933 | | pagina 1