OE ROODE VULPENHOUDER
BINNENLAND.
WEET WAT U EET
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MÏDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE COURANT) VAN WOENSDAG 25 JANUARI 1933. No. 21.
PADVINDERIJ.
V. d. H.
door A. W. v. E.v. R.
LOONSVERLAGING BIJ HET
SPOORWEGPERSONEEL.
ZWENDEL MET BOUWCREDIETEN?
TOENEMENDE WERKLOOSHEID.
Wordt vervotgd.)
Hoevelen J\eoben tiet wcord padvin
der niet op ce 1 ppen, zonder zich re
kenschap te kunnen geven, welke be-
teekenis daaraan is te .echten; d-igeüjKS
zien zij jcngens en meisjes in hun uit
rusting vcorcijtrekken, zonder -ïcn een
goed denkbeeld van het instituut der
padvinderij te kunnen vormen.
Teneinde een ge voor ichting te geven
aan dezulken, zijn deze regelen geschre-
^Fet deel van de padvinderij is het
verbreiden van het „spel van verken
nen'' volgens de regelen van het „Boy-
scouts internat onal Bureau", ter bevor
dering van karakterarm ng, zedelijke
en lichamelijke ontwikkeling.
Onze padvindersorganisatie, waarvan
liet beschermheerschap wordt bekleed
door den Prins der Nederlanden, is als
volgt samengesteld:
a. Hoofdkwartier, bestaande uit den
Raad der Neder andscbe padvindersver-
eeniging met hoofdverkenner, bestuur
en hoofdkwartierscommissarissen;
b. districtscommissarissen met plaat
selijke afdeelingen;
c. troepen, verdeeld in Welpen, ver
kenners en voortrekkers, welke troe
pen onderafdeelnten vormen 1 de
Vereeniging „de Nederlandsche Padvin
ders."
De leden der troepen zijn verplicht
bij het aanvaarden hunner functie de
volgende formaliteiten te vervullen:
Een „welp" legt bij zijn instal atie
de belofte af: „ik beloof mijn best te
zullen doen de wet der welpenhorde te
gehoorzamen en iederen dag een goede
daad te doen."
De welpenwet luidt: „de welp doet
wat de oude wolf hem voorhoudt; een
•welp is moedig en houdt vol."
Een „verkenner" en „voortrekker"
leggen bij hun installatie de padvinders-
'belofte af:
„Op mijn eerewoord beloof ik ernstig
te zu len trachten mijn plicht te doen,
iedereen te helpen, waar ik kan en de
padvinderswet te gehoorzamen."
De padvinderswet luidt: I
„Het woord van den padvinder is al
tijd te vertrouwen, een padvinder is
verdraagzaam, een broeder voor andere
padvinders, ridderlijk, een dierenvriend,
gehoorzaam, blijmoedig, spaarzaam en
rein in gedachten, woord en daad." j
De Leiders, Bestuursleden en Commis
sarissen leggen bij hun installatie de
volgende belofte af: 1
„Op n^ijn eerewoord beloof ik ernstig
te zullen trachten mijn plicht te doen,
anderen ten allen tijde te-helpen en te
leven en te werken in den geest der
padvinderswet."
Iedere padvinder moet eenig re'igi-
etse beginsel, onverschillig welk, erken- j
nen en zijn godsdienstplichten nakomen;
'bestaat een troep uit personen van
eenzelfde beginsel, dan kan de leider
zelf leiding in de:e geven, is dit niet 't
geval, dan worden de leden der troep
wel aangemoedigd hunne plichten zelf
te vervullen, doch moeten gezamenlijke
txoepkerkgangen worden vermeden."
Troepen en afdeelingen zijn verplicht
voor hun eigen geldmiddelen zorg te
dragen, de leden der troepen moeten
2eïf geld verdienen en mogen niet be
delen voor hun eigen kas of voor eenig
ander doel geld vragen.
Alleen in geval van nationale rampen
kan het Hoofdbestuur toestemming tot
het inzamelen van gelden tot leniging
van den daar door ontstanen nood ver-
leenen.
Iedere padvinderstroep bestaat uit
patrouilles en heeft een troep eider met
één assistent, terwijl iedere patrouille
wordt gevormd door Verkenners, waar
onder begrepen zijn de patrouilleleider
en diens assistent.
Voortrekkerspatrouilles vormen, al
hoewel zij een e gen werkwijze hebben
een deel van een ireep.
Vo.r welpen, verkenners en voor
trekkers zijn afzonderlijke uitvoerende
rangen vastgesteld, terwijl door hei
nocidkwartier op voorstel van het z.i-
deelinf'soestuur in bepaa de gevallet,
eererangen kunnen worden veneend.
Tene.nde tot een hoogeren rang tc
werden bevorderd moet men voldoen
aan voorgeschreven leeftijdsgrenzen,
diensttijd en aan öepaalde vereischten,
omschreven in de „rege.s voor kei spel
van verkennen."
Verkenners, voortrekkers en hunne
leiders dragen, in uniform zijnde, de
padvinderslehe, welpen en hun leiders
den „wolvenkap."
Iedere padvinder draagt het padv'n-
dersinsigne der „Nederlandsche Pad-
vindersvereeniging", de lelie met 't
onderschrift „Waakt", buiten uniform
het .elieknoopgatsinsigne; bovendien
worden voor a'le rangen speciale ken-
teekenen gedragen.
Ter liandi aving van interne troep
aangelegenheden dient een eereraad
bestaande uit patrouilleleiders, terwijl
een trcepraad alle loopende zaken be
handelt.
De rangorde der Welpen is als volgt:
Teerpoot, 1 ster welp, 2 ster welp,
helper gids en grijsboer; die der ver
kenners: nieuwe ing, verkenner 2e klas
se, verkenner le klasse, kroonverken-
ner, assistent-patrouilleleider, patrouil
le eider, senior-patrouilleleider; die der
voortrekkers: voortrekker, voortrekker
le klas, kroon-voortrekker, assistent
voortrekker, patrouilleleider en senior-
vorrtrekker-patrouilleleider.
Het Bestuür van de Nederlandsche
padvindersvereeniging stelt den troep
leider of hopman aan, die beslist over
toelanting van verkenners en voortrek
kers, dezelve schorst of ontslaat, in 't
aafste geval met beroep op den Dis
trictcommissaris. j
Be troepleider van een waterpadvin-
derstroep heet schipper en de voortrek
ker daarvan ou-baas.
Naast de genoemde uitvoerende ran
gen kent de padvinderij ook met-uitvoe
rende rangen; iedere plaatse ijke afdee-
ling heeft namelijk het recht m over'°<s
met den Districtscommissaris, bepaalde
personen in deze te benoemen als: neip-
ster, troepdokter voor het geven van
onderricht in hygiëne en eerste hulp bij
ongelukken, troepgeestelijke voor het
geven van godsdienstonderwijs, instruc
teur voor het aanleeren van vaardigheid
in het spel van verkennen en beoor-
deelaar, ter beoordeeling van onder
werpen, de padvinderij betreffende.
Het bovenstaande geeft in korte trek
ken het doel en streven der padvinderij
W"eer, en meermalen gaven de leden
dier organisatie blijk de wetten, waar
onder zij leven, door hu p te bieden,
als deze werd verzocht, behoorlijk na te
leven.
Middelburg, 23 Januari '33.
-Ik zag laatst bijna 'n ongeluk gebeuren
aajz den anderen kant van het dorp",
vertelde Fayre gezellig. „Een groote
auto, die te vlug den hoek om kwam,
reed bijna een kar omver. Ik sta ver
baasd, dat de voerman hem niet heeft
aangeklaagd." j
„Reed te vlug door, denk ik. Zoo
doen ze. Ze zijn erg moeilijk te vangen." j
„De auto reed te vlug om het nummer
op te kunnen nemen. Maar de kar zou
ik wel herkennen. Je ziet tegenwoordig
niét veel schimmels meer."
Het gelaat van den ouden man drukte
plotseling de spreekwoorde ijke nieuws
gierigheid van den dorpeling uit.
„Dat zal de kar van George Stur-
rpek zijn geweest, denk ik. Er zijn hier
in den omtrek niet veel schimmels, zoo
als u zegt. Of 't kan ook die van mr.
Giles zijn, de boer ginds bij Grantley.
Hij heeft een witte merriu. ,Het zou wat
moois zijn als haar wat overkomen was!"
„Je zult de meesje paarden hier in de
buurt wel kennen, <Jenk ik?" merkte
Fayre op, „in aanmerking genomen
waar je woont."
De oude man grinnikte.
„Ik heb altijd van paarden gehouden.
Ze hebben allemaal een bepaalden dag
waarop ze naar "den hoefsmid daarginds
worden gebracht U zou niét gelooven.
Over het na de onderhandelingen tus-
schen spoorwegdirectie en personeel-
raad tenslotte door de directie gefor
muleerde voorstel, bedoeld om te tre
den in de oorspronkelijk aangekondigde
nieuwe loonsverlaging van 5 pet., stelde
de Ned. Ver. van Spoor- en Tramweg
personeel het standpunt in een Dinsdag
gehouden congres te Utrecht, vast.
Zoo goed als alle afdeelingen met
spoorwegpersoneel waren vertegenwoor
digd. Na breedvoerige besprekingen,
hoe gauw ik het merk, als er een ont
breekt. Die twee witte zie ik gerege d,
de merrie 's Maandags en het andere
paard 's Zaterdags."
„Dan zul je er dus morgen weer een
zien," zei Fayre opgeruimd.
„Zaterdagmorgen komt hij, zoo geregeld
als een uurwerk. George is de eenige
vrachtrijder, en hij brengt het oude
paard weg, voorda thij gaat eten,"
Fayre betaalde de knijpers en ging,
zeer voldaan over het begin van zijn
onderzoek, den winkel uit. De storm
van plagerijen, die over hem uitbrak,
toen hij, vuurrood en buiten adem, bijna
een uur later den rijweg van Staveley
oppeddelde, verstoorde zijn gelijkmatig
humeur niet. Hij zei, dat hij lichaamsbe
weging noodig had en lord Staveley
merkte scherpzinnig op, dat hij die dan
ook wel scheen te krijgen.
Den volgenden morgen was hij in elk
geval erg stijf, en het vereischte een
kloek besluit, om pijnlijk als hij was,
zijn fiets weer uit de garage te halen,
en op het zadel te klimmen. Hij werd
echter beloond, want Maart eindigde
mooi en de lucht was zoo zacht als in
de lente Terwijl hij op zijn gemak de
lange helling naar Keys af freewheelde,
trof hem voor de zooveelste maal de
schoonheid van zijn vaderland en be
treurde hij de lange jaren, die hij in de
tropen had doorgebracht.
Aanhet eind van den weg, die naar de
smederij voerde, sloeg hij af en stapte
met zijn rijwiel aan zijn hand, langzaam
waarbij sterk den nadruk werd gelegd
op de omstandigheid dat de loonen van
het personeel thans in voldoende mate
z.jn verlaagd, en de arbeidsvoorwaarden
reeds ernstig zijn benadeeld, met weike
opvatting zich a'le afgevaardigden ac
toord verklaarden, werd tenslotte, ge-
den de bestaande omstandigheden, het
:dvies van het Hoofdbestuur, tot aan
vaarding der voorliggende voorstellen
net groote meerderheid van stemmen
goedgekeurd. Voor het advies van het
Hoofdbestuur werden uitgebracht 1095
stemmen, er tegen 327, terwijl 18 stem
men blanco werden uitgebracht.
BELGIE EN CONTINGENTEERING.
i Naar wij op gezag van de „Indépen-
1 dance Ee^e" gemeld hebben, gro,eit in
gezaghebbende kringen te Brussel bet
kesef dat de handel met het buiten
land bevrijd d'ent ie werden van de
al te knelende banden der contingen-
teermg en dat men hoe eer hce beter
j terug dient te keeren tot den vrijhandel,
aldus meldt de Brusse scbe corresp. van
het Hbld.
Het schijnt nu, afgaande op stellige
geruchten die in politieke kringen de
ronde doen, dat deze beginnende frents-
verandering vooral te danken is aan 't
initiatief van den nieuwen minister van
nijverheid en arbeid, den heer Van Isac-
ker, die na zorgvuldig onderzoek van 't
voor en tegen tot de conclusie heet te
zijn gekomen dat de contingenteering
van de invoer zoo spoedig mogelijk moet
verdwijnen.
De Minister zou in principe bereid
zijn het tegenwoordige stelsel, dat ook
voor Nederland zoo onaangename gevol
gen heeft, af te schaffen en terug te
Keeren tot den vrijhandel.
Men zegt dat hij het be'ang zoowel
van de Belgische producenten als van de
consumenten en vooral van den staat
zeer gediend acht door een verhooging
van verschillende invoerrechten.
I Mocht deze informatie juist blijken te
zijn, dan staan wij dus aan den voor
avond van een fundamenteele wijziging
in de Belgische handelspolitiek. Slechts
zouden wi; ervoer willen waarschuwen
de in dit verband gebezigde uitdrukking
„aan den vooravond" niet al te letter
lijk op te vatten. Het zal vermoedelijk
nog we geruimen tijd duren voor en
aleer het ccntingenteeringsstelsel defi
nitief verdwijnt, want ook in België ple
gen de ambtelijke molens langzaam te
malen, aldus de correspondent.
De Maastrichtsche correspondent der
Maasbode meldt dat sedert lang in een
der provincial bladen een advertentie
de aandacht trok, waarin een zich noe
mende Comm. vennootschap voor bouw-
crediet hypotheek tegen zeer eoiiGnte
voorwaarden gelden aanbood. De Com
manditaire vennootschap zou te Heer
bij Maastricht gevestigd zijn.
Gegadigden kregen cp hunne aanvra
ge een fraai bericht toegezonden, dat zij
voor crediet in aanmerking kwamen,
hun zaak was in studie genomen en zoo
meer en tegen overmaking van een be
drag varieerend tusschen 100 en 200
gulden voor vergoeding van eerste kos
ten, rente en eerste aflossing zou het
gevraagde crediet binnen enkele dagen
worden verstrekt.
De gegadigden gaven hun honderd gul
dens, doch werden in hun blijde ver
wachtingen teleurgesteld. Meestal hoor
den zij niets meer.
De talrijke klachten der laatste weken
hieromtrent, waren voor de Maastricht
sche politie reden om in te grijpen en
zoo werd Maandag een drietal Duit-
schers, woonachtig te Aken, gearres
teerd.
De te Heer „gevestigde" vennootschap
bleek voorloopig slechts een adres te
zijn, waar de heeren hun brieven en
naar de deur. Hier bleef hij staan en
voegde zich bij een troepje leegloopers,
die naar het werk der smeden stonden
te kijken. Intusschen bleef hij naar den
schimmel uitkijken.
I Hij had er zoowat tien minuten ge
staan, toen 't dier den hoek om kwam,
voorgeleid door een langen .mageren,
gebruinden arbeider. Fayre merkte met
voldoening op, dat hij niet tot dat trage,
zware soert menschen behoorde, zooals
verder in het zuiden zooveel zijn. Hij
was een echte zoon van het noorden
met de verstandige grijze oogen en de
lange bovenlip van zijn ras.
Fayre ging op zij, om hem voorbij té
laten.
I „Jou heb ik al eens meer gezien,
oude jongen", merkte hij vergenoegd op,
zich naar het paard wendend.
De voerman keerde zich om en nam
hem zwijgend op.
„Het was te donker en ik kon hem
niet goed zien", ging Fayre nu tot den
voerman voort. „Maar hij lijkt sprekend
op 't paard, dat ik zoowat een week ge
leden op den weg naar Whitbury zag,
dat weet ik wel. Er is hier een chauf
feur in de buurt, wien het rijden verbo
den moest worden!"
De voerman werd donkerrood onder
zijn bruine huid.
„Het was niet iemand uit deze buurt,
anders had hij er wel nader van gehoord.
Het was zoo'n verwenschte vreemdeling.
Ik ken de auto's in de buurt heel goed,
Hij moest opgehangen worden, om zóó
postwisse's lieten aankomen en dez-
vervolgens afhaalden.
Omtrent de hun ten dienste staand
gelden voor het vorleenen van credie
ten bleven de heeren tot dusver elk am
woord schuldig.
Van enkele gedupeerden vernam he'
blad de bovenstaande bijzonderheden.
Het departement van B'nnenlandsché
Zaken heeft aan alle gemeenten ver
zocht in de eerste week van Januari
1933 op te geven hoeveel geheel en ge
deeltehjk werkloozen op 31 Dec, 19 i9
als werkzoekenden bij de plaatselijke
organen der arbeidsbemiddeling (inclu-
siei het aanval te wertcges teuten bij de
werkverschaffingen) waren ingeschre
ven.
Bij het samenstellen van het over
zicht zijn gegevens ontvangen van 103i
gemeenten met 7.841.842 inwoners. L
die gemeenten sionden op 31 Dec. '32
ingeschreven 365.671 geheel werkloo
zen en 21.839 gedeeltelijk werkloozen.
Van 24 gemeenten met 78.546 inwo
ners waren nog geen gegevens binnen
gekomen.
Op 26 Nov. 1932 stonden hij 1060 ge
meenten met 7.851.287 inwoners inge-
j.arevfcü jio.Ozj ^eueel wertuoozen en
.9. loi geaeeneiijK werkloozeu.
LE SHAKING TE IJMUIÖLn.
De staking te IJmuiden duurt voort,
jmsd.^m ua-ig beierde de t„maide ie-
.eracie een vergaaermg met oe staken
de zeelieden. Lit was de eerste maal dat
alle trawlers binnen waren en de oij 't
conflict betrokken zeebeden voltallig
bijeenkwamen.
Le vergadering was door ongeveer
700 zeevisscners bezocht. Met atgeinee-
ne stemmen werd besloten de op 2 Ja
nuari ingezette staking met kracht voort
te zetten.
Op 65-jarigen !eeftijd oyerleed te
Jauheim, waar hij genezing zocht voor
.en hartkwa-1, de heer J. F. Wegener,
iirecteur der Nieuwe Apeldoornsche
Jourant" te Apeldoorn.
In de g oote zaal van het Concert
gebouw te Amsterdam had Dins-
aag~vond een groote herdenking p.aats
van wijlen kardinaal W. van Kosoum,
weike was Georganiseerd door de ver
eeniging „Katholiek /unsterd-m
Laat dit nu eens goed tot U doordringen: „Weet wat U eet".
Blue Band wordt bereid uit de allerbeste grondstoffen - 25%
allerfijnste roomboter met 75% Blue Band - volgens een onge-
ëvenaard karnproces. De Blue Band-fabrieken staan steeds voor
3 iedereen ter bezichtiging open. Gij kunt daar met eigen oogen
aanschouwen hoe Blue Band wordt bereid en met welke buiten-
S gewone zindelijkheid alles wordt behandeld. Zegt U dit niets?
Stel altijd Uw ontbijt, Uw koffietafel en Uw maaltijden onder de be-
schermingvan het Biue Band-meisje! Een verstandige huisvrouw heeft
Jv Cts. per altijcf Blue Band in huis! Zij weet immers - bij ondervinding - dat
i z'i niets beters kan koopen. In die huishoudingen is Blue Band
12 pondspakje moeders rechterhand! Koop uitsluitend Blue Band - niets anders!
''ERSCH GEKARND MET 25 0/0 ALLERFiJNSTE ROOMBOTER ONOER RIJKSCONTROLE
(Ingez. Med.)
dien hoek om te komen, dat moest hij!"
Fayre knikte.
„ueiukk.g voor mij was ik nog niet bij
de bocht," zei hij. „Ik liep langzaam,
anders had bij me waarschijnlijk omver
gereden. Je hebt zijn nummer zeker niet
kunnen opnemen? Zoo'n kerel moest er
van langs krijgen!"
„Ik zag er een gedeelte van", ant
woordde de man grimmig, „maar hij was
te gauw weg om het heele nummer op
+e npmen. Y071 zag ik, maar de rest zag
ik niet. Zeker een van die kerels van
(_arusle
„Heeft hij je erg geraakt? Ik was te
ver af, om het goed te zien in het don
ker, maar het kwam mij voor dat hij je
flink aanreed."
„Het was niet zijn schuld, dat we er
nog zoo goed afkwamen. Hij nam een
grooten splinter van den achterkant van
mijn wagen af. Ik wed, dat die nog in
zijn spatbord steekt.
„Dat kan dan als bewijs dienen, als
je he weer ziet. Vooral als er nog wat
van de verf aanzat.
„Nou! Hij zal een heele streep rood
hebben! Maar ik zal hem wel nooit
meer zien. Hij was zeker den verkeer
den weg ingeslagen en moest omkee-
ren, en haastte zich om den verloren
tijd ;n te ha'en. Zoo verklaar ik het."
„Dat zal het zijn. Als ik hem ergens
zie, zal ik je waarschuwen. Hij reed
■'elf, is het niet? Of was er een chauf
feur bij"
„Neen, hij zat alleen in de auto. U
kunt Joe Woodley altijd bij mr. Stur-
rock vinden, en het zal mij plezier doen
van hem te hooren. Hij beschadigde
niet veel, dat moet ik zeggen, maar dat
was zijn schuld niet, en ik zou hem graag
eens onder handen nemen. Ik reed aan
den goeden kant, dat kan hij niet ont
kennen."
De man liep met het paard dé sme
derij in en Fayre zocht zijn rijwiel weer
op en vervolgde zijn weg naar Whitbu
ry, Hij hi-d niet durven hopen, dat zijn
onderzoekingen zoo'n bevredigenden
uitslag zouden hebben en veralngde er
naar, Grey te spreken en verslag uit te
brengen. Dat de voerman, al was het
m-ar een gedee'.te van het nummer, had
gezien, was een onverwacht buitenkans
je. Dat en een beschadigd spatbord,
waarschijnlijk met een veeg roode verf
er op, was alles, waarvan zij konden uit
gaan maar het was tenminste iets. Was
miss Allen maar intiemer geweest met
de vrienden van haar zuster! Fayre
voelde, dat het geheel nutte'oos zou zijn,
zich tot haar te wenden, maar toege
vend aan een oogenblikkelijke opwel
ling, verliet hij den hoofdweg en sloeg
den hoek om, den weg op, die naar
Greycross leidde. Weer diende hem het
ge'uk, want een eindje verder haalde hij
miss Allen in, terwijl zij stevig voort
stapte, klaarblijkelijk op weg naar
huis om te lunchen.