T@§m ruwe huid
INGEZONDEN STOKKEN,
Dili» NIEUWS.
e
HERINNERINGEN
brieven): P. van S., 28 jaar, Krabbendij-
ke, J. M., 43 jaar, te Oudelande, J. S.,
62 jaar te Ovezande, J. T.f te Hoede-
kenskerke, K. van B., 36 jaar te Krab-
bendijke allen bode en vrachtrijder voor
ieder bevestiging van het vonnis van
den kantonrechter, behalve de straf,
J 2.50 sub's. 1 d.h.j
verduistering: C. J. V., 31 jaar arbei
der te Zierikzee, 2 maanden gevang.,
voorw. pr. 2 jaar;
overtreding woonwagenwet: J. A.
23 jaar, koopman in een woonwagen,
zonder vaste woonplaats, vonnis van
den kantonrechter vernietigd ten op
zichte van de straf f5 of 5 d. h.:
overtreding Invaliditeitswet: W. P.,
36 jaar, slager, Wissenkerke, bevesti-
g'ng van het vonnis van den kanton-
- rechter, behalve de straf f 15 of 5 d. h.;
overtreding Ongevallenwet: W. P.:
voornoemd, bevestiging van het vonnis
van den kantonrechter, behalve de
straf, f 10 of 5 d. h.
Kantongerecht te Middelburg.
In de zitting van 18 Jan. heeft de
Kantonrechter veroordeeld wegens:
met een motorrijtuig rechts niet de
voorrang laten: P. P. te Koudekerke,
f 10 b. s. 10 d. h., met toewijzing der
civiele vordering van J. Jobse, to: een
bedrag van f 17.70; I. de K., te N. en St.
Joosland, f 3 b. s. 3 d. h.;
met een voertuig niet behoorlijk uit
wijken naar links bij het inhalen van een
voertuig: M. v. d. E., te Middelburg,
f 25 b. s. 10 d. h.;
niet een motorrijtuig, niet behoorlijk
uitwijken naar rechts bij het tegenko
men van een voertuig en linkerzijde
van den weg houden: H. W. K. H. S., te
Vlissingen, f 25 b. s. 10 d. h.;
met een motorrijtuig niet de rechter
zijde van den weg houden in een bocht:
J. S. te Koudekerke, f 10 b. s. 5 d. h.;
met motorrijtuig zonder rood achter
licht en zonder behoorlijk zichtbaar
nummer met lettr: W. J, O. te Rotter
dam, f 2 b. plus f 1 b. s. 2 d, h. en 1 d. h.;
met een motorrijtuig rijden zonder
sp;egel: F. G., te Serooskerke, f 3 b. s.
3 d. h.;
met een ingeschreven aanhangwagen
een weg rijden, met een lading die meer
dan 2 M. buiten de achterzijde van den
aanhangwagen reikt: J. G. te Middel
burg, f 5 b. s. s. 5 d. h.;
met een rijwiel zonder rem rijden: E.
P. huisvrouw P. de B. te Koudekerke,
f 5 b. s. 5 d. h.;
met 'n rijwiel zonder licht en zonder
m
achterlicht: P. M. te Vlissingen, C. J. te
3iggekerke ieder f2 b. s. 2 d. h.; W. K
te Koudekerke f 0.50 b. s. 1 h.; A. D.
te Gapinge f 5 b. s. 5 d. h.;
met een rijwiel rijden onder zoodani
gen invloed van het gebruik van alco-
houdenden drank, dat men niet in staa
moet worden geacht het rijwiel naai
behooren te besturen: A. D. te Gapinge
f20 b. s. 10 d. h.;
een valschen naam opgeven, twee
maal gepleegd: A, D. te Gapinge, 2 m.
f 15 b. s. 2 m. 5 d. h.;
met een voertu'g rijden zonder licht'
H. V., W. T. beiden te Middelburg bei
den f 5 b. s. 5 d. h.;
straatschenderij: Ch. W. H. te Vlis
singen: berisping;
op den openbaren weg een trekdier
'aten staan, zonder de noodige voor
zorgsmaatregelen tegen het aanrichten
van schade te hebben genomen: J. B.
te Middelburg: f 5 b. s. 5 d. h.;
rumoer verwekken waardoor de
nachtrust kan worden verstoord: J. A.
G. te Middelburg f 15 b. s. 15 d. h.;
openbare dronkenschap: M. v, d, E.
te Middelburg f 15 b. s. 15 d. h.;
vee laten loopen op grond die bezaaid
is, tweemaal gepleegd: A. A. te Kou
dekerke 2 m. f 3 b, s. 2 m. 3 d. h.;
zich met lijmtakken bevinden in het
veld buiten openbare wegen en voet
paden: H. P. W. te Middelburg, f 10 b.
s. 10 d, h., verbeurdverklaring en ver
nietiging van de lijmtakken;
een verbod bij de Vuurwapenwet ge
steld overtreden (art. -6); C. de J. te
Middelburg f 300 b. s. 30 d. h.; art. 4
der Vuurwapenwet overtreden: C. de
J. te Middelburg f50 b. s. 5 d. h.;
met een voertuig met grootere snel
heid dan die van een voetganger over
de bruggen van een rijkskanaal rijden:
M. v. d. E te Middelburg 5 b. s. 5 d.h.;
te Middelburg wateren buiten de
bakken: L. K. te Middelburg f 3 b. s. 3
d. h.
Tot de doodstraf veroordeeld.
Het vonnis van den Landraad te Ba
tavia van 7 December j.l., waarbij de
moordenaar van mevr. Rijkhof tot le
venslange gevangenisstraf werd veroor
deeld, is door een vonnis van den Raad
van Justitie te Batavia d.d. 13 dezer ge
wijzigd. Beklaagde is thans tot de dood
straf veroordeeld.
De aanslag op agent Baas.
Naar de Maasbode verneemt zal op
Donderdag 9 Februari a.s. door de
Haagsche Rechtbank worden behan-
eld, de strafzaak tegen den thans ge
detineerden communist v. B., verdach
an doodslag gepleegd, op 20 Septem-
)er van het vorige iaar op acn
igent Baas, op de Heerengracht te Den
Haag.
Valsche Rijksdaalders.
In hooger beroep hebben voor het ge-
-echtshof te Den Haag terecht gestat
de 31-jarige koperslager J. L. van B.
n de o9-jarige juffrouw F. W. J. h.,
beiden gedetineerd, die bij vonnis vat
Ie rechtbank te Rotterdam op 29 Sep
tember 1932 zijn veroordeeld resp. tot
vijf jaren en een jaar gevangenisstraf we-
jens het vervaardigen en uitgeven var,
va sche rijksdaalders.
De advocaat-generaal concludeerde
tot vernietiging van het vonnis der recht
bank om formeele redenen en tot ver
oordeeling van de beide verdachten tot
dezelfde straffen.
De beide verdedigers betoogden dat
de getuigenverklaringen grootendeels
afkomstig waren van de medeverdachten
en dat er ten deze genoegzaam twijfel
bestond om de schuld vast te stellen.
Het (Hof zal 1 Februari a.s. arrest
wijzen.
BRAND TE KAPELLE.
Geachte Redactie,
Naar aanleiding van het bericht in uw
blad van 19-1 '33 betreffende den brand
op de Jamfabriek te Kapelle verzoek ik
namens de brandweerdirectie U beleefd
een plaatsje in uw blad.
Uw bericht gaf n.l. den inlruk, dat er
ongeveer een uur noodig is geweest, eer
de brandweer ter plaatse was.
Nadat de Gen. Brandmeester gewaar
schuwd WbS, zijn de bedieningsman
schappen met het materiaal per vracht
auto naar den brand vervoerd. Op deze
manier w«s het mogelijk, dat reeds bin
nen 20 minuten na deze waarschuwing
water werd gegeven.
Het personeel, hoewel niet vrijwillig,
gaf onmiddellijk de meest mogelijke me
de werking, en de goede stemming bleef
er ook den geheelen kouden nacht in,
al ontbrak het hen dan ook nog steeds
aan ook m-ar de minste brandweerklee-
ding zooals leergoed en handschoenen
voor de pijpvoerders enz,
's
De directie begrijpt heel goed dat de
ze vergissing alleen berust op een cn
uiste miormatie en neemt U dat ooi.
.liet kwalijk, maar zij achtte het toef
^ewenscht de m-nschappen van dier
jiaam te zuiveren door U te verzoeker
leze regelen te plaatsen. Een openlijke
erkenning van hun diensten mogen zi,
hier te Kapelle wel eens hebben.
M. de Red,, U dankend voor de
plaatsruimte, teeken ik,
Namens de directie van de Brand
weer te KapeFe
J. A, Mol, Secr.
rfyr' "Prijs tfan 20-9O efo,
flngez. Med
er»tsfcrïï*6WS*a'ïe
PRINSES JULIANA OP DE SCHAATS.
Zaterdagmorgen heeft Prinses Juliana
een wak door het ijs gezakt en ver-
Haagsche IJsclub op den Bezuidenhout-
schenweg. In het gezelschap van eenige
vriendinnen en kennissen bleek de Prin
ses zich best te amuseeren.
De omstandigheden waren dan ook
zeer gunstig; het ijs was goed, de wind
niet te sterk en het was prachtig, zon
nig weer.
Het echtpaar Van der Leeuw dat
Zondagmiddag nabij Vienne, ten Zuiden
van Lyon, tengevolge van de zware te
genwinden en de invallende duisternis,
een noodlanding heeft moeten maken,
had in verband met moeilijkheden met
den magneet, eerst om 14 h 15 van Mar
seille kunnen starten.
DE BRAND AAN DEN MIDDEN
STEIGER. Zaterdagmiddag is, per
soneel van de afdeeling brandblusch-
middelen op last van de bouwpolitie be
gonnen enkele muren van 't door brand
verwoestte complex gebouwen aan den
Middensteiger te Rotterdam, die
gevaar opleverden, te sloopen.
Te'kens braken er werktuigen en lij
nen en op een gegeven moment lag een
troep van veertien man door het bre
ken van een lijn achterover op den
g-ond. Het w~s aanvankelijk de bedoe
ling den 30 meter langen scheidingsmuur
tusschen de panden van laatstgenoemd
pand omver te halen, doch alle pogin
gen daartoe mislukten
Na heel w„t moeite kwam tenslotte
de muur over een lengte van drie me
ter omver.
Zaterdagmorgen is onder' de puinhoo-
pen van het pakhuis der firma Koch het
uur weer even opgelaaid vermoedelijk
lengevo'ge v-n het feit, dat enkele ba
len tabak zijn gaen broeien.
Met één straal op de waterleiding is
liet begin van brand gebluscht.
Naar de „Maasb." verneemt wordt 'n
gedeele van de tabak, die niet van het
vuur te lijden heeft gehad, gedroogd.
Hoewel sterk in kwaliteit verminderd
zal ze dan waarschijnlijk toch nog voor
het verbruik geschikt zijn.
DOOR EEN LOCOMOTIEF GEGRE
PEN. Zaterdagmorgen wilde^ de 19-
jarige N. T. wisselwachter en hulpma-
rhinist bij de kanaalwerken te E 1 s 1 o o
den hefboom van den wissel overhalen
voor een naderende locomotief. De jon
geman gleed echter uit en viel op de
rails, waar hij door de locomotief werd
gegrepen, vóór de mach nist kon stop
pen. De ongelukkige kreeg de wielen
over zich heen en werd totaal vermor
zeld,
VERMORZELD IN EEN ZANDGRIJ-
PER. Zaterdag woei aan de graafwer
ken aan het Julianakanaal te E 1 s 1 o o
de pet van een 18-jarigen arbeider af.
Terwijl de jongen het hoofddeksel ach
terna ging, werd hij naar het Volk
me dt gegrepen door den grijper van
een zandtransporteur. Zijn lichaam werd
letterlijk in stukken geknepen.
GREN SB ANDIETEN GEKNIPT.
Naar de Msb. verneemt is de mare
chaussee van V e n 1 o in samenwerking
met die van Oldenzaal en de Duitsche
grenspolitie erin geslaagd te Bocholtz
(Duitschland) de langgezochte bende te"
arresteeren, d.e sedert eenige maanden
het NederlandschDuitsche grensgebied
onveilig maakte door diefstallen, inbra
ken en roofovervallen.
De gearresteerden zijn de 35-jarige A.
G... de 36- jarige K. S., de 25-jarige S. v.
G., en de 38-jarige E. S., allen uit
door
P. LINDENBERGH,
te Wemeldinge.
Het voorgetande was toepasselijk op Zeeland, in
het bijzonder op Zuid-Beveland, waartoe ook We
meldinge behoort. Er is ook nog wel iets op te
merken van hetgeen dit dorp onderscheidt van de
andere Zuid-Bevelandsche dorpen; waarbij men
moet aanmerken, dat Wemeldinge een echt dorp
van het Goesche land is en dat al wat van Zuid-
Beveland gezegd is, ook voor dit oude dorp kan
geiden.
In de middeleeuwen was het dorp een eiland,
door de Wemelling Ee, de Zwake en nog een paar
stroompjes afgesloten en gescheiden van Ierseke,
Kapelle en Kattendijke en door een zijstroom der
Qosterschelde van het eiland Stormezand, dat later
verdwenen is evenals de schorren en de polders
Siehuit ten Westen en Nieuwland ten Oosten van
het dorp. Het dorp zooals wij het nu kennen is
niet onder water geweest, voor zoover op te spo
ren is.
De Wemellinge Ee waar het dorp, dat vroeger
Wemellinge heette, zijn naam aan te danken heeft,
was een smal en zeer krom watertje waar het water
door wemelde, misschien wemelde het ook van
visechen. Het was voor de scheepvaart van weinig
beteekenis wegens geringe diepte.
Wanneer wij nu onze Oosterschelde bekijken,
kunnen wij ons moeilijk voorstellen, dat zij ons
zooveel ontnomen heeft.
Tegenover deze verliezen staat, dat de stroomen
zijn verzand en opgeslibd, zoodat moeilijk is aan
te wijzen waar zij geweest zijn, hoewel de loop der
watergangen wel eenige aanwijzing geeft. Door de
verandering werd er wat bouwland gewonnen en
was ons dorp niet meer zoo eng opgesloten. Er
was een betere verbinding met de andere dorpen
en in den loop des tijds kwam een groot deel van
het Oost-Ambacht van Kapelle bij Wemeldinge, al-
'kans het werd van Wemeldinge uit beboerd.
Tot voor ruim een eeuw was er een vrij goede
haven aan de Schelde bij Stelhoeve, die voor de
omgeving van beteekenis was; tot een oever-
atschuiving een betere haven maakte, die „de Val"
genoemd werd. In mijn jeugd ging daar heel wat
f135; .Tp gewone wandeling was naar „de Val" om
te kijken naar de schepen. Het is voorgevallen, dat
er vijf tjalken tegelijk lagen om vlas te laden voor
Holland Vooral vlas werd er verscheept, ook de
beurtschipper was er tehuis. Deze vervoerde toen
bijna alles wat er aan landbouwproducten en kip
peneieren te veel was naar Rotterdam en Dor
drecht. Koolzaad ging bijna uitsluitend naar Dor
drecht. Zoo nu en dan kwam er een turfschip en
eenmaal per jaar een schip met boerenmatten; vóór
mijn tijd kwam er ook wel eens een potteschuit
met aardewerk.
De groote Keizer Napoleon is in 1811 hier ge
land; de Keizerin vergezelde hem. In den Franschen
tijd zijn van hier veel gezonde, gewonde en zieke
soldaten ingescheept naar Gorishoek. De gewonden
en zieken bleven gewoonlijk een korten tijd op het
Ambachtsheerlijke buitenverblijf .Xandzicht", dat
iTyoor armhuis is ingericht.
Door dijkvallen, oeverafschuivingen en doorbra
af"' ®n,meer nog door voorzorg, zijn er in den loop
- dijden inlagen aangelegd, waarschijnlijk eerst
voor Mormerande, vervolgens voor den Kouden-
V.TatrSp,° der.en later het Nieuwedijkje voor den
v erderfpolder. In 1878 kwam de laatste inlaag van
den Stormerandpolder tot Kattendijke, uit vrees)
voor afschuiving van den zeedijk, die op de kruiR
een scheur vertoonde.
In vroegeren tijd zijn ook hier vloedbergen opge
worpen. Een er van, ter hoogte van 12 meter, be^
staat nog. 't Is voor ons vlakke land een flinke)
hoogte en hij wordt dan ook een weinig overdreven
de Berg genoemd.
Op een anderen, dicht bij de eerste, is na afvlak
king de kerk gebouwd en ongeveer honderd meter
Noordwaarts was er een derde bij de hofstede
„de Burg", waarvan ik het laatste restant nog gezien
heb. De grond er van was van tijd tot tijd ver-,
minderd door vervoer naar het bouwland voor
grondverbetering. Ook was er veel Burgaarde, zoo
noemde men de aarde van den heuvel, weggehaald
om te dienen als metselspecie. Het was geen beste
mortel, maar de voegen werden aangevuld met
goede specie. De muren van Zeeuwsche moppen
waren op die wijze nog wel duurzaam en het was
goedkoop. Er zijn hier veel huizen alzoo opge
bouwd en er zijn er nog van aan te wijzen. Ook
dicht bij de Zwaaksche vate heb ik het overblijfsel
gezien van een terp, men meende, dat ze kleiner
was geweest dan de anderen.
Ook het dorp is op een lange opgeworpen hoogte
gebouwd. Omdat deze dijkvormige verhooging zoo
geschikt was, is het dorp daar tot uitbreiding geko
men op eenigen afstand van de kerk, wat elders
zeer weinig voorkomt
Van de oude gebouwen, het is reeds opgemerkt,
waren de muren opgetrokken van Zeeuwsche mop
pen. Zij kwamen van de steenovens in de Moer,
waar op sommige plaatsen taaie klei werd gegra
ven, waaruit de steen gevormd werd en soms vlak
er bij was er derry voor de ovens te stoken en den
steen te bakken. De moppen waren groot van stuk
en niet extra hard; maar toch hebben ze de eeuwen
verduurd.
Van de middeleeuwen komen wij nog niet veel
te weten, maar toch iets.
Waar nu het perceel bouwland ligt dat Sint Jans
hof heet, stond, omringd door een gracht, het
kasteel althans het verhlijf van de Sint Jansheeren,
opvolgers van de Tempeliers of Johanniterridders.
Zij maakten het Hooge Pad om droogvoets in het
Klooster aan den Monnikendijk te komen. Verder
is er weinig van hen bekend, hun overgebleven
gebeente komt wel eens voor den dag bij het graven
in genoemd bouwland.
Ook was er een huis, een opvoedingsgesticht
voor adellijke Jonkvrouwen. De Jonkvrouwen zijn
er niet meer; ook het gesticht verdween en wij
weten niet waar het gestaan heeft.
Voorts wijzen de namen van tiendhoeken en die
van de hoeken op den overlooper, op huizen en
woningen, die hier vroeger stonden, als het Blauw
huis, waar de Hoviën woonden en nog anderen,
maar het is onvoldoende om onze weetgierigheid te
bevredigen.
Komende aan het jongere verleden, vinden wij
wel de namen van toen levenden, maar van hun
doen en laten is zoo goed als niets opgeteekend..
Wij konden zelfs geen lijst van de elkaar opvol
gende schouten maken, alleen vonden wij in eenige
kerkbijbe's het volgende versje:
Heer Schout de Vlieger geeft
Deze fraaie Bijbelboeken,
Om Gods Woord daarin te zoeken,
Dat Naam en Daad lang leeft.
Er zijn een paar overleveringen, maar of er iets
van waar is, blijft onzeker, en zoo er waarheid
aan ten grondslag ligt, weten wij toch nog weinig.
Het zwaard van den grooten Spaanschen leger
aanvoerder Mondragon zou als windwijzer op den
toren hebben gediend, doch na door roest verteerd
te zijn, is het vervangen door een haan, die den kop
tegen den wind houdt.
Die van Sint Maartensdijk zijn in een schuitje de
Schelde overgestoken en hebben ons klokkespel
mede naar huis genomen. Dit klinkt waarschijnlijk,
want Sint Maartensdijk heeft nog steeds een klok
kespel en Wemeldinge heeft er geen en 't ligt te
ver weg om er iets van te genieten.
Van de twisten in het laatst der 18de eeuw tus
schen Oranjeklanten en Patriotten, ook Heeren ge
noemd, weten wij, dat ze ook hier bestonden en
dat ook hier om den vrijheidsboom is gedanst. De
boeren waren meest Patriotten en de boerenknech
ten Oranjegezind. Toch schijnen er hier geen ern
stige botsingen te zijn geweest. De jongelui tooiden
zich overvloedig met oranjelinten en goudsbloemen
en de Patriotten duldden geen gele bloemen in hun
tuin, maar dat belette "niet, dat de knechten hun
land bewerkten en alles liep, voor zooveel wij kun
nen nagaan, met een sisser af. De vrouwen en
meisjes stonden buiten de partijen.
In de volgende jaren was door elkander kort vol
gende politieke en maatschappelijke veranderingen
de toestand zeer verschillend. Er waren tijden dat
de boer geld verdiende en de welvaart toenam, en
kort daarop keerde de kans weer erg tegen. Bij
het toenemen der welvaart steeg de prijs van den
grond tot 400 per Blooisch gemet, voor dien tijd
een buitengewoon hoogen prijs en twee jaar later
was de prijs gedaald tot de helft om vervolgens
gedurende eenigen tijd het land onverkoopbaar te
doen worden. Er kwamen inkwartieringen van sol
daten, achtereenvolgens Hollanders, Engelschen met
Bergschotten, Russische kozakken en Franschen,
Al deze bezettingen waren lastig. Men noemde
de Hollanders als de lastigsten. De kozakken waren
met weinig tevreden, zij hadden gaarne een borrel
jenever liefst niet te klein en zij waren dol
op vet. Zij aten vetkaarsen uit de hand.
In 1809 lagen op de Schelde bij den Paardendijk
twee Engelsche oorlogsschepen, de Montagu en de
Cornwallis; zij hadden paarden en soldaten aan
land gezet. De discipline was er zeer streng. Een
soldaat van wien bekend was, dat hij een kip ge
stolen had, is op 't Kapmes tegenover Insulinde,
ten bloede toe gegeeseld.
Napoleon meende de Engelschen in Zeeland rustig
te kunnen laten, de Zeeuwsche koorts zou ze wel
verdrijven, zoo meende hij, en hij kreeg gelijk.
Deze Zeeuwsche koorts was lang de schrik van
Zeeland. Bijna alle kinderen, vele ouderen en zoo
goed als alle hier verblijvende vreemdelingen wer
den er door aangetast. De koorts kwam om den
anderen dag of om den derden dag en in den tus-
schentijd kon de lijder goed eten en gevoelde hij
zich volledig gezond.
Dit bezwaar voor het verblijf in Zeeland heeft be
staan tot ongeveer 1865, Het verdwijnen wordt toe
geschreven aan den verbeterden waterafvoer, waar
door de muggen, die deze kwaal van de een op
de andere overbrachten, geen geschikte voortplan-
tingsgelegenheid overbleef.
De tijd van het Koninkrijk Holland schijnt bij de
p'attelanders geen óngunstigen indruk te hebben
gemaakt, de oude menschen spraken met waardee
ring van Koning Lodewijk Bonaparte.
Het werd anders na de inlijving van Nederland
bij Frankrijk in 1810. Men noemde die periode: den
Franschen tijd.
De conscriptie, de loting, werd als iets vreese-
lijks gevoeld; trok men een ongunstig lot, dan werd
men beschouwd als ten doode opgeschreven en
voor deze opvatting was wél wat te zeggen. Weini
gen van de uitgetrokkenen zijn teruggekomen.
Groote sommen werden betaald voor plaatsvervan
gers, door hen die het konden betalen, om hunne
zonen tehuis te houden.
Later werden deze vrijgekochten en de vrijgelo-
ten onder een andere benaming opgeroepen. De
Keizer noemde dat voor de opgeroepenen een eer
om het groote vaderland te dienen, maar voor deze
soort van eer werd niets gevoeld. Ook waren de
nieuwe wetten en verordeningen voor de vrije
Zeeuwen een dwangjuk, waaronder zij zich moes
ten schikken.
Daarbij kwam nog het bekende continentale stel
sel, koloniale waren kon men spoedig niet meer, of
slechts tegen onbetaalbare prijzen bekomen. Koffie,
thee, suiker, specerijen en vooral de tabak, waren
voor den gewonen burger niet te krijgen. Bovendien
was de handel erg belemmerd, de landbouwproduc
ten konden slechts tot verlaagde prijzen worden
verkocht.
Dat alles omschrijft onvoldoende den gedrukten
toestand, het was een bange tijd.
Na Napoleons val herleefde de hoop op beter en
het doorleefde had tot gevolg, dat er in Zeeland
geen Patriotten meer waren en alle hoop was geves
tigd op de Oranje-regeering, die de oude vrijheden
en de welvaart zou terug brengen.
Toch was na herstel van het Nationaal bestaan
nog lang niet de algemeene welvaart terug. De ge
schiedenis van dien tijd is voldoende bekend en ook
hier doorleefde men dezelfde moeilijkheden als
elders, en het was hier nog wat verscherpt door
de bezwaren der afwatering, zoodat de oogsten
schraler werden en de terugkeer der oude welvaart
uitbleef. De uitwatering was zooveel slechter ge
worden door „de verzanding van het Goesche diep
waarop een sluis uitwaterde en deze was geheel
verloren gegaan door de bedijking van den Wil-
helminapolder in l808. Wanneer men de aantee-
keningen van de oogstopbrengst uit dien tijd ziet,
vinden wij ze buitengewoon laag.
In den tijd der Belgische onlusten was er gebrek
aan werkvolk om den oogst binnen te halen, want
niet alleen was alles, wat door de loting tot de
militie behoorde, opgeroepen, ook onze dappere
schutters moesten opkomen om de grenzen te be
waken en te verdedigen; dat laatste is niet noodig
gebleken. Maar zoo goed en kwaad als het ging*
men kreeg den schralen oogst toch binnen.
In de veertiger jaren was de nood bij de arbei*
ders en de boeren groot, en het invallen der aard
appelziekte in 1845 voerde den nood ten top.
De armoede was ook hier nijpender dan te voren.
Er werd algemeen gebedeld om brood bij de boeren,
die het ook moeilijk hadden, maar toch geen
broodsgebrek. Er werd brood uitgedeeld door be
middeling van het Gemeente- en Armbestuur, doch'
dat alles belette niet, dat in groote gezinnen vele
kinderen en ook ouderen ondervoed werden. De
gevolgen kwamen vooral in het volgende jaar te
zien". De sterfte vermeerderde, er stierven in dat
iaar 81 personen, waaronder vele kinderen (3 wer
den levenloos aangegeven), op een bevolking van
nog geen 800 zielen. Van de in dat jaar geboren
«"ngens bereikten slechts twee den lotingsleeftijd,
Het was een bange tijd.
(Wordt vervolgd.)