Persil Persil
SME R00DE VULPENHOUDER
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT VAN MAANDAG 2 JANUARI 1933.
No. 1.
mst
aat-
rt.
fOS.
d
GEMEENTERAAD VAN
MIDDELBURG.
n -
v:' or
é«-
Ittre-
reau
jurg.
lang
M lllll
-dam
ee
iot
V'
ri.
8.—
8.—
iens-
om
iren.
raing
)UT.
ÏEK.
Vergadering van Zaterdag 31 Decem
ber 1932 te twee uur
Voorzitter de heer P. Dumon Tak,
burgemeester.
Aanwezig alle leden.
1. Beëediging en installatie Raadslid
Chr. de Bruin.
De VOORZITTER verzocht den secre
laris het nieuw benoemd verklaarde
raadslid naar zijn plaats te geleiden.
Nadat dit geschied was, legde de heer
De Bruin in handen van den voorzitter
,de voorgeschreven eeden af.
De VOORZITTER wenschte den heer
De Bruin geluk met het aanvaarden van
het raadslidmaatschap en hoopte, dat hij
jarenlang de belangen van Middelburg
zal mogen behartigen.
Daarna deelde de VOORZITTER mede
dat van den heer mr. G. W. A. de Veer
een schrijven is ontvangen, daann hij
mede namens zijn moeder den raad har
telijk dank zegt voor den gezonden fraai-
■en krans, die zijn vader naar zijn laatste
rustplaats heeft vergezeld. Dit blijk van
medeleven stelt de familie op hoogen
prijs.
Nog deed de voorzitter mededeeling
van een telegram van den burgemeester
van Oostkapelle, dat de raad besloot de
gemeente te doen aansluiten bij de Dom-
burgsche waterleiding.
De VOORZITTER meende, dat ook de
raadsleden met vreugde van dit belang
rijk besluit op Oudejaar zullen kennis
nemen.
2. Benoeming van een wethouder (va
cature mr. A. A. de Veer.)
De heer PORTHEINE vroeg het
woord voor de volgende verklaring:
Aangezien de rechterzijde eenstemmig
te kennen heeft gegeven, dat ongeacht
de richting van den te benoemen Burge
meester, zij een onvoorwaardelijk recht
wil erkend zien op het bezetten van den
vacanten wethouderszetel en zelfs niet
bereid bleek mede te werken tot de be
noeming van een wethouder van recht-
sche zijde, die zijn zetel ter beschikking
zou stellen na het vervullen der Burge
meestersvacature; verklaar ik, namens
de overige leden van den Raad, waar
één hunner zich wel onder hetzelfde
voorbehoud bereid heeft verklaard een
benoeming te aanvaarden, zij gezamen
lijk hun stem op dat lid zullen uitbren
gen.
Zij stellen er prijs op tegelijkertijd te
verklaren, het te betreuren, dat niet een
lid der rechterzijde zich een zoodanige
benoeming wilde laten welgevallen, ter
wijl dan toch de rechterzijde hare hier-
voren uitgesproken meening zou kunnen
handhaven bij het hernieuwd bezetten
van den Wethouderszetel.
Hierna nam de heer VAN DER FELTZ
het woord en sprak als volgt: De rech
terzijde heeft ook na nadere besprekhv
gen gemeend te moeten volharden bij 't
standpunt door haar ingenomen in de on
derlinge besprekingen door haar gehou
den met de linkerzijde op 21 December
1.1.
Zij meent, dat gezien de verhoudingen
in den Raad, cue bestaat uit 8 leden van
de linkerzijde plus den heer Jeronimus
en daarnaast 8 leden van de rechterzijde,
de rechterzijde aanspraak kan maken
op een wethouderszetel.
Zij kon zich niet vereenigen met de
meening der linkerzijde, dat de bezet
ting van den opengevallen Wethouders
zetel afhankelijk moet worden gesteld
van de politieke richting van den nieu
wen Burgemeester. Daardoor maakt men
de positie van den Burgemeester, die bo
ven de partijen behoort te staan, tot die
van een partijman.
De rechterzijde meent bovendien, dat
daar bij de verkiezing voor de Provin
ciale Staten in 1931 in Middelburg een
meerderheid van ongeveer 200 stemmen
door A. W. v. E.v. R.
Hij was dankbaar, toen Gunnet met
de baar en een drager kwam om het lijk
weg te brengen. Brace en de dokter
stapten vijf minuten later in Gregg's
kleine tweepersoonsauto. 't Kwam Les
lie voor, dat er een ongewone warmte
lag in Gregg's stem, toen die hem goe
den nacht wenschte. Hij had den dokter
nooit mogen lijden, maar nu was hij
hem dankbaar, want zijn hartelijke
handdruk kwam vlak op Brace's laat
ste woorden, voordat hij in de auto
stapte:
..Ik moet u verzoeken, u tot nader
order ter beschikking van de justitie te
stellen, mr. Leslie!"
HOOFDSTUK III.
..Wanneer hebt u Cynthia het laatst
gezien, mr. Fayre?"
Lady Staveley's mooie oogen glin
sterden van plezier, toen zij haar gast
aankeek.
Hij had juist op lady Cynthia Bell
gezinspeeld als op een preutsch klein
ding, en verorberde nu zijn stuk cake
met de kalmte van iemand, die er geen
flauw besef van heeft, zich aan een on-
geloofelijk verkeerde voorstelling van
.zaken te hebben schuldig gemaakt.
is uitgebracht op de candidaten der
Rechterzijde, de eenigszins andere uit
slag bij de toen gehouden Gemeente
raadsverkiezingen niet de conclusie wet
tigt, dat het meerendeel der Middelburg-
sche bevolking moet worden geacht te
behooren tot de Linksche partijen. Im
mers die andere uitslag wordt verklaard
door de candidatuur van den heer Jero
nimus, wiens zetel klaarblijkelijk weder
is verkregen door de actie van die kie
zers, die van oordeel waren dat het be
leid van het College van B. en W. en
van den Raad niet was in het belang van
de gemeente Middelburg, kiezers derhal
ve, die moeten worden beschouwd als te
zijn de ontvredenen uit alle partijen.
Ook om die redenen meent de rech
terzijde dat de politieke verhoudingen
zoodanig zijn, dat zoowel een linksche
als een rechtsche meerderheid in het
college van B. en W. gewettigd is.
Ongeacht de politieke richting van den
nieuwen Burgemeester meent daarom de
Rechterzijde aanspraak te kunnen ma
ken op een wethouderszetel.
Daarom is een eventueel te benoe
men rechtsche Wethouder niet bereid
na de benoeming van een nieuwen Bur
gemeester zijn zetel ter beschikking te
stellen. De rechterzijde is er zich van
bewust, dat de linkerzijde met de hulp
van den heer Jeronimus kan beletten dat
aan dezen billijken eisch van haar wordt
voldaan. Zij wenscht daarom uitdrukke
lijk te verklaren, dat afgezien van wat
later moge gebeuren, zij het ook thans
reeds als een onrecht gevoelt, wanneer
haar nu" de haar toekomende zetel wordt
onthouden.
Zij verklaart bovendien, dat zij beslo
ten heeft dat al haar leden hun stem zul
len uitbrengen op haar candidaat den
heer W. A. den Hollander.
De heer JERONIMUS zeide niet van
plan geweest te zijn over dit onderwerp
het woord te voeren, maar nu de heer
Van der Feltz sprekers naam driemaal
heeft genoemd, meende spr. er op te
moeten wijzen, dat niet alleen de poli
tieke kwestie, doch ook de economische
van beteekenis is. Waar nu de heer Van
der Feltz alleen de politieke scheidings
lijn heeft besproken, doch niet heeft ge
waagd van vooruitstrevendheid, gematig-
heid enz., zal spreker zijn stem op den
linkschen candidaat uitbrengen.
De raad benoemde hierop tot wethou
der den heer M. H. Boasson (V.D.) met 9
stemmen, tegen 8 op den heer W. A. den
Hollander (A. R.)
Op een vraag van den voorzitter, zei-
de heer BOASSON den zetel te aanvaar
den, al weet hij dat het geen gemakke
lijke taak zal zijn in deze moeilijke tijden.
Spr. zal zijn zetel weer ter beschikking
stellen na de benoeming van den nieu
wen burgemeester.
De VOORZITTER verzocht den heer
Boasson den zetel van den wethouder in
te nemen en wenschte hem daarop geluk
met zijn verkiezing. Spr. hoopte dat de
heer Boasson in 't belang der gemeente
en tot voldoening van zichzelf als wet
houder werkzaam zal mogeti zijn.
3. Erfpachts-uitgiiie gemeentegrond
Kinderdijk.
De VOORZITTER bracht dank aan de
Commissie van Fmanciën, die nog juist
op tijd haar rapport inzond en met het
voorstel mede gaal.
De heer JERONIMUS wilde een
vraag stellen en wel waarom voor dit
perceeltje erfpachtsuitgifte wordt voor
gesteld, terwijl toch verschillende stuk
jes grond daar zijn verkocht.
De heer ONDERDIJK zeide, dat de
betrokkene zoowel koopen wil als in
erfpacht nemen, maar het gemeentebe
stuur vindt aan die zijde erfpacht beter,
het is echter in deze geen principe.
De raad vereenigde zich z.h.s. met 't
voorstel.
Kasgeldleening.
De VOORZITTER wees er op, dat nu
de begrooting nog niet behandeld is,
ook geen kasgeldbesluit is genomen en j
men nu in 1933 geen kasgeld zou kun
nen opnemen. Spr. stelde daarom voor
ter zake een besluit te nemen, geheel
gelijkluidend aan dat voor 1932.
De raad voldeed hieraan z.h.s.
Verhooging crediet steunverleening.
De heer ONDERDIJK deelde mede,
dat de' laatste weken gebleken is, dat
men met het voor steun uitgetrokken
bedrag niet zal kunnen toekomen, dit
wordt veroorzaakt niet alleen door toe
name van het aantal werkloozen, maar
ook door dat de werkloozen heel wat
minder losse verdiensten hebben gehad.
Er zal dus een kleine overschrijding van
het bedrag moeten plaats hebben en 't
is niet precies te zeggen hoeveel, daar
Vrijdag en Zaterdag ook is uitgekeerd.
Ook weet men niet precies wat men nog
van het rijk heeft te vorderen.
Spr. vroeg toesteming tot overschrij
ding van het bedrag, waartoe de raad z.
h.s. machtiging verleende.
Rondvraag.
De heer HEEMSKERK vroeg hoe het j
staat met de gemeentebegrooting.
De VOORZITTER zeide, dat het rap
port van de commissie van fabricage
reeds door Burg. en Weth. is beant
woord en dat het rapport van de com
missie van financiën juist binnen is. De
behandeling kan dus binnen afzienbaren
tijd worden tegemoet gezien.
Het afscheid van Burgemeester
Dumon Tak.
Thans was men gekomen tot het af
scheid nemen van den burgemeester,
voor welke plechtigheid de publieke tri
bune gevuld was met familieleden en be
kenden van den heer Dumon Tak, oud-
raadsleden, burgemeesters van omlig- j
gende gemeenten, leden van de rechter- j
lijke macht en andere autoriteiten, en i
hoofdambtenaren der gemeente, terwijl
vele belangstellenden zich met 'n plaats
op den gang moesten tevreden stellen.
Nadat de heer ONDERDIJK zijn Za
terdag reeds vermelde rede had gehou
den en het geschenk van raadsleden en
secretaris had aangeboden, verkreeg de
heer HEEMSKERK het woord en zeide,
dat nu hij als oudste in jaren van den °P het voor den burgemeester ontroe-
raad zich tot den burgemeester mochtrend oogenblik, uiting te mogen geven
wenden, hij het een voorrecht noemt, aan de bewondering voor de wijze,
dit te mogen doen namens alle fractieswaarop deze als voorzitter van den raad raad geicid met een bijna onnavolgbare
in den raad. Dat hem dit namens allenaan dlt col'ege leiding heelt weten te genialiteit en artisticiteit, door dat hij
is opgedragen, is een bewijs van alge- 1 Sfeveri- Spr. heeft zijn bewondering V"1'1 een spheer van gemoedelijkheid wist te
meene groote waardeering voor den j dan burgemeester hierover nooit onder scheppen, die het zijn in den raad altijd
scheidende. Spr. meende hieraan een stoeien of banken geschoven en toen de tot een prettige plicht maakte en die 't
kleine persoonlijke herinnering te mo- beer Tak hem voor de raadszitting in werk ten goede kwam. Daarmede heeft
gen verbinden uit de dagen toen de heer duni toefluisterde tegen 1 Jan. ontslag te j hij bereikt dat nu terwijl spr. reeds meer
Tak benoemd werd tot burgemeester, i zullen vra£en als burgemeester heeft dan 4 jaar in den raad zit, hij nog niet
Spr. ontmoette hem toen, spr'. was des- sPr" daaroP geantwoord, dat het hem kan zeggen of de raad in zijn geheel ge-
tijds geen lid van den raad, maar stond i zeer speet en hij wil dit thans m nog i nomen al of niet 'n moeilijk te hanteeren
sterker bewoordingen herhalen. Maar raadscollege moet worden geacht,
tegelijk schoot hem iets anders in de ge- j Wanneer van den heer Van Andel
dachte, een boutade van een zeer be- naar heer paul en yan dezen
roemd Fransch s aaisman Georges Cle- den hee[. Jeronimus om dan via den
menceau, die zich eens bij een verge- heer Meg weej. den heer"Van Andel
lijking tusschen Pomcare en Briand liet. tg beland dan ontmoet zijn blik stel-
ontvallen „Pomcare sait tout et ne wel onen die ieder voor zich in
Keurig is dat weer geworden t
Persil is daar éénig voor
Trouwens, 't hielp met glans en glorie
Mij héél twee en dertig door.
Met Persil ga 'k drie en dertig
Vroolijk lachend tegemoet;
't Is geen kunst om „goed" te wasschen
Als Persil het voor je doet.
't Beste wat ik jou kan wenschen.
Voor je zélf en je gezin;
Neem Persil, want daar zit elke
Wensch voor drie en dertig in.
E, -Ust-ermann Co's Handel Mij. N.V., Amsterdam. Fdbrieken te Jutphoos-UtrecHr
(Ingez, Med.)
Hij was niet slechts een goed voorzit
ter van den raad, dat zijn er wel meer
in ons land, maar hij heeft jarenlang den
toen in andere politieke functie niet
aan de zijde van den burgemeester. Toch j
kon hij hem van harte gelukwenschen
en er op wijzen hoe de heer Dumon Tak
zich zelf had inverdiend voor die func
tie. Tijdens de ziekte van zijn voorgan
ger had de heer Tak als wethouder goe J 11 O J ÜV VVC1 jL/CI OUliC.ll UiO V VV1
de leiding gegeven in de moeilijke oor- j cpmPrcn" r*er* riand ne sait rien j s^aaj. zoucJen zijn hier een storm te ver-
logsjaren en een andere keuze was dan ccmPien^ tout. I i
ook vrijwel onmogelijk. Alle fracties in Wanneer spr. deze woorden in de
den raad waardeeren wat de burgemees Middelburgsche spheer in den raad mag
ter heeft gedaan en de naam van bur- overbrengen, dan voelt hij onwillekeu-
Allan Fayre, die bij zijn vrienden be
ter bekend was als Hatter", een bij
naam, dien hij op een of andere manier
in zijn vroegere Oxforddagen had ge
kregen, dacht even na.
„Precies twaalf jaar, denk ik. Zij was
een langbeening, klein ding van zoo
wat acht, toen ik haar het laatst zag."
Lady Staveley gichelde van pret.
„Lange beenen heeft zij nog! Die heb
ben al die moderne meisjes, maar ik
vrees dat de preutschheid verdwenen
is. Zij is nu beslist, wat de oude kin
dermeid gewoonlijk noemde, een „zie-
lezorg."
Hatter Fayre merkte de vroolijkheid
in haar stem op en beantwoordde die.
Als hij glimlachte, was het gemakkelijk
te zien, hoe hij aan het netwerk van
fijne rimpeltjes bij de hoeken van zijn
verstandige grijze oogen was gekomen,
en waarom de oude bijnaam uit Oxford
gedurende die lange jaren van zijn bal
lingschap in Indië was blijven voortle
ven; want een bijnaam behalve een met
een onvriendelijke bedoeling, blijft zel
den iemand bij, die niet bemind is onder
zijn vrienden.
„Ik lijk wat ten achter," gaf hij droe
vig toe. '„Meisjes waren dn mijn tijd
gewoonlijk preutsch, ziet u."
„Ik houd dol veel van Cynthia", ging
zijn gastvrouw in gedachten voort,
„maar soms doet zij mij dankbaar zijn
dat mijn portie last bestaat uit zoons."
Fayre wendde zich tot zijn andere
buurvrouw.
gemeester Dumon Tak zal voortleven
in de raadszaal.
De heer v. d. FELTZ herinnerde er
aan hoe hij tusschentijds lid van den
raad werd en jaren lang het jongste
raadslid was, de baby der raadsleden
met alle onbesuisheid, onstuimigheid en
lastigheid dien kinderlijken leeftijd eigen.
Maar dank zij de voortreffelijke leiding
van den burgemeester leerde hij spoe
dig in het gareel loopen en mocht hij na
de laatste verkiezing zitting nemen in de
commissie van financiën en thans als
voorzitter dier commissie den burge
meester namens den raad toespreken.
Hij heeft zich daar zeer in verheugd om
dat hij het een voorrecht vindt thans
rig neiging om op den burgemeester
beide uitdrukkingen gecombineerd van
toepassing te verklaren. Als geboren
en getogen Middelburger jarenlang lid
wekken (de heer Jeronimus inter-
j rumpeert: Hij vergeet zichzelf), maar de
allen beheerschende en toch weer niet
voelbare leiding van den burgemeester
heeft het tot nu niet mogelijk gemaakt
in deze op grond van ervaring te kunnen
spreken. De voorziter weet, dat spr. het
niet altijd met hem eens was, en hij
van den raad en wethouder, en daarna meermalen meende, dat B. en W. niet
18 jaar burgemeester kan men van den voldoende opschoten, en wel met de
heer Tak zeggen, dat hij omtrent Middel
burg alles en nog eens alles wist. En
door de wijze, waarop hij den raad wist
te leiden, waarop hij de stemming aan
vatte, waarop hij de juiste spheer wist
te scheppen, mocht men zonder over
drijving zeggen, dat hij alles begreep.
Maar geroepen om een keuze tusschen
beide te doen zou men den heer Tak on
getwijfeld tot volgeling van Briand moe
ten verklaren.
„Wat zeg jij er van Sybil? Jij kent
lady Cynthia immers?"
Lady Kean, die zwijgend naar het ge
sprek geluisterd had, wierp een kwij
nenden, spottenden blik op haar gast
vrouw.
„Eva is een kat", zei ze. „Ze probeert
alleen haar onafhankelijkheid te verde
digen. Cynthia kan haar om haar pink
winden. Dat doet ze met ons allemaal,
geloof ik, behalve misschien met Ed
ward. Die laat zich niet om den vinger
winden."
Sir Edward Kean, die zijn naam hoor
de, liep naar hen toe.
„Wat is er met Edward?" vroeg hij,
vanaf zijn hoogte glimlachend op zijn
vrouw neerziende. „Iets vleiends, hoop
ik?"
Fayre, die innig belang stelde in deze
oude vrienden, van wie hij zoolang ge
scheiden was geweest, was na zijn te-
rugkomst door niets zoo verbaasd en
getroffen geweest als door Kean's hou
ding tegenover zijn vrouw. Fayre en Sy
bil Kean kenden elkaar al vanaf hun
kinderjaren; zij hadden als kind samen
op het land gespeeld, en hadden elkaar
later in Londen weer ontmoet. Kean was
later in hun leven gekomen, in den tijd,
toen hij een vooruitstrevend jong advo
caat was, en Fayre zat te blokken voor
Indisch ambtenaar.
Toen Sybil Lane, zooals pij toen
heete, groote liefde opvatte voor haar
eersten man, een knap garde officier,
met hem huwde en meeging naar Malta,
had Fayre het vermoeden, dat Kean er
zwaar onder leed. Hij bleef in elk geval
vrijgezel en ontwikkelde een arbeids
vermogen, dat, volgens zijn vrienden,
bijna duivelsch was.
Toen Fayre ver weg in Indië was be
reikte hem het bericht van den dood
van Sybils echtgenoot, die in het eerste
oorlogsjaar sneuvelde en vijf jaar later
de tijding van haar huwelijk met Kean;
en nu was hij voorgoed in Engeland te
rug en knoopte de oude banden weer
aan, verlangend om te zien, wat er van
zijn jeugdvrienden was geworden. Gedu
rende een week waren zij nu te Stave
ley tezamen geweest, en wat hij gezien
had. had hem deels bedroefd, deels ge
troffen.
Voor den oningewijde leek het, of Ke
an eindelijk het doel van zijn eerzucht
bereikt had. Hij was met de vrouw van
zijn keuze getrouwd, en om de kroon
te zetten op zijn roem, de schitterendste
raadsman van zijn tijd te zijn, was hij in
den adelstand verheven.
Maar voor Fayre, die Sybil in vroe
ger jaren te goed gekend had, om zich
door uiterlijkheden om den -tuin te laten
leiden, had Keans toewijding aan zijn
ziekelijke vrouw iets tragisch. Want Sy
bil Kean behoorde tot degenen, die niet
kunnen vergeten. Het verlies van haar
echtgenoot had haar op den rand van
het graf gebracht; weken lang had zij
tusschen leven en dood gezweefd; toen
zij er eindelijk bovenop was, was haar
gezondheid geknakt en zag zij een leeg
vuist op de tafel sloeg omdat hij daden
wilde zien. Maar thans nu men op het
punt van scheiden staat nu moet spr.
erkennen, dat hij toch niet altijd gelijk
heeft gehad. Want hij heeft het nu be
grepen, de wijsheid van het beleid van
den burgemeester, hoe voortreffelijk de
ze het surtout pas trop de zèle in toe
passing wist te brengen omdat wanneer
er moeilijkheden zijn de tijd en het uit
stel in deze gewoonlijk het best een op-
bestaan voor zich.
Toen Kean's aanhouden eindelijk be
loond werd en hij haar had overgehaald
hem te trouwen, gaf zij hem alles, wat
zij nog te geven had zooveel sympa
thie, als slechts weinig mannen ten deel
valt, en een zeldzame trouw. Maar haar
gezondheid ging steeds achteruit en toen
Fayre haar na al die jaren voor het
eerst had weergezien, was hij getroffen
door de verandering, die er in haar had
plaats gegrepen.
Gedurende de lange zeereis had hij
zich dikwijls afgevraagd hoe dit twee
tal 't wel zouden hebben in hun huwe
lijk en, zonderling genoeg, was hij altijd
bevreesd geweest voor Sybil. Want
zelfs in zijn jeugd was Kean hard ge
weest als hij een doel wilde bereiken,
misschien even hard voor zichzelf als
voor anderen een man, die niets door
de vingers zai5 en dit ook niet van an
deren verwachtte. Zijn oordeel was, on
barmhartig en meedoogenloos nariiwkeu-
rirs en zonder de hulp van kr-iiiwagens
of geld had hij zich uitsluitend doorzijn
persoonlijkheid en zijn verbazendwek-
kende schitterende geest 1 en welbe
spraaktheid een weg gebaand. Als hij
pleitte, wist hij zoo handig gevoel in zijn
rede te leggen, als slechts zij dat kunnen
wier waarnemingsvermogen nooit door
ontroering wordt vertroebeld en bij ge-
tuigenverhooren betoonde hen zich
wreed.
Wordt vervolgd.)