ZEELAND.
rWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE
MIDDELBURGSCHE COURANT VAN DONDERDAG 20 OCTOBER 1932. No. 248.
MIDDELBURG.
NA DE OPERATIE.
ZUID-BEVELAND.
SCHOUWEN-DUIVELAND.
i—i—
De A. N. W. B.-avond.
Een groot aantal leden en ook velen
niet leden waren gisteravond opgeko
men naar de propagandavergadering
die de A.N.W.B., toerislenbond voor Ne
derland, hield op de bovenzaal van de
sociëteit de Vergenoeging.
De voorzitter van de plaatselijke
commissie, de heer mr. P. C. A d r i-
a a n s e, consul van den A.N.W.B. al
hier, heette de aanwezigen welkom en
uitte zijn vreugde er over, dat ook ver
schillende dames aanwezig waren. Het
doel van den avond noemde spr. drie
ledig, het meer bekendheid geven aan
het werken van den bond, het daar
voor belangstelling wekken en het aan-
toonen dat de Bond een organisatie is
van algemeen nut.
Hierna verkreeg de heer Schin
kel, propagandist van den Bond het
woord en zeide, dat de Bond als zoo
danig voor het laatst in 1911 te Mid
delburg vergaderde, al trok hij er in
1924 op weg naar Engeland nog even
door. Dat er toch in Zeeland ook be
langstelling voor zijn werk bestaat,
bleek verleden week op de bijeenkom
sten in Zeeuwsch-Vlaanderen. Spr.
bracht dank aan de commissie van voor
bereiding met name aan mr. Adriaan-
se en heette vooral ook welkom de
beide leden van het Algemeen Bestuur,
de heeren jhr. P. J. Boogaert en mr. H.
Doorenbos. Men leeft in bijzondere tij
den, maar dat maakt het nog niet goed
dat de A.N.W.B. met zijn 90.000 leden
nog maar 1 pet. van het Nederlandsche
volk omvat, waar hij voor allen werkt.
Men moest bij 10.000 te gelijk toetre
den en dit is vooral zeker welkom nu
de Bond volgend jaar zijn halve eeuw
feest zal vieren.
De Bond is op 1 Juli 1883 te Utrecht
opgericht. Vroeger zouden de wegen
niet met rijwielen of auto's te bereiden
zijn geweest en toen de spoorwegen
kwamen, meende men heelemaal niets
meer voor andere wegen te moeten
doen, al waren er ook toen reeds voor
uitziende personen, die tegen die op
vattingen waarschuwden. De vélocipè-
de-rijders klaagden terecht over de we
gen en dit was mede aanleiding, dat
toen twee plaatselijke clubs elkander
op haar tochten ontmoetten, men be
sloot te trachten te komen tot een al-
gemeenen bond en deze werd, zooals
reeds gemeld, 1 Juli 1883 onder den
naam Algemeenen Nederlandsche Vé-
locipédebond opgericht. Reeds in 1884
trad de heer Edo Bergsma op als voor
zitter en is hij dit nu reeds 49 jaar, ze
ker een unicum. De Bond is door de
regeering erkend als een instelling van
algemeen nut. Spr. schetst dan hoe
toen de auto's kwamen, de eigenaars
geen ander en beter onderkomen kon
den vinden dan bij den A.N.W.B., die
haar naam uit traditie behield, doch
zich ontwikkelde tot algemeenen toe
ristenbond en ook de motorwielrijders
in zich op nam, het watertoerisme be
vorderde, wandelwegen aanlegde tot 'n
lengte van 2200 km. Ten deele loopen
deze paden over particulieren grond en
zijn dan alleen toegankelijk voor Bonds
leden, die daarvoor een speciale kaart
kunnen aanvragen. Spr. noemt enkele
wijze waarop de letters van den Bond
zijn vertaald o.a, „Altijd nieuwe wegen
banend", „Algemeene Nederlandsche
Weldoenersbond". Het eerste wijst er
terecht op, dat de Bond zich zeer be
ijverd heeft en nog beijvert voor het
verkrijgen van goede wegen; het twee
de dat hij voor alle wegverbruikers
zorgt.
Zoo staan er reeds 3500 wegwijzers,
waaraan millioen gulden ten koste
is gelegd. Het was ook de Bond op
Door Dr. Jan Walch.
70.
In haar gedachten gestoord, keek zij
hem verward aan. ,,U zegt?.O neen,
neen.... ik geloof dat u volkomen ge
lijk heeft.... Maar het trof mij, toen u
sprak van „napraten" en „meedoen"
met de wereld wat dan het einddoel
is van de genezing van mijn man....
Ik wil zeggen", viel hij zichzelf in de
rede, „ik dacht, dat we er eigenlijk op
die manier niet „beter" op worden; al
wordt hij genezen;...."
Al wordt hij heter in den gebrui-
kelijken zin.Zijn kokette oogen
vroegen een kleine toejuiching voor 't
woordenspel.
Clara bepaalde het minimum met 'n
kort, verstrooid glimlachje. ,Ik spreek
van ons", ging ze ernstig voort; al is hij
eigenlijk de eenige patiënt, de eenige
abnormale, de eenige waarheidspreker.
Maar ik ook was onder den invloed van
zijn waarheid.... liefde kan men het
eigenlijk niet noemen, maar enfin, van
zijn waarheid. Ik denk dat, als ik later
nog eens terugdenk aan deze periode,
die de ziekteperiode met al zijn decep
ties, met al zijn teleurstellingen en aller
lei beroepen, dat ik dan toch wel zal
denken: Het was per slot van rekening
een mooie tijd! In elk geval zal ik mij al
lerlei herinneren, dat goed en eerlijk
wiens initiatief het wegencongres tot
stand kwam. Ook in Zeeland heeft de
Bond reeds tal van jaren geleden steun
toegezegd voor een overbrugging van
de Eendracht. Wat betreft rijwielpa
den langs de wegen wijst spr. er op, dat
in 1898 de Bond f 6000 subsidie aan het
Rijk aanbood voor een pad langs den
weg TilburgBreda. Dit was het Rijk
te bar en het legde zelf het pad aan,
gevolgd door anderen. Ook de Rijwiel-
padvereenig. wierdoel is paden vrij van
de drukke verkeerswegen, steunt
de Bond gaarne. Wijzende op de bor-
detf met de namen der gemeente, be
treurt spr. het dat deze niet altijd ge
vrijwaard zijn voor de baldadigheid der
jeugd, maar spr. vertrouwt dat dit hier
in Walcheren als centrum van het
vreemdelingenverkeer anders zal zijn.
Een onbeschadigd bord doet den
vreemdeling reeds een goeden indruk
krijgen van de plaats, die hij binnen
komt. Verder zijn er de waarschuwings
borden, de paddenstoelen met richting
aanwijzingen, de schilden voor de rij
wielen van slechthoorenden en ijvert
de Bond voor goede reflectoren en te
gen verblindende lichten.
Spr. geeft dan enkele staaltjes hoe
vroeger tegen de vélocipèderijders is
opgetreden ook door politiemannen en
stelt daartegenover de goede wijze van
werken van de verkeerspolitie van he
den. Men moet de verkeersagenten
steeds bewonderen over hun takt. Wa
ren zij er niet, het aantal ongelukken
zou zeker nog veel grooter zijn. Allen
samen, gebruikers van den weg en po
litie moeten krachtig werken voor een
veilig verkeer.
Ook voor het behoud van natuur- en
stedenschoon, tegen ontsiering door re
clame en voor afschaffing van tollen
ijvert de Bond steeds.
Een voornaam onderdeel is het ver-
leenen van grensfaciliteiten, waaraan
de Internationale organisatie, gesticht
op initiatief van de Bondsvoormannen,
krachtig medewerkt en waarvan tel
ken jare enkele duizenden meer pro-
fiteeren. Spr. wekt ten slotte krach
tig op leden te werven en noemt het
verkeerd zich blind te staren op de ma
laise. Door er altijd over te spreken
maakt men ze nog erger.
Na deze hierboven nog slechts in
het kort vermelde causerie, waren de
aanwezigen in de gelegenheid een keu
rige tentoonstelling van alles wat de
Bond doet, te bezichtigen. Zoo zagen
wij er een groote plaquette met los rij-
materiaal voor demonstraties op school
in verkeersregelingen; modellen van
waarschuwingsborden volgens het
nieuwste model, kaarten, spelen, leg
kaarten, boekwerken, schoolverkeers
platen, vlaggen, enz. enz., alles evenveel
bewijzen van hetgeen deze organisatie
presteert. Met belangstelling is dit al
les in oogenschouw genomen.
Dit was niet minder het geval met de
vervolgens vertoonde lantaarnplaatjes
waar door al het gesprokenen nog eens
goed verduidelijkt werd en tevens ver
schillende mooie plekjes in eigen land
en enkele in het buitenland op het
doek kwamen.
De heer Schinkel heeft ten slotte nog
eens aangespoord de opgewektheid
ook in deze tijden te bewaren, ieder
lichtpuntje te zien, want dit is zeker 'n
goed middel om veerkrachtig alle
moeilijkheden zoo goed mogelijk het
hoofd te kunnen bieden.
Spr. dankte ten slotte alle aanwezi
gen voor hunne belangstelling en aan
dacht.
Een goede daad.
Het moge geen tijd van het jaar zijn,
dat men veel vreemdelingen kan ver
wachten, ook volgende jaren zullen wij
ze gaarne in groote getale zien komen.
Alles wat daartoe [kan medewerken
was; als we weer in 't gewone leven zijn.
Dr. Marelman keek ernstig. „Tja"
zei hij, met een gepeins-afsluitenden
hoofdknik; „maar tenslotte wilt u
dat toch.... Natuurlijk wilt u het,
haastte hij zich er aan toe te voegen;
want het scheen een oogenblik een be-
leediging.
Clara antwoordde niet. Er was een
oogenblik een andere mogelijkheid voor
haar dwalende oogen gerezen; een le
ven, meer buiten de wereld; en in elk
geval: 'er minder door aangetast. „Kees"
heette dat leven Haastig duwde
ze die gedachten terug. Stond verward
op om heen te gaan,
i Hij komt dus morgenochtend eens
even bij mij zei de' dokter. „En ik mag
mo bazeeren op 't feit, dat hij een paar
maanden geen betrekking noodig heeft;
en dat er met rustig en voortgang,
zonder die schokken die de maatschappij
hem zou geven, aan zijn genezing kan
worden gewerkt?"
Ja" zei Clara. „Dat zal gaan. Ten
eerste heeft hij nog een maand salaris
van De Middenweg. En dan zijn er
vrienden, die ons helpen".
Ze bloosde. Het waren geen vriend e n;
het was één vriend, die zijn hulp had
aangeboden.
En de malaise is aan 't minderen",
voegde de dokter eraan toe. „Dat is
ook van belang. Wees u maar gerust;
het zal gauw genoeg in orde komen.
Maar wat ik u nog zeggen wou",
voegde hij eraan toe, terwijl 'hij den
moet zeker worden toegejuicht en het
is daarom, dat wij nog gaarne de aan
dacht vestigen op een goede daad, ver
richt op de in September te Amster
dam gehouden tentoonstelling van kan
toorinstallaties, toen de bekende firma
Blikman en Sartorius aldaar, op initi-
tief van Ihaar vertegenwoordiger, den
heer F. W. de Vries alhier met haar
drukmachine „Rotaprint" een zeer goed
geslaagden afdruk maakte van de Markt
alhier met het Stadhuis in zijn volle
pracht. De oorspronkelijke foto is geno
men op Zondagmorgen, want de voor
deur van ons gemeentehuis is gesloten,
maar ook is de foto van een drietal ja
ren geleden, omdat de sociëteit de Ver
genoeging er in haar oude gedaante van
voor den brand op voor komt.
Aan ieder bezoeker werd een afdruk
verstrekt, zeker een mooie propaganda,
DE VERBREEDING VAN HET KA
NAAL DOOR ZUID-BEVELAND.
Men schrijft ons:
Enkele weken geleden hebben wij ge
meld, dat het departement van Water
staat een aanvang had gemaakt met de
onteigening van gronden noodig voor de
verbreeding van het kanaal door Zuid-
Beveland, wijziging van de over ge
noemd kanaal liggende bruggen en ver
legging en verhooging van een gedeel
te van den spoorweg VlissingenRoo
sendaal. Het betrof toen een zakelijke
uiteenzetting van de betreffende plan
nen der regeeiing op grond van de op
de secretariën der langs het kanaal ge
legen gemeenten (Wemeldinge, Yerseke,
Kapelle, Schore en Kruiningen) ter vi
sie gelegen hebbende stukken als be
doeld in de artikelen 6 en 7 der Ont
eigeningswet. Nadien is nog heel wat
dienaangaande gepublceerd, en steeds
meer is verband gelegd tusschen deze
voorgenomen kanaalverbreeding en de
oplossing van de tusschen Nederland en
België hangende kwesties. Zelfs ver
denkt men waterstaat er van, dat deze
op eigen houtje en volgens eigen inzicht
doet aan buitenlandsche kanalenpolitiek.
Volgens inlichtingen van bevoegde zijde
is deze voorstelling van zaken absoluut
onjuist, en kan niet leiden dan tot ver
troebeling zoowel van de Zuid-Beve-
landsche kanaalkwestie als van de op
lossing in zake de verbinding Antwer
penHollandsch Diep.
De plannen van Waterstaat lagen dus
ter visie en bet destijds ook in ons blad
verschenen bericht dienaangaande was
in geen enkel opzicht foutief. Het is dan
ook niet juist, dat bedoelde publicatie
voorbarig zou zijn geweest. Men kan
toch moeilijk aannemen, dat de regee
ring aanstalten maakt voor onteigening
van gronden waaraan op zich zelf
reeds belangrijke kosten zijn verbonden
indien zij niet ten volle overtuigd is
van de noodzakelijkheid van die ontei
gening? Wel is aannemelijk, dat be
doelde plannen niet ongewijzigd tot uit
voering zullen' komen, waaronder ook
kan vallen een achterwege blijven van
de uitvoering van een deel daarvan.
Zoo zou het wel gewenscht zijn, dat
het kanaal recht bleef. Volgens net be
staande plan komen bij Hansweert en
Wemeldinge zwakke bochten waardoor
de toegang van het kanaal naar de aan
de oostzijde gelegen nieuwe sluizen ze
ker niet gemakelijker wordt. Uit den
aanleg van de nieuwe sluizen blijkt, dat
de verbreeding van het kanaal oorspron
kelijk is gedacht aan de oostzijde. De
bestaande crisis doet zich ook hier gel
den tengevolge waarvan naar alle waar
schijnlijkheid de veel minder kostbare
onteigening aan de westzijde is geko
zen.
Maar die nieuwe sluizen die als
deurknop al in de hand had „met uw
man zal 't gesprek een heel simplistisch
karakter hebben, zooals ik al zei, maar
ik zou ook nog wel eens willen praten
met enkele menschen uit uw omgeving.
Met vrienden; die me, evenals u, voort
durend moeten helpen, psychologisch
helpen, bij zijn genezing
Ik zal u onzen besten vriend stu
ren", zei ze ferm, meneer Bender. U
kent hem trouwens, En onzen vriend
Haas".
Ik zal de heeren gaarne ontvangen".
Het gesprek met Henri had een zeer
eenvoudig verloop.
Inderdaad u hebt zeer juist ge
voeld, dat er iets niet heelemaal met u
in orde is", zei de dokter. „We spreken
openlijk nietwaar; ik mag u precies
zeggen wat ik ervan weet?"
Niets liever dan dat",
Welnu dan. U mankeert een zeker
gevoel voor overgangen".
Henri zette pijnlijke oogen. Het was
iets duisters. Wat beteekende dat: „ge
voel voor overgangen?"
Ik begrijp u niet".
Dat had de dokter ook niet verwacht.
Het was zelfs zijn bedoeling geweesj dat
Heuri door niet-geheel-begrijpen zich
gereeder aan hem zou overgeven. En als
hij zich nauwkeuriger had uitgedrukt,
zou de patiënt hem immers heelemaal
niet hebben verstaan?"
Dat is jujst een symptoom van uw
ziekte. En nu moet u mij héélemaal ge-
toegang tot het smalle kanaal een wel
wat vreemden indruk maken bewij
zen ook, dat het plan tot verbetering
van het kanaal niet van de laatste ja
ren is. Tenslotte kregen de plannen wat
meer vastheid en toen is er ook in de
pers op gewezen, dat deze ka
naalverbreeding los stond
van de oplossing van de
bekende kwestie Neder
land - B e 1 g i Dat laatste wil na
tuurlijk niet zeggen, dat het kanaal
door Zuid-Beveland niet van internati
onale beteekenis is; dat was het altijd
en dat zal het ook blijven.
Wie ook maar eenigszins op de hoog
te is van den bestaanden toestand be
treffende het verkeer te land en te wa
ter op Zuid-Beveland, zal moeten toe
geven, dat verbetering van de meer dan
ouderwetsche situatie hoognoodig is.
Vooral de laatste weken is de water
stand in het kanaal laag. Op zichzelf
beschouwd, is dit niet zoo erg, doch
wanneer men bedenkt dat de kanaal
kanten met een zwakke helling naar
het bodemvlak loopen, dan zal men
eenigszins een idee kunnen vormen
van den invloed van een lagen water
stand op de bevaarbare kanaalbreedte.
In dit verband sprak men dezer dagen
van „een breede waterleiding". Dat
laatste is misschien wat straf gezegd
de volksmond weet zich in dergelijke
gevallen meestal kernachtig te uiten
doch de toestand is voor een kanaal
met zoo belangrijke doorvaart beslist
onhoudbaar.
Het verkeer te land vraagt eveneens
om verbetering. Hierbij is ook van be
lang de verbinding van Oost- en West
Zeeuwsch-Vlaanderen en Walcheren, N.
Beveland en Zuid-Beveland (gedeelte
lijk ten Weesten van het kanaal) met
het overige deel van het land. Het
scheepvaartverkeer toch gaat bijna on
afgebroken door, zoodat de bruggen
voor gewoon verkeer slechts bij tus-
schenpoozen voor enkele oogenblikken
beschikbaar zijn voor het verkeer te
land. Het is dan ook altijd wachten en
nog eens wachten, somtijds twintig mi
nuten en langer.
Het treinverkeer gaat gewoon door,
doch een gevolg daarvan is, dat de
scheepvaart ernstige vertraging onder
vindt bij de lage spoorwegbrug te Vlake.
Ongetwijfeld zou na aanleg van een
kanaal door Westbrabant, het Zuid-
Bevelandsch kanaal aan beteekenis ver
liezen. Dat wil echter nog niet zeggen,
dat alsdan het tegenwoordige kanaal
HansweertWemeldinge ook maar aan
bescheiden eischen zou voldoen.
De vaart van Gent af is zeer be
langrijk en bedraagt naar schatting ze
ker meer dan de helft van de totale
doorvaart. Het is dan ook niet gewaagd,
aan te nemen, dat bij aanleg van een
nieuw kanaal, ongeveer 65 pCt. van het
verkeer blijft voor rekening van het be
staande kanaal. En men verwijdert zich
wel heel ver van de werkelijke toestan
den, indien men de nutteloosheid van 't
kanaal WemeldingeHansweert in de
toekomst tracht te bewijzen door het te
berde brengen van een mogelijken ka-
naalaanleg ,in Oost-Zeeuwsch-Vlaande
ren. Onwillekeurig vraagt men zich af,
of de geheele verbreeding wel noodig
zal zijn. Het is heel wel mogelijk, dat
de tweede verbreeding achterwege
blijft, althans een beslissing dienaan
gaande nog jaren op zich zal laten wach
ten. Maar Waterstaat heeft ook niet be
weerd, dat hij onmiddellijk tot volledige
verbreeding zal overgaan. Wat toch is
het geval? De uitvoering der plannen
zal geschieden in twee gedeelten, zoo
danig, dat na de eerste verbreeding op
4.50 meter onder kanaalpeil een bodem
breedte van 40 meter beschikbaar is,
terwijl pas bij de tweede verbreeding
een kanaalprofiel van grooter afmetin-
looven. Ik verzeker u, op mijn
woord van eer, dat alles te
rechtkomt. Dat er al aanwijzingen
van beterschap zijn". Het gezicht van
den dokter nam een héél eerlijke uit
drukking aan. „Luister eens: u hebt
gemerkt, dat u iets mankeert, nietwaar?
Nu dat is een onmiskenbaar symp
toom van de genezing".
Hij wierp een verstolen blik op zijn
patiënt. Die zat daar nu inderdaad met
het gezicht waarop men hopen moest:
het gezicht van iemand die gretig naar
wonderverhalen luistert; bereid om zijn
zielerust, alles te gelooven, wat hij niet
begrijpt.
Ik sprak van een zeker „gevoel
voor overgangen", dat u ontbreekt. Het
is op 't oogenblik nog moeilijk", hij
liet in 't midden, voor wien „dit na
der te preciseeren. Uw geest is zéér
helder; ja, dat hoeft u me niet eens toe
te stemmen; dat weet ik zelf wel heel
goed; uw geest is helderder dan hij vroe
ger was. U voelt u vrijer; gelukkiger;
onmaatschappelijker. Zie ik uw toestand
juist, of niet? Zegt u 't maar gerust".
Het is precies zooals u zegt",
antwoordde Henri verheugd.
Dat dit het geval is", ging de dok
ter voort, „is een gevolg van die
laat ik het noemen: rechtlijnigheid van
uw wijze van denken. Ik sprak daareven
van „overgangen" Uw denken gaat
als een rechte spoorbaan. Voor de wis
sels op de baan, die langzaam van die
rechten weg afvoeren, hebt u 't gevoel
gen zal ontstaat. Deze tweede
verbreeding komt eerst
voor uitvoering in aan
merking, nadat het ver
keer zoodanig zal zijn
toegenomen, dat de be
hoefte aan een ruimer
profiel zich doet g e v o e-
1 e n. Ten aanzien van de eerste ver
breeding is dus een spoedige uitvoering
te verwachten, terwijl aangaande het
tijdstip der tweede verbreeding nog niets
vast staat.
Ook t.a.v. het bruggenplan worden
voorloopig alleen de hoognoodige ver
beteringen aangebracht, terwijl voor het
overige Waterstaat een afwachtende
houding aanneemt. Zoo blijft de Bonzij
brug bij Wemeldinge ongewijzigd, pit
laatste is mogelijk doordat deze brug
geen hindernis vormt voor de vaart van
het kanaal naar de nieuwe sluis te We
meldinge. Verder blijft de Postbrug tus
schen Yerseke en Kapelle bij de eerste
verbreeding ongewijzigd. Pas bij de
tweede verbreeding wordt deze ver
vangen door een brug van gelijke afme
tingen als de nieuwe bruggen bij Vlake.
Alleen de spoorwegbrug te Vlake en
de Schorebrug worden vergroot en ver
hoogd bij de eerste verbreeding. Maar
er zal toch wel niemand zijn, die den be
staanden, vooral voor de scheepvaart on-
houdbaren toestand ten aanzien van be-
doele spoorbrug zou willen bestendigen
of met een kleine verbetering zou willen
volstaan? En het spreekt vanzelf, dat
bij deze vernieuwing rekening wordt
gehouden met 'een mogelijke tweede
verbreeding. Bovendien staat met ver
nieuwing van de Schorebrug vooral een
verbetering van het verkeer te land in
verband. Het is werkelijk hoog tijd dat
de verbinding tusschen het oostelijk en
het westelijk deel van den hoofdver
keersweg op Zuid-Beveland spoedig tot
stand komt.
Tenslotte nog dit. Laten belangheb
benden zich toch vooral onthouden van
een verkeerde en voornamelijk op de
fantasie berustende voorstelling van za
ken. In dezen vraagt ongetwijfeld meer
dan één vraagstuk om oplossing, en het
gevaar is dan ook niet gering, dat de
verschillende zaken niet behoorlijk uit
elkaar worden gehouden, De oplossin
gen zijn niet alle even gemakkelijk als
die van de aanhangige verkeersverbe-
teringen te land en te water op Zuid-
Beveland. Men zal ten aanzien van de
overige in geding gebrachte kwesties
nog wat geduld moeten oefenen, en men
moet vooral niet te vlug overgaan tot
het opzeggen van vertrouwen aan de
regeering. Er i,s geen enkel motief in de
Zuid-B'evelandsche kanaalplannen te
vinden om de regeering waaronder
waterstaat en buitenlandsche zaken
te wantrouwen.
Raad van Zierikzee.
ZIERIKZEE. In de raadszitting van
Dinsdagmiddag werd 't nieuwbenoemde
raadslid mr. du Croo geïnstalleerd en
wenschte de voorzitter hem geluk en
waardeerde spr. het in hem, dat hij
de benoeming had aangenomen. De heer
du Croo dankte in het kort en wijdde
nog eenige waardeerende woorden aan
het afgetreden lid L. Doeleman.
Eervol ontslag werd verleend aan den
tijdelijken wethouder P. M. Pannij, die
bij de stemming voor die functie werd
gekozen met 8 stemmen, 4 stemmen
waren in blanco uitgebracht.
Als lid van de Commissie van fabri
cage werd benoemd de heer W. den
Boer en tot lid der Commissie voor de
Strafverordening de heer mr. du Croo.
Het voorstel van den heer v. d. Doe
om de Commissie voor de werkver
schaffing aan te vullen rpet 3 leden van
verloren Ja, dat begrijpt u ook
weer niet Maar u zult het begrij
pen Het is alleen maar zaak, dat
u zich niet forceert. U moet die afwij
kingen van den rechten weg aan lee-
ren; langzaam-aan. Als het een paar
maanden geleden geabeurde, dat iemand
in zijn redeneering zoo'n afwijkenden
weg insloeg, deedw u zich gewéld aan
hem in dien gedachtengang te volgen,
maar dat lukte u niet; en het verbijs
terde u, en maakte u totaal in de war.
Langzamerhand hebt u nu al geleerd
u ziet, dat ik u heb gade geslagen!
veel geredeneer dat u niet begreep, te
negeeren; daar niet te veel over te den
ken Tot u ineens voor de gevolgen
van zoo n afwijkende redeneering werd
gesteld. Dan voelde u, dat u 't spoor
bijster was. Dat was een schok, een har
de schok, dien u kreeg. Die schokken
gaan we nu vermijden; maar u moet
meewerken. U gaat 'n paar maanden
rentenieren; met de maatschappij hebt
u voorloopig niet veel te maken, maar
u moet leeren te denken. Zoo
als zij U moet wat m 'e e-g aan,
zoover u kunt met de redeneeringen van
■ande'jren, maar: vooral (piet wanhopig
worden, als 't niet lukt! Het zal een tijd
lang niet lukken! Never mind; u moet
geduldig en gedwee zijn Ik zeg
niet: „begrijpt u mij?" want ik weet,
dat u me op het oogenblik nog niet hee
lemaal begrijpen kunt. Maar dat zal
komen; dat verzeker ik u!"
(Wordt vervolgd)