DE IEPENZIEKTE.
ECHT EN GOED
LANDBOUW.
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEÜ WSCHE MIDDELBÜRGSCHE COURANT VAN ZATERDAG 8 OCTOBER 1932.
No. 238.
HOE HET GIRO-KANTOOR ZIJN
REKENING-HOUDERS BEDIENT.
NA DE OPERATIE.
Een rondgang door het centrale
giro-kantoor; kijken naar den
weg, dien het giro-biljet volgt;
hoe honderden vrouwelijke be
ambten een dagtaak vervullen.
(Van onzen specialen verslaggever.)
De postchèque- en giro-dienst heeft
zich in enkele jaren tijds een vooraan
staande plaats in het bestel der maat
schappelijke functies veroverd.
Toen we dus dezer dagen iemand
hoorden zeggen: „Ik heb er geen flauw
idee "an wat er met mijn giro-biljet ge
beurt, wat voor krachten het in gang
zet van het oogenblik af dat ik het post
tot op het moment, dat ik het weer in
handen krijg", meenden we in zijn op
merking de resultante van de alleszins
begrijpelijke onkunde van duizenden te
mogen zien, en we besloten den post
chèque- en girodienst te gaan verken
nen
In het groote fraaie gebouw in Den
Haag, dat sedert de centralisatie van
den dienst in 1923, het centrale giro
kantoor voor de rekening-houders uit
het geheele land is, waar dus de volle
dige administratie van de rekeningen
wordt gevoerd, troffen we een verheu
gende bereidwilligheid om de excursie
te helpen slagen. Voordat ons een blik
werd gegund op de werkzaamheden, ge
noten we van den directeur van het
girö-kantoor, den heer Lazonder, wiens
naam iederen rekening-houder geregeld
onder de oogen komt, en van den heer
A. Teyen, de theorie, die als inleiding
tot de practijk van een ingewikkeld en
omvangrijk administratief apparaat on
misbaar is. Van het daarbij besprokene
zullen we hier echter slechts weerge
ven de zaken, die het algemeen karak
ter van den dienst raken, teneinde
straks, bij de behandeling van de tech
nische kern van de giro, niet in herha
ling te vallen. Hoewel de giro een on
derdeel der posterijen is, heeft de dienst
na de centralisatie in 1923 er nog slechts
weinig mede uitstaande. De medewer
king der posterijen bepaalt zich in hoofd
zaak tot het aannemen van stortingen
op de rekeningen en het uitbetalen van
de door de rekening-houders afgegeven
chèques. De post doet voor de giro even
min als voor den particulier iets voor
niets, iedere handeling wordt in rekening
gebracht, voor haar bemoeiingen ont
vangt ze een bedrag, dat per jaar reeds
ongeveer 2 millioen gulden benadert.
Het aantal rekening-houders, dat nog
steeds aanzienlijk toeneemt, beloopt mo'
menteel ongeveer 200.000. Het aantal
boekingen is sterk afwisselend, het va
rieert tusschen 150.000 en 250.000 per
dag, waardoor de werkzaamheden ten
kantore sterk in duur verschillen, De
ongeveer 950 ambtenaren, die in het
kantoor van de giro werkzaam, zijn (75
pet. zijn vrouwen) hebben het sommige
dagen razend druk, op andere dagen
daarentegen slapper, hetgeen mede ver
band houdt met het feit, dat iederen
avond het 's morgens binnen gekomen
werk geheel af moet zijn. Niets mag bij
de giro tot den anderen dag blijven lig
gen.
Een merkwaardig verschijnsel is, dat
in het centrale giro-kantoor, waar op
papier per dag 30 tot 40 millioen guldens
worden verhandeld, geen geld aanwezig
is, omdat alleen op de postkantoren
wordt gestort en uitbetaald. 80 pet. der
transacties bij de giro geschiedt trou
wens zonder dat er geld bij wordt ge
bruikt, n.I. door middel van overschrij
ving van de eene rekening- op de an
dere.
Het meerendeel der bij de giro aange
slotenen is in de steden woonachtig; het
platteland levert nog slechts een klein
deel der rekening-houders. Vele dorpe-
Door Dr. Jan Walch,
60.
Ineens energiek, sprong de heer Rin
ders 't bed uit. Hij voelde een kiem van
een besluit in zich! Onder de douche
als zoo'n kiem mee-begoten werd, groei
de die gemeenlijk. Zoo ook nu; en één
ding stond bij den heer Rinders, terwijl
hij zich afdroogde, vast: die van Hog-
hen Lugt moet niet ongecontroleerd
verder schrijven. Dat in geen geval;.,
maar misschien is het beter, als hij hee-
lemaal maar terugkomt.... Dergelijke
overwegingen met „misschien" maakte
hij veel; het was, zonder dat hij zich
daar volkomen rekenschap van gaf, de
manier om met behoud van zijn zelf
respect, te kunnen zwichten, wanneer
de collega maior, de heer Drinkwater,
dat subsidair aangegeven, meer rigou
reuze besluit genomen wilde hebben.
Hij ging dien morgen wat later naar
het bureau; had eerst nog thuis op een
paar telefoontjes te wachten van me
dewerkers, die hem daar zouden opbel
len, en iets te zeggen hadden over aan
gelegenheden, die hij het best kant en
klaar aan Drinkwater kon voorleggen;
het gold zijn oude departement, de kunst
waar hij wat meer zelfstandig kon op
treden; ooi: omdat de kunst natuurlijk
lingen weten n.I. nog niet goed wat de
giro precies is. Het is b.v. wel eens voor
gekomen, dat men de giro als deel van
den Staat voor zijn beleggingen niet al
te zeer vertrouwde, omdat men rede
neerde: als de staat in moeilijkheden
komt worden mijn saldi ingepikt en dan
ben ik slachtoffer.
De crisis heeft ook op de werkzaam
heden bij de giro een stempel gedrukt.
Hoewel het aantal handelingen is toege
nomen zijn de gemiddelde bedragen ver
minderd. De betalingen verminderen niet
in aantal, doch in omvang; tegen plm.
110 mijilioen aan stortingen per maand
vroeger staan nu 90 a 100 millioen.
Vermeldenswaard is, dat ten giro-
kantore des morgens eerst de afschrij
vingen wegens giro worden verricht, en
daarna pas de bijschrijvingen. Daardoor
gebeurt het meermalen, dat voor een op
gedragen afschrijving op de rekening van
den opdrachtgever geen voldoende dek
king aanwezig is, zoodat pas een dag
later aan de opdracht gevolg kan wor
den gegeven, zelfs als het saldo op den
zelfden dag door een bijschrijving wordt
aangevuld. Vele afschrijvingen zonder
voldoende dekking (per dag telt men er
600 tot 700) geschieden natuurlijk te goe
der trouw maar de giro kent ook de
klanten die er gewoonte van maken
chèques af te geven hoewel zij weten dat
de rekening het niet toelaat. Van deze
moderne uitingen van slechte betrouw
baarheid wordt voor hen die daartoe
aanleiding geven aanteekening gehou
den in het zonden-register, dat voor
ieder hunner is aangelegd, en als het re
gister, te zwart wordt krijgt de reke
ning-houder zijn ontheffing.
Tot zoover in grove trekken wat be
treft de inleiding, die ons gewerd, voor
dat we in de practijk zouden aanschou
wen welke verrichtingen het girobiljet
ondergaat, of beter nog: welk een sa
menstellingen van handelingen ieder
giro-biljet veroorzaakt.
Te half zes 's morgens begint het al.
Op dat uur arriveeren per auto aan het
centrale giro-kantoor honderden zakken
en kisten, n.I. de zendingen van de post
kantoren, bevattende de stortingsbiljet
ten en uitbetaalde cheques van den vo-
rigen dag met de verantwoordingslijsten,
en vele tien duizendtallen brieven van
rekening-houders met giro-biljetten en
cheque-adviezen. De brieven worden
mechanisch geopend, uitgestort op de
groote tafels, waar de jeugd-klasse van
den dienst een aanval op ze doet, soort
gelijke stukken uitzoekt en bijeenvoegt.
Te ruim 6 uur is de ingekomen post op
deze wijze verdeeld in 4 groote groepen,
te weten: le de stortingsbiljetten met
bijbehoorende stortingslijsten, 2e de cou
verts met giro-biljetten en cheque-advie
zen afkomstig van de rekening-houders,
3e de uitbetaalde cheques met bijbehoo
rende lijsten, en 4e de algemeene corres
pondentie.
Van deze groepen zullen we hier
slechts de 2e volgen. De roze brieven der
rekening-houders dan worden door vaar
dige handen, naar de vermelde nummers,
eerst gesorteerd op 10.000-tallen, vervol
gens op 1000-tallen en tenslotte op 100-
tallen. Dit geschied zijnde worden de en
veloppen geledigd, en de girobiljetten
worden gescheiden van de cheque-ad
viezen. Beide soorten worden door per-
foreer-machines voorzien van den datum
van behandeling, in lijsten gevouwen en
doorgezonden naar de afdeeling „re
kening-courant", waar honderden jonge
vrouwen zich erover ontfermen. Natuur
lijk niet willekeurig, maar groepsgewij
ze. De rekening-houders zijn n.I. verdeeld
over plm. 180 groepen; elke groep om
vat, naar gelang van het aantal boekin
gen, 100-2300 rekeningen, die steeds
door hetzelfde drietal ambtenaren vol
ledig verzorgd worden. Deze vaste in
deeling, waarbij iedere ambtenaar een
nauw omschreven taak heeft, verkleint
de kans op fouten, en verhoogt de snel
heid van werken.
niet van zooveel belang is. Drinkwater
was ervan op de hoogte dat hij later zou
komen; te opvallender was zijn onge
duld. Dat zich zelfs uitte in de houding
van zijn stoel, die niet als gewoonlijk
met de rug naar de deur stond, een
rechten hoek vormend met Rinder's ze
tel, maar schuin gekeerd, als om elk
oogenblik het gesprek te beginnen,
Rinders voelde nog voor hij de ka
merdeur achter zich sluiten kon, de si
tuatie, en verernstigde zijn blik. Het
eerste wat hem, behalve Drinkwaters
houding, in de kamer opviel, was een
stapelte brieven op zijn eigen bureau;
door een drietal telegrammen bekroond.
Trouwens, zijn collega zorgde wel, dat
hij ze opmerkte,
—Lees dat eens, zei hij, zonder Rin
der's groet te beantwoorden. „Daar zul
je van genieten."
Er was eenig verwijt in zijn stem.
Maar dat was er altijd, als iets hem on
aangenaam trof. Het was dan de schuld
van de „redactie"; die hij in zijn kamer
door Rinders vertegenwoordigd achtte.
Deze hing bedaard hoed en jas weg;
maar steeds met den ernst op het gelaat
die de stemming, welke de ander gepast
bleek te vinden, demonstreerde; en keek
toen, met dien ernst, die zich van bui
ten naar binnen in hem projecteerde, en
steeds echter werd, het stapeltje tele
grammen en brieven in. Het waren di-
De eerste handelingen, die elke op
dracht van den rekening-houder in iede
re werk-groep op de „rekening-courant"
ondergaat zijn een onderzoek naar vol
ledige invulling, en naar de echtheid der
handteekening. Daarna worden van de
giro-biljetten en cheque-adviezen de be
richten van afschrijving gescheurd.
Aan de hand van deze berichten schrijft
een der ambténaren met een telmachine
de te boeken posten op de z.g. groeps
lijsten, en tegelijkertijd boeken de twee
overige ambtenaren de verschillende op
drachten op de rekening-courant. Na
vergelijking der groepslijsten, post voor
post, met de overeenkomstige biljetten
gaan de cheque-adviezen en giro-biljet
ten naar de afdeeling „aankomst en ex
peditie"; de eerste voor verdere behan
deling in verband met de doorzending
aan de postkantoren, de laatste voor om-
sorteering op volgorde van de credit-
nummers, waarna deze, gevouwen in
lijsten op de afdeeling „rekening
courant" terug ontvangen worden.
Als de giro-biljetten geboekt zijn op
de rekeningen van tegoedschrijving,
werden op de rekening-courant-bladen
de nieuwe saldi berekend. De ambte
naar, belast met het samen stellen van
de groepslijsten, is inmiddels, met be
hulp van de onder zijn berusting geble
ven „vleugels begonnen met het ge
reed maken van de afrekeningen, wel
ke beweking geheel gescheiden van de
rekening-courant voortgang kan heb
ben. Vervolgens wordt rekening na re
kening vast gesteld of tusschen het sal
do van het rekening-courant-blad en dat
van de afrekening overeenstemming be
staat. Is deze tusschen de geheel onaf-
hankenlijk van elkaar, en op grond van
verschillende bescheiden bewerkte stuk
ken, aanwezig, dan kan. worden aange
nomen, dat de boekingen tot de juiste
bedragen en op de juiste reikeningen
zijn geschied. Bovendien wordt in iedere
groep dagelijks nog een balans opge
maakt, waarin de saldi van alle rekenin
gen van de groep worden opgenomen
Zulks om de volledige zekrheid te heb
ben, dat geen onregelmatigheden onop
gemerkt zijn gebleven. Als men het, op
papier vermoedelijk zeer ingewikkelc
lijkend, doch voor den toeschouwer in
derdaad eenvoudig en handig systeem
van nabij heeft gade geslagen, verwon,
dert men er zich niet over, dat ondanks
de paar honderd duizend boekingen, die
dagelijks in het centrale giro-kantoor
gedaan worden, zoo goed als geen fou
ten worden gemaakt. Tenminste naar
buiten niet, omdat, alweer dank zij het
systeem van zuivere werkverdeeling in
vaste groepen, iedere fout bijna steeds
onmiddellijk achterhaald kan worden.
Tijdens de bezichtiging van de vele
groote lokalen, waar honderden jonge
vrouwen achter schrijftafels en telma
chines dag in dag uit de opdrachten der
rekening-houders uitvoeren, vormde 't
tempo waarin gewerkt werd een der
opmerkelijkste „bezienswaardigheden".
De dagtaak (nooit gehjk maar altijd om
vangrijk) die koste wat het koste af
moét, is het, welke het tempo hoog op
voert. We hebben wel eens in groote
fabrieken vertoefd waar gonzende ma
chines het op de Ford-fabrieken afge
stemd !werk-tempo ondersteunden, we
hebben vertoefd in groote stille bu
reaux, waar de leuze „tijd is geld" ter
dege werd verstaan, we hebben ook in
een geweldig seizoen-hotel koks in de
keuken, in bijna moordende hitte zien
jachten, doch nergens kregen we zoo'n
beklemmenden indruk van 't rythme van
den arbeid als in de lokalen van den
gir-o dienst. In iedere keurige afreke
ning, die ge in Uw bus vindt, gaan zwa
re vrouwelijke prestaties schuil, o reke
ninghouder.
Voor de verzending van de afrekening
met de daarop ""betrekking hebbende
„vleugels" zijn in gebruik twee stellen
enveloppen, bedrukt met rekening num
mer, naam en adres. In de op de afdee
ling „rekening-courant" daarvoor op
gestelde kasten is voortdurend één de
zer stellen aanwezig, waaruit reeds in
den loop van den dag de benoodigde
enveloppen worden genomen, en gere
geld gelegd voor de insluiting van de te
verzenden afrekeningen. Zoodra de
laatste controle werkzaamheden vóór
het verzenden gereed zijn, hetgeen op
normale dagen omstreeks 3 uur s mid
dags het geval is, wordt met de inslui
ting een begin gemaakt. De zendingen
worden geleidelijk naar de afdeelinj.
„aankomst en expeditie" door gegeven
waar ze machinaal gestempe'd en ge
sloten worden; de voor de groote ste.
den bestemde zendingen worden gesor.
t'eerd en afzonderlijk verpakt, waarna
de stukken in zakken en kisten gedeel
telijk naar de spoorwegstations, gedeel
telijk naar het hoofdpostkantoor worden
j overgebracht.
Het giro-biljet heef zijn zware rond
reis door het centrale giro-kantoor be-
eindigd,
l"
I
verse protesten, enkele vrij heftig, die
van een paar officieren zéér heftig, naar
aanleiding van de artikelen van den
„specialen verslaggever". De meest be-
heerschte briefschrijvers spraken van
„eigenaardige" wijze van behandeling
van een ernstige zaak; een professor ge
bruikte het woord „ongepast"; een
anonymus „ploertig." Drie ondertee
kenaars zegden hun abonnementen op,
nu „De Midenweg" een dergelijken
toon ging voeren; één der opzeggers
betuigde meteen zijn voorliefde voor 't
Gele Gevaar; dat althans „aan zulke ge
raffineerde onhebbelijkheden" zich niet
schuldig maakte
Rinders zag wel dat dit zeer ernstig
moest worden opgenomen. Dat deed hij
trouwens nu ook wel uit eigen hoofde
en harte. Vooral dat bedanken van abon-
né's was een machtig, een vernietigend
argument. Terwijl hij nog met het
laatste briefje in de hand draalde om 't
verwachte tribuut zijner gevoelens aan
den in briesende afwachting naar hem
toe gedraaiden Drinkwater af te dra-
gen, kwam Hendrik, de onverstoorbare
portier, binnen, stapte met zijn kalmen
stap, die onveranderlijk kalm bleef, wat
voor fataals hij ook binnendroeg, naar
Rinders toe, en bood hem den eersten
oogst van den postbus. „Geef es hier",
beval Drinkwater, wiens wellustige
woede méér brandstof voor zijn laaiend
BIJ ADERVERKALKING van hersenen
en hart, kan door het dagelijksch ge
bruik eener kleine dosis natuurlijk
„Franz-Josef'-bitterwater bereikt wor
den, dat de patiënt zonder sterk te per
sen, ontlasting heeft. Bij apoth. en drog.
(Ingez. Med.)
VIII
Het Iepenziekte-Comfté en zijn
werk.
Men schrijft ons van deskundige zijde:
Ten einde de voortzetting en uitbrei
ding van het onderzoek inzake de iepen-
ziekte mogelijk te maken, werd in 1930
op initiatief van de Vereeniging van des
kundige hoofden van Gemeentebeplan
tingen in Nederland het „Comité tot be
studeering en bestrijding van de Iepen
ziekte" opgericht. Daarin namen zitting
de hoofden van instellingen, die deel
zouden nemen aan het onderzoek, of die
bij hun practisch werk bij de oplossing
van het vraagstuk bijzonder belang had
den. Op verschillende wijzen heeft het
Comité een groote bedrijvigheid ont
wikkeld. Het wist provincies, gemeen
ten, waterschappen enz. en ook particu
lieren te bewegen tot geldelijken steun,
want allereerst was geld noodig voor
het onderzoek.
Zooals uit de vorige artikelen is ge
bleken, zijn reeds belangrijke uitkom
sten verkregen. Het is echter in verband
met het groote belang, waarom het hier
gaat, n.I. het behoud van de voor ons
land feitelijk onmisbare iepen, noodza
kelijk het onderzoek voort te zetten.
Onder leiding van Prof. dr. Joha. Wes
ter dijk wordt in het laboratorium Willie
Commelin Schoiten te Baarn getracht,
nog meer te weten te komen omtrent de
levensverschijnselen van de ziektever
wekkende zwam (Graphium Ulmi). Zeer
belangrijk voor de practijk is voorts, dat
het onderzoek naar iepen, die een groo
te mate van onvatbaarheid voor de ge
vreesde ziekte bezitten, zoo krachtig
mogelijk wordt voortgezet. Men heeft
gegronde hoop, er in te zullen slagen,
voor de ziekte onvatbare iepen te vin
den, die ook voor wegbeplanting ge
schikt zijn.
Het onderzoek omtrent de meest doel
treffende wijze van bestrijding der
iepenspintkevers de overbrengers der
ziekte wordt te Wageningen onder
leiding van Prof. dr. W. Roepke voort
gezet. Van alle kanten werden middelen,
waarvan de samenstelling meestal ge
heim was, ter genezing van aangetaste
iepen aanbevolen. De Plantenziekten-
kundige Dienst te Wageningen onder
zocht deze op hun bruikbaarheid, doch
tot nu toe bleek geen enkel middel deug
delijk te zijn.
Behalve door het geven van veel
steun aan het eigenlijk onderzoekings
werk, heeft het Comité zich ook be
ijverd, in breeden kring belangstelling
te wekken voor de iepenziekte en haar
bestrijding. Zoo werd het vorig jaar te
Utrecht een tentoonstelling georgani
seerd en dit jaar zijn er een drietal ge
houden. Door middel van vlugschriften
en persberichten tracht het Comité zoo
veel mogelijk kennis te verspreiden en
op te wekken tot medewerking, ook van
particuliere zijde Een zoo algemeen
mogelijke medewerking van belangheb
benden is noodzakelijk om de ziekte tot
staan te brengen.
De taak van het Comité is nog geens
zins geëindigd. Integendeel, de loopende
onderzoekingen in samenwerking met de
praktijk opgezet, moeten worden voort
gezet; de voorlichting mag niet worden
gestaakt Dit kan slechts geschieden,
indien allen, die zich tot dusverre afzij
dig hielden, in de verkregen uitkomsten
een aansporing zien om het Comité zoo
veel mogelijk te steunen.
Volledigheidshalve wordt hierbij me
degedeeld, dat het Comité als volgt is
samengesteld: E. D. van Dissel, dir. van
het Staatsboschbeheer, Utrecht, voorzit
ter; J. L. Brouwer, Voorz. v. d. Ver. van
deskundige hoofden van gemeentebepl.
Haarlem, vice-voorzitter; Ir. N. van Poe
teren, insp. hoofd v. d. plantenziekten-
kundigen Dienst, Wageningen, secretaris;
Ir. J. P. van Lonkhuyzen, dir. v. d. Ned.
Heidemij., Arnhem, penningmeester; S.
G. A. Doorenbos, dir. der gemeente
plantsoenen, Den Haag; Ir. L. C. Geer-
ling, waarn. dir. v. h. Rijksboschbouw-
proefstation, Wageningen; Prof. dr. H.
M. Quanjer, beheerder v. h. Lab. voor
Mycologie, id.; Prof. dr. W. Roepke, be
heerder v. h. Lab. voor Entomologie, id.;
Prof. dr. Joha. Westerdijk, dir. v. h.
Phytopathologisch Lab. Willie Comme
lin Scholten, Baarn.
zijn Poeders alleen, wanneer zij de
handteekening dragen van den fabrikant
A. Mijnhardt. Maagpoeders, Hoofdpijn
poeders, Kiespijnpoeders, Hoestpoeders,
Wormpoeders, enz.
Per poeder 8 ct. Per doos 45 ct. Bij uw
drogist.
(Ingez. Med.)
innerlijk voorvoelde; en scheurde op de
wijze die bij deze gevoelens paste, de
■eerste enveloppe open. Rinders loerde
van terzijde naar den indruk. Drinkwa
ter scheen een oogenblik verlegen, be
keek het adres van de enveloppe, maar
herstelde zich dadelijk in den woede
toestand en las gretig het briefje door.
„Ik heb per ongeluk een particulieren
brief aan hem opengemaakt", zei hij toen
op den toon van matig schuldbesef,
„maar da's toevallig een brief van Hel-
mers, den kapitein van den Staf, die
hem particulier inlichtingen heeft gege
ven. Hij is razend. Zie maar.
Dank je, antwoordde Rinders, be
daard en legde het briefje ongelezen
naast zich. „Als het een brief is, die
niet voor mij bestemd is,...."
"Het was een beau-geste zeer te pas,
die voor hem een positie-verbetering te
genover Drinkwater beteekende. Wiens
boosheid nu, weer correct, verijsde; wat
het afwezige slachtoffer alweer niet ten
goede kwam.
Met de verdrietigheid 'van een te-
recht-gewezene keek hij de verdere
brieven in; er waren er genoeg bij, die
beschuldigingen tegen den „specialen
verslaggever" bevatte om een eigen fout
te overschaduwen.
Die van Hoghen Lugt moet direct
terugkomen", zei hij strak.
Rinders knikte, „Hij zal trouwens niet
Onder voorzitterschap van den heer
W. Glas kwam de vereeniging van Oud
leerlingen van den Tounbouwcursus te
K a p e 11 e bijeen.
De voorzitter heette inzonderheid den
Rijkstuinbouwconsulent Ir. Van der
Plassche en den heer Phaff ambtenaar
bij den Plantenkundigendienst welkom
Pogingen om te komen tot het hou
den van een cursus in plantenziekten en
haar bestrijding zijn tot dusver geslaagd
in zooverre dat zich 15 personen hier
voor aanmelden, gaarne zou men komen
tot 20. Een lokaal van de openb. school
is aangevraagd.
Voor den cursus om te leeren bloem
schikken hebben zich voldoende leerlin
gen aangemeld, ook is de heer Jb. Reijer-
se uit Goes bereid gevonden tot het ge
ven van onderricht.
De ziektebestrijding van appel en
peer geschiedt onder deskundige leiding
en toezicht van den Rijkstuinbouwcon
sulent en den ambtenaar van den Plan-
tenziektenkundigendienst in den fruit-
tuin, daarvoor belangeloos afgestaan
door den heer Chr. Glas. De heer Ir. v.
d. Plassche deelde op onderhouden-
veel kans hebben op verdere inter
views',, voegde hij bij den knik. - Het
was een rustig-wijze opmerking; een
opmerking vanuit een anderen gezichts
hoek. Maar tevens een instemming.
Hij is absoluut onmogelijk", gene
raliseerde Drinkwater, „En hij kost
ons abonné's".
i Werk als dit doet ons blad zeker
slechte kracht".
géén goed", bevestigde weer, in 't ge
matigde, Rinders. „Hij was anders géén
Hij is t e grappig", zei Drinkwa
ter grimmig. „Hm; als we hem ontslaan,
er zit niets anders op dat is
't eenige om genoegdoening te geven.
Waar de menschen recht op hebben".
En zoo kunnen we, als dit aan die
abonné's bericht wordt, ze nog terug
krijgen, dacht Rinders. Maar dat zei hij
niet.
We moeten dit direct in 't Avond
blad desavoueeren", zei Drinkwater.
„En we zullen Riesemeijer es hier laten
komen. Die is per slot van rekening
verantwoordelijk voor de verslaggeverij'/
Tot op zekere hoogte", beaamde
voo-zichtig Rinders. „We hebben hem
zelf geschikt geoordeeld voor dit werk",
Hij had ons moeten waarschu
wen, En dan, wie zit er in „den
nacht"? Die had die boel zóó niet mo
gen doorgeven
j \X/ -r); "prvoj; J),