DE IEPENZIEKTE. ECHT EN GOED LANDBOUW. TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEÜ WSCHE MIDDELBÜRGSCHE COURANT VAN ZATERDAG 8 OCTOBER 1932. No. 238. HOE HET GIRO-KANTOOR ZIJN REKENING-HOUDERS BEDIENT. NA DE OPERATIE. Een rondgang door het centrale giro-kantoor; kijken naar den weg, dien het giro-biljet volgt; hoe honderden vrouwelijke be ambten een dagtaak vervullen. (Van onzen specialen verslaggever.) De postchèque- en giro-dienst heeft zich in enkele jaren tijds een vooraan staande plaats in het bestel der maat schappelijke functies veroverd. Toen we dus dezer dagen iemand hoorden zeggen: „Ik heb er geen flauw idee "an wat er met mijn giro-biljet ge beurt, wat voor krachten het in gang zet van het oogenblik af dat ik het post tot op het moment, dat ik het weer in handen krijg", meenden we in zijn op merking de resultante van de alleszins begrijpelijke onkunde van duizenden te mogen zien, en we besloten den post chèque- en girodienst te gaan verken nen In het groote fraaie gebouw in Den Haag, dat sedert de centralisatie van den dienst in 1923, het centrale giro kantoor voor de rekening-houders uit het geheele land is, waar dus de volle dige administratie van de rekeningen wordt gevoerd, troffen we een verheu gende bereidwilligheid om de excursie te helpen slagen. Voordat ons een blik werd gegund op de werkzaamheden, ge noten we van den directeur van het girö-kantoor, den heer Lazonder, wiens naam iederen rekening-houder geregeld onder de oogen komt, en van den heer A. Teyen, de theorie, die als inleiding tot de practijk van een ingewikkeld en omvangrijk administratief apparaat on misbaar is. Van het daarbij besprokene zullen we hier echter slechts weerge ven de zaken, die het algemeen karak ter van den dienst raken, teneinde straks, bij de behandeling van de tech nische kern van de giro, niet in herha ling te vallen. Hoewel de giro een on derdeel der posterijen is, heeft de dienst na de centralisatie in 1923 er nog slechts weinig mede uitstaande. De medewer king der posterijen bepaalt zich in hoofd zaak tot het aannemen van stortingen op de rekeningen en het uitbetalen van de door de rekening-houders afgegeven chèques. De post doet voor de giro even min als voor den particulier iets voor niets, iedere handeling wordt in rekening gebracht, voor haar bemoeiingen ont vangt ze een bedrag, dat per jaar reeds ongeveer 2 millioen gulden benadert. Het aantal rekening-houders, dat nog steeds aanzienlijk toeneemt, beloopt mo' menteel ongeveer 200.000. Het aantal boekingen is sterk afwisselend, het va rieert tusschen 150.000 en 250.000 per dag, waardoor de werkzaamheden ten kantore sterk in duur verschillen, De ongeveer 950 ambtenaren, die in het kantoor van de giro werkzaam, zijn (75 pet. zijn vrouwen) hebben het sommige dagen razend druk, op andere dagen daarentegen slapper, hetgeen mede ver band houdt met het feit, dat iederen avond het 's morgens binnen gekomen werk geheel af moet zijn. Niets mag bij de giro tot den anderen dag blijven lig gen. Een merkwaardig verschijnsel is, dat in het centrale giro-kantoor, waar op papier per dag 30 tot 40 millioen guldens worden verhandeld, geen geld aanwezig is, omdat alleen op de postkantoren wordt gestort en uitbetaald. 80 pet. der transacties bij de giro geschiedt trou wens zonder dat er geld bij wordt ge bruikt, n.I. door middel van overschrij ving van de eene rekening- op de an dere. Het meerendeel der bij de giro aange slotenen is in de steden woonachtig; het platteland levert nog slechts een klein deel der rekening-houders. Vele dorpe- Door Dr. Jan Walch, 60. Ineens energiek, sprong de heer Rin ders 't bed uit. Hij voelde een kiem van een besluit in zich! Onder de douche als zoo'n kiem mee-begoten werd, groei de die gemeenlijk. Zoo ook nu; en één ding stond bij den heer Rinders, terwijl hij zich afdroogde, vast: die van Hog- hen Lugt moet niet ongecontroleerd verder schrijven. Dat in geen geval;., maar misschien is het beter, als hij hee- lemaal maar terugkomt.... Dergelijke overwegingen met „misschien" maakte hij veel; het was, zonder dat hij zich daar volkomen rekenschap van gaf, de manier om met behoud van zijn zelf respect, te kunnen zwichten, wanneer de collega maior, de heer Drinkwater, dat subsidair aangegeven, meer rigou reuze besluit genomen wilde hebben. Hij ging dien morgen wat later naar het bureau; had eerst nog thuis op een paar telefoontjes te wachten van me dewerkers, die hem daar zouden opbel len, en iets te zeggen hadden over aan gelegenheden, die hij het best kant en klaar aan Drinkwater kon voorleggen; het gold zijn oude departement, de kunst waar hij wat meer zelfstandig kon op treden; ooi: omdat de kunst natuurlijk lingen weten n.I. nog niet goed wat de giro precies is. Het is b.v. wel eens voor gekomen, dat men de giro als deel van den Staat voor zijn beleggingen niet al te zeer vertrouwde, omdat men rede neerde: als de staat in moeilijkheden komt worden mijn saldi ingepikt en dan ben ik slachtoffer. De crisis heeft ook op de werkzaam heden bij de giro een stempel gedrukt. Hoewel het aantal handelingen is toege nomen zijn de gemiddelde bedragen ver minderd. De betalingen verminderen niet in aantal, doch in omvang; tegen plm. 110 mijilioen aan stortingen per maand vroeger staan nu 90 a 100 millioen. Vermeldenswaard is, dat ten giro- kantore des morgens eerst de afschrij vingen wegens giro worden verricht, en daarna pas de bijschrijvingen. Daardoor gebeurt het meermalen, dat voor een op gedragen afschrijving op de rekening van den opdrachtgever geen voldoende dek king aanwezig is, zoodat pas een dag later aan de opdracht gevolg kan wor den gegeven, zelfs als het saldo op den zelfden dag door een bijschrijving wordt aangevuld. Vele afschrijvingen zonder voldoende dekking (per dag telt men er 600 tot 700) geschieden natuurlijk te goe der trouw maar de giro kent ook de klanten die er gewoonte van maken chèques af te geven hoewel zij weten dat de rekening het niet toelaat. Van deze moderne uitingen van slechte betrouw baarheid wordt voor hen die daartoe aanleiding geven aanteekening gehou den in het zonden-register, dat voor ieder hunner is aangelegd, en als het re gister, te zwart wordt krijgt de reke ning-houder zijn ontheffing. Tot zoover in grove trekken wat be treft de inleiding, die ons gewerd, voor dat we in de practijk zouden aanschou wen welke verrichtingen het girobiljet ondergaat, of beter nog: welk een sa menstellingen van handelingen ieder giro-biljet veroorzaakt. Te half zes 's morgens begint het al. Op dat uur arriveeren per auto aan het centrale giro-kantoor honderden zakken en kisten, n.I. de zendingen van de post kantoren, bevattende de stortingsbiljet ten en uitbetaalde cheques van den vo- rigen dag met de verantwoordingslijsten, en vele tien duizendtallen brieven van rekening-houders met giro-biljetten en cheque-adviezen. De brieven worden mechanisch geopend, uitgestort op de groote tafels, waar de jeugd-klasse van den dienst een aanval op ze doet, soort gelijke stukken uitzoekt en bijeenvoegt. Te ruim 6 uur is de ingekomen post op deze wijze verdeeld in 4 groote groepen, te weten: le de stortingsbiljetten met bijbehoorende stortingslijsten, 2e de cou verts met giro-biljetten en cheque-advie zen afkomstig van de rekening-houders, 3e de uitbetaalde cheques met bijbehoo rende lijsten, en 4e de algemeene corres pondentie. Van deze groepen zullen we hier slechts de 2e volgen. De roze brieven der rekening-houders dan worden door vaar dige handen, naar de vermelde nummers, eerst gesorteerd op 10.000-tallen, vervol gens op 1000-tallen en tenslotte op 100- tallen. Dit geschied zijnde worden de en veloppen geledigd, en de girobiljetten worden gescheiden van de cheque-ad viezen. Beide soorten worden door per- foreer-machines voorzien van den datum van behandeling, in lijsten gevouwen en doorgezonden naar de afdeeling „re kening-courant", waar honderden jonge vrouwen zich erover ontfermen. Natuur lijk niet willekeurig, maar groepsgewij ze. De rekening-houders zijn n.I. verdeeld over plm. 180 groepen; elke groep om vat, naar gelang van het aantal boekin gen, 100-2300 rekeningen, die steeds door hetzelfde drietal ambtenaren vol ledig verzorgd worden. Deze vaste in deeling, waarbij iedere ambtenaar een nauw omschreven taak heeft, verkleint de kans op fouten, en verhoogt de snel heid van werken. niet van zooveel belang is. Drinkwater was ervan op de hoogte dat hij later zou komen; te opvallender was zijn onge duld. Dat zich zelfs uitte in de houding van zijn stoel, die niet als gewoonlijk met de rug naar de deur stond, een rechten hoek vormend met Rinder's ze tel, maar schuin gekeerd, als om elk oogenblik het gesprek te beginnen, Rinders voelde nog voor hij de ka merdeur achter zich sluiten kon, de si tuatie, en verernstigde zijn blik. Het eerste wat hem, behalve Drinkwaters houding, in de kamer opviel, was een stapelte brieven op zijn eigen bureau; door een drietal telegrammen bekroond. Trouwens, zijn collega zorgde wel, dat hij ze opmerkte, —Lees dat eens, zei hij, zonder Rin der's groet te beantwoorden. „Daar zul je van genieten." Er was eenig verwijt in zijn stem. Maar dat was er altijd, als iets hem on aangenaam trof. Het was dan de schuld van de „redactie"; die hij in zijn kamer door Rinders vertegenwoordigd achtte. Deze hing bedaard hoed en jas weg; maar steeds met den ernst op het gelaat die de stemming, welke de ander gepast bleek te vinden, demonstreerde; en keek toen, met dien ernst, die zich van bui ten naar binnen in hem projecteerde, en steeds echter werd, het stapeltje tele grammen en brieven in. Het waren di- De eerste handelingen, die elke op dracht van den rekening-houder in iede re werk-groep op de „rekening-courant" ondergaat zijn een onderzoek naar vol ledige invulling, en naar de echtheid der handteekening. Daarna worden van de giro-biljetten en cheque-adviezen de be richten van afschrijving gescheurd. Aan de hand van deze berichten schrijft een der ambténaren met een telmachine de te boeken posten op de z.g. groeps lijsten, en tegelijkertijd boeken de twee overige ambtenaren de verschillende op drachten op de rekening-courant. Na vergelijking der groepslijsten, post voor post, met de overeenkomstige biljetten gaan de cheque-adviezen en giro-biljet ten naar de afdeeling „aankomst en ex peditie"; de eerste voor verdere behan deling in verband met de doorzending aan de postkantoren, de laatste voor om- sorteering op volgorde van de credit- nummers, waarna deze, gevouwen in lijsten op de afdeeling „rekening courant" terug ontvangen worden. Als de giro-biljetten geboekt zijn op de rekeningen van tegoedschrijving, werden op de rekening-courant-bladen de nieuwe saldi berekend. De ambte naar, belast met het samen stellen van de groepslijsten, is inmiddels, met be hulp van de onder zijn berusting geble ven „vleugels begonnen met het ge reed maken van de afrekeningen, wel ke beweking geheel gescheiden van de rekening-courant voortgang kan heb ben. Vervolgens wordt rekening na re kening vast gesteld of tusschen het sal do van het rekening-courant-blad en dat van de afrekening overeenstemming be staat. Is deze tusschen de geheel onaf- hankenlijk van elkaar, en op grond van verschillende bescheiden bewerkte stuk ken, aanwezig, dan kan. worden aange nomen, dat de boekingen tot de juiste bedragen en op de juiste reikeningen zijn geschied. Bovendien wordt in iedere groep dagelijks nog een balans opge maakt, waarin de saldi van alle rekenin gen van de groep worden opgenomen Zulks om de volledige zekrheid te heb ben, dat geen onregelmatigheden onop gemerkt zijn gebleven. Als men het, op papier vermoedelijk zeer ingewikkelc lijkend, doch voor den toeschouwer in derdaad eenvoudig en handig systeem van nabij heeft gade geslagen, verwon, dert men er zich niet over, dat ondanks de paar honderd duizend boekingen, die dagelijks in het centrale giro-kantoor gedaan worden, zoo goed als geen fou ten worden gemaakt. Tenminste naar buiten niet, omdat, alweer dank zij het systeem van zuivere werkverdeeling in vaste groepen, iedere fout bijna steeds onmiddellijk achterhaald kan worden. Tijdens de bezichtiging van de vele groote lokalen, waar honderden jonge vrouwen achter schrijftafels en telma chines dag in dag uit de opdrachten der rekening-houders uitvoeren, vormde 't tempo waarin gewerkt werd een der opmerkelijkste „bezienswaardigheden". De dagtaak (nooit gehjk maar altijd om vangrijk) die koste wat het koste af moét, is het, welke het tempo hoog op voert. We hebben wel eens in groote fabrieken vertoefd waar gonzende ma chines het op de Ford-fabrieken afge stemd !werk-tempo ondersteunden, we hebben vertoefd in groote stille bu reaux, waar de leuze „tijd is geld" ter dege werd verstaan, we hebben ook in een geweldig seizoen-hotel koks in de keuken, in bijna moordende hitte zien jachten, doch nergens kregen we zoo'n beklemmenden indruk van 't rythme van den arbeid als in de lokalen van den gir-o dienst. In iedere keurige afreke ning, die ge in Uw bus vindt, gaan zwa re vrouwelijke prestaties schuil, o reke ninghouder. Voor de verzending van de afrekening met de daarop ""betrekking hebbende „vleugels" zijn in gebruik twee stellen enveloppen, bedrukt met rekening num mer, naam en adres. In de op de afdee ling „rekening-courant" daarvoor op gestelde kasten is voortdurend één de zer stellen aanwezig, waaruit reeds in den loop van den dag de benoodigde enveloppen worden genomen, en gere geld gelegd voor de insluiting van de te verzenden afrekeningen. Zoodra de laatste controle werkzaamheden vóór het verzenden gereed zijn, hetgeen op normale dagen omstreeks 3 uur s mid dags het geval is, wordt met de inslui ting een begin gemaakt. De zendingen worden geleidelijk naar de afdeelinj. „aankomst en expeditie" door gegeven waar ze machinaal gestempe'd en ge sloten worden; de voor de groote ste. den bestemde zendingen worden gesor. t'eerd en afzonderlijk verpakt, waarna de stukken in zakken en kisten gedeel telijk naar de spoorwegstations, gedeel telijk naar het hoofdpostkantoor worden j overgebracht. Het giro-biljet heef zijn zware rond reis door het centrale giro-kantoor be- eindigd, l" I verse protesten, enkele vrij heftig, die van een paar officieren zéér heftig, naar aanleiding van de artikelen van den „specialen verslaggever". De meest be- heerschte briefschrijvers spraken van „eigenaardige" wijze van behandeling van een ernstige zaak; een professor ge bruikte het woord „ongepast"; een anonymus „ploertig." Drie ondertee kenaars zegden hun abonnementen op, nu „De Midenweg" een dergelijken toon ging voeren; één der opzeggers betuigde meteen zijn voorliefde voor 't Gele Gevaar; dat althans „aan zulke ge raffineerde onhebbelijkheden" zich niet schuldig maakte Rinders zag wel dat dit zeer ernstig moest worden opgenomen. Dat deed hij trouwens nu ook wel uit eigen hoofde en harte. Vooral dat bedanken van abon- né's was een machtig, een vernietigend argument. Terwijl hij nog met het laatste briefje in de hand draalde om 't verwachte tribuut zijner gevoelens aan den in briesende afwachting naar hem toe gedraaiden Drinkwater af te dra- gen, kwam Hendrik, de onverstoorbare portier, binnen, stapte met zijn kalmen stap, die onveranderlijk kalm bleef, wat voor fataals hij ook binnendroeg, naar Rinders toe, en bood hem den eersten oogst van den postbus. „Geef es hier", beval Drinkwater, wiens wellustige woede méér brandstof voor zijn laaiend BIJ ADERVERKALKING van hersenen en hart, kan door het dagelijksch ge bruik eener kleine dosis natuurlijk „Franz-Josef'-bitterwater bereikt wor den, dat de patiënt zonder sterk te per sen, ontlasting heeft. Bij apoth. en drog. (Ingez. Med.) VIII Het Iepenziekte-Comfté en zijn werk. Men schrijft ons van deskundige zijde: Ten einde de voortzetting en uitbrei ding van het onderzoek inzake de iepen- ziekte mogelijk te maken, werd in 1930 op initiatief van de Vereeniging van des kundige hoofden van Gemeentebeplan tingen in Nederland het „Comité tot be studeering en bestrijding van de Iepen ziekte" opgericht. Daarin namen zitting de hoofden van instellingen, die deel zouden nemen aan het onderzoek, of die bij hun practisch werk bij de oplossing van het vraagstuk bijzonder belang had den. Op verschillende wijzen heeft het Comité een groote bedrijvigheid ont wikkeld. Het wist provincies, gemeen ten, waterschappen enz. en ook particu lieren te bewegen tot geldelijken steun, want allereerst was geld noodig voor het onderzoek. Zooals uit de vorige artikelen is ge bleken, zijn reeds belangrijke uitkom sten verkregen. Het is echter in verband met het groote belang, waarom het hier gaat, n.I. het behoud van de voor ons land feitelijk onmisbare iepen, noodza kelijk het onderzoek voort te zetten. Onder leiding van Prof. dr. Joha. Wes ter dijk wordt in het laboratorium Willie Commelin Schoiten te Baarn getracht, nog meer te weten te komen omtrent de levensverschijnselen van de ziektever wekkende zwam (Graphium Ulmi). Zeer belangrijk voor de practijk is voorts, dat het onderzoek naar iepen, die een groo te mate van onvatbaarheid voor de ge vreesde ziekte bezitten, zoo krachtig mogelijk wordt voortgezet. Men heeft gegronde hoop, er in te zullen slagen, voor de ziekte onvatbare iepen te vin den, die ook voor wegbeplanting ge schikt zijn. Het onderzoek omtrent de meest doel treffende wijze van bestrijding der iepenspintkevers de overbrengers der ziekte wordt te Wageningen onder leiding van Prof. dr. W. Roepke voort gezet. Van alle kanten werden middelen, waarvan de samenstelling meestal ge heim was, ter genezing van aangetaste iepen aanbevolen. De Plantenziekten- kundige Dienst te Wageningen onder zocht deze op hun bruikbaarheid, doch tot nu toe bleek geen enkel middel deug delijk te zijn. Behalve door het geven van veel steun aan het eigenlijk onderzoekings werk, heeft het Comité zich ook be ijverd, in breeden kring belangstelling te wekken voor de iepenziekte en haar bestrijding. Zoo werd het vorig jaar te Utrecht een tentoonstelling georgani seerd en dit jaar zijn er een drietal ge houden. Door middel van vlugschriften en persberichten tracht het Comité zoo veel mogelijk kennis te verspreiden en op te wekken tot medewerking, ook van particuliere zijde Een zoo algemeen mogelijke medewerking van belangheb benden is noodzakelijk om de ziekte tot staan te brengen. De taak van het Comité is nog geens zins geëindigd. Integendeel, de loopende onderzoekingen in samenwerking met de praktijk opgezet, moeten worden voort gezet; de voorlichting mag niet worden gestaakt Dit kan slechts geschieden, indien allen, die zich tot dusverre afzij dig hielden, in de verkregen uitkomsten een aansporing zien om het Comité zoo veel mogelijk te steunen. Volledigheidshalve wordt hierbij me degedeeld, dat het Comité als volgt is samengesteld: E. D. van Dissel, dir. van het Staatsboschbeheer, Utrecht, voorzit ter; J. L. Brouwer, Voorz. v. d. Ver. van deskundige hoofden van gemeentebepl. Haarlem, vice-voorzitter; Ir. N. van Poe teren, insp. hoofd v. d. plantenziekten- kundigen Dienst, Wageningen, secretaris; Ir. J. P. van Lonkhuyzen, dir. v. d. Ned. Heidemij., Arnhem, penningmeester; S. G. A. Doorenbos, dir. der gemeente plantsoenen, Den Haag; Ir. L. C. Geer- ling, waarn. dir. v. h. Rijksboschbouw- proefstation, Wageningen; Prof. dr. H. M. Quanjer, beheerder v. h. Lab. voor Mycologie, id.; Prof. dr. W. Roepke, be heerder v. h. Lab. voor Entomologie, id.; Prof. dr. Joha. Westerdijk, dir. v. h. Phytopathologisch Lab. Willie Comme lin Scholten, Baarn. zijn Poeders alleen, wanneer zij de handteekening dragen van den fabrikant A. Mijnhardt. Maagpoeders, Hoofdpijn poeders, Kiespijnpoeders, Hoestpoeders, Wormpoeders, enz. Per poeder 8 ct. Per doos 45 ct. Bij uw drogist. (Ingez. Med.) innerlijk voorvoelde; en scheurde op de wijze die bij deze gevoelens paste, de ■eerste enveloppe open. Rinders loerde van terzijde naar den indruk. Drinkwa ter scheen een oogenblik verlegen, be keek het adres van de enveloppe, maar herstelde zich dadelijk in den woede toestand en las gretig het briefje door. „Ik heb per ongeluk een particulieren brief aan hem opengemaakt", zei hij toen op den toon van matig schuldbesef, „maar da's toevallig een brief van Hel- mers, den kapitein van den Staf, die hem particulier inlichtingen heeft gege ven. Hij is razend. Zie maar. Dank je, antwoordde Rinders, be daard en legde het briefje ongelezen naast zich. „Als het een brief is, die niet voor mij bestemd is,...." "Het was een beau-geste zeer te pas, die voor hem een positie-verbetering te genover Drinkwater beteekende. Wiens boosheid nu, weer correct, verijsde; wat het afwezige slachtoffer alweer niet ten goede kwam. Met de verdrietigheid 'van een te- recht-gewezene keek hij de verdere brieven in; er waren er genoeg bij, die beschuldigingen tegen den „specialen verslaggever" bevatte om een eigen fout te overschaduwen. Die van Hoghen Lugt moet direct terugkomen", zei hij strak. Rinders knikte, „Hij zal trouwens niet Onder voorzitterschap van den heer W. Glas kwam de vereeniging van Oud leerlingen van den Tounbouwcursus te K a p e 11 e bijeen. De voorzitter heette inzonderheid den Rijkstuinbouwconsulent Ir. Van der Plassche en den heer Phaff ambtenaar bij den Plantenkundigendienst welkom Pogingen om te komen tot het hou den van een cursus in plantenziekten en haar bestrijding zijn tot dusver geslaagd in zooverre dat zich 15 personen hier voor aanmelden, gaarne zou men komen tot 20. Een lokaal van de openb. school is aangevraagd. Voor den cursus om te leeren bloem schikken hebben zich voldoende leerlin gen aangemeld, ook is de heer Jb. Reijer- se uit Goes bereid gevonden tot het ge ven van onderricht. De ziektebestrijding van appel en peer geschiedt onder deskundige leiding en toezicht van den Rijkstuinbouwcon sulent en den ambtenaar van den Plan- tenziektenkundigendienst in den fruit- tuin, daarvoor belangeloos afgestaan door den heer Chr. Glas. De heer Ir. v. d. Plassche deelde op onderhouden- veel kans hebben op verdere inter views',, voegde hij bij den knik. - Het was een rustig-wijze opmerking; een opmerking vanuit een anderen gezichts hoek. Maar tevens een instemming. Hij is absoluut onmogelijk", gene raliseerde Drinkwater, „En hij kost ons abonné's". i Werk als dit doet ons blad zeker slechte kracht". géén goed", bevestigde weer, in 't ge matigde, Rinders. „Hij was anders géén Hij is t e grappig", zei Drinkwa ter grimmig. „Hm; als we hem ontslaan, er zit niets anders op dat is 't eenige om genoegdoening te geven. Waar de menschen recht op hebben". En zoo kunnen we, als dit aan die abonné's bericht wordt, ze nog terug krijgen, dacht Rinders. Maar dat zei hij niet. We moeten dit direct in 't Avond blad desavoueeren", zei Drinkwater. „En we zullen Riesemeijer es hier laten komen. Die is per slot van rekening verantwoordelijk voor de verslaggeverij'/ Tot op zekere hoogte", beaamde voo-zichtig Rinders. „We hebben hem zelf geschikt geoordeeld voor dit werk", Hij had ons moeten waarschu wen, En dan, wie zit er in „den nacht"? Die had die boel zóó niet mo gen doorgeven j \X/ -r); "prvoj; J),

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1932 | | pagina 5