TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT VAN ZATERDAG 27 AUGUSTUS 1932.
No. 202.
AMERIKAANSCHE NOTITIES.
NA DE OPERATIE.
(Van onzen eigen correspondent).
Het Amerikaansche kantoormeis
je, Hooge salarissen. Mon
daine kleeding op kantoor. De
vrouwelijke hulp onmisbaar.
New-York, 12 Aug. 1932.
Zij behoort tot een apart ras de
Amerikaansche typiste of secretaresse,
in het kort het kantoormeisje.
Aan beide kanten van het water heb
ik kantoorleven meegemaakt en een
secretaresse gehad, zoodat ik hun deug
den en gebreken wel zoo'n beetje be-
oordeelen kan. Om te beginnen verdient
het Amerikaansche meisje in verhouding
veel meer minstens vijftien of acht
tien dollar per week, dat ik volgens het
verschil in levensstandaard dezer dagen
op veertig gulden zou willen stellen.
Sommigen verdienen nog veel meer.
Deze hooge loonstandaard is de di
recte aanleiding tot een geheel eigen ui
terlijk en optreden van het Amerikaan
sche kantoormeisje. Een stemmige kan
toorjurk, zooals dat bij ons heet, een
voudig kapsel, geen of weinig lippen-
rouge en dergelijke schoonheidsattribu
ten, mogen door onze vaderlandsche
kantoorchefs vereischt worden en naar
den algemeenen publieken smaak zijn,
de Yankee office girl is precies van de
tegenovergestelde gevoelens. Aangezien
zij het geld bezit om die dingen aan te
dag, en het grootste deel van den dag,
onderweg en op het bureau, gele
genheid heeft met haar schatten te prij
ken trekt zij hen aan ook! Felle kleuren,
de laatste snufjes van snit en mode, de
prachtigste zijden kousen en schoentjes
vormen de dagelijksche uniform en in
dit warme jaargetijde, dat werkelijk ver
stikkend zijn kan, wordt er veel, heel
veel huid aan 't licht van zon en kantoor
lampen blootgesteld. Ik geloof niet, dat
een Amerikaansche chef ooit bezwaar
zal maken tegen de japonnetjes van zijn
personeel, ook al zijn het volslagen bal
toiletten of bijna-badcostuums. Het laat
hem volstrekt niet onverschilig, maar
eerstens ziet hij het graag zelf en ten
tweede zien zijn bezoekers het graag, 's
lands wijs 's lands eer.
Mijn secretaresse, die eigenlijk de lin
kerhand van een bankdirecteur hoorde
te zijn, maar door de heerschende werk
loosheid blij is met het kleinste salaris
dat ik haar kan aanbieden, trippelt 's
morgens op een paar hooggehakte
schoentjes binnen, die volmaakt geschikt
zijn om op een garden party te vertoo-
nen. Ik ben geen deskundige, maar ik
vermoed, dat een belangrijk stuk van
haar salaris verdwijnt aan manicure,
haar- en gezichtsbehandeling, want zij
kan op elk moment van den dag voor 'n
reclamefoto dienen, ook al omdat zij 'n
jeugdige beauty is en als zoodanig de
noodige malen geposeerd heeft. De alge-
meene indruk, dien men hier op de kan
toren krijgt, is ook, dat het vrouwelijk
personeel overwegend van jeugdigen en
zeer jeugdigen leeftijd is. Wat denkelijk
te verklaren is uit het feit, dat de
schranderen van hoofd goede promotie
maken en zelfs een positie van gewicht
in de zaak krijgen en de groote. massa
wie dat niet gelukt, vroeger of later een
waren Jacob gevonden hebben.
Het is in het begin een beetje moeilijk
om met zijn Amerikaansche secretaresse
om te springen! Trouwens, de heele om
gang met Amerikanen is zoo anders als
wij het gewend zijn. Het lijkt eerst op
een vrijpostigheid op het brutale af
een frère et compagnon spelen, dat wij
in onze wereld van aan de pet tikken
niet kennen, maar dat na een kleine
kennismaking veel prettiger uitkomt op
den duur. Er bestaat een afstand, maar
op hetzelfde niveau, niet van hoog tot
door Dr. Jan Walch.
24.
Nu, kom, we moeten hem niet
te lang laten wachten. Vanmorgen of van
middag schrijven we den brief; kort en
eenvoudig. En Marelman bewerkt van
zijn kant het Ministerie; en zegt, dat hij
tijdelijk, door zijn ziekte zich wat ge
makkelijk, wat critiekloos heeft laten
meenemen. En trouwens de waarheid
is niet compromitteerend voor hem.
We moeten er maar het beste van
hopen", zei Clara gelaten.
Het weerzien van Kees had een bij
zonder opwekkenden invloed op Henri.
En toen de gast, onder't voorwendsel,
wat te rusten na de reis zich een uurtje
had teruggetrokken, kwam 'er een ant
woordbrief tot stand, die na Clara's
correctie aldus luidde:
,,In beleefd antwoord op Uwe missive
no. xxx, heb ik de eer, U HoogEdelGe-
strenge te berichten, dat ik mij aan
geenerlei politieke demonstratie noch
ook aan eenige onvoorzichtigheid te de
zen heb schuldig gemaakt. Ik heb met
een heer en dame, met wie ik in den
trein tot Straatsburg reisde, en die be
langstelling voor het probleem Elzas-
Lotharingen toonden, kortelijks over de
ethnologische positie van dat gewest
laag, niet de ondergeschikte, maar meer
de naastgeschikte, die uit hoofde van
haar aanwezigheid onmisbaar is of an
ders niet aangenomen wordt en dus
recht heeft op een tractement, dat
haar een behoorlijk bestaan verschaft en
als medewerkster inplaats van als werk
vrouw beschouwd wordt. De crisis heeft
dus recht heeft op e entractement, dat
weliswaar een bres geschoten in de sala-
rieering, maar dat geldt even hard voor
meneer zelf!
Wat nu het werk zelf betreft, er be
staan kantoren met en zonder een con
troleklok voor de werkuren, waarop het
personeel aankomst en vertrek moet ia-
ten stempelen, maar het meerendeel doet
het zonder af. Zoo tegen half tien komen
ze binnen en het is zoo goed als zeker,
dat de chefs zelf nooit vóór tienen, zelfs
meestal nooit vóór elven binnen zijn.
Men krijgt een Amerikaan het best te
pakken tusschen elf en een of twee
wanneer hij gaat lunchen tot drie uur,
half vier. Echter luncht hij zelden alleen
en maakt er een zakelijken maaltijd van:
er worden meer contracten gesloten en
orders opgenomen aan de lunchtafel dan
aan het schrijfbureau. Het personeel
heeft recht op een uur vrij en spreekt
onderling met elkaar af wie eerst en wie
het laatst gaat, zoodat de telefoon en
bezoekers beantwoord kunnen worden
Maar tijdens de werkuren heerscht er
een allerplezierigste vrijheid van babbe
len, lippen bijwerken, grappen uithalen
en onder de bedrijven door hard aanpak
ken. Er is maar één eenvoudige stelre
gel: het werk voor dien dag moet af en
hec komt af.
Overwerk door eigen talmen of bui
ten hun schuld is een doodeenvoudig
iets, waarmee ik niet een kwartiertje
nablijven bedoel, maar tot zeven, acht
uur en later in den avond. In de groep
kantoren, waar ik mijn bureau in on
derhuur heb, maak ik het herhaalde
lijk mee, dat op den avond voor de over-
zeesche mailsluiting opgewekt en zon
der extra belooning drie en vier uur
overwerk wordt gedaan, terwijl eet- en
drinkwaar uit het restaurant, gelijk
vloers in onzen wolkenkrabber, per te
lefoon wordt besteld en boven gebracht.
De vorige week maakte ik het mee, dat
na afloop een paar bureaux tegen elkaar
werden gezet en een fanatieke ping
pong wedstrijd werd gehouden als slot
van den langen dag. En terwijl ik bui
ten het raam keek naar onze in de wol-
kende rijzende naburen, zag ik overal
lichten aan, jongelui in hemdsmouwen
over hun schrijfmachine gebogen en
meisjes met paperassen heen en weer
loopen. En dan na vijven wordt het roo-
ken voor de jonge dames geoorloofd ge
acht en dan dampen ze er op los.
Alle drakerige films of romans van
dien aard ten spijt, is de office girl er
niet op uit haar chef in de wacht te
sleepen, het omgekeerde komt eerder
voor. De verklaring hiervoor is, dat het
soort meisjes in het algemeen gesproken,
niet op hetzelfde peil staat als bij ons.
Ze hebben gewoonlijk alleen maar de la
gere school en een paar jaar van de
middelbare doorloopen om dan naar een
instituut voo rkantooropleiding te gaan,
waar zij vooral practisch klaar gestoomd
worden en bij de kantoorroutine duch
tig in het Engelsch worden geoefend.
Maar hun afkomst, hun huiselijke om
geving en hun levensopvattingen zijn
gewoonlijk niet van dien aard om de be-
geerenswaardige vrouw van een zaken
man, die gestudeerd heeft of van goede
familie is, te worden, al zijn ze nog zoo
mooi en goed voor hun werk. Ook hierin
komt een geleidelijke verandering, want
afgestudeerde meisjes uit betere krin
gen solliciteeren met stijgend succes
naar de positie van secretaresse.
Een heel eigenaardige bijkomstigheid
van de typiste, vooral in de grootere
steden, is, dat zij soms door haar afkomst
een of meer vreemde talen vloeiend
gesproken, zonder nochtans eenige po
litieke Tendenz voor te staan; kortom
op een wijze als den neutralen buiten
staander past en als zelfs voor een amb
tenaar, die naar ik mij volkomen be
wust ben bijzondere voorzichtigheid
te betrachten heeft, volkomen geoor
loofd mag heeten. Vervolgens heeft men
mijn vrouw en mij uitgenoodigd niet tot
een politieke vergadering, maar tot een
vrienden'bijeenkomst. Daar heeft men
plotseling aan mijn persoon een belang
rijkheid toegeschreven, welke mij, naar
ik mij wel zeer bewust ben, geenszins
eigen is; en mijn uitlatingen verdraaid
tot warme sympathiebetuigingen: entoen
ook onmiddellijk de geïncrimineerde
foto genomen. Ik heb aanstonds tegen
die uitlatingen geproteseerd; met het
gevolg, dat men mijn vrouw en mij uit
het gezelschap heeft verwijderd. Dit
heeft mij toen zeer gekwetst; maar
geeft mij in de huidige omstandigheden
althans dezen troost, dat daaruit wel
ondubbelzinnig blijkt, dat ik geenszins
bedoeld heb in te stemmen met de ge
voelens, die de aldaar samengekomene-
nen bezielden.
Het doet mij innig leed, dat het be
doelde misverstand is ontstaan, maar
eenige schuld daaraan zelfs die welke
alleen aan onvoldoende voorzichtigheid
en reserve zou zijn toe te schrijven, tref
fen mij niet.
Ik heb de eer te zijn
beheerscht. De gemeenschappelijke taal
is nu eenmaal Engelsch, maar men kan
Spaansche, Duitsche, Italiaansche, kort
om meisjes van elke nationaliteit krij
gen, die thuis die taai spreken en die
voor correspondentie met landen in
Zuid-Amerika, Italië of Spanje, waar
Engelsch niet zoo algemeen bekend is
als bij ons, eenvoudig onmisbaar zijn. Be
hoef ik er bij te voegen dat veeltalig
heid natuurlijk hooger loon met zich
mee brengt en dat men dikwijls bij na
vraag tot de ontstellende ontdekking
komt een dozijn verschillende nationale
afkomsten onder zijn personeel te heb
ben, die allen nog mm of meer hun taal
kennen. Tenzij van Hollandschen af
komst, want dan hebben ze het glad
verleerd een betreurenswaardige na
tionale eigenschap.
BIJ BEDORVEN MAAG, gistingen in
den darm, leelijken smaak in den mond,
voorhoofdspijn, koorts, constipatie, bra
ken of diarree heeft reeds een glas
natuurlijk „Franz-Josef"-bitterwater, 'n
zekere, snelle en aangename uitwerking,
(Ingez. Med.)
GEMEENTERAAD VAN VLISSINGEN.
In de Vrijdagmiddag gehouden verga
dering van den gemeenteraad van Vlis-
singen was de heer Wesseling met ken
nisgeving afwezig.
De VOORZITTER zeide naar aanlei
ding van de notulen der vorige verga
dering, dat hij zijn woorden intrekt,
waarbij hij opmerkte, dat de burgemees
ter van Domburg zich voor de Zondags-
openstelling der winkels, heeft .'uitge
sproken, omdat hem thans uit 't verslag
in de Middelb. Courant is gebleken,
dat de heer Van Voorthuijsen zich om
principieele redenen daartegen heeft
verklaard.
De heer RORIJE vroeg hoe de hou
ding van den heer Laernoes zou zijn
geweest, als deze de vorige maal aanwe
zig was geweest.
De heer LAERNOES zeide, dat hij
zich dan ook principieel er tegen zou
hebben verklaard.
De VOORZITTER deelde nog mede,
dat inzake de sluiting der kapperszaken
nog correspondentie wordt gevoerd met
den minister en naar aanleiding van die
correspondentie ook met de kappers.
Aangeboden werd de gemeentereke
ning over 1931, aanwijzende wat den ge
wonen dienst betreft in ontvang een be
drag van 1.745,037.09 en in uitgaaf
1.619.927,34, alzoo een goed slot van
125.109.74 tegen 59.497.07 over 1930.
De kapitaaldienst geeft in uitgaaf aan
f 2.586.578.65 en in uitgaaf f 2.555.496,44,
goed slot dus 31.082.21.
Ingekomen was een brief van den
Hoofdinspecteur der Volksgezondheid,
inhoudende antwoord op de door den
heer Van Oorschot in de vorige verga
dering gestelde vragen, waarop het
recht gegrond was van de inspecteurs
om te dreigen met opheffing der ver
pleegstersopleiding in het gasthuis.
De heer VAN OORSCHOT achtte de
motiveering van den hoofdinspecteur njet
voldoende, het blijkt, dat er geen en
kele wet of Kon. besluit is, dat de be
voegdheid geeft opheffing voor te stel
len.
De VOORZITTER zeide, dat de er
kenning toch vastgelegd is en dat er al
leen heeft gestaan, dat overwogen zou
worden den minister voor te stellen de
erkenning in te trekken.
De heer VAN OORSCHOT zeide, dat
men het dreigement heeft gebruikt o"
raadsleden voor opheffing van het gast
huis te stemmen.
De heer RORIJE zeide, dat de beslis
sing bij de regeering berust en meende
Ze besloten den brief met de schrijf
machine van het hotel over te tikken,
zoodat het niet noodig was, dat Henri,
hem overschrijvende, er zich onge-
wenscht lang mee bezig hield. Hij moest
nu maar afz:en van 't denkbeeld zelf een
brief te schrijven en eenvoudig onder
teekenen; en dat zou zoo grijpen
heil en onheil met hun raderen ineen
nu te gemakkelijker van hem gedaan
zijn te krijgen, nu hij zoo neerslachtig
was door het moordend besef van niets
meer-begrijpen
Ze kregen het ook inderdaad van
hem gedaan, zij het nadat hij het stuk
had doorgelezen; wat echter, gezien de
zorgvuldige redactie, zoo goed als geen
bezwaar opleverde. Alleen bij den pas
sus waarin sprake was van het „ver
draaien" zijner uitingen tot warme sym
pathiebetuigingen, stokte een oogenblik
zijn begrip; maar het was vrij gemakke
lijk, dat „verdraaien" uit te leggen als
„anders draaien"; dat wil zeggen: er een
veranderde voorstelling van hebben, en
die reproduceeren. Het begrip van o p-
zettelijke onwaarheid werd zoo ver
meden, en enkel even zuchtend over het
feit, dat er toch zooveel eenvoudige
woorden waren, waarvan de beteekenis
hem niet helder voor oogen stond, on-
derteekende Henri; de brief vertrok, en
dadelijk was er een opluchting en een
opleving.
En de volgende dagen werd de toe
dat men te veel aandacht aan het schrij
ven der inspectie heeft geschonken.
In handen van burg. en weth. werden
gesteld al of niet o(m advies:
Een adres van de Vereeniging van
dansleeraren om bij het verleenen van
dansvergunningen te eischen het bezit
van een diploma van eene vakvereeni-
ging.
Een adres van de bewoners van de
Oude Markt om aldaar een plantsoen
aan te leggen.
Een adres van het Hoofdbestuur van
den Algemeenen Politiebond tot het toe
laten van de organisaties van politie
personeel tot de commissie van overleg
voor de overige ambtenaren.
Een adres van het bestuur der ver
eeniging tot bevordering van Chr. on
derwijs om gelden voor het aanschaf
fen van leermiddelen voor de Oranje-
school tot een bedrag van 267.40.
Een adres van het bestuur der Ver.
voor Chr. Onderwijs om gelden toe te
staan voor de verandering van de cen
trale verwarmingsinstallatie in de Oran-
jeschool ad 916.
Een adres van het bestuur der Ver.
voor Chr. M.U.L.O. om gelden toe te
staan voor het aanschaffen van nieuwe
leerboeken en gangmatten voor 165.10.
Benoemingen.
Bij de benoemingen van leeraren aan
de Avondschool voor N. O:, was een
schrijven ingekomen van den inspecteur,
dat voor twee der vacatures ook waar
schijnlijk wachtgelders in aanmerking
kunnen komen.
Na eenige discussie of men voorwaar
delijk zou benoemen of burg. en weth.
tot tijdelijke benoeming zouden over
gaan, waarbij de uiterst linksche groe
pen voor onvoorwaardelijke benoeming
waren, omdat ten slotte de Kroon de
benoeming toch moet goedkeuren, na
men burg. en weth. al de 5 voordrach
ten terug.
Schoolkwestie.
Het voorstel van burg. en weth. tot
wijziging van het raadsbesluit betreffen
de voorziening in het personeel der
scholen A en C, nam de raad z.h.s. aan,
Financieele toestand.
Het voorstel naar aanleiding van het
verzoek van den heer Wesseling betref
fende het nemen van maatregelen tot
het bezuinigen op de uitgaven en tot
het invoeren van een loonkorting op
pensioenbijdrage voor het gemeenteper-
soneel, gaf aanleiding tot een vrij uit
voerige discussie.
De heer PAAP zeide, dat de heer
Wesseling plotseling verhinderd was en
las namens hem voor, wat hij anders
had willen zeggen.
Daaruit bleek, dat de heer-Wesseling
niet accoord gaat met de verwijten aan
zijn adres, hij heeft niet gezegd, dat B.
en W. alleen naar 1933 keken, maar ge
leerd door de vroegere opmerking van
het college, heeft hij gedacht aan het
„Gouverner c'est prévoir". Hij heeft
geen loonsverlaging voorgesteld, omdat
hij na het kortingswetje overtuigd was,
dat burg. en weth, zouden doen, wat
hen te doen stond. Het ligt z. i. niet op
den weg van de raadsleden voorstellen
te doen, die van burg. en weth. verwacht
mogen worden. Nu ieder lijdt onder de
omstandigheden, is het noodig, dat ook
het gemeentepersoneel mede betaalt,
waarbij het toch nog altijd het voordeel
houdt van een vaste betrekking. Men
moet noodmaatregelen tijdig nemen en
niet als de ramp er reeds is.
De heer VAN SPANNING vroeg wat
de loonsverlaging beteekent tegenover
het bedrag dat noodig zal zijn. Het komt
spr. voor, dat de heer Wesseling he tal-
leen wilt, omdat hij denkt: nu mijn men
sehen minder verdienen, moeten andere
maar volgen. Als een raadslid alleen
met dit onderdeel komt, is het z.i, niet
ernstig gemeend.
De heer HARTS meende dat men het
resultaat van het georganiseerd overleg
moet afwachten.
stand steeds genoegelijke. De oude on
bezorgdheid van het begin van de reis,
die door de gebeurtenissen te Straats
burg even was onderbroken, maar daar
na weer dieper nog en rustiger genoten
dan te-voren, scheen na dit tweede lang
duriger en pijnlijker intermezzo, nog blij-
der en heerlijker terug te keeren. Daar
toe droeg de omgeving wellicht niet wei
nig bij; Florence in Mei is de hemel op
aarde, met al zijn lentige klaarheid en
hellen bloemenbloei. En daarin gebor
gen liggen de onvergelijkelijke schatka-
meren van de Uffizi, de Galleria Pitti
en, waar de hemel het meest voelbaar
wordt; het San Marco-klooster; waar
hemelsche kunst gevlijd ligt te allen zij
den den cortile met den machtigen, van
teederste verrukking doorzonden ceder.
Kees Bender, ofschoon hij Florence
kende, genoot opnieuw ontzaglijk van al
de heerlijkheid van de kerken en van de
verdere architectuur; en het was hem
een blijde verrassing te bemerken, hoe
thans de kunst, waarvoor hij vroeger
nooit veel gevoel bij Henri en Clara had
ontdekt, meer tot hen sprak en hun al
thans iets van de groote ontroeringen
gaf, die ze hem schonk. Iedere vreem
deling is wel gevoelig voor de bevallige
massawerkingen van de Piazza della
Signoria; voelt wel iets van het groot-
sche van bouw en beeld envan den
Bargelloo; ervaart iets van den verhe
ven ernst van de koel-schoone kapel der
De heer PAAP zeide, dat de heer
van Spanning den heer Wesseling niet
goed heeft begrepen, deze noemde de
loonsverlaging niet )het eenige, doch
een der middelen. Daarbij beteekent het
in wezen alleen verlaging in cijfers
maar niet in levenspeil. Men moet de
kwestie rustig bekijken en dan heeft
spr, voldoende vertrouwen in het ge
zond verstand der arbeiders.
De heer VAN OORSCHOT zeide di
rect te hebben gevoeld, dat het woor
den gold van hen, die dringen naar
loonsverlaging en vermindering van 't
levenspeil der arbeiders. Men vergeet
dat verlaging der loonen, belastingver-
hooging ook voor anderen ten gevolge
zal hebben.
De heer VAN HAL meende, dat men
nu niet lang en breed over deze kwes
tie moet praten, maar op goed overleg
bij het georganiseerd overleg moet aan
dringen. Daarna is het eerst de tijd voor
een principieel debat.
De heer SOREL zeide, dat ook zijn
fractie nu geen aanleiding vindt voor
uitvoerige besprekingen.
De heer LAERNOES zeide, dat het
geheele college met het voorstel ac
coord gaat en dat de heer van Hal juist
opmerkte, dat men het georganiseerd
overleg moet afwachten. B. en W. heb
ben steeds alle inlichtingen gegeven en
men weet goed hoe de gemeente er
voor staat. Maar na de onderhandelin
gen met Ged. Staten is er een heel ande
re financieele opzet ontstaan buiten de
schuld van B. en W. en den raad. B, en
W. zijn druk bezig te zoeken naar be
zuinigingsobjecten.
De heer DE MEIJ zette in een uit
voerig betoog nog eens de onderhande
lingen met Ged. Staten uiteen, die voor-
loopig nog niet dwingen, maar alleen
den raad gaven verschillende mogelijk
heden nog eens te overwegen. Gezien
ook de groote werkloosheid moet men
nu eenmaal van bovenaf veel slikken.
De heer VAN OORSCHOT meende,
dat ook Ged. Staten van bovenaf ge
dwongen worden mede te werken aan
loonsverlagingen. Men zal dat zeker
niet kunnen tegenhouden, maar de vraag
is alleen of men zich daar als socialist
achter mag plaatsen, en daardoor mede
de verantwoordelijkheid dragen.
De heer RORIJE zeide er toch niets
aan te doen is en men van twee maat
regelen de beste kan nemen.
De heer VAN SPANNING meende,
dat de heer Wesseling met voorstellen
komt, die in de praktijk reeds mislukt
zijn. Spr. noemde den heer van Oor
schot theoretisch socialist, men moet
z.i. met de praktijk ook rekening houden
en achten de positie van de arbeiders
zoo goed mogelijk te doen blijven.
Na de dalende lijn zal zeker weer een
opgaande komen en dan moe tmen ook
paraat zijn.
De heer VAN OORSCHOT bleef er
bij, dat men het slechte nooit aanvaar
den mag, dat doen ook de O.S.P. of de
Communisten niet en ook niet de S. P.
De heer DE MEIJ. zeide ook nog dat
men practisch moet zijn.
Het voorstel werd aangenomen, waar
bij de heer van Oorschot verzocht ge
acht te worden te hebben tegengestemd.
Arbeidsbemiddeling.
De raad vereenigde zich z.h.s. met 't
voorstel tot regeling van den dienst der
arbeidsbemiddeling volgens de wette
lijke voorschriften.
Verbreeding Bouleverd.
Bij het voorstel tot verbreeden van
den Boulevard Bankert nabij de uitwa
teringssluis door middel van werkver
schaffing, vroeg de heer VAN HAL of
het de bedoeling is er dan ook auto's en
andere vervoermiddelen toe te laten, hij
vindt de Boulevard heerlijk voor wande-
De VOORZITTER zeide, dat het in
de bedoeling ligt de rechten van de wan-
Medici bij San Lorenzo, maar 't zijn
veelal alleen die héél grootsche manifes-
tatiën van de groote genieën, die hen
eenige oogenblikken imponeeren en een
vagen indruk van macht-en-straling ver
mogen te wekken. Maar nu hij met hen
rondging in klare ochtenduren in de mu
sea, in Santa Maria Novella, in het klei
ne Dom-museum, in 't Battistero, en hun
in de volheid van eigen ontroering en
verrukking telkens en telkens iets van
de door alle eeuwen daar stil aanwezige
wonderen van extatische schoonheid
duidde, nu voelden zij dat diep in hun
hart iets getroffen werd; door den klank
van zijn stem allereerst, dan: door de
heerlijkheid zelve die in die stem had
geëchood. Het verbaasde hem zelf, in
de straling van hun oogen, waaruit hem
nooit dat was tegemoet gekomen, iets
te voelen van die onmiddellijke diepe
emotie, die de schoonheid, die de hoog
ste waarheid is, in puur-aandachtige
zielen ontvonkt. En zoo werd voor hem,
den ietwat vercynischten eenzame, deze
kunstbeschouwing verbonden met een
zoet-innig zielscontact. Zoo sterk was
dit gevoel, dat wanneer hij op één van
zijn schoonheids-questen getroffen werd
door een openbaring van uitzonderlijke
kracht, hij daarbij onmiddellijk het ver
langen voeTfTe, ook Clara en Henri dat
te laten zien; hen plotseling te zetten
voor dit....
(Wordt vervolgd.)